1987wordt een druk i Denkers en doeners gelijkwaardig binnen Ahold 1.1. Ahlqvist: Flitsen pagina 5 Miro Albert Heijn Etos Alberto Distributie Vers Vlees Groep 1987 Het afgelopen jaar was er één waarin de winkelwerkmaatschappijen, de distribu tiecentra en de centrale slagerijen volop in beweging waren. De meeste aandacht ging uit naar de voorgenomen integratie van Miro en Albert Heijn en de verfijning van de AH-supermarktformule. Maar er ge beurde meer. Etos werkte stug door aan de succesvolle Beauty Case-formule, terwijl bij Alberto een grotere nadruk op het vak manschap kwam te liggen. De distributie centra barstten bijna uit hun voegen en de centrale slagerijen ondervonden de gevol gen van de veranderende eetgewoonten. Ondanks alle feesten en andere activitei ten ter gelegenheid van het 100-jarig be staan van Albert Heijn, gaan de ontwikke lingen in 1987 gewoon door. Het wordt een druk jaar. „Maar voor 't vieren van een zo bijzonder feest maken we natuurlijk tijd", aldus F.I. Ahlqvist die binnen de Raad van Bestuur verantwoordelijk is voor bo vengenoemde werkmaatschappijen. Hier onder zijn visie op de ontwikkelingen in het afgelopen en die in het komende jaar. FI Ahlqvist „De voorgenomen Miro-in- tegratie heeft in 1986 veel aandacht getrokken en zal dat ook dit jaar doen. De ge dachte die erachter zit is dat de grootschalige supermarkt een behoorlijk schaars goed is in Nederland. De Albert Heijn-formule moet de mo gelijkheid krijgen om door te groeien naar grote opper vlaktes. Het leek ons weinig zinvol om binnen een con cern twee werkmaatschap pijen te hebben die om dit schaarse goed zouden gaan strijden. Daarbij komt dat de verwachting die we van de Miro hadden, niet is uitgeko men. Het heeft veel tijd ge kost om dat te analyseren. We hebben er binnen de Raad van Bestuur uitputtend over gediscussieerd en ten slotte gekozen voor een vorm van integratie. Voorlo pig zullen we met twee for mules blijven opereren: Mi ro en AH. Volgend jaar zal er meer zicht moeten komen op hoe de grootschalige su permarkt er bij AH uit zal moeten zien. De Miro-vesti- gingen zullen worden inge past in het uiteindelijke AH- concept." „De vernieuwing van het winkelbestand is in 1986 stug doorgegaan. Er zijn 18 nieuwe winkels bijgekomen, 13 winkels uitgebreid en 47 totaal vernieuwd. Mede daardoor is de omzet met 7,1% gestegen. We hebben nu een marktaandeel van ruim 20% bereikt. Ook wat betreft franchising hebben we een zeer behoorlijke groei meegemaakt. Geble ken is dat franchisenemers prima uit de voeten kunnen met ons centraal vastgesteld commercieel beleid. Er zijn er momenteel 65 en we zul len dat aantal volgend jaar verder uitbreiden. We stre ven ernaar de omzet van de franchise-winkels in 1987 boven het half miljard te brengen. De verwachtingen zijn echt hoog gespannen. Alles waar nu aan gewerkt wordt, zal consequenties hebben voor de manier waarop Albert Heijn in de toekomst op alle niveaus be stuurd zal moeten worden. We zijn driftig bezig om de kwaliteit en kwantiteit van de AH-organisatie te verster ken om het gevecht om de consument ook in de ko mende jaren met succes te kunnen blijven voeren. Dat betekent dat we de werving van nieuwe medewerkers zullen verbeteren, onze op leidingen zullen herzien en op een andere manier zullen communiceren met onze medewerkers. Met dat laat ste doel ik op het AH TV- journaal, waarmee we deze week starten en dat elke week op videoband naar de filialen zal worden gestuurd. Alle actuele onderwerpen worden daarin belicht. De produktie is in handen van mensen die hun sporen op dit gebied verdiend hebben, zodat we een hoge mate van professionaliteit mogen ver wachten. In 1987 zal het ex pansieve programma van AH worden voortgezet. De groei van het aantal winkels en de uitbreidingen van de remo- delingen, zullen een enorme investering vergen. De pro jecten zijn er. Het geld is er ook, dank zij het interessante rendement. We moeten zien dat we die projecten ook waar kunnen maken. Daarbij komt ook nog het feitelijke integreren van Miro en AH. Het zal alles bij elkaar een ongelooflijke inspanning vra gen." „Het is het afgelopen jaar duidelijk geworden dat Etos een hele goede greep heeft gedaan met de Beauty Case- aanpak. Het is een hele inte ressante formule die zeker mogelijkheden biedt tot ver dere groei. Het enige pro bleem is goede vestigings plaatsen te vinden. Wij blij ven natuurlijk proberen via alert reageren op de onroe rend goed-markt om zoveel mogelijk nieuwe vestigings- punten te verkrijgen." Alberto heeft een redelijk goed jaar achter de rug. De omzet is met ruim 16% ge stegen. Men is volop bezig geweest om de formule te verfijnen. Veel nadruk lag daarbij op het bieden van meer vakmanschap aan de consument. Dit jaar zal naar middelen