Vaak ging Albert Heijn echt vóór mijn gezin
Een grote vrouw in een A
kleine mannenwereld
Bedrijfsleider Verploeg straks gouden jubilaris
Voorzitter van een vereniging van amateur-vliegtuigbouwers
Flitsen
pagina 9
Jan Verploeg houdt in
zijn gezellige woning
in het Zeeuwse Oost
burg vellen vol notities
bij de hand. Een heel
enkele keer raadpleegt
hij ze, om maar niets te
vergeten over die afge
lopen vijftig jaar bij Al-
bert Heijn. Eigenlijk
heeft hij de geheugen
steuntjes niet nodig.
„Ik kan zo twee dagen
achter elkaar doorpra
ten."
De 64-jarige bedrijfsleider
van filiaal Sluis staat aan de
vooravond van een heel bij
zonder, gaandeweg verdwij
nend jubileum, het gouden.
Vijftig jaar bij een baas. vijftig
jaar geestdrift bij Albert
Heijn. „Het is een stuk van je
leven, een héél stuk kan je
wel zeggen. Vaak ging Albert
Heijn voor mijn gezin. Mijn
vrouw zei ook wel eens: 'Met
wie ben je nou eigenlijk ge
trouwd?'"
Loopjongen
AH was, hoe gek het ook
klinkt, niet eens de eerste
werkgever van Verploeg.
Nee, na school ging hij op
veertienjarige leeftijd bij een
bakker in de leer. Salaris nul
komma nul. Terwijl jonge Jan
zijn vrienden zag uitgaan be
sefte hij ook dat hij meer wil
de. Het simpele zinnetje
'Loopjongen gevraagd' was
voldoende voor de overstap
naar de winkel van Albert
Heijn. Rozijnen losmaken,
stroop wegen, vrachtjes sjou
wen, alles pakte hij aan. In
Oostburg in het afgelegen
Zeeuwsch-Vlaanderen kwa
men eens per drie weken de
goederen aan uit Zaandam,
eerst per beurtschipper naar
Breskens, daarna met paard
en wagen naar de winkel. Het
was ook aan Jan om de klan
ten langs te gaan. De verhalen
komen als vanzelf.Je was in
die tijd van alles en nog wat.
Een nieuwsblad, een bood
schappenjongen die de belas
tingpapieren maar meteen
moest meenemen en soms
lag er ook zomaar een briefje:
'Jan geef jij de konijnen even
eten', dan weer moest ik de
was draaien, ga maar door."
Een echte AH'er
Jan bleek uit het goede hout
gesneden. De lieve som van
drie kwartjes per week werd
al snel verdubbeld, en jawel.
Jan Verploeg werd een AH'er
in hart en nieren. Na de moei
lijke oorlogsjaren, die hem
ook nog geruime tijd door de
arbeidsdienst in Kiel deden
belanden, keerde hij terug
naar de winkel. „Ik had twee
jaar geen contact met huis
gehad en toen ik terugkwam
stond ons huis er niet meer
cn had ik dus ook alleen maar
de kleren die ik aanhad." De
ene fiets, een stevige trans
portfiets, die AH nog ter be
schikking had werd met de
grootst mogelijke zorg ge
bruikt totdat Verploeg een
botsing kreeg met een jeep.
„Ik was helemaal van streek.
Er zaten wel honderd lapjes
op de band maar we reden er
„Waarom zou in Nederland niet lukken, wat in
landen zoals Frankrijk, Duitsland, Amerika, Canada,
Egypte, Engeland wel mogelijk is?" Dat dacht Wo-
landa Verlaan toen ze in 1978 in Parijs op een
internationale vergadering voor amateur-vliegtuig
bouwers aanwezig was. In al die landen was er
erkenning verkregen voor de amateurbouw, behal
ve in Nederland. Wolanda stelde zich tot doel om
dit ook hier te verwezenlijken. En werd op de koop
toe voorzitter van de vereniging van amateur-vlieg
tuigbouwers.
