Oude kalverstal schot in de roos „Ik kreeg de nieuwe haring eerder dan de koningin" Flitsen pagina 9 Schietvereniging 't Keugeltje Oefening baart kunst Geen plaats „Fantastisch" Jan Krijt (bijna) 40 jaar bij Albert Heijn: Concentratie, zelfbe heersing, een goede conditie, het zijn sleu telwoorden voor de le den van schietvereni ging 't Keugeltje in Groenlo. Het is een bij zondere schietvereni ging, niet alleen omdat de leden hun schiet baan in een oude kal verstal hebben ge bouwd, maar ook om dat de vereniging ei genlijk een bedrijfsver eniging is van de Cen trale Slagerij Groenlo. Ontstaan in de jaren dat de slagerij nog zelf standig was (Luto) en momenteel na enkele mindere jaren weer volop in bloei. De ople ving van 't Keugeltje moet voor een belang rijk deel worden toege schreven aan de nieu we schietbaan, die door veel zelfwerkzaamheid van de leden, afgelopen zomer in de oude kal verstal op het bedrijfs terrein werd gebouwd. 't Keugeltje telt negentien le den. Veertien daarvan zijn werkzaam in de Centrale Sla gerij; als slager, als worst stopper, als gehaktmaker, als afdelingschef... Secretaris is de heer A. Migchielsen, lid van het eerste uur èn een beste schutter. Hij weet zich nog te herinneren dat Jan ter Braake, een schietliefhebber werkzaam bij de slagerij eens bij de personeelsver eniging de vraag op tafel leg de of er binnen het bedrijf geen animo zou zijn voor een schietvereniging. Die vraag bleek een schot in de roos, want op 10 oktober 1971 kon de schietvereni ging al worden opgericht. Nu was het niet zo dat elk lid meteen een vaardig schutter was. Integendeel. Maar dat kon de leden van 't Keugeltje er niet van weerhouden om in 1972 al mee te gaan doen aan de competitie van de schietbond Groenlo-Eiber- gen-Borculo (GEB). Het was een vuurdoop die de heer Migchielsen nog lang zal heugen. „Om een lang ver haal kort te maken: het viel knap tegen, we maakten er niets van." „Maar... oefening baart kunst," zegt de secretaris. Door veel en hard te trainen, zagen de schutters van de slagerij kans om met toene mende precisie de wedstrij den af te werken. Een en an der had tot gevolg, dat de le den van 't Keugeltje steeds hoger in competitieverband gingen spelen. Het eerste viertal werd in het tweede jaar al kampioen van de C- klasse en schoot zich het daarop volgende jaar meteen in de A-klasse van de schiet bond GEB, het hoogste wat 't Keugeltje kan bereiken. Er wordt geschoten met 4,5 mm luchtdrukgeweer. Kos ten van aanschaf: circa 1.500,-. Het gewicht van het schietwapen is exact 4,7 kilo. Voor elke wedstrijd wordt het wapen gewogen. Mocht het te zwaar of te licht zijn, dan wordt het op het juiste gewicht gebracht. Als secretaris Migchielsen een demonstratie geeft met zijn geweer wordt duidelijk waarom er een goede condi tie is vereist voor de schiet sport. Het geweer moet on beweeglijk tegen de schou der en op de linkerhand steunen. „De houding en het voetenwerk zijn erg belang rijk", zegt Migchielsen. „Als je een goed schutter bent, heb je bij het aanzetten van het geweer de loop al op de roos gericht. Dan moet je nog bijrichten. Concentratie en zelfbeheersing, dat zijn belangrijke punten." In een wedstrijd moeten vijftien schoten worden gelost. De ene schutter doet daar tien minuten over, de ander an derhalf uur." Voordat de leden van 't Keu geltje in 1981 de beschik king kregen over een eigen schietbaan in de voormalige kalverstal op het bedrijfster rein van de Centrale Slagerij schoten ze in de