Aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Albert Heijn N. V. te Zaandam
PRAE - ADVIES VAN COMMISSARISSEN
ij bieden U hierbij aan de door de Raad van Bestuur opgemaakte balans per 31 december 1961
met toelichting, alsmede de bijbehorende resultatenrekening over 1961.
Wij kunnen ons met deze jaarstukken verenigen en stellen U derhalve voor:
a. De jaarrekening over 1961 goed te keuren, hetgeen tevens inhoudt décharge van de Raad van Bestuur
voor het gevoerde beheer en van het College van Commissarissen voor het door hen uitgeoefende
toezicht;
b. Het dividend voor de gewone aandelen te bepalen op 12%, waarvan 10% desgewenst in aandelen,
en voorts de winstverdeling vast te stellen volgens het voorstel van de Raad van Bestuur.
De heren G. Heijn, J. Heijn en J. W. de Vries hebben in verband met de door hen bereikte leeftijd de
wens te kennen gegeven de tot dusverre door hen vervulde functie neer te leggen. Wij betuigen gaarne
onze grote erkentelijkheid voor het vele en goede, dat de aftredenden gedurende een lange reeks van jaren
in het belang van onze vennootschap hebben verricht. Indien de hieronder vermelde voorstellen door Uw
vergadering worden aanvaard, zullen wij het ons een groot voorrecht achten nog vele jaren met de thans
aftredenden in ons college te mogen samenwerken en op hun omvangrijke kennis van onze zaken een
beroep te mogen doen.
De vergadering van houders van oprichtersaandelen heeft thans het aantal leden van de Raad van Bestuur
op grond van artikel 9 lid 4 der statuten vastgesteld op vier. Aangezien deze vergadering heeft afgezien
van haar recht tot het opmaken van een bindende voordracht, stellen wij U voor tot lid van de Raad
van Bestuur te benoemen de heren A. Heijn Jzn., G. J. Heijn, ir. H. Glazenburg en D. Vethaak.
De vergadering van houders van oprichtersaandelen heeft voorts het aantal commissarissen vastgesteld
op zeven. Ook hiervoor is geen bindende voordracht opgemaakt. Wij stellen U daarom voor te benoemen
tot commissaris de heren G. Heijn, J. Heijn en J. W. de Vries. Over de daarna overblijvende commissaris
plaats zal U nog een nader voorstel worden gedaan.
DE COMMISSARISSENG. M. Verrijn Stuart
J. Meynen
M. PVoute
ZAANDAM, JUNI 1962
