Koopmanschap is een woord dat steeds vaker valt binnen Albert Heijn. Maar wat betekent het eigenlijk? De dikke Van Dale helpt je niet veel verder: ‘handelsgeest’ wordt het daar genoemd. Aha ging op onderzoek uit. 5 Aha Ton Keijser, VS op de kaasafdeling AH 1594: Thomas de Groen, vm vers ah 1594: Marcel Hamers, sm ah 1594: Dick Steur, eigenaar van een viskraam op de Albert Cuijpmarkt: Theo Willemse, hoofd Winkelorganisatie: maakt mij los? ‘Ik heb veertig jaar ervaring in mijn eigen kaas- en wijnwinkel ach ter de rug. De basis voor koopmanschap is kennis van de produc ten die je verkoopt. Weten waar je over praat. Als je mensen kunt vertellen hoe je iets klaar kunt maken en wat je erbij kunt drinken, lan heb je een meerwaarde. Koopmanschap is initiatief nemen. Durven te verkopen. Eigenlijk ben je al een goede koopman als je winkel goed vol is.’ ‘Bij Albert Heijn is koopmanschap natuurlijk wel begrensd. Je gaat gewoon mee in de worpen en acties die landelijk gevoerd worden. Maar soms wil je lokaal opereren. Wij zijn bijvoor beeld echt een mandjeswinkel, en een actie zoals de hamster weken past hier gewoon niet. Mensen kunnen hier nauwelijks parkeren, dus nemen ze gewoon niet zoveel mee. Hoezo ham steren? Wat dat betreft kun je hier beter lichtere producten aanbieden. Drie pakken koekjes nemen klanten makkelijker mee dan drie keer twee kilo wasmiddel. Toch zie ik wel wat in het bijzonder maken van het gewone. Maar we hebben onze beperkingen. Bij acties, maar ook in het assortiment. Sommige producten mogen we hier domweg niet verkopen, ook al zou den we willen. Grote Parmezaanse kazen bijvoorbeeld. Die zie je alleen bij de grotere Albert Heijn-winkels.” ‘Ik vind koopmanschap bij Albert Heijn geen geschikte term. Eigenlijk past het begrip excellente executie beter. Met een per- o <75 LU LU Q3 O LU <t O o Tets verderop staat nog een viskraam van ons. Daar staan we al twintig jaar en daar komen de klanten vanzelf. Hier moeten we ons nog bewijzen. We hebben deze plek erbij genomen, om de concurrentie voor te zijn! Koopmanschap? Tja, dat is toch gewoon een kwestie van goede spullen en een mooie presentatie.’ ‘Als je naar de markt kijkt, kun je veel leren van de manier waar op marktkooplieden producten aan de man brengen. Zo laten ze hun klanten veel proeven. En als ze bijvoorbeeld sinaasappels zonder pitten hebben, snijden ze die in tweeën zodat je het met eigen ogen kunt zien. Verder besteden ze veel aandacht aan de productpresentatie. Daar zouden wij als Albert Heijn een voor beeld aan moeten nemen. Koopmanschap is overigens niet hetzelfde als ondernemerschap! Dat misverstand wil ik graag uit de wereld helpen. Koopmanschap is tweeledig. Ten eerste het bijzondere gewoon maken. Dat is wat we vanuit het hoofdkantoor proberen te doen. Met nieuwe recepten en communicatie via bijvoorbeeld AllerHande. Ten tweede het gewone bijzonder maken. Dat is het terrein van de winkels. Dat kun je doen vanuit het product door met jouw kennis tips te geven aan klanten. Of door de service af te stemmen op de klant. Dan kun je klanten attenderen op bepaalde producten en alternatieven. Of je kunt ze eens iets nieuws laten proeven waardoor ze ontdekken hoe bijzonder het gewone kan zijn. Als je de basis in orde hebt, is koopmanschap echt voor iedereen in de winkel weggelegd.’ W e bezochten AH 1594 aan de Stadhouderskade in Amsterdam. 1 )e achteringang kijkt uit op de BI J Albert uiipmarkt. I en Albert I Icitn-w inkel zo ^B dicht bij de bekendste markt van Nederland moet haast wel een heldere visie op koopmanschap hebben. fecte uitvoering van de acties en de worpen die je krijgt aangele verd, ben je een prima koopman. Wij bestellen nu met acties steeds wat meer. En steeds wordt het verkocht. Dat is het resul taat van een perfecte uitvoering. Maar dat moet in de hele keten zo zijn. Krijg je bijvoorbeeld maar 85 procent van je bestelling uitgeleverd, dan frustreert dat. Ook daar moet men excellent wil len zijn in de uitvoering.’

Personeelsbladen | 2004 | | pagina 5