DEPORDER VERDWEEN, MAAR WE KREGENHET WEL STEEDS BETER Honderd jaar geleden liepen we wat ach ter. We hadden een duidelijke mening over onze buurlanden en de Belgen wer den in grappen toen al als dom getypeerd, maar Engelsen, Duitsers en Belgen had den meer fabrieken, spoorlijnen en stoom machines dan wij Nederlanders. Maar, we deden ons best, langzaam haalden we iets van onze achterstand in. Ook Nederland ging op weg om een modern industrieland te worden. Er is veel veranderd in die honderd jaar. Het is niet mogelijk om alle veranderingen op te sommen, dat zou dit artikel maar saai maken. Saaiheid mag niet, want het gaat bij deze veranderingen juist om vaak heel interessante zaken. Dat we het als Nederlanders de laatste eeuw steeds beter hebben gekregen is dui delijk. Er veranderde heel veel in het leven van de gemiddelde Nederlander en een gemid deld Nederlands gezin. Een voorbeeld (op linkerpagina), laten we eens kijken hoe het boodschappenlijstje voor een week van een Leids arbeidersgezin bestaande uit va der. moeder en twee kinderen, er aan het eind van de vorige eeuw (in 1890) uitzag. Leuk zo'n lijstje, vooral als je de moeite neemt de verschillende posten eens na te lopen. Een aantal boodschappen zal op een lijstje uit onze tijd niet meer of veel minder voorkomen. Gazcokes stookt niemand meer. Een petroleumlamp was toen onmisbaar, nu een artikel voor liefhebbers van antiek. Wie eet nog boek- weitgrutten en wie draagt nog klompen? Weet u wat een porder is? Tegen betaling zorgde de porder ervoor dat u 's morgens op tijd wakker werd. Een boodschappen lijstje uit een heel andere tijd. Nu kunnen de prijzen van de genoemde artikelen u mee of tegen vallen, maar als u wilt weten hoe dit arbeidersgezin ervoor stond moet u ook wel weten wat er werd verdiend. Welnu, in dit gezin verdiende de man 5 tot 6 gulden, de vrouw 4 tot 6 gulden per week! Waren dit nu de normale lonen voor die tijd of had dit gezin het gewoon slecht ge troffen? Om u een beeld te geven geven wij u wat cijfers uit Groningen. We hadden natuurlijk ook een andere stad kunnen ne men. Het arbeidersgezin uit ons voorbeeld verdiende dus zo'n 12,- per week, dat is ongeveer 600,- per jaar. De inkomens verdeling per gezinshoofd in Groningen, uitgedrukt in procenten, zag er als volgt uit: 1870 1910 minder dan f 500,- 76,4 48,0 ƒ500-/ 1.000 10,9 31,7 1.000-/2.000 7,3 11,4 f 2.000-/ 4.000 3,8 5,5 4.000-/ 8.000 1,1 2,4 boven 8.000 0,5 0,9 (P. Kooy, Groningen 1870 -1914) Kosten 100 137 174 194 221 202 182 174 177 176 Loon index De cijfers zijn duidelijk, het gezin van ons boodschappenlijstje is geen uilzondering. In Groningen verdienden de meeste ge zinshoofden minder dan 500,- per jaar. Maar er is nog iets dat opvalt: de welvaart neemt toe. Verdiende in 1870 zo'n 76% minder dan 500,-, in 1910 is dit gezakt tot 48%. We zeiden het al, de hoogte van de lonen zegt weinig, maar ook als u lonen en prij zen met elkaar vergelijkt ziet u dat de Ne derlanders het steeds beter kregen. We stellen de lonen en de prijzen in 1913 elk op 100 en krijgen dan het volgende over zicht: (Vrij naar F.A.G. Keesing. De conjunctu rele ontwikkeling van Nederland. Sun, Nijmegen, 1978) 95

Personeelsbladen | 1987 | | pagina 97