COR WIL ANDERE AANPAK VAN SOCIAAL JAARVERSLAG INSTEM MING ERVARINGEN OR-VOORZITTERS OVER HUN 'Voortaan aandacht voor concrete plannen' £6 Flitsen Dynamisch proces De COR vindt dat het accent in het Sociaal Jaarverslag dat de Raad van Bestuur (RvB) ieder jaar uitbrengt, tot nu toe te veel op cijfermatige verslaglegging heeft gelegen. De COR wil onder meer dat er in het Sociaal Jaarvërslag voortaan aandacht aan de plannen voor het sociale beleid in het lopende jaar wordt besteed. De COR heeft zijn wensen vastge legd in de vorige maand uitgebrach te nota 'De Centrale Ondernemings raad en het Sociaal Jaarverslag'. Daarin vraagt de COR aan de RvB om de algemene beleidslijnen, die zijn aangegeven in de Sociale Toekomst verkenning (STV), te vertalen in con crete plannen voor het komende jaar. ,,Tot nu toe vonden we dat element niet terug in het Sociaal Jaarverslag. In oktober 1988 heeft de RvB een nieu we Sociale Toekomstverkenning uit gebracht en wij willen graag zien wat de consequenties daarvan zijn voor het sociale beleid van Ahold", aldus Ad van Vlokhoven, gespreks leider van de COR-werkgroep Ar beidsvoorwaarden/Sociaal Beleid, en als zodanig nauw betrokken bij de totstandkoming van de COR-nota. Rita van der Meer Rita van der Meer werd als nieuw gekozen lid van de OR Centrale Dien sten meteen tot voorzitter gebombar deerd. Ze had geen enkele OR-erva- ring. „We hadden een compleet nieuwe club na de verkiezingen. Ongeacht wie er tot voorzitter zou zijn gekozen, hij of zij zou altijd onervaren zijn ge weest. Alle nieuwe voorzitters en se cretarissen hebben aan het begin van de zittingsperiode een interne cursus gevolgd. Dat is heel nuttig ge weest. Natuurlijk, het was moeilijk in het begin, maar ik vond het een uit daging. Het is me eigenlijk niet mee-, maar ook niet tegengevallen. Ik had alleen niet verwacht dat het zoveel tijd en energie zou kosten. Als ge spreksleider moet je namelijk overal op letten. Vaak ben ik best moe na een vergadering. Het is dan moeilijk om je meteen weer op je werk te con centreren. Maar als ik het over moest doen zou ik weer voorzitter worden. Het is één van de functies in de OR waar je een hoop van opsteekt. Ik heb er ontzettend veel aan gehad. Ook in mijn dagelijkse werk. Ik ben veel vrij er geworden in het praten met men sen. Voor mijn werk bij de Dienst On roerende Goederen neem ik af en toe deel aan vergaderingen van eigena ren van winkelcentra. Vroeger had ik altijd moeite om mijn mond op zo'n vergadering open te doen. Je deed het wel, maar gemakkelijk was het niet. Door mijn ervaring als OR-voor- zitter zal me dat nu veel beter af gaan. Om de RvB enigszins tegemoet te ko men geeft de nota aan welke aspec ten van het sociale beleid voor de COR prioriteit genieten. Het gaat daarbij o.a. om de arbeidsmarkt, scholing en opleiding, de kwaliteit van het werk, deeltijdarbeid en ar beidsverhoudingen. In verband met de vergrijzing en ontgroening van de bevolking acht de COR maatregelen noodzakelijk om de doorstroming van werknemers te bevorderen. Daarnaast dienen er voor de oudere werknemers opleidings- en bijscho lingscursussen ontwikkeld te wor den en moeten banen voor lager op geleide jongeren aantrekkelijker ge maakt worden door het aanbieden van meerjarige scholingsprogram ma's en het verbeteren van de secun daire arbeidsvoorwaarden. Het bud- Hans Geldermans kwam in 1987 in de OR van AC Restaurants en werd di rect tot voorzitter gekozen. Hij is ma nager van AC Restaurant Pesse. ,,Ik heb