111 Toelichting 2 Gebruik van schattingen Goodwill Overige immateriële vaste activa Ahold Jaarverslag 2004 Bij de totstandkoming van de geconsolideerde jaarrekening volgens NL GAAP en de aansluiting tussen de financiële positie en resultaten volgens NL GAAP en US GAAP moet het management bepaalde schattingen maken en bepaalde aannames doen. Deze schattingen en aannames zijn van invloed op de gerapporteerde activa en passiva, de vermelding van niet in de balans opgenomen activa en passiva op balansdatum en op de baten en lasten in de periode waarover wordt gerapporteerd. Belangrijke schattingen zijn die welke vereist zijn voor de verwerking van leveranciersbijdragen, en schattingen gebruikt voor 'purchase accounting', bijzondere waardeverminderingen van materiële en immateriële vaste activa, pensioenen en overige vergoedingen na pensionering, de schadereserve en vennootschapsbelasting. De werkelijke resultaten kunnen afwijken van deze schattingen. Alle veronderstellingen, verwachtingen en prognoses die gebruikt worden als basis voor schattingen in de geconsolideerde jaar rekening vormen een zo goed mogelijke afspiegeling van de vooruitzichten van Ahold. Het management is van mening dat voor de veronderstellingen, verwachtingen en prognoses een redelijke basis bestaat. Deze schattingen weerspiegelen slechts de opvat tingen van Ahold op de data waarop ze tot stand zijn gekomen. Schattingen hebben betrekking op bekende en onbekende risi co's, onzekerheden en andere factoren die ertoe zouden kunnen leiden dat de toekomstige resultaten en prestaties materieel verschillen van die welke geraamd waren. Goodwill betreft het positieve verschil tussen de overnamesom voor een verworven activiteit of onderneming en de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen op de overnamedatum. Goodwill wordt geactiveerd en afgeschreven over de geschatte economische levensduur, met een maximum van 20 jaar. Vóór 1 december 2000, toen RJ 500 Fusies en overnames van kracht werd, bracht Ahold goodwill bij overnames direct ten laste van het eigen vermogen. Goodwill wordt ten minste één maal per jaar getoetst op bijzondere waardeverminderingen. Indien er aanwijzingen bestaan voor een mogelijke bijzondere waardevermindering vindt de toetsing frequenter plaats. Goodwill wordt gewaardeerd tegen verkrijgings- prijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. Bij het bepalen van de boekwinst of het boekverlies bij afstoting van een entiteit wordt de boekwaarde van de goodwill die betrekking heeft op de verkochte entiteit, in aanmerking genomen. Of goodwill een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt getoetst op het niveau van de ver slaggevende entiteit, tenzij de goodwill aan een kasstroomgenererende eenheid kan worden toegerekend die onder een verslag gevende entiteit valt. Deze immateriële vaste activa bestaan voornamelijk uit handelsmerken, klantenbestanden en aan leases gerelateerde immateri ële vaste activa die afzonderlijk of via overnames zijn verworven. De overige immateriële vaste activa omvatten tevens contractu ele leaserechten en softwarekosten die separaat zijn verworven of intern zijn ontwikkeld. Deze activa worden opgenomen tegen de reële waarde, vastgesteld per de overnamedatum van de onderliggende activiteiten, of tegen vervaardigingsprijs indien zij intern zijn ontwikkeld (in geval van software) of separaat zijn verworven. Handelsmerken en klantenbestanden die na 1 januari 2001 via overnames zijn verworven, worden geactiveerd en afgeschreven op basis van de periode waarin het actief naar verwachting economische voordelen zal opleveren, met een maximum van respec tievelijk 20 en 7-10 jaar. Verworven handelsmerken en klantenbestanden worden geactiveerd tegen reële waarde op basis van een inkomstenbenadering. Aan leases gerelateerde immateriële vaste activa betreffen met name gunstige operationele-leasecontracten, die zijn verworven via overnames. Deze worden geactiveerd op basis van de contante waarde van het positieve verschil tussen de contractvoorwaar den en de marktprijs per de overnamedatum. Op aan leases gerelateerde immateriële vaste activa wordt afgeschreven op basis van de resterende looptijd van de lease-overeenkomsten. Directe kosten die betrekking hebben op de ontwikkeling van software voor intern gebruik worden geactiveerd nadat de techni sche haalbaarheid is vastgesteld. Alle kosten die zijn gemaakt voordat deze technische haalbaarheid is vastgesteld, alsmede overheadkosten, algemene beheerskosten en opleidingskosten die zijn gemaakt na het vaststellen van de technische haalbaar heid, worden als last verwerkt zodra zij worden gemaakt. De afschrijving vindt plaats op basis van de verwachte economische levensduur van de software, uiteenlopend van drie tot vijfjaar.

Jaarverslagen | 2004 | | pagina 113