Vooruitzichten leningen tot een bedrag van f 772.000 en een aflossing van spaarobligaties van f 19.000. De leningen op korte termijn stegen met f 3.955.000, grotendeels door stijging van het bedrag der in omloop zijnde spaarzegels en cheques. Het saldo van het spaarfonds personeel bleef ongeveer op gelijk niveau. Begin 1970 zal van het totaal uitstaande bedrag circa f3.000.000 worden afgelost wegens opneming tegoed door het Pensioenfonds. De post crediteuren steeg met f 3.165.000. Een nadere detaillering van de saldi ultimo 1969 en 1968 volgt hieronder: uit. 1969 uit. 1968 Crediteuren en nog te betalen kosten f 70.476.000 f60.110.000 Achterstand betalingen 8.600.000 14.000.000 Te betalen interest 9.353.000 8.733.000 Te betalen vennootschaps belasting 5.820.000 8.332.000 Winstuitkeringen 6.341.000 6.250.000 f 100.590.000 f 97.425.000 Ook dit jaar ontstond er per ultimo van het boekjaar een tijdelijke achterstand in de afwikkeling van de betalingen, die in de eerste weken van het nieuwe boekjaar weer is ingelopen. Het normale bedrag aan crediteuren en nog te betalen kosten steeg met f 10.366.000, ofwel met 17%. Van invloed op deze stijging is het bedrag van de nog af te dragen B.T.W. De te betalen vennootschapsbelasting per ultimo 1969 is aanzienlijk lager dan per ultimo 1968. Ultimo 1968 waren er nog bedragen te betalen over boekjaren vóór 1968. De liquide middelen bleven nog ruim. Rekening houdend met de achterstand in de betalingen (f 8.600.000) en de af te lossen deposito's (f3.000.000), resteert er een bedrag van circa f 81.000.000. Hiervan is blijvend vastgelegd als kasmiddelen filialen etc. circa f 15.000.000, zodat dan per saldo beschikbaar is circa f 66.000.000 (ultimo 1968 f64.600.000). Voor het boekjaar 1970 en volgende jaren is er een investeringsprogramma, dat grote bedragen zal vergen. Met name de bouw van het nieuwe distributiecentrum, waarmede in de loop van 1970 zal worden aangevangen en waarvoor de voorlopige bouwkosten in de eerste fase op circa f 20.000.000 worden begroot, zal de beschikbare middelen doen dalen. Daarnaast zijn er voor de geplande nieuwe vestigingen in de filiaalsector, alsmede voor vervanging/uitbreiding van inventaris in de produktiebedrijven en distributiecentra grote bedragen vereist. Voor het boekjaar 1970 worden de investeringen, exclusief het nieuwe distributiecentrum geraamd op circa f 35.000.000. Hierin is niet opgenomen de verkrijging van terreinen voor toekomstige vestigingen en de bouwkosten daarvan. Vooralsnog wordt aangenomen, dat de financiering van deze projecten op andere wijze kan geschieden. Resumerend kan gesteld worden dat de liquide middelen, tezamen met de vrijkomende afschrijvingen en in te houden winst, vooralsnog voldoende zijn. In het boekjaar 1970 verwachten wij circa 18 supermarts te kunnen openen. Dit aantal is door een samenloop van factoren lager dan in de voorgaande jaren. Bovendien zal met de bouw begonnen worden van enige zelfbedieningswarenhuizen. Door de lange tijd van voorbereiding zal de opening niet vóór 1971 kunnen plaatsvinden. De bouw van de eerste fase van het tweede grote distributiecentrum zal medio 1970 aanvangen. Dit distributiecentrum zal eind 1971 in gebruik worden genomen. De bouw van het hoofdkantoor te Zaandam vordert inmiddels. Dit gebouw zal medio 1971 gereedkomen. Doordat de omzetten van de in de loop van 1969 geopende filialen in 1970 gedurende het gehele jaar zullen meetellen, verwachten wij dat de totale omzet, mede door de nieuwe filialen in 1970, weer belangrijk zal stijgen, hoewel procentueel minder dan in 1969. Voor de reeds langer geopende supermarts verwachten wij gemiddeld een hogere omzetstijging (exclusief prijsstijging) dan over 1969 te kunnen boeken. Voor de zelf bedieningszaken, in totaal gezien, zal dit waarschijnlijk niet mogelijk zijn. De ontwikkeling van het kostenpeil, die uitgaat boven de geraamde produktiviteits- stijging, vervult ons met zorg. Dit mede gezien in het licht van de prijsmaatregelen van de overheid. Indien de calculatiebeschikking 1969 11 gedurende het gehele jaar 1970 onverkort van kracht zou blijven, zal dit wederom een druk op de winstontwikkeling leggen. Gezien het bovenstaande is het ons niet mogelijk een verantwoorde prognose van de winst over het boekjaar 1970 te geven. Wij hopen, dat wij er tenminste in zullen slagen de netto winst op hetzelfde peil als over 1969 te houden. 18

Jaarverslagen | 1969 | | pagina 22