Drank discreet in de kan Amur, k de komende MBf goede gewoonte rijen. Wie niet gedreven In Oostzaan bevond zich achter in de winkel een met een deur afgesloten ruimte waar uit kleine vaatjes brandewijn en (citroen-) je never per maatje werden verkocht. Deze voorloper van Alberto was vanuit de winkel niet zichtbaar omdat de consumptie van drank in die dagen als een ondeugd werd gezien. Albert Heijn wilde uiteraard de klanten niet voor het hoofd stoten en daarom werd de overigens legaal aanwezige drank voorraad aan het oog ont trokken. Gevulde flessen met dit geestrijke vocht wer den in een vloeipapier ge wikkeld, zodat de klant niet het risico liep door de buurt als drankorgel te worden bestempeld. Deze vorm van discretie is nog steeds een in de slijte- wist of de voor de toonbank versche nen waren voornamelijk de vrouwen van veenboeren. Daardoor was onmiddellijk de eerste vorm van klantge richt denken en handelen een feit, want de heer Heijn had zijn assortiment op de wensen van deze specifieke bevolkingsgroep afge stemd. Naast kruide nierswaren verkocht hij on der andere landbouwge reedschap, gierscheppen, melkjukken, klompen, koe touw (dat werd gebruikt om de benen en de staart vast te binden) en melkkrukjes. Toen na verloop van tijd in andere plaatsen filialen open gingen, werd het as sortiment van de winkel in kwestie aan de lokale vraag aangepast. Een filiaal op het platteland verkocht zo doende totaal andere artike len dan een stads winkel.

Personeelsbladen | 1987 | | pagina 81