Overige activiteiten
Sociaal beleid
Recreatie
Terugblik op 1973
De Vennootschap tot Exploitatie van
Recreatiecentra bv kreeg de nieuwe
naam Ostara bv. De naam is verbeterd
door verkorting, onze recreatie-activitei
ten zijn verbeterd door expansie.
Nu 3 terreinen in Nederland, terwijl druk
is gewerkt aan het nieuwe terrein in
Duitsland. Onze doelstelling daarbij is
niet slechts het beschikbaar stellen van
terrein, maar het bieden van een geva
rieerd recreatiegenoegen. Iedere bezoe
ker kan vinden waar hij naar zoekt in een
uitgebreid menu van mogelijkheden.
De uitwerking van deze doelstelling heeft
ook een gunstig effect op de exploitatie.
De recreatie-formule maakt de terreinen
ook buiten het in Nederland zo korte
vakantieseizoen aantrekkelijk.
De resultaten over 1973 zijn gunstig, zij
het iets gedrukt ten opzichte van vorig
jaar door aanloopkosten van nieuwe acti
viteiten.
Plannen voor 1974
In april 1974 is de opening van ons nieuwe
recreatiedorp te Wilsum, Duitsland. Een
uniek oord, 75 ha groot. Tussen glooien
de heuvels ligt het natuurbad. Aan de
rand een ontmoetingscentrum. Verder
een winkel, kiosken, speeltuin en talloze
sportfaciliteiten.
Na realisering van de eerste fase is er
plaatsingsmogelijkheid voor ruim 600
caravans en tenten.
En we gaan door; er liggen plannen voor
meer nieuwe recreatie-oorden.
Wij hebben de overtuiging, dat noch de
energiecrisis noch een eventuele stagna
tie in het reëel besteedbaar inkomen van
de consument, zullen leiden tot een te
ruggang van het bezoek. Integendeel. Wij
bewerken een nog lang niet verzadigde
markt.
Grootverbruik
Terugblik op 1973
Het afgelopen jaar heeft opnieuw be
vestigd, dat hier sprake is van een inte
ressante markt. De omzet van onze leve
ringen aan grootverbruikers is opnieuw
gestegen. In het licht van dit perspectief
is de verkooporganisatie kwantitatief en
kwalitatief versterkt om met meer kracht
in deze markt te penetreren. Uiteraard
had deze uitbreiding invloed op het kos-
tenpeil. De resultaten zijn daarom welis
waar positief, maar toch minder dan in
1972.
Verwachtingen voor 1974
We verwachten voortgaande groei van
deze markt. Het effect van de verhoogde
verkoopkracht moet er dus wel uitko
men. De resultaten over 1974 zullen dan
ook verbeteren.
Export
Verslechtering van de ruilvoet, onbere
kenbare valutaschommelingen, sterk ge
stegen grondstoffenprijzen hebben hun
uitwerking op de omzet niet gemist.
Bij een lagere omzet was het positieve
resultaat over 1973 dan ook lager dan
over 1972.
Melkbedrijven
1973 laten we achter ons met een gun
stiger resultaat dan over 1972. Er bestaan
geen plannen tot uitbreiding. Wij blijven
attent op het continueren van de goede
relatie met onze belangrijkste afnemer:
de Amerikaanse strijdkrachten in Euro
pa.
Ahold kent zijn grondslagen voor het per
soneelsbeleid. Daarin staat wat wij voor
ons personeel nastreven. De consequen
tie van zo'n vastgelegd beleid is, dat het
ons er voortdurend aan herinnert, dat wij
er nog niet zijn. Aan de andere kant
spoort het ons aan om onze ambities
waar te maken. Het moet geen papieren
tijger blijken.
Vanuit deze sfeer is ook 1973 te typeren:
er is veel bereikt, maar we zijn er bepaald
nog niet.
Wat is er zoal gerealiseerd en aangepakt
Een omvangrijk terrein vormde de inte
gratie van Simon en ETOS in ons concern.
Altijd ingewikkelde, soms ook pijnlijke
processen, die een zorgvuldige begelei
ding vragen. Organisatorische aanpassin
gen, verschuivingen van personeel, uni
formering van arbeidsvoorwaarden heb
ben veel tijd van voorbereiding en over
leg gevergd.
Bedachtzame invoering van de verande
ringen evenzeer. Terugziend mogen we
constateren, dat de integratie in een vlot
tempo en zonder storingen van betekenis
is gerealiseerd.
Intussen bereikte het totale personeels
bestand, mede door de overname van
ETOS, een nieuw hoogterecord: 15565.
Laten we een paar hoofdthema's van het
sociaal beleid achtereenvolgens kort
doornemen.
Arbeidsvoorwaarden
Over de zorgwekkende loonkostenstij
ging hebben we elders onze opinie al uit
gesproken. Hier nog het volgende als so
ciaal uitvloeisel van de minimum-jeugd
lonen.
Financieel zijn wij min of meer gedwon
gen deze minimum-jeugdlonen tevens
als maximum te beschouwen. Met andere
woorden: de mimte om te variëren met
de beloning naar individuele prestaties is
eigenlijk niet aanwezig. Dat past slecht in
onze opvattingen over verantwoord so
ciaal beleid.
Wij zijn er sterke voorstanders van om
bij gelijke functie en leeftijd, de betere
man of vrouw ook beter te belonen.
18