'Electronische media en regionale verscheidenheid gaan winkelbeeld bepalen' Ahold-president Pierre Everaert: 3 AHOLD JAARBEELD 1991 De electronische media zijn in opkomst en werken in een super markt wordt steeds aantrekkelijker, vooral voor degenen die graag wat extra's doen. Ahold-president Pierre Everaert blikt in zijn glazen bol en voorspelt voor de komende jaren veel verande ringen in de winkel. Hoe zou u het jaar 1991 willen karakteriseren? Het resultaat stemt overeen met de verwachtingen die we aan het begin van het jaar hadden. En wanneer we alle bui tengewone omstandigheden van het afgelopen jaar in aanmerking nemen, ben ik zeer tevreden. Aan het begin van het jaar was er de Golfoorlog, we hebben met Tops een grote overname gedaan, we hebben te maken gehad met een recessie in Amerika, de loonkosten in Nederland zijn sterk gestegen, en bij GVA hebben we een organi satie-aanpassing doorgevoerd om een totaal service-pakket te bieden en het resultaat in de komende ja ren op te krikken. Met een winst- I toename voor het concern van I ruim 13% hebben we het daarom zeer goed gedaan. En wat ik heel I plezierig vind is dat de bereidheid bij de mensen van de verschillende bedrijfsonderdelen om aan die Ahold-kar te trekken enorm is. Misschien omdat we sterker dan j voorheen een open communicatie 1 hebben. Wanneer er bij ons, bij de j ondernemingsraad of bij de werk- I maatschappijen onvrede ergens I over is, wordt er sneller over ge sproken. We hebben momenteel al le neuzen in de goede richting, en ik maak dan ook graag van deze gelegenheid gebruik om namens de Raad van de Bestuur alle mede werkers, waar ook werkzaam bin- j nen Ahold, te bedanken voor hun I bijdrage aan dit resultaat. Het lijkt of recessies nauwe lijks vat krijgen op de levens middelendetailhandel, dat er in goede en in slechte tijden al tijd goed verdiend kan worden. Is dat zo? Ja, je kunt wel stellen dat de bedrijven in bijvoorbeeld de auto-industrie, consumentene- j lectronica of toerisme gevoeliger zijn voor recessies. De mensen moeten nu eenmaal blijven eten. Maar het is niet zo dat het auto matisch goed blijft gaan in food. Van belang is dat de supermarkten in tijden van recessies de kosten, het assortiment en de service goed in de hand houden. De kunst is om mensen die minder te besteden hebben toch datgene te bieden waar ze tevreden mee zijn. Wan neer biefstuk voor de mensen te duur is, biedt ze dan een hambur ger met biefstuksmaak en een lek ker sausje erbij. Je moet voortdu rend mee blijven denken met de klant, daar gaat het om. BI-LO, Giant-, Finast en Tops, die gecon fronteerd werden met een recessie het afgelopen jaar, hebben bewe zen dat ze die kunst verstaan, en bovendien houden ze de kosten on der controle. Wanneer je dat onder de knie hebt, kun je ook in tijden van recessie de winst verbeteren. Moderne techniek is sterk in opmars in de winkelketens van Ahold. Wat is het belang van dit soort toepassingen? Electronische media, en vooral de audiovisuele technieken, veranderen de manier van communiceren in onze maatschap pij. De jonge consumentengenera ties zijn meer geboeid door video clips, muziek en film dan door drukwerk. De impulsen om te ko pen zullen bij hen vooral met elec tronische middelen moeten worden opgeroepen. De mogelijkheden zijn legio, waarbij de winkel meer dan ooit het centrum van communica tie wordt. Nieuwe produkten, aan biedingen en recepten zullen in de toekomst via beeldschermen, op schappen of winkelwagens, gepre senteerd gaan worden. Vaste klan ten zullen gebruik maken van een chipcard, waarmee niet alleen be taald wordt, maar die ook na het 'inchecken' de klant individueel toegesneden informatie geeft via het beeldscherm. De communicatie tussen detaillist en consument wordt zo veel preciezer en effectie ver. Daar zijn beiden mee gebaat. De consument kan gemakkelijker kiezen en de detaillist krijgt een schat aan belangrijke marketing informatie. Hij kan dan nog beter het juiste assortiment samenstel len. Daarbij zullen overigens de be- staande communicatiemiddelen, zoals krantenadvertenties, niet verdwijnen, want de traditionele klant moet natuurlijk ook bereikt worden op een effectieve manier. En het spreekt vanzelf dat de klant wel zijn toestemming moet geven voor het gebruik van derge lijke informatie over zijn gezin. Wat voor gevolgen