kantine, die 's avonds in een handom draai werd omgetoverd tot schietbaan. Met enkele zwa re gordijnen werd de baan afgeschermd en in een zelf gemaakte kogelvanger wer den de kogeltjes opgevan gen. De voorzieningen wa ren voldoende om te voor komen dat de verdwaalde kogels in de suikerpot of tus sen de kopjes terecht kwa men. In 1981 kwam aan deze si tuatie een einde. De kantine moest worden aangepast aan de eisen van Ahold, wat be tekende dat er voor de schietvereniging geen plaats meer was na de verbouwing. Een oplossing werd gezocht en gevonden in de oude kal verstal, een loze ruimte op het bedrijfsterrein, die door de Centrale Slagerij beschik baar werd gesteld. De ver bouwing van de stal kostte heel wat werk. Met name het schoonmaken van de stal, waar vroeger de slachtkalvc- ren werden opgevangen, was een zwaar karwei. Twee hogedrukspuiten moesten er aan te pas komen om alles schoon te spuiten. De nieuwe schietbaan vol deed goed, maar toch waren de leden van 't Keugeltje niet helemaal tevreden. Zo ontbrak er een toilet in het gebouw. Ook zou het aantal banen van vijf naar zes moe ten worden uitgebreid om de wedstrijden wat vlotter af te werken. „Bij mij kwamen ze afgelopen zomer met de vraag of een aanpassing van de ruimte financieel moge lijk was", vertelt bedrijfslei der J. Meewisse. „Ik heb toen gezegd: als jullie binnen het budget blijven, nemen wij de materiaalkosten voor on ze rekening, op voorwaarde dat wij de ruimte als verga derzaal kunnen gebruiken." In negen weken was de ver bouwing rond. Op 6 septem ber opende directeur J. Kel derman van de Vers Vlees Groep de vernieuwde baan met een welgemikt schot. Sinds 't Keugeltje in de oude kalverstal over een eigen baan beschikt, is er onder de medewerkers van de Centra le Slagerij ook meer animo voor de schietvereniging. Schommelde eind jaren ze ventig het ledental rond de elf, nu zijn het er weer ne gentien. Bedrijfsleider Mee wisse, ruim een jaar werk zaam in Groenlo en géén lid van de schietvereniging: „Het is fantastisch, uniek, dat zo'n vereniging binnen het bedrijf kan bestaan. Ik stond versteld toen ze met die ver bouwing bezig waren. Dan zie je nog eens waartoe men sen buiten hun werksituatie in staat zijn. En het werkt ook goed voor de sfeer bin nen het bedrijf. Iedereen leeft met de prestaties van de schietvereniging mee. Het versterkt de onderlinge band." Jan Krijt had graag zijn veertig dienstjaren bij Al- bert Heijn volgemaakt. Op I oktober 1945 trad hij in dienst en 14 juli jl. is hij 65 geworden. Hij treurt er niet echt om. De jongeren moeten een kans hebben. „Vroeger moest je alles aanpakken, onverschillig wat. Dat was in de tijd dat er nog weinig verpakte le vensmiddelen waren. Da dels werden in matten van 60 kilo aangevoerd en rozijnen o.m. in kistjes van 14 kilo. De facturen moesten met de hand worden geschreven en de filiaalnummers wist je uit je hoofd. Oostzaan had nummer 1, Purmerend nummer 2." Dan volgt nog een hele rij filialen. Jan Krijt, uit een gezin van II kinderen, begon op 15-ja- rige leeftijd als „walbaas" bij de beurtschippers in Amster dam. ,Je werkterrein was een walkantoortje tegenover het Centraal Station. Je moest zorgen dat de sche pen en auto's gelost werden waarna vervolgens het eigen schip geladen moest wor den. Vijftien jaar en dan al walbaas", zegt hij lachend. Jan Krijt heeft zijn hele leven met expeditie en distributie te maken gehad. Over de oorlog praat hij niet veel. „Een maand in Duitsland was voor