Jack
Voskamp,
Marvelo
HAGELSLAG KREEG
MEER GLANS
Herman Janssen,
Etos
VI\i\yiLo
VISIE
Door Marvelo's gouden idee-team:
V.l.n.r. LloydArnpadu, Koos van der Wonde, Celal Gok, Hans Veltman, Domingo Semedo, Ruud
Moeke en afdelingschef Ronald Oomes.
pagina 14
Flitsen
„De belangrijkste
gebeurtenis in 1990
is zonder enige twij
fel het besluit ge
weest om een nieu
we fabriek te bou
wen aan het Noord
zeekanaal in Zaan
dam. Daarmee is na
80 jaar het einde in
zicht voor de pro-
duktieactiviteiten
van onze fabriek aan
de Oostzijde. Maar er
is vorig jaar natuur
lijk nog wel meer ge
beurd. Wij hebben
voor Albert Heijn
een nieuw assorti
ment broodbeleg
ontwikkeld. Verder
kon de functieclassi
ficatie worden afge
rond en werd goede
vooruitgang geboekt
met de kwaliteitsver
betering van zowel
onze produkten als
de organisatie. Bin
nen AMS-verband
zijn we met de kof-
fiebranders in Zwe
den en Finland van
start gegaan met de
gezamenlijke in
koop en logistiek."
Voor Marvelo was 1990
qua resultaat een topjaar.
„Het was een jaar waarin
wij vitaal en actief in de
markt waren en steeds
scherper werden in onze
kwaliteit."
De overgang naar de nieu
we fabriek zal vanaf begin
1993 gefaseerd worden
doorgevoerd. „Er is een
speciaal team geformeerd
dat erop moet toezien dat
het gehele project binnen
het budget en binnen het
vastgestelde tijdschema
wordt gerealiseerd. En
verder houden we ons in
1991 druk bezig met een
project automatisering.
Dit is van groot belang
voor een verdere uit
bouw van onze professio
naliteit. Ook aan de orga
nisatie zal uiterste zorg
worden besteed, zodat
wij de weg naar de beste
huismerkleverancier met
succes kunnen afleggen."
Jack Voskamp is per l
april toegetreden tot de
directie van Albert Heijn.
Wie bij Marvelo in Zaandam op de Ha-
gelafdeling komt, ontmoet daar een stel
zeer gemotiveerde hagelslag-experts.
Mensen die het gehele produktiepro-
ces van haver tot gort of beter: van cacao
tot slag kennen en die de over vier ver
diepingen verspreid staande machines
dagelijks nauwlettend in de gaten hou
den. Opdat alleen de mooiste hagels in
de verpakkingen komen.
In juni 1990 sleepte dit team, bestaande uit
Lloyd Arnpadu, Ruud Moeke, Celal Gök,
Erik de Vries, Domingo Semedo, Hans
Veltman en Koos van der Woude,
f 4440,- in de wacht, doordat zij het produk-
tieproces wisten te verbeteren. Het gouden
idee, dat zij al in 1989 naar de ideeënbus
hadden opgestuurd, levert Marvelo op jaar
basis een besparing van maar liefst f 22.000
op.
Waar ging het allemaal om? Erik de Vries,
staande naast de acht droogtrommels waar
in de hagelslag van zijn typerende glanslaag
wordt voorzien vertelt: „Kijk, in deze trom
mels wordt de hagelslag besproeid met een
suikerlaagje en vervolgens gedroogd. De
droging geschiedt door middel van lucht
die via een pijp in de droogtrommel wordt
geblazen. Tot het moment dat wij op ons
idee kwamen werd die lucht altijd in één
keer helemaal tot vlak voor de opening van
de trommel geblazen, zodat er altijd veel
hagelkorrels uit de trommel op de grond
terechtkwamen. Wij probeerden die korrels
dan op te vangen met dozen, zodat we het
grootste deel van de hagels weer opnieuw
in het produktieproces konden brengen.
