„Ahold-beleid ten aanzien
van medewerkers
komt mij bekend voor"
Vrij verkeer van goederen krijgt gestalte binnen EG
Colofon
pagina 2
Nieuwe commissaris ir. A.J. Kranendonk
Mr. A.L. Schmid:
Flitsen
Met produktiebedrijven in
Leeuwarden, Groningen, Ap-
peldorn (West-Duitsland),
Indonesië, Thailand, Taiwan,
Guam, Okinawa, Maleisië, Sa-
oedi Arabië, Noord Jemen en
Nigeria biedt CC Friesland
werk aan 6.600 medewer
kers, waarvan 2.250 in eigen
land. Om een indruk te krij
gen van de persoon van de
heer Kranendonk bezocht
Flitsen hem op zijn eigen
werkterrein bij het CC Fries
land-bolwerk in Leeuwar
den.
Een beminnelijke man die in
de RvC de vacature vervult
van de in 1983 overleden dr.
ir. A.A.Th.M. van Trier.
Denkt hij éen idee te hebben
waarom de Ahold-keus uit
gerekend op hem is gevallen.
De per 1 mei jl. tot lid van de - thans weer negen
man sterke - Raad van Commissarissen (RvC) be
noemde ir. A.J. Kranendonk (55), staat met beide
benen in het (bedrijfs)leven. Hij is voorzitter van
de directie van, wat in Leeuwarden in de wande
ling kortweg „de Condens" wordt genoemd, de
Coöperatieve Condensfabriek „Friesland" (CCF),
sinds kort „CC Friesland".
CC Friesland is een coöperatieve industriële on
derneming die produkten op zuivelgebied
maakt. Het bedrijf wordt „gevoed" door 12.000
melkveehouders in Noord-Nederland, verenigd
in vijf leverancierscoöperaties die gezamenlijk
drie miljard liter melk per jaar opbrengen.
De heer Kranendonk: „Ik
denk dat men zich bij het
zoeken naar kandidaten niet
langer heeft willen beperken
door het veto te hanteren
FLITSEN
Personeelsblad
Ahold nv
september 1985
42-ste jaargang
no. 8
verschijnt
11x per jaar
Oplage: 35.000
Redactie
secretariaat:
Ankersmidplein 2
Kamer 1703
1506 CK ZAANDAM
Tel.: 075-592519
REDACTIE FLITSEN
Mw. T. Plooijer (hoofdred.)
Public Relations
HK 1701, 075-593026
Mw. S, Eijben
Directiesecretariaat Miro
MK 402, 075-592721
P. Hesp AH-filiaal 1135
Floridaplein 2037 AK
Haarlem, 023-330016
N. Th. M. Huijsman
Product Managing
Marvelo
P410, 075-592551
N. Hupkens Filialen-
bureau AH HK 803,
075-593076
J. J. M. Jongstra
Directoraat P&O
HK 1304, 074-592524
E. Muller Public Relations
HK 1703, 075-592519
A. de Roo PR-Bureau Van
Hulzen
F. Visser Marketing
AC Restaurants
P 216, 075-592932
ten aanzien van mensen uit
de sector van de leveran
ciers. Albert Heijn bv is im
mers een gewaardeerde
klant van CC Friesland. Ik
heb mijzelf trouwens om de
zelfde reden afgevraagd of ik
wel op dit aanbod kon in
gaan. Dat ik uiteindelijk be
vestigend heb gereageerd is,
omdat ik zeker weet dat ik
nu de onderneming niet zal
gaan belagen om meer van
onze produkten te kopen
dan voorheen.
Arie Jan Kranendonk werd
geboren te Maasdam op de
Zuidhollandse eilanden. Na
zijn middelbare opleiding in
Dordrecht studeerde hij
werktuigbouwkunde aan de
TH-Delft, waar hij in 1954 af
studeerde. Toen hij zijn mili
taire dienstplicht had ver
vuld, als reserve-officier bij
de Technische Dienst, begon
hij zijn loopbaan bij Verol-
me. Vervolgens trad ir. Kra
nendonk als adjunct-direc
teur in dienst van N.V. Oh-
mach te Amsterdam, impor
teur van metaalbewerkings
machines. Vijf jaar later werd
hij directeur van het toen
malige familiebedrijf Hal-
bertsma te Grouw. In 1975
volgde de benoeming tot
commercieel directeur van
de toen nog geheten Coöpe
ratieve Condensfabriek
„Friesland". De heer Kranen
donk beantwoordt volledig
aan de eigenschappen die
statutair aan een commissa
ris worden gesteld. Hij be
schikt over een brede be
stuurlijke achtergrond in het
bedrijfsleven, heeft kennis
van beleid en via de vanuit
Brussel gecoördineerde Eu
ropese landbouw- en vee-
teeltpolitiek onderhoudt hij
ook de nodige overheids-
contacten. De heer Kranen
donk: „Zuivel is een vak
waar een groot aantal ont
wikkelingslanden zich mee
bemoeit. De vraag is vaak om
ons, als coöperatieve organi
satie. met veeteeltprojecten
daarginds bezig te houden.
