WAT GEEN AANGEZICHT HEEFT, BESTAAT NIET Moeilijke bevoorrading Man van het AH-logo 40 jaar in dienst Naschrift INGEZONDEN BRIEF Flitsen pagina 9 Geen Ahold-publikatie van enig belang gaat de deur uit zonder dat hij ernaar gekeken heeft. Vorige maand was hij veertig jaar bij de zaak. De koninklijke onder scheiding heeft hij in middels op de revers gespeld. Egbert Jonker, hoofd Vormgeving bij het Directoraat Com municatie. De man van het Albert Heijn-logo. „Dat het logo na zoveel jaar nog zo actueel is. Dat stemt tot tevreden heid, ja". Wat heet toeval? Als Egbert Jonker indertijd niet net te jong was geweest voor de zeevaartschool, was hij nu wellicht kapitein op de wilde vaart. In plaats daarvan is hij hoofd Vormgeving. Ook heel mooi natuurlijk. Hij begon in 1950 als jongste bediende op de fïlialenboekhouding. Be rekende hij onder meer de bakfietskosten in een percen tage van de omzet. Elke pe riode gingen de cijfers voor controle naar baas Gerrit, de oudste zoon van stichter Al- bert Heijn. De jongste be diende had in die tijd zo'n prachtig handschrift dat baas Gerrit de chef van Jonker eens toevoegde: Jij moet boekhouders aannemen en geen schoonschrijvers. Die cijfers zijn niet bedoeld om op te hangen!" Later deed Jonker onder meer de boek houding van verschillende fa- brieksafdelingen en ook van het kaaspakhuis. Bij warm weer sprongen de mijten in je nek als je de voorraad kwam opnemen". GOUDEN NOOT Na zijn diensttijd („Leuke tijd. Ik verdiende er meer dan bij AH") werd hij assistent inkoper op de afdeling Ver pakkingen. Baas Gerrit testte hem regelmatig op z'n wa renkennis. Moest-ie op kan toor komen om papiersoor ten te identificeren. Gewicht, soort en prijs dienden zonder aarzelen opgesomd te wor den. Er mocht bij die gele genheden gerookt worden, maar wie, zoals Egbert Jon ker, de onvergeeflijke fout maakte om de legendarische directeur met een aansteker terwille te zijn, kon rekenen op een fikse uitbrander. „Ik verkoop lucifers jongeman", heette het dan. In 1963 schopte Jonker het tot Ver pakkingsdeskundige bij de af deling Verkoop, belast met het ontwikkelen van verpak kingen voor AH-huismerkar- tikelen. In die hoedanigheid ontwikkelde hij een nader hand veel geïmiteerde cho coladeverpakking. Choco laatjes werden tot dan toe al tijd in cellofaanzakjes ver pakt. Een industriële verpak king was er niet.. De deskun dige kreeg plotseling echter het lumineuze idee om in het toen net ontdekte materiaal PVC (jawel!), vakjes voor de chocolaatjes uit te sparen. Jonker liet monsters maken in verschillende kleuren. Die lagen te drogen in de fabriek toen op vrijdagmiddag direc teur Gerrit Heijn langs kwam. Heijn maakte zich onverwijld meester van de chocolade teneinde de familie thuis eens fijn te trakteren. „Maar de verfsmaak was in de cho colade getrokken. Die dingen waren niet te vreten", memo reert de jubilaris. Hij hoort zijn toenmalige directeur nog tieren. „Maandag kwam hij op kantoor. Woedend. Hij dacht dat hij vergiftigd was". Niettemin won Jonker met de chocoladeverpakking zijn eerste Gouden Noot, de hoogste onderscheiding op het gebied van verpakkingen. Later zouden er nog vele vol gen. cd AH-LOGO Halverwege de jaren zestig vond Jonker, gesteund door een handjevol externe ont werpers, dat Albert Heijn toe was aan een nieuw beeld merk. „Het AH-logo was in die tijd een soort tv-venster. Daar konden we niet meer mee uit de voeten op de ver pakkingen". De verpakkings man schakelde het Londense ontwerpbureau AID in, dat na drie maanden voorberei ding met het huidige AH-logo op de proppen kwam. Testen vond president A. Heijn niet nodig. Het was meteen goed. En inderdaad: het merk werd binnen de kortste keren door ruim 90% van de Nederlan ders herkend. Nu, na bijna 25 jaar, luctioneert het logo nog steeds. Een klein wondertje, volgens de jubilaris. „Het stemt tot tevredenheid dat het logo na zoveel jaar nog zo actueel is", geeft hij te ken nen. „Dat is een compliment aan de Engelse ontwerpers. Het ontwerp is tijdloos ge bleken. In 1965 dachten we dat het vijf of hooguit tien jaar mee zou gaan. En nu? Ik hoop in ieder geval tot m'n pensioen!" In die tijd kreeg Jonker ook de verantwoording over de winkel vormgeving. Zijn een- mansafdeling begon lanzaam maar zeker uit te dijen. Zo wel in- als exterieur van Al- bert Heijn-, Miro-, Etos- en la ter ook CadaDia-winkels Spanje werden door Jonker en zijn medewerkers vorm geven. In 1973 werd de afde ling ondergebracht bij Ahead Advertising, het reclamebu reau van Ahold, dat in 1988 werd geïntegreerd binnen Albert Heijn. De vijftien jaar bij Ahead beschouwt de jubi laris nog altijd als zijn mooi ste tijd bij het bedrijf. „Het was een hectische periode. Winkelformules werden van scratch opgebouwd. We werkten vaak dag en nacht, maar ik heb er altijd met veel plezier gewerkt voor aller hande werkmaatschappijen". COÖRDINATOR Na de decentralisatie van