VOOR DE LEEUWEN GEWORPEN
m
Begeleiding oud-OR-leden schiet te kort
OVERSPANNEN
OPNIEUW
SOLLICITEREN
IN HET DIEPE
John Drieshen
De 'Notitie Terugkomproblematiek' uit 1984 van het Bureau Onder
nemingsraden (BOR) stelt het zo mooi: 'Persoonlijke begeleiding is de
beste manier om moeilijkheden te voorkomen die oud OR-leden
kunnen ervaren bij de terugkeer in hun werksituatie'. En: 'Het is
belangrijk dat personeelszaken het initiatief neemt om vast te stellen
bij wie en in welke mate begeleiding bij de terugkeer naar de functie
gewenst is.' Fraai geformuleerd, maar hoe gaat het in de praktijk?
CORRelatie sprak met drie oud OR-leden die zich jarenlang intensief
in de OR Albert Heijn hebben ingezet en na de verkiezingen van 21
maart niet terugkeerden in de OR. ,,RvB-lid Van Dun heeft eens
gezegd dat OR-leden een streepje voor hebben. Ik heb er weinig van
gemerkt!"
Toen John Drieshen in 1984 in de OR
Albert Heijn werd gekozen, was hij
assistent bedrijfsleider in filiaal 1006
Amsterdam. Zes jaar was hij lid van
de OR en in die periode maakte hij
drie jaar deel uit van de COR. Vijf
van de zes jaar was hij full-time met
het OR-werk bezig. In zijn laatste OR-
jaar werd hij begeleider van een
kaasproject in de regio Amsterdam.
Drieshen stapte naar aanleiding van
deze benoeming uit de COR, trad af
als vice-voorzitter van de OR AH en
bracht aldus zijn tijdsbesteding voor
de OR terug tot twee dagen in de
week. December 1989 werd het kaas
project beëindigd. Drieshen werd af
delingschef Kassa (ACK) in filiaal
1502, Amsterdamse Poort. En toen
ging het mis. ,,Ik was de affiniteit
met de vloer helemaal kwijtgeraakt.
Ik had een achterstand op automati
seringsgebied. Na twee dagen cur
sus ging ik naar het filiaal. De ver
wachtingen waren hoog gespannen.
Ik was er vijf jaar uit geweest. Ik heb
dag en nacht gewerkt om de organi
satie op poten te krijgen." In april,
tijdens zijn vakantie, klapte hij in el
kaar. Overspannen. Hij bleef tien
weken thuis. Begin juni keerde hij als
ACK, door toedoen van bedrijfsleider
Wim Buis en de afde
lingschefs, terug in zijn oude filiaal
aan de Helmholzstraat. ,,Deze zaak
ken ik door en door. In totaal heb ik
hier al zo'n 20 jaar gewerkt. Het is als
het ware mijn stamfiliaal", aldus
Drieshen. Nog steeds is hij moe als
hij 's avonds thuiskomt, maar lang
zaam maar zeker klimt hij uit het dal.
„Achteraf zeg ik: als je er zo lang
tussenuit geweest bent moet je niet
meteen weer volop meedraaien. De
werkdruk in het filiaal is voor mijn
gevoel veel groter geworden. Het is
achter de feiten aan hollen. Brandjes
blussen. Ik zag er na vijf jaar tegenop
om terug te keren in de praktijk, maar
aan de andere kant had ik al zo veel
ervaring dat ik dacht dat het wel zou
loslopen. Dat het misging is groten
deels mijn eigen schuld geweest. Ik
kan het AH niet kwalijk nemen. De
intentie is goed, alleen is er voor
sommige dingen te weinig aan
dacht."
Cees Gremmen was administrateur
en beheerder van de bloemenshop in
filiaal 1056, Huizen. In 1984 werd hij
in de OR gekozen. In zijn eerste zit
tingsperiode combineerde hij het
OR-werk met zijn werk in het filiaal.
Dat veranderde toen hij in 1987 tot
secretaris van de OR werd gekozen.
Vanaf dat moment kwam hij alleen
nog op maandag in het filiaal om de
administratie te doen. In zijn laatste
OR-jaar slokte de OR zelfs al zijn tijd
op. „Ik had goede afspraken met de
bedrijfsleider gemaakt. Bovendien
had ik zelf iemand opgeleid die mijn
werk kon overnemen. Daardoor had
ik de ruimte om full-time met het OR-
werk bezig te zijn." Gremmen besloot
zich na 6 jaar OR-werk niet meer her
kiesbaar te stellen. „De terugkeer
naar de werkplek wordt moeilijker
naarmate je langer wegblijft. Dat
was voor mij één van de redenen om
af te haken. Daarnaast vond ik dat er
van de kant van de directie te weinig
waardering voor het OR-werk kwam.
Men heeft er geen idee van hoeveel
werk er aan zo'n OR vastzit. Niet dat
ik daardoor gedemotiveerd ben ge
raakt, maar het heeft wel meege
speeld bij mijn besluit om te stop
pen." De oud-secretaris bleef na de
OR-verkiezingen van 21 maart nog
een maand aan om zijn opvolger in te
werken. Eind april meldde hij in een
brief aan zijn zonemanager dat hij
half juni, na zijn vakantie, weer be
schikbaar was voor een functie in de
operationele sfeer. „Maar", zo zegt
hij, „ik kreeg nou niet direct het idee
dat ze echt op me zaten te wachten. Ik
moest bijna opnieuw solliciteren."
Na enig aandringen volgde een ge
sprek met de zonemanager en de per
soneelsfunctionaris. Daarbij maakte
het voormalige OR-lid zijn ambitie
kenbaar om ander werk te verrichten
dan hij voor zijn OR-periode had ge
daan. „Ik had het idee dat ik door
mijn OR-ervaring tot meer in staat
was dan het invullen van de nieuwe
FMA-functie." Uiteindelijk keerde de
oud OR-man terug bij zijn vroegere
baas Leo Knol, die inmiddels be
drijfsleider in de AH Extra te Bussum
was geworden. Daar vervult Grem
men nu toch de functie van FMA. „Ik
heb het op dit moment naar mijn zin.
Het is fijn om weer in een filiaal te
werken, maar dat ligt volgend jaar
misschien anders. Misschien heb ik
straks toch liever een functie waar ik
mijn kennis en ervaring beter kwijt
kan. RvB-lid Van Dun heeft eens ge
zegd dat OR-leden een streepje voor
hebben. Tot nu toe heb ik- er weinig
van gemerkt!"
Loek Goes zat 14 jaar onafgebroken
in de OR van Albert Heijn en in die
tijd was hij drie jaar lid van de COR.
Hij was indertijd chef-slager in een
groot filiaal, maar werd door het
tijdsbeslag dat de OR op hem legde
in goed overleg overgeplaatst naar
een kleiner filiaal. „Het werk als
chef-slager in een kleiner filiaal en
het OR-werk waren prima te combi
neren", vertelt Goes. „Als ik er niet
was werd ik goed vervangen. Men
had in het filiaal veel begrip voor de
OR." Gemiddeld was Goes zo'n twee
Sk-i-/- 'pi
Cees Gremmen
Flitsen