gezocht moeten worden om de verdere groei te bewerkstelligen die Alber to in staat stelt om uit de po sitie van 'tussen tafellaken en servet' te komen." „De distributiecentra heb ben veel sneller dan ver wacht problemen gekregen met het verstouwen van het groeiende aantal artikelen. Dat is een rechtstreeks ge volg van het feit dat de Al- bert Heijn-filialen meer zijn gaan verkopen, waardoor de goederenstroom van en naar de DC's is toegenomen. We beraden ons momenteel over distributiestructuren voor de komende jaren. Daarbij staat de service aan de filialen voorop, met dien verstande dat de kosten geen negatieve invloed mogen hebben op het prijsniveau van de artikelen." „Het hoogtepunt voor de Vers Vlees Groep in 1986 was uiteraard de opening van de nieuwe centrale sla gerij in Zoetermeer. De twee kleinere slagerijen in Rijs wijk en Maarssen konden daardoor worden gesloten. De ontwikkeling van de WG is volledig afhankelijk van de vleesmarkt. En die is mo menteel duidelijk in bewe ging. In de toekomst zal veel meer vlees voorbereid wor den in de abattoirs. Ander zijds is er een tendens dat mensen minder vlees gaan eten. Maar het vlees dat ze dan kopen, willen ze wel graag vanuit bediening. Die ontwikkelingen zetten de behoefte aan verwerking van vlees in onze centrale slage rijen onder druk. We zijn momenteel bezig om te on derzoeken hoe de CS'en hierop het beste kunnen in spelen. In 1987 zullen we ons moeten aanpassen aan de veranderende omstandig heden." „Er wordt in 1987 weer heel wat verwacht van de mede werkers. En dat allemaal in een jaar waarin we mis schien iets meer tijd hadden willen hebben om het 100- jarig bestaan te vieren. Ik ben er echter van overtuigd dat de werkmaatschappijen in staat zullen zijn zich aan te passen en het leuke met het serieuze zullen weten te combineren." De doeners', ze staan in de moderne maatschap pij hoog genoteerd. De snelle beslissers, die voor elk probleem een oplossing uit de mouw lijken te schudden om er vervolgens weer een schepje óp te gooien om het ontstane oponthoud weg te werken. Dat ze ook weieens onderuit gaan als hun bliksemremedie verkeerd uitpakt wordt ge rangschikt onder de te accepteren risico's. De Amerikaan David Kolb denkt daar anders over. Hij heeft een theorie ontwikkeld waarbij denkers naast doeners een gelijkwaardige plaats dienen in te nemen. Hierin laat hij zien dat mensen ver schillend omgaan met nieuwe ontwikkelingen en dat het zinvol is respect te hebben voor eikaars inbreng. De centrale afdeling Oplei dingen bij Ahold houdt zich nu IV2 jaar bezig met het Kolb-model. Terecht èn met succes, concludeert afde lingshoofd J.J. Wessel. Uit zijn betoog blijkt dat de Ahold-organisatie vooral be staat uit doeners. Vooral bij het werken in teamverband is het gevaar aanwezig dat niet of nauwelijks wordt ge luisterd naar mensen met een theoretische, beschou wende benadering. Die wor den dikwijls ervaren als een rem op de gang van zaken. „Daar moeten we vanaf. Het management zal nu en in de toekomst steeds vaker als team moeten werken. Een team waarin men goed naar elkaar luistert, ervaringen uitwisselt, samen prioritei ten stelt en risico's durft ne men. Pas dan ontstaat het zo genoemde synergetische ef fect, waarin men eikaars ga ven completeert om vervol gens tot de ontdekking te ko men dat het geheel méér is dan de som der delen." Wessel benadrukt dat het hier niet gaat om een gefor ceerde poging tot verande ring van iemands karakterei genschappen. „Wij bevesti gen Kolb's theorie als we vaststellen, dat er ook in de Ahold-organisatie vier typen in benadering van nieuwe ontwikkeling zijn te onder scheiden: de nadenker, de doener, de theoreticus en de pragmaticus. Het is zaak on derling die verschillen te respecteren en bovenal te waarderen." Tot nu toe hebben tijdens kadercursussen 145 mensen met het Kolb-model kennis gemaakt. Om te bepalen wel ke benaming het meest bij iemand past, wordt aan het begin van de cursus een vra genlijstje voorgelegd. Ieder bepaalt daarbij voor zich welke vragen het best zijn of haar benaderingswijze van nieuwe dingen karakteri seert. Wessel noemt het op merkelijk, dat 98,9% zichzelf in het uiteindelijk resultaat van die meting herkent. An dere conclusie is dat bij Ahold de doeners de over hand hebben. „We streven natuurlijk niet naar een evenwicht in die verhou ding, maar wel naar meer 'ruimte' voor de denkers in ons gezelschap. We willen dat bereikbn door de prag matici en de doeners te laten zien hoe belangrijk het is eerst samen over een pro bleem na te denken om ver volgens samen voor de beste oplossing te kiezen. Dat kost weliswaar wat meer tijd, maar het corrigeren van een impulsieve, maar onjuiste beslissing kost nog meer tijd."

Personeelsbladen | 1987 | | pagina 5