Werkmaatschappijen
Technische dienst nu dichterbij
werkvloer
de
Etos investeert in mensen
„Dat kleinschalige
sprak me aan"
Albert Heijn
De DTP is niet meer
pagina 10
Flitsen
Peter Koet, area tech
nisch manager bij de
Area Technische Dienst
in Tilburg, is nauw be
trokken geweest bij de
reorganisatie van de
voormalige DTP. De
centralisatie was het ge
volg van de reorganisa
tie. Dit moet nu zijn
vruchten gaan afwer
pen voor de ongeveer
110 Albert Heijn-filia-
len en hun klanten in
het rayon van Koet. Een
toekomst waar hij zich
wel optimistisch over
toont.
Drempelvrees
De nieuwe opzet moet zich
gaan bewijzen, maar Peter
Koet gelooft heilig in het suc
ces. „De bedrijfsleiders zul
len minder last hebben van
drempelvrees", meent hij.
„De Area Technische Dienst
is niet meer zo strak georga
niseerd als vanuit Zaandam.
De bedrijfsleiders zitten
dichter bij ons en ik ver
wacht dat zij dan ook sneller
hun klachten kenbaar zullen
maken. Dat heeft ook te ma
ken met het gegeven dat on
ze teams kleiner zijn. Dezelf
de mensen komen daardoor
vaker over de vloer bij de be
drijfsleiders, zodat die min
der gezichten hoeven te ont
houden. De verhouding zal
persoonlijkerworden. De be
drijfsleiders weten voortaan
precies bij wie ze aan de bel
moeten trekken.
Koet hoopt echter dat de be
drijfsleiders door de verbe
terde samenwerking naast
klachten ook wensen gaan ui
ten. „We zitten niet in een
ivoren toren. Reacties zijn
welkom, vooral nu. We zitten
nog in de startfase en kunnen
nu dingen gemakkelijker ver
anderen dan over een jaar.
Wij hebben de wijsheid niet
in pacht. Anderen kunnen
ook goede en bruikbare
ideeën hebben. Daar willen
we dan ook serieuze aan
dacht aan besteden."
Werkplezier
Het mes snijdt volgens Peter
Koet in de nieuwe opzet aan
twee kanten. „Het aantal le
den van de teamonderdelen
van de Area Technische
Dienst is, zoals gezegd, klei
ner. Er is daardoor meer dui
delijkheid, omdat iedereen
zijn taken en verantwoorde
lijkheden kent. Er is voor ons
ook meer werkplezier. En de
betrokkenheid neemt toe.
We zijn in meer filialen te
vinden, we worden ver
trouwde gezichten. We krij
gen zo meer te horen, maar
signaleren ook meer knel
punten en ontwikkelingen.
Onze grotere aanwezigheid
en bereikbaarheid geven ons
een beter inzicht in wat zich
op de werkvloer afspeelt."
Peter Koet kan uit eigen erva
ring de nieuwe en oude situa
tie vergelijken. „Als Regio
naal Account Manager, wat ik
bij DTP was, moest ik twee
areas in de gaten houden. Een
mens kan echter niet op twee
plaatsen tegelijk zijn. Dan
heb je wel eens het idee dat
je voor het ene gebied, waar
je dan net bezig bent, meer
doet dan voor het andere. Nu
hoef ik gelukkig mijn aan
dacht niet meer te verdelen."
De filialen en de klanten zul
len wel profijt hebben van de
nieuwe aanpak, volgens
Koet. „Door een grotere effi
ciëntie beheersen we onze
kosten beter. Daardoor kun
nen we ons onderhouds- en
investeringsbudget zo opti
maal mogelijk aanwenden
ten behoeve van de filialen."
Presentatie
Met name de presentatie van
de winkels vindt de tech
nisch manager van groot be
lang. „Die is net zo belangrijk
als het prijsniveau en de kwa
liteit van het assortiment. We
staan nummer één en moe
ten de concurrentie een stap
voor blijven. De sfeer in een
Albert Heijn-winkel in Gro
ningen moet voor de Maas
trichter hetzelfde zijn als de
vertrouwde Albert Heijn in
zijn eigen woonplaats. Het
draait om de herkenbaarheid.
