de waan van de dag’ r ‘Ik ben ook met mijn eigen historie bezig’ 4" Henk Kouwenhoven, medewerker museumbeheer: 11 Aha t f bespreekt dit periodiek met hen. Hoe bepalen ze waarin wordt belegd? ‘We kijken vooral naar trends op de lange termijn. Welke bedrijfstakken zullen het naar verwach ting goed blijven of gaan doen? De energie sector ziet er bijvoorbeeld veelbelovend uit, maar de verwachtingen over telecombedrij- ven zijn weer minder gunstig. Binnen die sectoren bepalen we vervolgens zorgvuldig in welke ondernemingen we willen beleggen aan de hand van diverse economische criteria. We lezen heel veel nieuws en volgen de eco nomische en politieke situatie over de hele wereld. Dat maakt ons werk zo enorm boei end en afwisselend!’ Na een winkelloopbaan van ruim dertig jaar maakte Henk Kouwenhoven zo’n twee jaar geleden een wel heel bijzondere overstap. Hij werd beheerder van het historisch depot van Albert Heijn, dat naast de Albert Heijn Museumwinkel een belangrijke rol vervult in het bewaren van het Albert Heijn-erfgoed. ‘Ik dacht eerst: wat moet ik met al die toeristen, ik spreek geen woord Japans’, herinnert hij zich. ‘Maar het depot zit in een heel ander gebouw en is niet opengesteld voor publiek. Het is een ruimte van 300 m2 groot, die tjokvol staat met ^Pllerlei objecten en papieren die te maken hebben met Albert Heijn.’ Het depot is gehuisvest in de voormalige ‘Hagelslagruimte’ van de AHOLD Coffee Company. Hagelslag zul je er niet meer vinden, maar spullen die voor Albert Heijn van historische waarde zijn des temeer. De officiële missie van het depot luidt: ‘Het gericht verzamelen van objecten en documenten die kenmerkend zijn voor het winkelbedrijf.’ Zoals oude koffie molens en weegschalen, door mijnheer Heijn ‘himself’ nog gebruikt. Er zijn vleeswarenma chines, prijsstempels, vijftienduizend zwart- witfoto’s, twaalfduizend dia’s, films en video’s. Met ondersteuning van het Noord-Hollands Museaal Perspectief wordt al het fotomateri aal nu opnieuw opgeborgen in speciaal zuur vrij materiaal om beschadiging tegen te gaan. ‘Uniek materiaal’, volgens Kouwenhoven. De moderne tijd laat z’n sporen na in het depot. ‘Toen ik hier kwam was men al voorzichtig begonnen met het digitaliseren van de gehele collectie. Een enorme klus, die nog in de kinderschoenen stond. Maar toen begon het te groeien, mede dankzij alle enthousiaste vrijwilligers die hier dagelijks komen helpen. Alles wordt beschreven en gefoto grafeerd en uiteindelijk op een speciale website gezet.’ Een belangrijk deel van de collectie wordt gevormd door documenten. ‘Kijk, hier is de eerste instructie voor filiaalchefs uit 1920, door mijn heer A. Heijn, nog handgeschreven’, laat Kouwenhoven zien. ‘Het zijn welgeteld zestien opdrachten. Bijvoorbeeld dat chefs op maandag vóór 13.00 uur het geld moesten storten op een postcheque- en giro rekening. Was dat in orde, dan was je in zijn ogen een goede chef. Als je dat vergelijkt met de stapels instructies waar supermarktmanagers zich nu doorheen moeten worstelen. Alles wat ooit gepubliceerd is op het gebied van personeel, winkels en assortiment vindt een plaatsje in het depot. Zoals een vier meter hoge stellingkast met alle ver schenen AllerHandes. ‘Ik ben hier dagelijks met mijn eigen historie bezig. Allerlei din gen komen voorbij waar ik in de loop van de tijd zelf ook mee te maken heb gehad. Dat is echt fantastisch!’ Anders gezegd: je verdeelt je eieren over meer dere mandjes.’ Het geld in de pensioenpot is verdeeld over verschillende soorten beleggingen. Bijna de helft zit in aandelen, 40 procent in obligaties, 10 in vastgoed en de rest in overige catego rieën. De aandelen zijn weer gesplitst naar verschillende regio’s in de wereld. Huizings afdeling beheert zelf het deel (75 procent) dat Europa is belegd. Aan externe vermogens beheerders is het resterende deel uitbesteed: 12,5 procent in Amerika, de rest in de Pacific en de zogenaamde opkomende landen. Huizing houdt in de gaten wat de resultaten van in- en externe beleggers opleveren en

Personeelsbladen | 2006 | | pagina 11