Bouw van CS Zoetermeer verloopt voorspoedig Nieuwe snijtafels in CS Zoetermeer om gezonder aan te werken zxm.ju pagina 4 Flitsen Aanbeveling van bedrijfsgezondheidsdienst leidt tot verbetering werkomstandigheden snijderlvliezers „Ik verbaas me nog bijna iedere dag over het ge mak waarmee dit project letterlijk van de grond komt. De hele operatie glijdt al vanaf het begin als een mes door de boter. Soms denk ik wel eens dat het te gemakkelijk gaat.'' Leo van Schreven is een tevreden mens waar het gaat om de bouw van de nieuwe Centrale Slagerij (CS) in Zoetermeer. Vo rig jaar september ging de eerste paal voor deze slagerij de vette Zuidhollandse klei in. Nauwelijks negen maanden later heeft de oplevering al plaats gevonden. De heer Van Schreven van de Dienst Technische Projecten (DTP) zet de technische details op een rij en licht ze daar waar nodig toe. De historie van wat al „de meest moderne slagerij van Nederland" wordt genoemd gaat terug naar maart 1985. De Vers Vlees Groep opende toen de gesprekken met de DTP die een projectgroep vanuit het projectbureau sa menstelde. Hierin namen zit ting de heren E. Pals en A. Hamberg met als projectlei der de heer Van Schreven. De heer J.J.M. van der Schoot vertegenwoordigde de WG in het team. Laatstgenoemde is bedrijfsleider van de CS Rijswijk geweest en is in Zoetermeer in dezelfde functie benoemd. Onder an dere door de ligging in een woonbuurt, de slechte be reikbaarheid. de staat van de gebouwren, de arbeidsom standigheden en de hygiëne waren de achterliggende ge dachten de CS'en in zowel Rijswijk als Maarssen te slui ten en de activiteiten van de ze twee centrales onder te brengen in een splinternieu we slagerij. Toen eenmaal het „groene licht" voor deze plannen was gegeven kwa men de gesprekken pas goed op gang. Allereerst moest er een geschikte lokatie wor den gevonden die het liefst tussen de plaatsen Rijswijk en Maarssen zou liggen. Pre cies uitgemeten is het niet, maar de gemeente Zoeter meer had op de meeste ter reinen de beste papieren in huis. De Dienst Onroerend Goed van Ahold had name lijk 8.600 vierkante meter grond gevonden in Zoeter meer aan de Edisonstraat. DTP was toen inmiddels al begonnen met het op papier zetten van de uitvoerings plannen. De WG had wel een hele studie gehouden aan welke voorwaarden de slagerij moest gaan voldoen, maar zo'n gebouw daadwer kelijk laten verrijzen is een verhaal apart. Snel en soepel In nauw samenspel met de architect, de constructeur en de aannemer is nu een slagerij gebouwd die menig toets der kritiek vrij gemak kelijk zal kunnen doorstaan. Zo heeft het gebouw een IJ- vormige routing gekregen. Dat betekent dat er alles aan gedaan is om het verwerken van vlees zo snel en soepel mogelijk te laten verlopen. Deze constructie heeft ook tot" gevolg dat de aan- en af voer van de vleesprodukten aan één en dezelfde kant van het gebouw zal plaatsvinden. Met name voor het beheer van de ontvangst en de uit gifte van de goederen zal dat besparend werken. Een an der in het oog springend de tail zijn de driehoekige span ten die aan het plafond zit ten. Door het „toepassen" van deze spanten hoefden er geen kolommen te worden gebouwd waar het dak op zou gaan steunen. Zodoende is de vloer „vrij" en kan er indien nodig veel makkelij ker en sneller worden veran derd binnen de beschikbare 1.320 vierkante meter. Hier mee wordt bedoeld het werkplaatsgedeelte met de ontvangst-, verwerkings- en uitzetruimten. De rest van het terrein wordt gebruikt voor de aan- en afvoer van produkten en parkeergele genheid. Over de aanleg van dit deel van het project valt nog een verhaal te vertellen. Na onderzoek was gebleken dat de grond