Alleen al vanuit die optiek
kan ik als commissaris een
bijdrage leveren, aangezien
ook Ahold zich internatio
naal ontwikkelt en boven
dien in het distributievak
opereert. In dat opzicht
staan wij tamelijk dicht bij
Ahold." De nieuwe commis
saris is ook van mening dat
het beleid dat Ahold ten aan
zien van de medewerkers
volgt, weinig verschilt van
dat van CC Friesland. „Er is
bij ons een uitstekend over
leg met de OR. De tijd en
ruimte die per week aan de
secretaris en voorzitter van
de OR wordt gegeven, is be-
Duitse Apfelmus mag,
Belgische jenever zal
hopelijk geen proble
men meer opleveren,
uit Duitsland geïmpor
teerde vruchten-
yoghurt kan - met een
kleine verandering op
het etiket - in de Ahold-
winkels worden ver
kocht. Na een aantal ja
ren vele processen te
hebben gevoerd, lijkt
de juridische afdeling
van Ahold in dat op
zicht in rustiger vaar
water te komen. De
rechter heeft nu im
mers Ahold in drie be
langrijke sectoren in
de levensmiddelenin
dustrie vrijwel volledig
in het gelijk gesteld.
„Het voornaamste bij deze
uitspraken is, dat hiermee
constante juris
prudentie tot stand is geko
men. Top-ambtenaren van
het ministerie van WVC en
directeuren van de Keu
ringsdiensten van Waren zul
len in het vervolg veel min
der snel bezwaar kunnen
maken tegen door ons geïm
porteerde produkten, nu ze
weten dat de rechter ons in
vergelijkbare gevallen in het
gelijk heeft gesteld". Mr. A.L.
(Fons) Schmid van de afde
ling Juridische Zaken, laat op
verzoek van „Flitsen" de drie
zaken nog eens de revue pas
seren en licht daarbij toe:
„Sinds jaar en dag hebben
we, als importeur van in het
buitenland geproduceerde
levensmiddelen, te maken
met de daarvoor in Neder
land geldende wetten. Als
we ons daarbij beperken tot
de landen van de Europese
Gemeenschap blijkt, dat on
ze nationale regelgeving in
vele opzichten afwijkt van
die in de andere EG-landen.
Begrijpelijk, want veel van
de duizenden produkt-
schapsverordeningen en wa-
renwetbesluiten dienen me
de - en dat is historisch ge
groeid - om de Nederlandse
industrie te beschermen te
gen buitenlandse import. In
het buitenland is het overi
gens net zo geregeld. Daar
mee is echter, door de komst
van de EG, een tegenstrijdi
ge situatie ontstaan. Aan de
ene kant de bescherming
van de nationale belangen en
anderzijds de EG-gedachte
om het vrije handelsverkeer
zoveel mogelijk te bevorde
ren."
Uit de vele processen waarin
de juridische afdeling van
Ahold de afgelopen jaren
verwikkeld is geweest blijkt
echter, dat de lobby vanuit
de verschillende sectoren,
zoals bijvoorbeeld de vader
landse levensmiddelenindus
trie, zich nog lang niet ge
wonnen geeft. De heer
Schmid: „Het doel van ons
kruideniersbedrijf is de con
sument een breed scala van
goede produkten tegen een
redelijke prijs uit binnen
land, maar ook uit het bui
tenland te bieden. We zijn
ons er daarbij natuurlijk van
bewust, dat we ons ook met
betrekking tot geïmporteer
de artikelen dienen te hou
den aan de bescherming, die
bijvoorbeeld de Warenwet
aan de consument biedt. Wij
vinden echter dat die wet
ons zoveel speelruimte moet
bieden dat we artikelen, die
in andere landen te koop
zijn, ook in onze winkels
moeten kunnen aanbieden.
Dit, op absolute voorwaarde,
dat de gezondheid niet in ge
vaar komt en de consument
juist wordt voorgelicht."
De Apfelmus-affaire begon
ruim twee jaar geleden. Miro
kocht in Duitsland een partij
blikken appelmoes, die
goedkoop maar prima van
kwaliteit was. Prompt volgde
een proces-verbaal omdat op
het etiket .Apfelmus" stond
en niet volgens het Al
gemeen Aanduidingenbe
sluit voorgeschreven Ne
derlandse woord „appel
moes". De Haarlemse econo
mische politierechter dacht
er anders over en vond dat
voor iedere Nederlander de
Duitse term zonder meer be
grijpelijk was. Een half jaar
later volgde echter opnieuw
een proces-verbaal, omdat
de Apfelmus 16,6% suiker
bevatte in plaats van de in
Nederland voorgeschreven
18%Maar weer zag de eco
nomische politierechter dit
maal te Zutphen geen aanlei
ding voor een verkoopver
bod „uit hoofde van bescher
ming van de volksgezond
heid of de eerlijkheid van de
handel".
Op aanzienlijk hoger niveau
speelt zich de zaak rond de
uit België geïmporteerde
„laaggradige" jenever af. De
ze jenever bevat traditioneel
30% alcohol tegen 35% in
het Nederlandse produkt.