zullen deze toepassingen hebben voor het personeel? Je moet om kunnen gaan met de techniek en daarvoor wor den opgeleid. Scanning, elec- tronisch betalen, centraal gestuur de beprijzing, en dergelijke bespa ren werk. Omdat in Nederland on ze supermarkten vaak onderbezet zijn en de service-verbetering door moet gaan, zal door deze ontwikke ling de vraag naar personeel niet afnemen. Integendeel. We blijven in onze sector mensen tekort ko men. We zullen het daarom voor ouderen aantrekkelijk moeten ma ken om part-time te werken, want het aantal jongeren op de arbeids markt loopt straks terug. Van be lang voor alle werkplekken binnen Ahold is dat het werk en de carriè remogelijkheden aantrekkelijk zijn: in de winkels, de DC's, de fa brieken en op de hoofdkantoren. De winkels worden steeds mooiere werkplekken, met een interne lo gistiek die geavanceerd is en steeds arbeidsvriendelijker wordt. Behalve aantrekkelijk werk op een prettige werkplek is het van be lang dat de behoeften van de me dewerkers en het bedrijf goed op elkaar worden afgestemd. Om dat te realiseren zullen de arbeids voorwaarden meer ruimte moeten geven voor individuele verschillen. Ik zie steeds vaker, vooral bij jon geren, een gevoel van 'Ik doe het beter dan de anderen, ik heb een jaar gestudeerd, ik wil dus iets meer'. Extra prikkels voor bijzon dere prestaties, in wat voor vorm dan ook, vinden wij wenselijk. Maar in termen van beloning kan dit in de praktijk -door het sys teem van collectieve contracten- niet altijd worden gehonoreerd. We moeten dan zoeken naar ande re vormen om de waardering voor bijzondere prestaties tot uitdruk king te brengen. Ook de groei van het aantal franchisers past in deze ontwikkeling. Voor wie zich thuis voelt bij Albert Heijn, Etos of Gall Gall, maar toch zelfstandig wil zijn en zelf risico kan dragen, zijn er mogelijkheden. Met welke veranderingen van het consumentengedrag moe ten onze winkelketens de ko mendejaren rekening houden? De consument van de toe komst zal nog meer keuze mogelijkheden willen heb ben. Daarbij zal hij of zij steeds kritischer worden. Veel consumen ten die in Italië zijn geweest met vakantie en die weten hoe een piz za daar smaakt, nemen geen ge noegen meer met een mindere kwaliteit in Nederland. Het assor timent wordt aan de ene kant Eu- ropeser, terwijl aan de andere kant juist sterkere verschillen per regio ontstaan, afhankelijk van leeftijd, etnische groep en dergelij ke. Het is bijvoorbeeld best moge lijk dat er in een wijk met me rendeels Turkse klanten een Albert Heijn komt met een groot assortiment aan Turkse produk ten, een Turkse supermarktma nager en veel Turkse medewer kers. Veel van onze Amerikaanse winkels voeren al een sterk regio naal georiënteerd assortiment. De verscheidenheid aan etnische groe pen heeft daar een langere traditie dan hier. Waarom moet Ahold nog groter worden? Andere grote retailers en de leveranciers blijven ook groeien. Om een goede partij te blijven in de markt, om kriti sche massa te behouden ten op zichte van concurrenten en leve ranciers, moet Ahold dus ook groeien. Dan blijf je marktleider. Bovendien moet Ahold aantrekke lijk blijven voor zijn aandeelhou ders. Die willen ieder jaar hun winst per aandeel zien groeien. Om de paar jaar moeten we er daarom een keten buiten Neder land bij zien te krijgen. Ligt het terugbrengen van ver pakkingsafval op schema? We gaan met ons plan verder dan andere EG-staten. Dat moet ook, want Nederland heeft een groot probleem. Het is een klein land en het enige land met water 90 centimeter onder de bodem, dus verontreinigingen ver spreiden zich heel snel. We hebben hier 38 miljoen vierpoters die een enorme mesthoop veroorzaken. Dan zijn er meer chemische bedrij ven per vierkante kilometer dan waar ook. Nederland is industrie land en distxibutieland. Om dat op een verantwoorde manier te kun nen blijven moet de belasting van het milieu verminderen en onder controle gebracht worden. Wat Ahold kan doen is vooral een bij drage leveren aan het terugdrin gen van het verpakkingsafval. En al maakt het verpakkingsafval maar 3% van het totale milieupro bleem uit, wij zullen op dit terrein onze verantwoordelijkheid nemen en onze uiterste best doen om de doelstelling van 10% minder afval, ondanks de groeiende omzetten, te halen.

Personeelsbladen | 1992 | | pagina 3