een jaar nodig gehad om de rol van voorzitter onder de knie te krijgen. Ik had niet verwacht dat het zo zwaar zou zijn. En dan bedoel ik niet 'zwaar' in de zin van 'veel werk', maar 'het op één lijn krijgen van zo'n grote groep OR-leden'. Dat was heel moeilijk en dat is het nog, maar het gaat gaandeweg steeds beter. Mee gevallen is me het directe contact met de bestuurder. Ik had verwacht dat er problemen zouden ontstaan omdat ik me als manager van een restaurant enerzijds en als OR-voor zitter anderzijds in een dualistische positie bevind. Ik vertegenwoordig AC Restaurants en ik vertegenwoor dig het personeel. Dat kan wrijving met de bestuurder opleveren, maar dat is tot op heden niet gebeurd. Wel komt het voor dat ik als OR-voorzitter dingen moet verdedigen waar ik het als manager eigenlijk niet mee eens ben. Het omgekeerde gebeurt ook. Dat is niet eenvoudig. Je moet de za ken zien te scheiden en dat is een behoorlijk leerproces geweest. Je maakt als het ware een persoonlijke groei door. Bij de volgende verkiezin gen stel ik me weer kandidaat, maar of ik weer voorzitter word weet ik nog niet. Het COR-lidmaatschap trekt me ook erg aan."B Hans Geldermans get voor scholing en opleiding zal dit jaar en de komende jaren tenminste gelijk moeten blijven aan dat van vo rig jaar. Bovendien zouden de oplei dings- en scholingsprogramma's zich meer moeten richten op doorstro mingsmogelijkheden. De COR vindt verder dat er in het sociale beleid een adequaat antwoord moet worden ge geven op de te verwachten toename van het aantal part-time medewer kers. Daarbij denkt de COR onder meer aan aanvullende opleidingen, het ontwikkelen van sociale vaardig heden bij part-timers, vaste contrac ten, dezelfde rechten en plichten als full-timers, een gewaarborgde rechtspositie. Voorts is de COR van mening dat de kwaliteit van het werk ten gevolge van de steeds toenemen de automatisering steeds verder zal afnemen. ,,Wij zijn derhalve van oor deel dat het noodzakelijk is maatre gelen te nemen ter bevordering van de kwaliteit van het werk c.q. ter bevordering van de motivatie en be trokkenheid van Ahold-medewer- kers. Bovendien achten wij maatre- Henk van Geel Henk van Geel is bijna twee jaar voorzitter van de OR Vers Vlees Groep. Daarvoor was hij al geruime tijd OR-lid en COR-afgevaardigde. Henk is coördinator aan een snijband in de Centrale Slagerij Zaandam. ,,Na de verkiezingen in '87 hadden we geen voorzitter. Toen hebben ze mij maar tot voorzitter gebom bardeerd. Het is me tot nu toe niet tegengevallen. Ook niet meegeval len trouwens. Ik houd ervan om in een OR wat te betekenen, maar het is erg moeilijk om een groep te leiden en in de hand te houden. Als voorzit ter moet je je meer inzetten dan als gewoon OR-lid, hoewel de eigen tijd die ik erin moet steken me is meege vallen. Twee avonden per week. Ik had verwacht dat het meer zou zijn. Je leert het bedrijf als voorzitter beter kennen. Je hebt meer informele con tacten met de bestuurder. Daardoor weet je vaak meer dan de rest en hoe wel ik zo open mogelijk probeer te zijn, schept dat toch afstand. Maar daar kan ik mee leven. In m'n dage lijkse werk heb ik profijt van mijn voor zitterschap. Ik leid het werkoverleg met de groep waarvan ik coördinator ben. Dat gaat me tegenwoordig ge makkelijker af. Ik weet niet of ik me bij de volgende verkiezingen nog kandidaat stel. Het valt namelijk niet mee om het OR-werk te combineren met m'n dagelijkse werk. Maar als ze zeggen 'Henk, kom op, het ging