,Arb eidsduurverkorting geleidelijk doorvoeren" Arbeidsduurverkorting met meer keuzemogelijkheden Jaarverslag DQAhold pagina 2 Jaarverslageditie Flitsen Wel goede herbezetting, geen stijging bedrijfsresultaat editie 82.414 3.712 -707 3.948 Raad van Bestuur in Sociaal Jaarverslag: Bij Ahold 2,5% Arbeidsduurverkorting (ADV) is het afgelopen jaar het centrale thema geweest in het sociaal be leid van Ahold. Het aantal roostervrije uren nam voor de medewerkers op het hoofdkantoor en in de distributiecentra en voor bedrijfsleiders met 16 toe tot 56 uur per 1 januari 1985. Voor de me dewerkers die onder de CAO van de Vereniging van Grootbedrijven in Levensmiddelen (VGL) val len, is het aantal roostervrije uren door ADV in middels op 72 gekomen. Die laatste groep, vooral bestaande uit winkelpersoneel, loopt dus iets voor. Arbeidsduurverkorting was één van de on derwerpen waarover Flitsen onlangs sprak met drs. P.J. van Dun, in de Raad van Bestuur verant woordelijk voor het sociaal beleid van Ahold. Hij staat vooral een geleidelijke invoering van ver dere ADV voor. S3 „Zeker nu het bedrijfsresul taat van Ahold in Nederland wat achterblijft, is het zaak de kosten in de hand te hou den. AJs loonkosten toene men en het bedrijfsresultaat niet, is dat geen wenselijke ontwikkeling. ADV moet ook kunnen worden betaald. Ge leidelijkheid zal dus ook in de toekomst gelden. De prijscompensatie, waarmee arbeidsduurverkorting wordt betaald, is door de ge ringe inflatie niet hoog. Op 1 januari 1985 ging het om 1,44 procent terwijl het 1 ju li tussen de 0,2 en 0,5 pro cent zal zijn. Bedenk daarbij ook nog dat de regering een nieuwe ziekengeldregeling wil doorvoeren, waardoor onze loonkosten 1,5 procent zullen stijgen. Als je dan ook nog de WAO op het oude ni veau wil handhaven, evenals de suppletieregelingen WW en WWV, dan nemen die kosten zelfs met twee pro cent toe. Als bedrijf en werk nemers samen de kosten dra gen, is er weinig ruimte voor ADV", legt de heer Van Dun uit. „We zijn nog niet op een werkweek van 38 uur. Daar zullen we eerst heen moe ten. Vervolgens zal het van de kostenontwikkeling af hangen hoeveel we verder kunnen. Voorlopig is het gis sen wanneer we ADV tot 36 uur kunnen realiseren, om maar niet te praten over ADV tot 32 of 25 uur, met behoud van koopkracht. Dat zijn nog weinig realistische ideeën", vindt hij. Over koopkracht gesproken: door aanpassing van belastingen en premies is de gemiddelde werknemer er per 1 januari 1985 één tot twee procent op vooruit gegaan. De heer Van Dun blijkt daar tevreden mee: „Maar we moeten wel uitkijken dat die ziekengeld plannen geen roet in het eten gooien", waarschuwt hij nogmaals. Herbezetting Invoering van ADV heeft twee doelstellingen. Ener zijds is dat een betere verde ling van bestaande werkgele genheid, anderzijds het her stel van het bedrijfsrende- ment. Het eerste doel is vol gens de heer Van Dun ruim schoots bereikt. „Het totaal beeld is bepaald gunstiger dan we een jaar eerder ver moedden. We hebben ruw weg herbezetting gekregen van ongeveer 50 procent van de vrijgekomen uren. Dit verklaart ook de toena me van het personeelsbe stand met bijna duizend full time banen. De voordelen: meer mensen aan het werk en een stukje sanering. Zon der ADV had Ahold nog in een te ruim jasje gezeten." Hij geeft toe dat op de ont wikkeling van het perso neelsbestand ook factoren als de omzetvergroting, het ziekteverzuim, het normale personeelsverloop en de au tomatisering effect hebben gehad. „Maar, het merendeel van de toename komt door ADV", stelt hij beslist. „Het is inderdaad moeilijk concreet te maken welke banen door arbeidsduurverkorting ont- staan. Daar kwam in 1984 dan ook nogal wat kritiek op. Men twijfelde bij Ahold of er wel echt nieuwe arbeids plaatsen kwamen. Daarom werd PIPS ingeschakeld, het Personeel Informatie- en Planning Systeem. Met be hulp daarvan zagen we in de negende periode een perso neelstoename die de ver wachtingen overschreed. Ook de vakbonden stelden dat dit alleen mede door ADV kon komen. Het princi pe-akkoord tussen Ahold en bonden werd toen ook door hun achterban geaccep teerd. Natuurlijk zullen de Ahold-medewerkers zich kri tisch blijven opstellen, maar het draagvlak voor ADV is wel breder geworden. En na tuurlijk zullen er altijd ook mensen blijven die liever centen zien dan ADV." Overigens verloopt ADV niet overal hetzelfde. Op het hoofdkantoor in Zaandam bedroeg de herbezetting in 1984 veel minder dan 50 procent, terwijl in de win kels om het serviceniveau niet ain te tasten 50 pro cent van de vrijgekomen uren moest worden opge vuld. Verschillen in doorvoe ring van arbeidsduurverkor ting doen zich ook in func ties voor. Zo bleek dat ADV in bepaalde specialismen moeilijk te realiseren valt. Een computerdeskundige kan wel korter gaan werken, maar