aan de algemene vergadering van aandeelhouders
In de jongste algemene vergadering van aandeelhouders, ge
houden op 21 juni 1966, is de heer Prof. Mr Dr G. M. Verrijn
Stuart als president-commissaris der vennootschap afge
treden. Als zodanig is hij opgevolgd door de heer Mr J.
Meynen. In diezelfde vergadering werden tot commissarissen
benoemd de heren Mr K. H. Gaarlandt te Assen en Mr H. N.
Wakkie te Rotterdam.
Volgens het door commissarissen opgemaakte rooster is thans
aan de beurt van aftreden de heer J. W. de Vries, alsmede de
heer Mr K. H. Gaarlandt, die door de vervulling van een tussen
tijdse vacature reeds thans aftredend is. Beide heren hebben
zich herkiesbaar gesteld.
De vergadering van houders van oprichtersaandelen heeft
geen bindende voordracht volgens artikel 16 lid 4 der statuten
ingediend, zodat Uw vergadering vrij is in haar keuze.
Voorgesteld wordt beide heren opnieuw te benoemen.
Het ligt in ons voornemen nog dit jaar een statutenwijziging
voor te stellen. Deze wijziging zal onder meer beogen het
mogelijk te maken aandelen met een nominale waarde van
f 20 uit te geven. Wij menen, dat daarmede de spreiding en
verhandelbaarheid van onze aandelen bevorderd kunnen wor
den. Overwogen wordt te zelfder tijd notering in eensgevend
geld aan te vragen.
In mei 1966 namen wij alle geplaatste aandelen in de Vlees-
warenfabriek J. Meester N.V. te Wijhe over. In verband hier
mede werden nominaal f 700.000 nieuwe aandelen in onze
vennootschap ondershands geplaatst tegen een koers van
620%.
Voor de door de vennootschap ingestelde studiebeurs bestond
zeer weinig belangstelling. Het 'Comité van Keuze' heeft dan
ook geen candidaat kunnen voordragen voor de toekenning
van de beurs. Wij menen, dat dit gebrek aan belangstelling
voor de beurs te wijten is aan het feit, dat in academische
kringen nog te weinig begrip leeft voor het belang van de
detailhandel. Wij zullen trachten dit begrip te stimuleren.
In het vorige verslag spraken wij de verwachting uit, dat wij
ook in 1966 een bevredigende procentuele omzetstijging
zouden kunnen behalen en dat wij daardoor de te verwachten
aanzienlijk hogere kosten zouden kunnen goedmaken.
Zowel de omzet als de netto winst hebben onze verwachtingen
overtroffen. Wij kunnen terugzien op een boekjaar met zeer
bevredigende resultaten.
De netto winst over 1966 is gestegen tot f 10.437.000 (vorig
jaar f7.214.000). De totaal verkoop aan derden bedroeg
f610.000.000 (vorig jaar f476.000.000), een stijging der
halve van 28%. De geldomzetten van PMC-artikelen zijn hier
bij niet medegerekend. De netto winst in procenten van de
omzet bedroeg 1,71 (vorig jaar 1,51
5