Detailhandelsgroep Ahold Enkele kerncijfers: f 2.317.127.000 omzet filialen 17,6% stijging ten opzichte van 1973 665 vestigingen 308.012 m2 verkoopoppervlakte geïnvesteerd vermogen f 410.531.000 11.121 personeelsleden werkzaam in de filialen, excl. part-timers, die minder dan 15 uur per week werken We zullen ons hier beperken tot enkele grote lijnen. Per verschijningsvorm treden we later meer in details. Distributiecentra Een semi-industriële tak aan ons bedrijf met veel fysieke arbeid. Vandaar de nood zaak aandacht te besteden aan de verande rende maatschappelijke waardering van dit soort arbeid. nisatie ten behoeve van de continuïteit op langere termijn houdt ons echter evenzeer bezig. Juist in de afgelopen jaren van ver nieuwing en opbouw blijkt hoe wezenlijk belangrijk de kwaliteit van ons kader is. Om alert te kunnen reageren, snel externe ontwikkelingen op te vangen, reorgani saties effectief door te voeren. Kader- training beschouwen wij dan ook als een noodzakelijke investering, waarvoor wij op ons budget een ruime plaats hebben ingeruimd. Ook aan een ander toekomstgericht aspect van het management namelijk de Lange Termijn Planning gaan we nog meer en vooral concreter aandacht besteden. Niet spectaculair misschien, wel betekenisvol. De ontwikkelingen van de afgelopen jaren hebben ons geleerd, dat werkelijk concreet aan Lange Termijn Planning doen heel wat anders is dan er over pratendat de echte praktijk van Lange Termijn Planning intensieve tijdsbesteding op Raad van Bestuurniveau vraagt. Een moeizaam, doch noodzakelijk karwei. We gaan 1975 goed voorbereid en met een reeks zorgvuldig opgebouwde strategische posities in de markt tegemoet. Wanneer we onze besparings-, verbeterings- en uit breidingsplannen hebben waargemaakt, dan zullen we zo langzamerhand van onze opbouwinspanningen gaan oogsten. Naar onze huidige inzichten zal het jaar 1975 beslist betere resultaten te zien geven dan 1974 en zal de winst minstens op het niveau 1973 komen. Gezien het dal waar we uit hebben moeten komen, verwachten we pas over 1976 weer betere winstcijfers. Vergroting van ons marktaandeel, ook over 1974, ondanks alle externe en interne problemen. De totale geldomzet in de filialen steeg tot f 2.317 miljoen. Een toename van 17,6%. In 1974 zijn 40 filialen geopend, waardoor het totale aantal is gekomen op 665. De totale verkoopoppervlakte bedraagt nu 308.012 m2. Een stijging van ongeveer 6%. Naar grootte gegroepeerd ontstaat bij de supermarkten het volgende beeld: 103 kleiner dan 600 m2, met een totale verkoopoppervlakte van 49.468 m2, 117 van 601 - 1200 m2 met totaal 95.878 m2, 32 van 1201 - 1800 m2 met totaal 47.373 m2 en 3 groter dan 1800 m2 met totaal 6.035 m2. De omzet- en resultatenontwikkeling van al deze verschijningsvormen was ver schillend. Sprongen voorwaarts zijn ge maakt door Miro, Simon en Alberto. Het rendement van de Albert Heijn winkels was lager. Een zwakke broeder in het gezelschap, met name in de resul- tatensfeer, was Lita door aanloopverliezen in de catalogusshowrooms. Wat de Lita nieuwe stijl betreft valt nog weinig te zeggen van de ontwikkeling. Pas in de herfst 1974 is gestart. De Toko's hebben te lijden gehad van een uitermate slecht en nat seizoen in de toeristische maanden van het jaar. De in 1962 aangevangen PMC, die zo'n grote bekendheid heeft gekregen, is nu in Lita geïncorporeerd. Nog iets over andere activiteiten in de detailhandelsgroep. Centrale slagerijen Vanwege de moeilijke personeelssituatie in de eerste helft 1974 in de centrale slagerij te Zaandam is het nog niet mogelijk gebleken een werkelijk optimaal produkti- viteitsniveau te halen. Een blijvende ergernis, vorig jaar uit gesproken, is het artikel 8 van de Vlees- keuringswet. Nog steeds moet de over heid uitvoering geven aan het voornemen dit overbodige, maar voor de werk uitvoering hoogst hinderlijke artikel, in te trekken. Deze maatregel laat nu al 11 jaar op zich wachten. Eind 1974 zijn we begonnen aan een pro ject. Samen met alle betrokkenen zullen we een manier van werken ontwikkelen, die in toenemende mate aansluit aan de wensen tot verbetering in de communicatie, vergroting van eigen inbreng in de werk situatie en een goed samenwerkings- patroon. Conform de plannen zijn we in 1974 gestart met een landelijk distributienet van gekoeld vervoer voor alle supermarkten. Dit loopt goed. Zij het dat we juist hier veel last ondervinden van eerder genoemd artikel 8 uit de Vleeskeuringswet. De invoering van het meermalig bruikbaar standaardfust blijkt een sterk kosten besparende maatregel te zijn. De enorme prijsstijgingen van papier en karton hebben deze investeringen achteraf nog extra gerechtvaardigd. Het distributiecentrum Tilburg zal medio 1975 een unit voor dagverse produkten in gebruik nemen. Ook hiervan is door integratie in het transport een beduidende kostenverlaging te verwachten. Voor de Albert Heijn supermarts en zelf bedieningszaken is het jaar 1974 niet makkelijk geweest. Over de minimum jeugdlonen en de prijsvoorschriften van de overheid spraken we reeds. Daarnaast heeft het discountgebeuren vooral het aan passingsvermogen en de flexibiliteit van deze winkelvorm op de proef gesteld. Wij menen geslaagd te zijn met onze maat- Albert Heijn Supermart Enkele kerncijfers: f 1.686.289.000 omzet filialen 10,2% stijging ten opzichte van 1973 403 vestigingen 202.616 m2 verkoopoppervlakte 8.865 personeelsleden werkzaam in de filialen, excl. part-timers, die minder dan 15 uur per week werken Terugblik op 1974 20

Jaarverslagen | 1974 | | pagina 22