Wolanda Verlaan, 46 jaar, is
directiesecretaresse bij Al-
bert Heijn Grootverbruik in
Breukelen. Daarnaast speelt
ze al jaren een voortrekkers
rol in de Nederlandse Vereni
ging van Amateur-Vliegtuig
bouwers (NVAV). Wolanda is
een bijzondere vrouw, die
over haar activiteiten vertelt
alsof het de gewoonste zaak
van de wereld is. Min of meer
toevallig is ze bij de NVAV
terechtgekomen. In 1974 be
zocht zij een bijeenkomst
van deze vereniging, die in
1972 is opgericht. Daar werd
ze meteen gestrikt om het
clubblad te verzorgen. Toen
men haar organisatietalenten
ontdekte, begon het balletje
snel te rollen. Via de be
stuursfuncties van tweede se
cretaris en later eerste secre
taris en tevens vice-voorzit-
ter, werd zij in 1979 gekozen
tot voorzitter van de NVAV.
Toen nog een vereniging
waar men droomde van
vliegtuigbouw. In Nederland
mocht er in de beginjaren
van de vereniging namelijk
nog niet door amateurs ge
bouwd worden.
Maar Wolanda kreeg voor el
kaar wat anderen niet gelukt
Wolanda Verlaan
gemaakt. Als kind was ze al
geïnteresseerd in techniek,
maar het was toen nog niet
gebruikelijk dat een meisje
zich daarmee bezighield.
In de technische secties van
de NVAV zitten mensen van
de TU of uit de luchtvaart.
Van hen heeft ze veel ge
leerd, maar ook door het le
zen van technische boeken
en vakbladen. Zelf is ze ooit
gestart met de bouw van een
vliegtuig, maar door haar be-
stuursactiviteiten bleek dit
geen haalbare kaart.
Het voorzitterschap neemt
naast een volledige baan veel
tijd in beslag. Toch leveren
deze werkzaamheden Wo
landa veel plezier op. Zij
houdt van een actief leven.
„Ik ben niet geschikt voor
een huisvrouwenbestaan. Ik
vergader een avond in de
week. Op vrijdagavond doe
ik mijn boodschappen en de
zaterdag is gereserveerd
voor de NVAV. Mijn ADV-da-
gen zijn voor overleg met de
RLD."
Uniek
De positie van Wolanda Ver-
laan in de vliegwereld is
uniek. Zij is in deze tak van de
luchtvaart de enige vrouwe
lijke voorzitter ter wereld en
in Nederland de enige vrouw
die op dit gebied actief is.
Met het functioneren in een
mannenwereld heeft zij ech
ter geen moeite. In het begin
merkte zij wel dat mannen
vraagtekens stelden bij haar
technische kwaliteiten. Toch
werd zij al snel als gespreks
partner serieus genomen.
„Het feit dat ik vrouw ben
heeft misschien zelfs in mijn
voordeel gewerkt. Je wordt
over het algemeen als vrouw-
anders aangepakt. En wat ook
belangrijk is, is dat je over
humor beschikt. Een grapje
kan het ijs breken."
Collega-bouwers hebben
haar ooit te pakken gehad
door haar in een rok op een
vleugel te laten stappen, ter
wijl de propeller draaide. Om
deze grap heeft zij hartelijk
meegelachen, maar sinds
dien trekt ze wel een lange
broek aan.
Balans
De veronderstelling dat het
moeilijk moet zijn om in haar
vrije tijd een leidingggeven-
de positie in te nemen, ter
wijl in haar werksituatie de
rollen eigenlijk omgedraaid
zijn, wijst ze resoluut van de
hand. „Ik werk voor een pret
tige baas. Er is juist sprake
van een balans tussen ons.
Door mijn ervaringen met de
NVAV begrijp ik bepaalde si
tuaties waar hij voor staat
heel goed."
Op de vraag of zij een wens of
droom voor de toekomst
heeft bekent Wolanda voor
zichtig dat ze als tiener
droomde van een lintje. Deze
droom is op Koninginnedag
dit jaar werkelijkheid gewor
den. Zij is voor onder andere
haar activiteiten voor de
NVAV onderscheiden met de
eremedaille, verbonden aan
de Orde van Oranje-Nassau,
in goud, op voordracht van
de RLD.