qua draag kracht vrij slecht was. Een zeven meter dikke veenlaag was daar schuldig aan. Het zou betekenen dat de heistelling en de draglines er niet zouden kunnen werken. Zonder al teveel problemen zouden ze in de aarde weg zakken. Om dit te voorko men is de grond tot een diepte van 70 centimeter weggegraven en is nieuwe grond, gemengd met zand en cement aangebracht. Om verzakking van de slagerij zelf tegen te gaan, werden zo'n 192 heipalen met een respectabele lengte van 21 meter de grond ingeslagen. Werkplezier Aan de aankleding van de binnen- en buitenkant van het gebouw is veel zorg be steed. Vooral fris uitziende muren en veel ramen moe ten het werkplezier vergro ten. Ook komt er een geslo ten koelketen waardoor in alle ruimten constant de juis te temperatuur heerst. De ar beidsmotivatie zal ook ver beteren door de grote aan dacht die gegeven is aan het bestrijden van het lawaai. Zeker op het terrein van de hygiëne mag de CS Zoeter meer gezien worden. Als voorbeeld nemen we de af voerputten die vervangen zijn door afvoergoten. De Medische Keuringsdienst van Waren is onder de in druk gekomen van de Zoe- termeerse faciliteiten en ge bruikt tijdens zijn instructies deze CS als het schoolvoor beeld hoe het moet. De heer Van Schreven over de hele planning en de budgettering rond dit project. „Tijdens de bouwtijd hadden we te kam pen met nogal strenge win terse dagen waardoor er in totaal 35 onwerkbare dagen in verband met vorstverlet werden genoteerd. Deson danks zijn we op schema ge bleven. Niet op de laatste plaats is dat te danken ge weest aan de speciale be schermende voorzieningen die getroffen zijn om het bouwvakkers zo aangenaam mogelijk te maken. En geluk kig zijn wij budgettair ook keurig binnen de lijnen ge bleven. Het hele project in clusief de installaties heeft zo'n 9 miljoen gekost." De oplevering van CS Zoeter meer heeft inmiddels plaats gevonden. In september van dit jaar zal de officiële ope ning plaatsvinden. Snijder/vliezers in de Centrale Slagerij in Zoetermeer krijgen de beschikking over nieuwe afzonderlijk instelbare snijtafels. Daar hebben bedrijfsarts Bert Opheikens en bedrijfshygiënist Hans Kramer alles mee te maken. Het verhaal over rugklachten, ergo nomie en hoe alles toch nog goed kwam. De nieuwe Centrale Slagerij die volgende maand in Zoe termeer open gaat biedt een opmerkelijke vernieuwing voor de snijder/vliezers die daar komen te werken. Het snijden en ontvliezen van vlees zal door hen gebeuren aan nieuwe uit Denemarken geïmporteerde snijtafels. De mensen die ermee moeten gaan werken krijgen nog voorlichting over de voorde len van deze tafels. Aan de komst van deze moderne ta fels zit een ongewoon ver haal vast. Het begint in 1983. Bedrijfs arts Bert Opheikens van de Bedrijfsgezondheidsdienst voor de Zaanstreek (BGD) merkt op zijn spreekuur dat het herhaaldelijk voorkomt dat snijder/vliezers klagen over rugpijn, pijn in de nek en last hebben van de schou ders. „Ik ben dat toen eens nader gaan onderzoeken", vertelt de bedrijfsarts, die via de BGD nog voor andere werkmaatschappijen van Ahold werkt. Bij de BGD in Zaandam werken 21 men sen. In totaal zijn 44 bedrij ven aangesloten. „De klachten die ik hoorde waren eigenlijk niet eens zo verwonderlijk als je ziet in welke houding de meesten van de 35 snijder/vliezers staan te werken. De hoogte- van de tafels was niet verstel baar. Ze stonden allemaal licht voorovergebogen te werken. De spieren van je rug kunnen daardoor te zwaar worden belast. Op den duur kunnen daar voor gevoelige personen dit soort klachten krijgen. Bovendien treedt veelal een gefixeerde stand van hoofd en nek op", aldus de bedrijfsarts. Bert Opheikens