Ahead verhuisde het grootste deel van de Vormgevingsaf- deling naar Albert Heijn. Zelf is Jonker sinds begin van dit jaar hoofd Vormgeving. Van uit het nieuwe hoofdkantoor waakt hij over het aangezicht van Ahold. „Wat geen aange zicht heeft bestaat niet", schreef Ahold-president P.J. Everaert in een speciale krant die.ter gelegenheid van het jubileum van het hoofd Vormgeving werd uitgege ven. Treffende woorden, die het belang van Jonkers werk haarfijn aangeven. Geen en kele Ahold-publikatie van enig belang gaat de deur uit zonder dat hij de vormgeving ervan heeft goedgekeurd. In terne en externe jaarversla gen, wervingsadvertenties, presentaties van de Raad van Bestuur, brochures, briefpa pier: overal heeft Egbert Jon ker de hand in. De jubilaris staat binnen het bedrijf voor al bekend als de man die het gezicht van Albert Heijn heeft bepaald, al is hij zelf de laatste om zoiets te claimen. Ach, ik ben altijd een soort coördinator geweest. Ie mand die enerzijds te maken had met ontwerpers en an derzijds met de belangen van het bedrijf. Ik heb altijd ge probeerd een goede mix tus sen het creatieve en het com merciële te vinden". Egbert Jonker is ondanks zijn 40-jarig dienstverband nog Geachte redactie, Naar aanleiding van een arti kel in Flitsen van augustus over de moeilijke bevoorra ding van winkels in de Rand stad, het volgende: Ik ben het niet eens met wat Suzanne Versteeg en Piet er Vos met betrekking tot hin derwet en milieu vertellen over de overheid. Albert Heijn wist van te voren, ge zien de technische ontwikke lingen (pallettrucks, compu ters, grotere vrachtwagens), wat er in de winkels zou ge beuren. Daar is helaas niet al tijd op ingehaakt, zoals ik als bewoner van een woning bo ven een Albert Heijn-filiaal in Haarlem zelf heb kunnen vaststellen. Toen de heftrucks inge voerd werden is er te weinig aan isolatie gedaan. Deze din gen maken een heidens la waai, Schiphol is er niets bij. Wegens gebrek aan maga zijn staan goederen praktisch de hele dag buiten. Onze omgeving wordt ge kenmerkt door constante veranderingen op sociaal en economisch gebied. Ook de manier waarop wij naar din gen kijken verandert. Onze wat oudere AH-filialen staan soms midden in drukke woonwijken, waarin de wen sen van wonen, werken, ver keer en ontspanning vaak met elkaar in strijd zijn. De klanten vinden het immers plezierig als zij voor hun boodschappen dicht bij huis kunnen blijven, maar een vrachtwagen in een smalle straat is geen pretje. Het creëren van oplossingen die voor iedereen bevredigend zijn, is dan uiterst moeilijk. Overheid en bedrijfsleven zullen door samenwerking naar een optimale situatie moeten streven. Vaak kun nen wij problemen bij onze filialen vóór zijn. Soms echter gaan de ontwikkelingen zo snel, dat dit leidt tot ongerief voor de omgeving, hetgeen o.a. tot uiting komt door klachten van omwonenden. Onze organisatie neemt deze maar 56. Aan stoppen denkt hij nog lang niet. VUT of pen sioen? De jubilaris heeft er nog niet over nagedacht. Heeft hij geen tijd voor. „We zien het wel. Ik ben ook nog bestuurslid van de Albert Heijn museumwinkel op de Zaanse Schans. Als ze genoeg van me hebben kunnen ze me daar altijd nog kwijt!" Vier of vijf vrachtwagens staan tegelijk in een drukke woonwijk met draaiende mo tor en muziek op elkaar te wachten. Geen wonder dat er steen en been geklaagd wordt over Albert Heijn. —Van de goederen die buiten staan wordt flink gestolen. Ik ben benieuwd hoe de balans van het filiaal eruit ziet. In de supermarkt zelf wordt de hele dag, inclusief koopavond, gesmeten met colli. Om de supermarkt is het een grote puinhoop. Niet de overheid is de schul dige, maar Albert Heijn zelf. Ik denk dat onze firma veel meer aandacht moet schen ken aan het buitengebeuren om straks niet in nog grotere problemen te komen. Het personeel moet bovendien veel meer attent gemaakt worden op geluidsoverlast en hinderwet. JJ. Kollaart, oud-medewerker Haarlem klachten serieus en probeert met de diverse bedrijfson derdelen (Hinderwetcoördi nator, Dienst Onroerende Goederen, Distributie, Ope rations, Area-technische Dienst) tot oplossingen te komen. Het servicemanage- ment van een distributiecen trum zal met bedrijfsleider en zonemanager streven naar een gelijkmatige en soepel verlopende goederen stroom. Organisatorische aanpassing kunnen wij meestal zelf verzorgen. Voor bouwkundige en/of verkeers technische verbeteringen hebben wij ook de lokale overheid nodig. Daarom wordt in het artikel in Flitsen ook de nadruk gelegd op die noodzakelijke goede, ver standhouding tussen AH en overheid. Albert Heijn is daarin vooral het afgelopen jaar een meer actieve rol gaan spelen. Tot slot wil ik de briefschrijver melden, dat wij ook in het door hem ge noemde filiaal druk bezig zijn om de knelpunten zoveel mogelijk weg te nemen. Pieter Vos, servicemanager DC Zaandam

Personeelsbladen | 1990 | | pagina 9