Haar succes hangt samen met
een grenzeloze dosis opti
misme. Haar lijfspreuk luidt:
„Mijn tijd zal komen", waar
mee ze bedoelt dat je met ge
duld alles waarnaar je streeft
kunt bereiken. Dat deze lijf
spreuk inderdaad op haar lijf
is geschreven, blijkt ten volle
uit bovenstaand verhaal.
Handboek
De RLD ging accoord met de
erkenning op voorwaarde
dat er een verenigingshand
boek zou worden opgesteld,
waarin alle regels en eisen
voor de bouw en kwaliteits-
waarborging van vliegtuigen
moesten worden vastgelegd.
Samen met een medewerker
van de RLD heeft Wolanda de
concept-versie van dit hand
boek opgesteld. Een klus van
twee jaar.
Toen in 1984 de NVAV bewe
zen had haar taak aan te kun
nen was het dan zover: de
NVAV mocht vliegtuigen
voor maximaal twee perso
nen gaan bouwen en/of res
taureren. De officiële erken
ning was een feit!
Als kind al
geïnteresseerd
Wolanda heeft zich de vlieg
tuigbouwtechniek zelf eigen
toch mee. Terwijl ik zo stond
kwamen er wat vrouwelijke
militairen op me af. Ze gaven
opdracht ons een dag te hel
pen met de jeep. Dat was wat,
goederen wegbrengen onder
militair gezag. Echt iets heel
bijzonders."
Snelle
veranderingen
Verploeg, die als sergeant-
fourier nog eens AH vaarwel
moest zeggen en ook in het
latere Indonesië diende,
merkte van zeer nabij hoe
snel de naoorlogse verande
ringen bij Albert Heijn vorm
kregen. De fiets werd een
bakfiets, de bakfiets een bak
fiets met motor en al spoedig
werd de eerste bestelauto
met gejuich begroet. „Dat
was wat! Alles ging meteen
veel sneller. We konden veel
meer en veel sneller de men
sen bereiken." Het begrip su
permarkt kreeg rond 1961 in
de vorm van de zelfbediening
een zeer moderne voorloper.
Verploeg: „Dat heb ik altijd
zo mooi gevonden: Albert
Heijn bleef steeds vóór en je
groeide als vanzelf mee. De
zelfbediening, de super
markt, de streepjescode, alle
maal dingen van Heijn,
prachtig toch?"
Aan de studie
In de tijd dat de klant niet
langer thuis werd bediend en
dus voor Verploeg het 'bui
tenleven' vrijwel voorbij
was, begreep hij ook dat na
dere studie een vereiste was.
Hij zag kans in zijn vrije tijd
vakdiploma's te halen en
werkte zich op tot kruide-
nierswarenchef 1972
daarna tot 'sectorhoofd Vers'
en sinds 1986 kan hij zich be
drijfsleider van Sluis noemen,
met veertien medewerkers.
„Ik had het nooit willen mis
sen. De sfeer is altijd prima, ik
ben altijd met plezier naar
mijn werk gegaan, en ja. Sluis
was uiteraard een bekro
ning."
Jan Verploeg, die zich nim
mer ziek behoefde te mel
den, kwam nooit te Iaat op
zijn werk, ook niet toen de
werkweken nog zes dagen
telden en het woord vakantie
nog niet bestond. In Sluis is
hij vandaag de dag ook op
zondag in touw, ten behoeve
van de horden toeristen die
het plaatsje aandoen. „Italia
nen moeten een keer naar
Napels zijn geweest, Fransen
naar Parijs en Belgen volgens
mij naar Sluis. Dus zijn we
open 's zondags. Maar het is
nu allemaal goed geregeld
hoor."
Verploeg, nog een keer een
halve eeuw overziend:
„Vroeger was het gemoede
lijker, maar dat wil ik toch
niet meer terug. Nee hoor, in
deze tijd gaat alles sneller, en
dat heeft ook veel boeiende
en leuke kanten."
was. De NVAV werd eindelijk
officieel erkend door de
Rijksluchtvaartdienst (RLD).