Ook al winkelt de Maastrich
ter in Groningen, hij moet
De DTP (Dienst Tech
nische Projecten), tot
mei vorig jaar één van
Ahold's stafdiensten,
is niet meer. In het ka
der van reorganisatie
hebben de verschil
lende onderdelen van
de DTP een facelift on
dergaan en andere be
namingen gekregen.
De DTP hield zich be
zig met alles wat met
winkelpanden en hun
vormgeving en inrich
ting te maken had. Een
onderdeel van deze
voormalige stafdienst
was Accountgroep I,
die voornamelijk zorg
droeg voor de Albert
Heijn-werkmaatschap-
pijen, voor de realisa
tie van winkelpanden,
vormgeving van de in
ventaris en het bouw
kundig beheer. Deze
taken zijn nu onderge
bracht bij de nieuwe
afdeling Winkeltech
niek, die nu behoort
tot de Albert Heijn-
werkmaatschappij. El
ke area beschikt over
een eigen technische
dienst. De areakanto-
ren zijn gevestigd in
Zaandam, Hoogvliet,
Zwolle en Tilburg.
het gevoel krijgen thuis te
zijn in een vertrouwde omge
ving."
Wie nu bij Etos komt
werken, heeft geluk.
Sinds eind vorig jaar
hebben alle bedrijfslei
ders een ,'Etos Study
Case' in bezit, een fraai
kunststof koffertje met
daarin een compleet
trainings- en begelei
dingsprogramma dat al
met al één jaar duurt.
Zo'n intensieve be
drijfsopleiding kom je
niet vaak tegen in de de
tailhandel. De Study Ca
se is grotendeels het
werk van Etos-perso-
neelsman Gerard Krak
(35) en op de achter
grond van Floris IJff
(48).
Gerard begint al met zijn ver
haal voordat zijn bezoek
goed en wel op z'n stoel zit in
de portacabin (verplaatsbare
kantoorcontainer) op het
dak van het Etosmagazijn te
genover DC Zaandam. „Me
dewerkers, dat is het geeste
lijk kapitaal van een bedrijf.
Mensen maken de winkel
kun je ook zeggen. Aandacht
voor de mensen is dus heel
logisch." Dat Gerard gelijk
heeft, blijkt uit een onder
zoek van de SER (Sociaal Eco
nomische Raad). Onderne
mingen die de opleiding van
hun medewerkers verwaar
lozen, raken achterop en
overleven het jaar 2000 niet.
Optimaliseren van
de formule
Dat de Study Case er juist nu
komt,ihangt pok saftien met
de fase waarin de 140 drogis-
terij/cosmeticazaken zich nu
bevinden. „Het gaat nu om
het optimaliseren van de for
mule. Dus ook van het oplei-
dings- en trainingsprogram
ma. We werken aan de kwali
teit van de winkel, dus ook
van onze kennis en van onze
dienstverlening." Na enig re
kenen schat Floris dat het op
leidingsbudget bij Etos nu
vier of vijfmaal zo hoog is als
een paar jaar geleden.
Etos pakt de zaak nogal
groots aan. Uitgangspunt is,
dat de bedrijfsleider de oplei
ding verzorgt. De opleiding
vindt dus niet, zoals bij veel
andere bedrijven, centraal
plaats. „En dat vinden we
heel logisch", zegt Gerard
daarover. „Het is de bedrijfs
leiding die de medewerkers
begeleidt.
Etos steunt de bedrijfsleiding
op een praktische manier.
Vooral het koffertje valt erg
op. Gerard: „Dat hebben we
bewust gedaan. In het koffer
tje zit alles bij elkaar. Dat is
gemakkelijk terug te vinden.
Veel theorie zal de bedrijfs
leiding niet tegenkomen in
het koffertje. De handleiding
is erg praktisch opgezet.
„Dikke boeken sla je niet zo
gauw open. Net zoals het kof
fertje zelf een stevig handvat
heeft, is de inhoud een stevig
handvat voor de bedrijfslei
ding om zelf de opleiding te
begeleiden." De opleidings-
boeken zien er leuk en vrolijk
uit. „Wij zijn tenslotte een
leuk en vrolijk bedrijf!"
