Operationele en financiële gang van zaken
Securitisatie van vorderingen van
U.S. Foodservice
Ahold Jaarverslag 2004
looptijd tot 17 december 2006 en gingen de LoC faciliteit
2005 aan.
De kredietbrieven die onder de Kredietfaciliteit december
2003 uitstonden bij de beëindiging daarvan werden overge
heveld naar de LoC faciliteit 2005 en hebben als zekerheid
een kasdeposito van USD 573 miljoen, verstrekt door onze
dochtermaatschappij Stop Shop. De LoC faciliteit 2005
vervalt op 30 juni 2005 en maakt het mogelijk om maximaal
USD 700 miljoen te lenen in de vorm van kredietbrieven.
De Kredietfaciliteit december 2003 bestond uit de volgende
drie faciliteiten:
Eurofaciliteit: EUR 300 miljoen beschikbaar voor
Albert Heijn;
Dollarfaciliteit: USD 650 miljoen beschikbaar voor
Stop Shop; en
Kredietbrieffaciliteit: USD 800 miljoen beschikbaar
voor Stop Shop.
De Kredietfaciliteit december 2003 eiste van ons om te
voldoen aan verschillende financiële en niet-financiële
afspraken die ons beperkingen oplegden, en in sommige
gevallen verboden om onder andere dividend te betalen,
nieuwe schulden aan te gaan, leningen te verstrekken,
acquisities en investeringen te doen, kapitaaluitgaven te
doen en activa te verkopen. De Kredietfaciliteit december
2003 omvatte een verpanding van onze aandelen in
bepaalde belangrijke resultaatgenererende entiteiten,
bepaalde intercompany-vorderingen en intellectuele
eigendomsrechten.
Per 17 december 2003 hebben we alle uitstaande leningen
onder de Kredietfaciliteit maart 2003 terugbetaald. Per die
datum hadden we voor USD 750 miljoen en EUR 600 mil
joen opgenomen leningen, alsmede voor USD 363 miljoen
aan kredietbrieven uitstaan. Deze faciliteit werd tegelijkertijd
vervangen door de Kredietfaciliteit december 2003, en alle
kredietbrieven zijn naar de Kredietfaciliteit december 2003
overgeheveld.
Wij maken gebruik van securitisatieprogramma's als onder
deel van onze gediversificeerde financierings- en liquidi
teitsstrategie. Onze 100%-deelnemingen, U.S. Foodservice
en haar dochteronderneming Alliant Receivables Corpora
tion, Inc. participeren elk in een afzonderlijke overeenkomst
voor de verkoop van handelsdebiteuren aan derden. Op
grond van deze overeenkomsten verkopen deze werkmaat
schappijen op doorlopende basis hiervoor geschikt geachte
handelsdebiteuren aan twee dochtermaatschappijen. Deze
dochtermaatschappijen zijn kredietwaardig, volledig in
eigendom van de betreffende onderneming en opgericht
voor dit speciale doel. Tegelijkertijd dragen deze vorderings-
bedrijven hun rechten over aan Master Trusts, die vervol
gens certificaten plaatsen bij derden. Onderstaand diagram
illustreert een en ander:
VIE-
certificaten
Vorderingen
Vorderingen
Opbrengsten
Opbrengsten
certificaten
Opbrengsten
Amerikaanse
ondernemingen
met securitisatie
programma's
- U.S. Foodservice
- Alliant
Vorderings-
bed rijven
(twee entiteiten,
volledig in eigen
dom, krediet
waardig)
Securitisatie-
trusts
(twee volledig
in eigendom)
Derden-
belegger
Op 24 augustus 2004 werd het USD 490 miljoen grote
securitisatieprogramma van U.S. Foodservice vervan
gen door een nieuw securitisatieprogramma van maxi
maal USD 600 miljoen eind 2004 met een looptijd van
364 dagen en verbeterde voorwaarden. De opbrengsten
werden gebruikt om de vroegere variabele certificaten
van het vorige securitisatieprogramma van U.S.
Foodservice af te lossen.
Het securitisatieprogramma van Alliant had eind 2004
een maximaal aankoopbedrag van USD 300 miljoen.
Bij de start van de twee oorspronkelijke securitisatie
programma's behoefden deze volgens NL GAAP en
US GAAP niet in de balans te worden opgenomen. Op
10 juli 2003 werd de overeenkomst met betrekking tot het
U.S. Foodservice-programma aangepast, waardoor de ver
plichting ontstond de verkochte vorderingen in de balans op
te nemen en de daarmee samenhangende financierings
kosten in de geconsolideerde winst- en verliesrekening.
Deze verplichting leidde tot een toename van het saldo
Vorderingen en een daarmee corresponderende stijging
van de Schulden op korte termijn met USD 402 miljoen
(EUR 297 miljoen) en USD 404 miljoen (EUR 325 miljoen)