AHOLD EN DE EURO
L
m
«O-
OMREKENEN
OPLEIDING
DRIE VOORDELEN VAN DE EURO
itfOLD FLITSEN MEI 1998 -
0£y«o
CjEURQ
100IV55?
,20'^
50 mttA. -j
100'?"?
Sjaak Duin: 'We krijgen het het drukst in 2001'
Begin deze maand stonden de kranten bol van berichten over de euro: op
2 mei werd de Economische en Monetaire Unie opgericht en werd Wim
Duisenberg gekozen als eerste president van de Europese Centrale Bank. Als je
in de winkel werkt, lijkt het politieke spel rond de euro misschien ver weg.
Maar da's een vergissing. Achter de schermen bereiden Albert Heijn, ETOS en
De Tuinen, Ahold-Pensioenfonds, GVA, Jamin en andere Ahold-onderdelen
zich voor op de komst van de nieuwe munt. Flitsen praat je bij.
Sinds medio 1997 beschikken
de werkmaatschappijen over
drie specialisten die uitzoeken
hoe de winkels straks het beste
kunnen overgaan op de euro, en
wat daar precies voor moet wor
den gedaan. Coördinator van
dit mega-project is Sjaak Duin.
'Op onze kalender tot 2002
staan verschillende activitei
ten', zegt hij. 'We krijgen het
het drukst in 2001, maar op dit
moment zitten we ook niet stil.'
Duin doelt op het voorbereiden
de werk: het overleg met aller
lei organisaties bijvoorbeeld,
die vóór november 1998 onder
andere beslissen hoe de guldens
uit de roulatie worden geno
men. Krijgen de winkels hier
een taak in? Het is in Ahold's
belang om de periode waarin de
euro en de gulden naast elkaar
rouleren zo kort mogelijk te ma
ken. Ook hebben de automati
seerders en de inkopers nu een
volle agenda. De systemen moe
ten immers klaar zijn voor zo
wel de euro als het jaar 2000
(een lastig getal voor veel com
putersystemen), en de inkopers
overleggen met de leveranciers
over zaken als prijzen en statie
geld in euro.
Over de winkelstrategie wordt
nu hard nagedacht. 'Kijk', zegt
Sjaak Duin. "Waar we op uit
zijn, is dat de klant straks ver
trouwen krijgt in de nieuwe
munt. We moeten laten zien dat
de europrijzen kloppen. Ook
moet de klant er vanaf het be
gin makkelijk mee om kunnen
gaan. De speciaalzaken, maar
vooral Albert Heijn, krijgen
daar een heel belangrijke rol in.
Voedsel koop je immers een
aantal keer per week, en be
taal je vaak contant. De klant
wil in het begin bedragen kun
nen vergelijken. Als die appels
f 3,99 kosten, hoeveel euro is
dat dan??? We zullen de klant
gaan helpen met het omreke
nen.'
De eurospecialist ziet het al
voor zich: winkelmedewerkers
die met omrekenmachientjes
klanten bijstaan, caissières die
feilloos eurocenten terugge
ven... 'Natuurlijk komt er per
werkmaatschappij een oplei
dingsmodule', zegt hij. 'Met na
me de mensen die met de kassa
werken, moeten van te voren
goed zijn ingewerkt. En verder
zijn er heel veel "weetjes': over
het statiegeld bijvoorbeeld, over
de samenstelling van de kas
sabon en het omrekenen naar
nieuwe bedragen. Die modules
zijn in de tweede helft van 2001
beschikbaar voor de winkel.'
1Straks hebben elf Europese landen dezelfde munteenheid. Als
je met vakantie naar Spanje gaat, hoef je niet meer met allerlei
ezelsbruggetjes uit te rekenen hoe duur je biertje was op dat
leuke terras, en hoeveel je nou eigenlijk hebt betaald voor dat
shirt met die stier erop. Niet alleen voor de klant is het handig,
ook voor de handel. De buitenlandse prijzen zijn 'doorzichtig'
geworden.
