De liquiditeitspositie werd gunstig beïnvloed door het vrijkomen van aanzienlijke middelen
uit de verkoop aandelen N.V. Vami.
Ook werd in de eerste maanden van 1962 nog een bedrag van ca. ƒ2.700.000 nominaal
aan klantenobligaties uitgegeven. Zoals bekend hebben wij deze uitgifte omstreeks eind
januari 1962 beëindigd.
Het bedrag aan uitstaande spaarzegels bij klanten steeg onder invloed van het succes van de
P.M.C.-actie aanmerkelijk.
De vertraging in de uitvoering van de uitbreidingsplannen is uiteraard ook van invloed op de
liquiditeitspositie.
Overigens moet bij de beoordeling van de liquiditeitspositie rekening gehouden worden met
de achterstand, die uit. 1962 door de feestdagen is ontstaan in de betaling van de crediteuren.
Het crediteurensaldo is dan ook zeer hoog. Globaal kan deze achterstand op ca. 4.000.000
worden gesteld. Begin januari 1963 is deze achterstand weer ingehaald.
Hiermede rekening houdend is het beschikbare totaal aan liquide middelen te stellen op
ƒ28.000.000. Deze beschikbare middelen, tezamen met de vrijkomende middelen uit de
verkoop van de aandelen Patria, zullen voldoende zijn om de investeringsplannen voor
1963 te financieren. Het ligt, mede door de onzekerheid ten aanzien van de realisatie
mogelijkheid van de plannen, niet in het voornemen reeds in het lopende jaar een beroep op
de kapitaalmarkt te doen.
Over de vooruitzichten voor de naaste toekomst is het moeilijk concrete verwachtingen uit
te spreken. Met name de voortdurende kostenstijging, die slechts in incidentele gevallen
in de prijzen doorberekend kan worden, is een onzekere factor. Ons streven is er op gericht
enerzijds de kostenstijging zoveel mogelijk te beperken, anderzijds de onvermijdelijke stijging
door verhoging van de produktiviteit op te vangen. Verder moeten wij er rekening mee
houden, dat in sommige gevallen de uitbreidingsinvesteringen eerst na een aanloopperiode
het verwachte rendement zullen opleveren.
Hoewel de gevolgen van de strenge vorstperiode de uitkomsten in sommige sectoren, met name in
het consumptiemelkbedrijf en het restaurantbedrijf incidenteel nadelig beïnvloedden, waren de to-
taalresultatenover de eerste maanden van hetlopendeboekjaarinvergelijkingmetvorigjaaroppeil.
Met name de omzetontwikkeling in het detailbedrijf droeg hiertoe bij. Deze indicaties inacht-
genomen, ontwikkelden de resultaten over het boekjaar 1963 zich tot dusver bevredigend.
tt