Een zwaar karwei en het gebeurde regelma
tig dat zo'n doos kapot scheurde en de gehe
le inhoud over de vloer rolde. Het beteken
de voor ons altijd veel werk. We zijn toen
met z'n allen om te tafel gaan zitten om te
bedenken hoe we die uitval konden vermin
deren." Zijn collega Hans Veltman vult aan:
„We hebben van alles geprobeerd: rubbe
ren lapjes voor het gat in de trommel, klep
jes, noem maar op. Toen we door alle moge
lijkheden heen waren zijn we aan de lucht
pijp in de trommel gaan denken. Koos, onze
technische man, heeft toen schotjes in de
pijp gelast, zodat de lucht niet rechtstreeks
naar het einde van de pijp werd geblazen,
maar eerder in de trommel terecht kwam.
Nou dat bleek goed te werken."
Ruud: „En door de luchtafleiders droogt de
hagelslag nu veel gelijkmatiger en hebben
de korrels ook een mooiere glans gekregen!'
Het team is blij, want dat betekende minder
werk, en toen kwam medio vorig jaar ook
nog eens die prijs binnen. Erik: „Dat was
hartstikke leuk, alleen jammer dat we het
met zovelen moesten delen."
Wat hebben ze met het geld, voor ieder zo'n
vijfhonderd gulden, gedaan? Koos: „Nou, ik
stond niet meer rood op de giro." Erik: „Ik
heb er een bekeuring in België van betaald."
Lloyd: „Ik heb er een kostuum van ge
kocht." Celal: „Helaas verloren bij 't gok
ken." Hans: „Wat heb ik er ook al weer mee
gedaan? O ja, een stoommachine van ge
kocht!" Ruud: „Ik heb er een spaarrekening
mee geopend voor m'n dochterje Jennifer
van twee." Domingo: „Zakgeld voor m'n
kinderen." En Henrique Monteiro? Hans:
„Die is er vandaag niet, maar ik weet nog wel
dat hij het heeft opgestuurd naar z'n familie
in Portugal."
En hebben ze nog meer ideeën? Erik: „Er
zijn nog tientallen ideeën in de maak. We
zijn daar heel fanatiek in en we zien nog veel
meer punten in het produktieproces die
verbeterd kunnen worden."
„We hebben in 1990
onze Beauty Case
formule doorgelicht
en kunnen vaststel
len dat we ons hier
mee blijvend onder
scheiden van onze
concurrenten. Het
publiek ziet ons als
de betere voordeel
drogist met een ac
cent op schoonheid.
Onze verzorgings-
en gezondheidspro-
dukten zijn hierdoor
wat onderbelicht ge
bleven. Om dit te
veranderen zullen
we de drie produkt-
groepen meer in
evenwicht met el
kaar brengen. Het
accent blijft welis
waar op schoonheid
liggen, maar het
wordt wat minder
De bedrijfsleiders en het
distributiepersoneel van
Etos kregen in 1990 een
eigen CAO. De overeen
komst voorziet onder
meer in verbetering van
de salarissen en de salaris
schalen."
Janssen omschrijft 1990
als het jaar van de stabili
satie. „En wanneer het re
sultaat stabiliseert ont
staat er meer druk op de
ketel om een betere ver
houding tussen vaste kos
ten en opbrengsten tot
stand te brengen."
In 1991 zal het assorti
ment worden aangepast.
„We hebben zowel in de
diepte als in de breedte
nogal uitgebreid en zijn
daarbij wellicht wat door
geslagen. Op wat langere
termijn zullen we ook
naar de aard en de functie
van de winkel nuances in
het assortiment aanbren
gen. Een buurtwinkel
vraagt om een ander as
sortiment dan een winkel
in een stadscentrum. Ver
der zullen we het eigen
merkenbeleid bijstellen.
Wij richtten ons hiermee
op de bovenkant van de
markt. Het middenseg
ment is enigszins overge
slagen of verwaarloosd.
We willen ons ook daar
gaan profileren. En ten
slotte maken we ons sterk
om meer klanten in de
winkel te krijgen door in
tensiever met hen te com
municeren. Onder meer
met behulp van prijssig
nalen."