2. Plotselinge waardevermindering van bijvoorbeeld de peseta
ten opzichte van de gulden, is er straks niet meer bij. Daardoor
is er minder risico bij importeren en exporteren.
3. Er komt één grote financiële markt, die qua sterkte wel wordt
vergeleken met de dollar. Ook dat geeft zekerheid in de
handel.
1995:
Tijdens een Europese Top in Madrid wordt de naam Euro
gekozen door de regeringsleiders van de lidstaten van de
Europese Unie.
2 MEI 1998:
Onderlinge wisselkoersen tussen de EMU-landen worden
afgesproken;
De Economische en Monetaire Unie wordt opgericht en de
regeringsleiders leggen vast welke landen meedoen.
NOVEMBER 1998:
Banken, winkelorganisaties, de overheid beslissen op welke
manier de euro in 2002 wordt ingevoerd;
Eén mogelijkheid: al het 'oude' geld kun je inleveren bij de
bank; in de winkel betaal je alleen met euro's.
1 JANUARI 1999:
De waarde van de euro is definitief (rond f 2,22);
je kunt je bankrekening laten omzetten naar een
eurorekening;
De beurs noteert voortaan de koers -ook die van Ahold-
in euro's;
Je AH Vaste Klantenfonds blijft in guldens tot 2002.
VANAF JANUARI '99:
Inkopers van Ahold in Nederland, Spanje en Portugal
maken afspraken met leveranciers. Met sommige
leveranciers zal voortaan al in euro's worden
afgerekend.
MIDDEN '99:
In België en Duitsland kunnen klanten al in euro's pinnen;
In Nederland kan dat pas vanaf 2002. Vooral grenswinkels
en vakantiewinkels krijgen daarmee te maken.
2001:
De winkel bereidt zich voor op de komst van de euro.
NAJAAR 2001:
Opleidingsmodules zijn in de winkel.
1 JANUARI 2002:
De euro wordt wettig betaalmiddel in alle elf EMU-landen;
We helpen de klant met omrekenen van gulden
naar euro's;
Het winkelwagentje is voor de euromunt aangepast-
de winkelhelpdesk opent extra lijnen voor vrager-
Salarissen en pensioenen worden in euro's uitbetaald.
JULI 2002: (UITERLIJK)
De gulden (en de Italiaanse lire, de Duitse mark,
de Franse franc etc.) is geen wettig betaalmiddel meer.
IMAAR ZE HADDEN WEL ÉÉN MUNT VOOR HEEL EUROPA)
ZO'N 2000 JAAR GELEDEN HAD EUROPA ÉÉN MUNT: DE RO
MEINSE SESTERTIE. MET DE TELOORGANG VAN HET ROMEINSE
RIJK VIEL EUROPA UITEEN IN HONDERDEN KLEINE GEBIEDJES.
EEN GEMEENSCHAPPELIJKE MUNT WAS LANGE TIJD VÉR UIT
ZICHT. DE EURO BRENGT ELF LANDEN WEER DICHT BIJ A
ELKAAR. jM
DE VOLGENDE LANDEN VAN EUROPA
NEMEN DEEL (VANAF 1 JAN UARI1999)
AAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE WH
UNIE (EMU):
NEDERLAND. DUITSLAND. FRANKRIJK.
ITALIË. SPANJE. PORTUGAL.
OOSTENRIJK. BELGIË. LUXEMBURG. IERLAND.
FINLAND.
Straks zijn er acht euro-munten en zeven euro-biljetten. De euro
munten hebben de waarden: 1 cent, 2 cent, 5 cent, 10 cent, 20 cent,
50 cent, 1 euro en 2 euro.
De euro-biljetten hebben de waarden: 5 euro, 10 euro, 20 euro,
50 euro, 100 euro, 200 euro en 500 euro.