De huismerken van AH zijn een stuk goedkoper dan de A-merken, maar mogen daar qua kwaliteit absoluut niet voor onderdoen. Voordat nieuwe huismerkproducten in de schappen staan, worden dan ook mensen van de straat gevraagd om ze uit te proberen. Het hele jaar door, zes dagen per week en op zes verschillende testiocaties. Aha proefde een keer mee. graag! enk maar niet dat er op de zes test iocaties iets van AH te merken is. De naam Albert Heijn en het AH-logo zijn in geen velden of wegen te bekennen. Ook niet op de geplastificeerde bordjes die de interviewers aan een koordje om hun nek dragen. Daarop staat alleen 'Wij vra- gen slechts uw mening'. Wie door de intervie wers op straat benaderd wordt om mee te wer- ken aan een producttest, weet dus niet dat hij of zij dat doet voor een nieuw huismerkproduct van AH dat misschien straks in de schappen staat. En is dus ook niet bevooroordeeld. Op een koude maandagochtend wacht AH-marktonderzoeker Marie-Christien Boll ons op in een testlocatie. In verschillende hokjes laten de interviewers mensen proeven van een van de vier producten die vandaag worden getest: rooibosthee, pizza met zeeffuit, tropische-vruchtensap en vissalade. Marie- Christien: 'We testen altijd meerdere producten per dag. Want stel dat je maar een product hebt en mensen gebruiken dat niet, dan moet je ze laten gaan. Zonde, als ze wel in de doelgroep vallen.' De doelgroep? 'Testpersonen moeten gebruiker zijn van het product en binnen de leeffijdscategorie 18 tot 35 jaar of 36 tot 55 jaar vallen. Ook letten we op de man-vrouwverhou- ding: 30 procent van de proevers zijn mannen, zeventig procent vrouwen. Die verhouding is gelijk aan de sekseverhouding van mensen die boodschappen doen. En om helemaal een representatief beeld te krijgen: elk product wordt door tachtig verschillende mensen getest, op drie verschillende locaties.' Elk product wordt beoordeeld ten opzichte van maximaal drie andere soortgelijke producten. Bijvoorbeeld van een A-merk of een huismerk van een andere supermarkt. Over elk product worden vier standaardvragen gesteld, met betrekking tot de geur, het uiterlijk, de smaak en het eindoordeel. Een zogenaamde Quick Panel Test (QPT). Tara Claessen (19)* is net klaar met het proeven van vier soorten rooibosthee. 'Ik heb nooit eer- der aan zoiets meegedaan, maar vond het heel leuk. Thuis drink ik ook rooibosthee, dus ik was benieuwd. De laatste thee vond ik het beste. Die had een wat sterkere smaak en het leek wel of er iets van kaneel bij zat. Dat vond ik wel lekker.' Nico Laverman (53)* heeft vier verschillende pizza's geproefd. Maar eigenlijk is hij over niet een pizza echt tevreden. 'De tweede vond ik wel het beste smaken, maar ik zou'm zeker niet kopen. Eigenlijk zagen ze er geen van alle aantrekkelijk uit. Het waren typisch van die diepvriespizza's. Ze hadden ook allemaal zo'n viezige substantie die vastgeplakt zat op de bodem.' Nieuwe producten die zijn 'afgetest', ofWel als 'niet goed' zijn bestempeld, krijgen nog een tweede kans. Daarvoor wordt de ene keer een gewone QPT gebruikt, terwijl de andere keer een QPT Extra wordt ingezet. Marie-Christien: 'Met de QPT Extra vragen we dieper door. Soms willen we weten waarom een bepaald product niet goed bevonden wordt. Ligt het bij voorbeeld aan het zoutgehalte? Dan kunnen we er wat meer of minder zout in doen. Zo wordt het afgeteste product verder ontwikkeld en kan het uiteindelijk alsnog in het schap belanden.' In 2006 werden 500 huismerkproducten getest, waarvan driekwart uiteindelijk in de winkel kwam te liggen. Hoeveel producten de tests van 2007 doorstonden, is nog niet bekend, maar het zullen er ongetwijfeld meer zijn. Tenslotte zijn er het afgelopen jaar ook veel meer pro ducten getest: een krappe 1000! Overigens is de ambitie dat dit aantal in 2008 ook weer ruim overschreden gaat worden: het testen van de huismerken wordt voor AH steeds belangrijker. Dat eist de nodige flexibiliteit en aanpassing in het hele testproces. Zo werd heel lang gewerkt met drie testiocaties, maar zijn daar halverwege 2007 nog eens drie testiocaties bijgekomen, alleen voor het AH-huismerk. Anders hadden er nooit 1000 producten getest kunnen worden. Natuurlijk willen we ook zelf ervaren hoe een test in z'n werk gaat. Met de vissalade graag. In een hokje neemt de interviewer plaats tegen- over ons en zet een schoteltje met salade op tafel neer. 'Wat vindt u van de geur?' luidt vraag een en we krijgen verschillende keuzemoge- lijkheden. We ruiken en ruiken vooral krab en mayonaise. Dus die geur, die gaat wel. 'Wat vindt u van het uiterlijk?' gaat de interviewster verder. We kijken nog eens goed naar ons scho teltje. Echt aantrekkelijk ziet de salade er niet uit, dus ook nu is ons antwoord: 'Gaat wel.' Dan mogen we proeven. Nu hoeven we er niet lang over na te denken. 'Mmm, dit is lekker zeg!' Tot slot wordt ons gevraagd naar ons eindoordeel. Als we kijken naar het totaal, wat vinden we dan van de vissalade? We ruiken, kijken en proeven nog een keer, maar eigenlijk weten we het al. Wat ons betreft vinden we deze salade straks terug in de winkel! En nu maar hopen dat de andere 79 proefpersonen het met ons eens zijn! De namen van de proefpersonen zijn gefingeerd om objectiviteit te waarborgen 10

Personeelsbladen | 2008 | | pagina 10