sprak erover met een BGD-bedrijfshygië- nist. Hans Kramer. „Ik ben toen", zegt Kramer, „vanuit ergonomische aspecten de zaak gaan bestuderen." Dat behoeft wellicht enige uit leg. De officiële formulering voor ergonomie zoals die ooit is gebruikt bij Teleac- cursussen is deze: „Ergono mie is het vakgebied dat zich bezighoudt met het aanpas sen van werkomstandighe den, werkmethoden, hulp middelen en gereedschap pen aan de mogelijkheden en beperkingen van de mens." Of om het eenvoudi ger te zeggen: ergonomie ldjkt naar het gebruikersge mak van apparaten, aange past aan de mogelijkheden van de individuele gebrui ker. „De tafels waar de mensen aan werkten waren 90 centi meter hoog'1, vertelt Kramer en pakt er tekeningen bij van de situatie zoals die is bestu deerd in de Centrale Slagerij in Zaandam. „Van een lopen de band moeten de snijder/ vliezers de voorbewerkte vleeswaren pakken. Wij heb ben voorgesteld die lopende band waarover die vleeswa ren worden aangevoerd te verwijderen en over te gaan tot de aanschaf van in hoogte verstelbare tafels. Het tafel blad daarvan zou dan ook nog eens schuin gezet moe ten kunnen worden. Ieder een moet zodoende zijn ei gen ideale werkhouding kunnen bepalen, waardoor je die gefixeerde stand van de nek en het hoofd kunt verminderen." Kramer en Opheikens heb ben daarover een advies uit gebracht. „Wij kunnen wel een oplossing voorstellen," zegt Kramer, „maar wij zijn geen ingenieursbureau dat het dan ook verder uitvoert. Vervolgens moet de bedrijfs leiding de zaak oppakken. Dat is hun taak." In de Cen trale Slagerij in Zaandam is dat tot volle tevredenheid van de twee gebeurd, mede dank zij de inzet van Aad Poot, de bedrijfsleider van de slagerij in Zaandam en Jacques van Alphen, hoofd van de centrale technische dienst van de totale Vers Vlees Groep. „Door een veranderde op stelling van de snijtafels in Zaandam is de produktie daar nu beter gestroomlijnd. In de CS Zaandam wordt een proef genomen met appara tuur waarmee de rugbelas ting kan worden gemeten.. De nieuwe ergonomische snijtafels zijn nog niet in Zaandam. Wel is er inmid dels een proefopstelling. Het blijft voorlopig nog beperkt tot de nieuwe slagerij in Zoetermeer. Maar wij hopen dat zij nu ook hier in Zaan dam zullen komen. Wij heb ben uiteindelijk hier ons eer ste onderzoek verricht", zegt de bedrijfshygiënist. Opheikens en Kramer zijn zeer te spreken over de aan dacht die er de laatste jaren in de Centrale Slagerij te Zaandam is voor de arbeids omstandigheden. Dat geldt niet alleen de ontwikkeling met deze nieuwe snijtafels. Eerder is afgekeken naar de geluidsbestrijding en is aan dacht besteed aan de klima tologische omstandigheden waaronder wordt gewerkt. ,Jc merkt", aldus Kramer, „de laatste jaren een vergro te aandacht voor de arbeids omstandigheden in de vlees verwerkende industrie, zo wel van vakbonden als van werkgevers." „Het positieve van deze er gonomische aanpassing", vervolgt Opheikens, „is dat de verbeteringen worden aangebracht zonder dat ik in precieze cijfers aan kon ge ven wat de invloed van de klachten was op bijvoor beeld het ziekteverzuim en de produktiviteit. Er zijn ook geen uitvoerige kosten/ba ten-analyses aan vooraf ge gaan. We hadden „alleen" die indicaties uit mijn spreekuur en een gedetail leerde ergonomische beoor deling van de werkplek. Het is uitermate positief dat dit probleem meteen is onder kend. Voor de Vers Vlees Groep is deze ontwikkeling zonder meer een doorbraak te noemen voor het werk van de snijder/vliezers. Ik hoop dan ook dat het tot een vermindering van het aantal rugklachten zal leiden. En daar is iedereen mee ge diend."

Personeelsbladen | 1986 | | pagina 4