Het introductieprogramma
begint de eerste dag met het
overhandigen van een bos
bloemen (zo beveelt de
handleiding aan) en een in-
troductiegesprek. Vervol
gens krijgt de nieuwe mede
werker het zogeheten wel
komstboekje uitgereikt.
Over dit handige klappertje
vol achtergrondinformatie
leest u elders in dit nummer
van Flitsen.
Water door de Zaan
Daarna begint het zwaardere
werk. Na zes tot acht weken
moet de nieuwe medewer
ker beginnen met de eerste
map. Voor de gehele cursus
moeten uiteindelijk zes forse
mappen doorgewerkt wor
den. De eerste map gaat over
krijgen. Maar er gaat heel wat
water door de Zaan voor het
zover is..."
De informatie is aangeleverd
door de verschillende afde
lingen van het Etos Hoofd
kantoor en de Beauty Coun
ter Begeleidsters. Elk onder
deel wordt afgesloten me
een toets.
Het is de bedoeling dat het
cursusprogramma een jaar
duurt. Behoorlijk lang, maar
„wie bij Etos komt werken
moet er wel wat voor doen.
Aan de andere kant verwacht
de klant ook weer niet dat er
artsen achter de kassa staan,
dus het is niet onoverkome
lijk zwaar." Na dat jaar is de
nieuwe medewerker all
round verkoopster, die afwis
selend achter de beauty
counter, in de winkel of ach
ter de kassa werkt. En wie wil
dat niet?
Als aanvulling op de cursus
komen er in 1989 eenmalige
introductiedagen per regio.
„Die zijn bestemd voor me
dewerkers die minder dan 6
maanden in dienst zijn. Inlei
dingen onder andere over de
organisatie, over arbeids
voorwaarden, een toelich
ting op het werk van de on
dernemingsraad en over het
omgaan met de klant. De in
troductiedag wordt gegeven
door een PZ-functionaris en
districtsleider. „Dan leer je
ook eens andere collega's en
de baas van de baas kennen."
Wie bij Etos dan nog niet uit
gestudeerd is, kan externe
cursussen volgen. Daarvoor
bestaat sinds kort een diplo
ma-toeslagregeling.
Etos algemeen. „Dat zet alles
in een kader", aldus Gerard.
De onderwerpen geneesmid
delen en gezondheidspro-
dukten vullen ieder verder
een deel, het moeilijke maar
interessante terrein cosmeti
ca vult zelfs twee delen. De
cursusstof is echter erg over
zichtelijk gerangschikt: het
werk van Gerard en Floris.
Floris: „Bij het vorige be
drijfsonderdeel waar ik werk
te maakten we een oplei-
dings-wegwijzer. Daar werd
me al duidelijk dat het rende
ment groter is als de oplei
ding helder in elkaar zit.
Toen ik een jaar of vier gele
den bij-Etos kwam, wilde ik
iets,dergelijks van dfe grond
Het verhaal over de oplei
dingen die Gerard Krak
zelf heeft gevolgd is bij
zonder. Na enige jaren in
de horeca begon hij als
19-jarige ate medewerker
bij het toenmalige Simon
de Wit. Later was hij on
der meer sectorchef bij
Albert Heijn en werkte hij
een jaar bij de Dienst
Technische Projecten in
Zaandam. Al die jaren stu
deerde hij erbij. Middle
management, marketing,
bedrijfseconomie, de ene
cursus na de andere. „Per
soneelswerk begon me
pas echt te interesseren
toen ik er als leidingge
vende mee te maken
kreeg." Daarom begon
Gerard aan de vierjarige
part-time opleiding Per
soneelswerk aan de Socia
le Academie. „De kans dat
je met HBO-PW intern
aan de slag kunt komen, is
niet zo groot. Etos was
een mooie kans. Dat
kleinschalige (Etos heeft
ongeveer 1.100 mede
werkers) trekt me zeer."
Floris IJff en Gerard Krak (r)