goed' kan het best zijn dat ik me over laat halen. gelen ter verbetering van het imago van winkelwerk noodzakelijk", aldus de COR. Behalve aan concrete plannen wil de COR dat er in het Sociaal Jaarverslag voortaan ook meer aandacht aan de kwalitatieve evaluatie van het ge voerde beleid wordt besteed. ,,De COR vindt een Sociaal Jaarverslag dat enerzijds terugkijkt en anderzijds vooruitblikt een noodzakelijke voor waarde voor een dynamisch proces van beleidsontwikkeling en uitvoe ring dat recht doet aan de kwaliteit en impact van de Ahold-organisa- tie", zo heet het in de nota. De COR is tevens van oordeel dat de RvB eisen moet stellen aan de sociale jaarver slagen van de werkmaatschappijen, omdat de kwaliteit daarvan volgens de COR te wensen overlaat. Bij som mige werkmaatschappijen ver schijnt zelfs helemaal geen Sociaal Jaarverslag. De COR verwacht dat de RvB in het komende Sociaal Jaarverslag, dat in april wordt gepresenteerd, nader zal ingaan op de door de COR aangege ven aandachtspunten. ,,Het zou een goede zaak zijn als de RvB de voorge stelde aanvullingen dit jaar al op neemt", aldus Ad van Vlokhoven. ,,Met dat doel hebben we onze nota trouwens ook eerder uitgebracht dan aanvankelijk de bedoeling was."i Valt een autoregeling wel of niet on der het instemmingsrecht? Wat is nu een reglement als bedoeld in artikel 1637j van het Burgerlijk Wetboek? Is het zo raar dat OR'en gedecentrali seerde concemregelingen onder het instemmingsrecht willen laten val len? IBM, AKZO, Ahold, de rechterlij ke macht heeft kennelijk grote moeite met uitbreiding van de invloed van de OR via het instemmingsrecht. Ook minister De Koning doet er nog steeds het zwijgen toe en maakt nog weinig waar van zijn in 1988 gedane toezeggingen de invloed van OR'en te vergroten. Al eerder vermeldde ik dat als sluitstuk van de decentralisa tie bij Ahold een aantal concernrege lingen gedecentraliseerd gaan wor den. Deze regelingen horen nu een maal ook tot het instrumentarium van de werkmaatschappijen. Oké, zei de COR, maar als wij wat van onze invloed weggeven, willen wij wel dat op deze versnippering vol doende invloed van de OR'en komt. Je weet het maar nooit met die direc ties. Dus RvB, als u zo graag regelin gen wil decentraliseren, geef OR'en dan maar het instemmingsrecht, al dus de COR. OR'en volgden in het voetspoor van de COR en zowaar: de OR AH haalde het binnen. Bij de OR CD en Etos sprong het op het laatste moment af. Dat was schrikken, want decentraliseren prima, maar de OR'en meer invloed 'vetorecht' wordt er gefluisterd) geven dan de COR is van de gekke. Wijzigingen van de re gelingen gebeurt nu toch ook in goed overleg met de COR? Daar is geen speld tussen te krijgen. Maar heel toevallig vertegenwoordigt de COR alle Ahold-medewerkers en die te gen je in het harnas jagen kan allen in beweging brengen. De meeste OR'en bij Ahold hebben dat grote ge wicht niet achter zich staan. Dat kan zijn invloed hebben op het overleg tussen bestuurder en OR. Voor OR'en is het dan prettig om het instem mingsrecht als stok achter de deur te hebben en niet te zien als vetorecht. Instemmingsrecht zal de zorgvuldig heid van het overleg bij veranderin gen van de regelingen eerder waar borgen. Jan Achterban Na de verkiezingen in 1987 traden in diverse OR'en van Ahold nieuwe voorzitters aan. Wat zijn hun ervaringen na bijna 2 jaar voorzitterschap? Zijn hun verwachtingen uitgekomen? Drie nieuwe OR-voorzitters blikken terug.

Personeelsbladen | 1989 | | pagina 6