'VIJF FLESSEN WIJN KOOP JE
EERDER ALS JE KUNT PINNEN'
4-
EDDIE MOERK (49) maakt sinds 1 maart deel uit van de Raad van Be
stuur. Tot zijn aandachtsgebieden behoren de speciaalzaken (Gall Gall, Jamin, Etos, De Tuinen)
en de produktiebedrijven (Marvelo, Meester, Albro, Vaco). In de VS is hij verantwoordelijk voor de
vastgoed-activiteiten. Een nadere kennismaking met de tweede Scandinaviër in de RvB.
Eddie Moerk, lid Raad van Bestuur:
'Meer lokale
acties, daar gaan
we naar toe'
Plastic kaartje
Koek-en-zopie
Winkelsfeer
'Er moet
meer fun in
onze winkels
Strategisch
'We kunnen
nog meer doen
voorde klant'
AHOLD FLITSEN NOVEMBER 1994
Een internationaal burger. Zo voelt hij zich. Gebo
ren in Noorwegen, gestudeerd in Engeland en
Frankrijk. Hij werkte in België, Nederland en
Amerika. Hij was betrokken bij de opzet van de eer
ste Pepsi-fabriek in China. Hij was president van Ca
nada Dry in de Verenigde Staten. Vijf jaar geleden
kwam hij als baas van Campbell Biscuits terug naar
Europa. En nu dus Ahold.
Ik werd benaderd via een head
hunter. Het was voor mij een be
langrijke beslissing. Ik heb mijn
hele carrière aan de fabrikanten
kant gezeten. Dan is dit toch een
verandering en daarom juist zo'n
uitdaging.' Engels is zijn eerste
taal, Frans zijn tweede en Neder
lands zijn derde. Noors, zijn moe
dertaal, komt
pas op de vierde
plaats. 'Ontwor
teld? Ach, je
kunt niet alles
hebben. Mijn fa
milie en vrien
den, dat zijn
mijn nieuwe
roots. Ik heb er
wel een interna
tionaal perspec
tief voor terug
kregen. Dat
heeft voor mij ontzettend veel
waarde. Je voelt je een wereldbur
ger en dat is een richting waarin
we ons steeds verder aan het ont
wikkelen zijn.'
Zijn eerste indruk van Ahold: 'Een
fijne onderneming met een uitste
kende organisatie. Ik heb me ero
ver verbaasd dat er zoveel slecht
management in deze branche zit.
Bij Ahold niet. Het is een profes
sionele club. Ahold heeft ook een
hele open cultuur. Er wordt goed
samengewerkt. Vind ik leuk. En
onze medewerkers weten hier heel
goed hoe ze een winkel moeten
runnen. Een andere succesfactor
die voor Ahold zeer belangrijk is:
nieuwe ideeën, innovatie. Dat is
fundamenteel.' Maar in acht
maanden Ahold heeft Moerk ook
gezien dat er nog wel wat verbe
terd kan worden. 'We kunnen nog
meer doen voor de klant. Je kunt
nooit stilzitten. Je moet weten wat
er gebeurt. Daar moet je gevoelig
voor zijn. De
klant wordt
steeds belangrij
ker als je num
mer één bent. Ie
dere dag moet je
je afvragen hoe
we het beter
kunnen doen. En
het kan beter.
Neem elektro
nisch betalen. De
hele wereld be
taalt meer en
meer met een plastic kaartje. Die
moet je overal kunnen gebruiken.
Ook bij onze winkels. Vijf flessen
wijn koop je makkelijker als je
kunt pinnen. Je moet voortdurend
investeren. Dat kost geld, maar
dat krijg je terug.'
Het nieuwe RvB-lid is een warm
pleitbezorger voor lokaal onderne
mersschap. Dat biedt volgens hem
de beste mogelijkheden om klan
ten te binden. De Gall Gallerie
in Wassenaar, de slijterij waar re
gelmatig exposities plaatsvinden
(zie Flitsen oktober), vindt hij een
uitstekend voorbeeld. 'Er moet
meer fun in onze winkels. Als een
klant kan kiezen tussen twee win
kels met dezelfde prijzen, dan
kiest-ie toch de winkel die het
leukst is. Dat
kun je niet van
uit de top sturen.
Het moet van de
winkelmedewer
kers zelf komen.
De mensen in de
winkels gaan
meer verant
woordelijkheid
krijgen. De direc
ties werken daar
hard aan. Dat is
beter voor de
klant en beter voor de business.
En het geeft ook veel meer voldoe
ning. Meer lokale acties, daar gaan
we naar toe. Een koek-en-zopie
tent op het ijs. Dat soort dingen.
Minder van bovenaf opgelegd,
maar juist vanuit de winkels zelf
aangezet, omdat het goed is voor
onze business en omdat de klanten
er positief op reageren.'
Voor Speciaalzaken Ahold (SpA),
een van zijn specifieke aandachts
gebieden, ziet Moerk in dit kader
twee belangrijke ontwikkelingen
die door het ma
nagement wor
den nagestreefd.
'De structurele
kosten zijn te
hoog in vergelij
king met de con
currentie. Dat
wordt nu aange
pakt. En we zou
den een betere
job kunnen doen
in winkelsfeer.
Het speciaalza-
kenkarakter moet versterkt wor
den. Waarom gaat iemand naar
Gall Gall? Omdat-ie daar iets
kan krijgen dat-ie ergens anders
niet kan krijgen. Dat moet verder
uitgebouwd worden. Etos wil een
positie in het midden van de
markt. Niet te luxueus en niet te
discountachtig. Etos is bezig zijn
formule nog ver
der uit te bou
wen en te ver-
duidelijken.
Voor Jamin
geldt hetzelfde.
Het imago en de
merknamen van
de speciaalzaken
zijn uitstekend.
Daar liggen goe
de kansen om
het nog weer be
ter te doen.'
Over de Ahold-produktiebedrijven,
een ander specifiek aandachtsge
bied van Moerk: 'De essentie is dat
ze van strategisch belang zijn voor
Albert Heijn. Maar wat strategisch
is, is aan tijd gebonden. Daarom
moeten ze doorgaan met innova
ties. Je kunt niet concurreren als
je stilzit. Onze produktiebedrijven
moeten Albert Heijn beter van
dienst kunnen zijn dan andere le
veranciers. Ze moeten Albert Heijn
helpen om meer te verkopen. Op
dat gebied valt er nog veel te doen.
Door meer aan
de consument te
denken bijvoor
beeld. De pro
duktiebedrijven
moeten nieuwe
en betere pro-
dukten ontwik
kelen, zelf on
derzoek doen en
dan tegen AH
zeggen: "Hier
heb je ons nieu
we produkt en
dit zijn de testresultaten waaruit
blijkt dat het door de consument
wordt geprefereerd." Op die ma
nier geef je inhoud aan een echt co-
makership.'