mij voldoende. Toen ben ik ondergedoken bij mijn aanstaande schoonou ders." Werk moest af „Op 19 september 1945 trouwde ik en begon op 1 oktober daaropvolgend als assistent-chef in het Centraal Magazijn - DC's waren er toen nog niet - voor 35 gul den per week. Ik werd door meneer Gerrit rondgeleid. Die eerste maanden na de oorlog was er niets. We moesten van de grond af be ginnen. Je wist wel wanneer je begon met werken - 's ochtends half acht - maar nooit wanneer je ophield, al was de streeftijd 6 uur. Het werk moest altijd af. Wan neer er een noodtelefoontje van een filiaal kwam moest het geregeld worden, al werd het nacht. „Nee" ver kopen in de filialen was er niet bij. Dat was de tijd dat alles nog met de hand moest worden geladen en gelost. Twee man waren al gauw een uur of langer bezig met een vrachtwagen of schip. Tegenwoordig is het tussen ja en nee gebeurd." Jan Krijt bewaart de beste herinneringen aan die begin tijd. Iedereen kende ieder een en „meneer Gerrit" liet zich regelmatig zien in het Centraal Magazijn. Hij was op de hoogte van al het lief en leed dat bij zijn mensen speelde. Wanneer er een kind was geboren kwam hij de trotse vader persoonlijk feliciteren. Uit zijn vestzak toverde hij dan meestal een briefje met de mededeling er wat voor te kopen voor de jonge moeder. Maar voor het werken hanteerde hij ijzeren wetten. „Krijt", zei hij dan, „alles wat binnenkomt moet je keuren en proeven." Belevenissen ,Je maakte aan de Westzijde altijd wel wat mee. Zoals die vrachtwagen die vlak voor de poort zijn lading closet rollen verloor. De Westzijde was bezaaid met toiletpa pier. Logisch, want die wer den nog aangevoerd in do zen van 72 rollen. Of van die leverancier die vroeg of hij een bestelling twee dagen la ter mocht leveren. Dat kon. Sindsdien liet de leverancier ieder jaar een rood-wit- blauw vaatje nieuwe haring bezorgen. Ik had de nieuwe haring in die tijd eerder dan de koningin", zegt Jan Krijt niet zonder trots. Toen het Centraal Magazijn te klein werd verhuisde het naar het pand van Keg aan de Hogen- dijk. Later was hij getuige van het slaan van de eerste paal voor DC Zaandam. Met verve weet Jan Krijt te vertellen hoe de medewer kers op kantoor werden ge roepen om te horen dat spaarzegels werden geïntro duceerd, wat iedereen een hele stunt vond en van de verkoop van ingeblikt wal visvlees, waar Albert Heijn de primeur van had. „Er is veel gebeurd en veel veran derd in veertig jaar", zegt de goedlachse Zaankanter na denkend. Nu is de afdelingschef Jan Krijt - vader van 3 kinderen en grootvader van 4 klein kinderen, waar hij bijzonder trots op is - met pensioen na de laatste jaren bij BEA (Be drijfseconomische Afdeling) te hebben gewerkt. Yoga In 1980 begon zijn „rikke tik" te protesteren en men vond het beter dat hij wat kalmer aan ging doen. Na de dokter ging hij naar de fysio therapeut en de specialist adviseerde hem yogalessen te volgen. ,Je kunt er om la chen, maar yoga heeft mij weer volledig „op de klaver geholpen" (streekuitdruk- king voor iemand die weer gezond op zijn benen staat, red.) Jan Krijt, verwoed tuinier - „kijk maar naar buiten" - en fotograaf, verveelt zich geen moment. Integendeel, hij heeft zich voorgenomen een agenda bij te houden. Hij „klust" graag, waar ook zijn kinderen dankbaar gebruik van maken, is gek op de na tuur en trekt veel met zijn vrouw naar bos en duin. Te voet, op de fiets of met de auto, hij doet het met ple zier.

Personeelsbladen | 1985 | | pagina 9