Toen Ahold in 1983 met de
verkoop van deze Belgische
jenever begon, bleek er al
spoedig een goede markt
voor te zijn. Met name bij
het maken van mix-drankjes
was het lagere alcohol-per
centage geen bezwaar.
Prompt volgde echter een
proces-verbaal, waarop het
Gerechtshof te Arnhem
Ahold al voor de helft in 't
gelijk stelde. Gezien de dui
delijke reclamevoering en
de etikettering is er volgens
het Hof geen sprake van mis
leiding van de consument.
Het tweede deel (mogelijke
oneerlijkheid van de handel)
werd verwezen naar het Eu
ropese Hof te Luxemburg.
Mr. Schmid: „Voor dit Hof, in
dit geval gevormd door
rechters uit België, Dene
marken, Duitsland, Grieken
land en Engeland, hebben
we onze zaak uitvoerig en
gedocumenteerd bepleit. Op
13 juli hebben we van de Ad
vocaat-Generaal van het Eu
ropese Hof reeds te horen
gekregen dat hij ons in het
gelijk stelt. De hoop op een
voor ons positieve uitspraak
welke in het najaar te ver
wachten valt is daarmee
sterk gestegen."
Als derde voorbeeld noemt
Fons Schmid de Duitse
vruchten-yoghurt. Ook hier
ging het om de „begrijpelijk
heid" van het etiket voor de
Nederlandse consument. De
rechter te Arnhem was het
met Ahold eens, dat een bui
tenlandse taal onder omstan
digheden mag en stelde
daarmee de Nederlandse
overheid weer in het onge
lijk. Alleen bij de opgave van
de gebruikte ingrediënten
oordeelde de rechter een
verduidelijking in het Neder
lands noodzakelijk. Volgens
Fons Schmid alleszins aan
vechtbaar, omdat een markt
onderzoek ook op dit punt
anders had aangetoond.
Niettemin wordt afgezien
van hoger beroep omdat
Ahold principieel in het ge
lijk werd gesteld.
De juridische afdeling van
Ahold heeft uiteraard met
genoegen deze „score" bin
nengehaald. Hopelijk zal de
uitspraak van het Europese
Hof in de jeneverzaak in
dien voor Ahold positief
bepaalde takken van de le
vensmiddelenindustrie er in
de toekomst eindelijk van
weerhouden in vergelijkbare
gevallen de justitie ten on
rechte op het „vervolgings"
spoor te zetten.
Mr. Schmid: „Mede dank zij
Ahold begint het begrip van
„vrij verkeer van goederen"
binnen de EG uiteindelijk
gestalte te krijgen."
paald rijkelijk te noemen."
Die omstandigheid neemt
niet weg dat de heer Kranen
donk nuchter tegen de din
gen blijft aankijken. De vol
gende opmerking laat daar
geen twijfel over bestaan:
„Mensen en organisaties rea
geren bijna altijd volgens de
slogan: verbeteringen zijn
goed, zolang ze maar geen
veranderingen met zich
brengen. Met andere woor
den - mensen verlangen rust
en zekerheid in een wereld
die verandert. Dat gegeven
geeft ook wel spanning in de
omgang met de OR. De reali
teit is niettemin dat je voort
durend alert moet zijn op
verandering, ten einde er op
in te spelen en tijd te winnen
zodat noodzakelijke veran
deringen in een rustig en be
heerst tempo kunnen wor
den uitgevoerd. Daarom
houd ik mijn OR bij voorbaat
voor: Ik kan u geen rust ga
randeren, maar altijd on
rust. Ga maar na - markten,
technologieën, beheersme-
thodieken veranderen al
maar door. Dat vereist een
voortdurende begeleiding
en die is in Nederland zeer
groot in vergelijking met an
dere delen van de wereld."
Het behoeft geen betoog dat
iemand die zich zo intens in
het bedrijfsbelang verdiept,
altijd kampt met gebrek aan
uren. Zo moet de heer Kra
nendonk zich ook wijden
aan nevenfuncties als voor
zitter van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken
van Friesland, aan nog een
aantal commissariaten (o.a.
bij Johnson Wax Nederland)
en aan een aantal commissa
riaten waaronder dat van de
Rijkscommissie voor Ex
port-, Import- en Investe
ringsgaranties. Als hem naast
veel reizen en een, door
gaans, zittend leven nog tijd
rest, ontspant hij zich met
tennissen, joggen, skiën of
schaatsen. En, sinds hij met
vrouw en drie kinderen in
Friesland is komen wonen,
met zeilen. Van de plassen
naar open zee, wat neerkomt
op kustzeden. Thuis luistert
de heer Kranendonk graag
naar muziek - klassiek zowel
als jazz.
Ziedaar een beeld van een,
bij alles wat hij aanhaalt, be
trokken persoonlijkheid, die
tot besluit over zijn jongste
nevenfunctie bij Ahold bena
drukt: „Persoonlijk vind ik
de belangrijkste invalshoek
als commissaris een klank
bord te zijn voor de Raad
van Bestuur ten aanzien van
algemene beleidszaken en
toezicht op de Raad van Be
stuur ten aanzien van het da
gelijkse beleid."