dan moet tijdelijk een invaller van buitenaf worden aangetrokken. Die is dan soms wel drie keer zo duur. Volgens de heer Van Dun moet in dit soort gevallen onderscheid worden ge maakt. Deze zogeheten diffe rentiatie zal ook meer wor den toegepast op grond van leeftijd. Schoolverlaters wor den al enige tijd voor bedui dend minder dan 40 uur per week aangenomen. Differen tiatie van ADV zal in de na bije toekomst hand in hand gaan met een flexibeler ar beidsinzet, zo verwacht drs. Van Dun. „Zo kan je organi satorisch beter inspelen op Vervolg op pagina 3 Gemiddeld aantal personeelsleden per bedrijfsonderdeel in 1984 y De aantallen petsoneelsleden in liet activiteiten-overzicht Ahold zijn gemiddelden over 1984. De kengetallen van de werkmaatschappijen elders in deze Flitsen zijn cijfers per 31 december 1984 De Raad van Bestuur denkt aan een flexibele aanpak van de arbeidsduurverkorting (ADV) bij Ahold, dit naast een relatief laag tempo van invoe ring. Die aanpak is in de eerste plaats nodig om dat Ahold een groot aantal zeer gevarieerde on dernemingen en activiteiten omvat met bijvoor beeld winkels die 52 uur per week open moeten zijn naast produktiebedrijven en diensten. In de tweede plaats vindt de Raad van Bestuur dat niet zomaar naar een vrije vrijdagmiddag kan worden overgeschakeld, zoals indertijd de vrije zaterdag werd geboren. Dat zou weieens tot een algehele ontregeling van de bedrijfsvoering kunnen lei den. Een flexibele aanpak bete kent o.m. flexibiliteit in ar beidstijden. Mits juist toege past, behoeft dat niet strijdig te zijn met de belangen van de medewerkers, zo meent de Raad van Bestuur. Het schept de mogelijkheid voor het bedrijf om naar de perso neelsleden maatwerk te le veren. Dit is noodzakelijk omdat met name intern een discussie op gang is geko men over het effect dat ar beidsduurverkorting heeft op de organisatie van werk. Het zijn immers de mede werkers die er het nauwst bij betrokken zijn. Bij een flexi bele opzet kan in feite een keuze worden gemaakt uit diverse mogelijkheden of een combinatie daarvan, zo als bijvoorbeeld: werktijden van de mede werkers afstemmen op wis selingen in het aanbod (drukke en minder drukke tijden); ontwikkelen van een be tere getalsverhouding tussen degenen die een hele dag werken en degenen die een deeltijdbaan hebben; afsluiten van arbeidscon tracten van bepaalde (tijde lijke) duur of met een af- roepkarakter; meer nuanceringen naar leeftijd, een ontwikkeling die in feite al in gang is gezet door jongeren, die voor het eerst op de arbeidsmarkt ko men, direct korter te laten werken; invoering van een sys teem waarbij rechten op stukjes VUT (vervroegde uit treding) en op de „ouderen- regeling inzake ATV" onder ling uitwisselbaar zijn, te meer omdat een verlaging van de VUT-leeftijd van 62 naar 61 jaar op dit moment te duur is. Dat zou bijvoor beeld kunnen inhouden dat een medewerker eerder van de VUT-regeling gebruik kan maken als hij of zij besluit géén, of slechts gedeeltelijk, gebruik te maken van de ATV-regeling (arbeidstijd verkorting). Uitzondering De invoering van flexibele arbeidstijden - in die be drijfsonderdelen die zich daarvoor lenen - moet langs de weg van de geleidelijk heid geschieden. Wellicht kan langs deze weg te zijner tijd ook een antwoord wor den verkregen op de steeds belangrijker wordende vraag of verdere arbeidsduurver korting zich wel leent voor iedere medewerker of groep van medewerkers. Sommige leden van het hoger perso neel hebben die vraag voor zichzelf al ontkennend beantwoord door te stellen dat zij - gezien de omvang van hun werkzaamheden - niet in staat zijn arbeidsduur verkorting praktisch te reali seren. De opvatting van de Raad van Bestuur is echter dat de hoogte van een func tie geen maatstaf kan zijn om medewerkers niet in de ar beidsduurverkorting te laten participeren. „Wij denken, dat eerder een uitzondering moet worden gemaakt voor functies die heel moeilijk kunnen worden bezet, om dat de daarvoor vereiste ken nis en vaardigheden op de arbeidsmarkt erg schaars zijn. Die schaarste kan zowel betrekking hebben op hoger kader als op vaktechnische medewerkers, zoals een montéur met een zeer bij zonder specialisme", aldus het Sociaal Jaarverslag. In het Nederlandse be drijfsleven was eind 1984 een arbeidsduurverkor ting gerealiseerd van te gen de 5%. Per week komt dat neer op een ver mindering tot 38 uur. Bij Ahold daarentegen was er sprake van een ADV van ongeveer 2,5%, ofte wel een vermindering tot 39 uur per week. Er werd voor een wat lager tempo gekozen omdat, naar de mening van de Raad van Bestuur, de koopkracht van de bevolking ten minste moet worden ge handhaafd en er dus niet „teveel" aan eventuele in komensverbetering dan- wel prijscompensatie voor ADV moet worden ingeleverd.

Personeelsbladen | 1985 | | pagina 2