c „Een goede OR is een sociale dwarsdoorsnede van het bedrijf' 5&SSsr „Mensen, die capaciteiten én tijd hebben, moeten zich kandidaat stellen' Geen tijd" is geen argument Flitsen pagina 7 Chris Rombauts, Etos- bedrijfsleider Helmond: Ikbentegen Onde£e"j Raad •SUSS? J5SS-" ne^tWineS^su Theo van Oene, kantine groepsleider Meester Wijhe: Jeroen Hunfeld, voorzitter Vereniging Ahold Hoger Personeel (VAHP): hard Ho, Y'dan S APRIL 1984 VERKIEZINGEN dit als een extra handicap in de communicatie met de achterban. Doordat dit schriftelijk gebeurt, is het vaak moeilijk over te bren gen op de achterban wat de OR concreet heeft gedaan. Hierdoor kan het belangrijke werk dat de OR doet onder gewaardeerd worden." Chris Rombauts heeft alle waardering voor het OR- werk. Op de vraag wat hem tegenhoudt zich kandidaat te stellen, antwoordt hij: ,Je moet voor 100% achter de doelstelling van de OR staan en je kunt er m.i. alleen in gaan als je er zakelijk en pri vé de nodige tijd in stopt. Dat laatste lukt bij mij momen teel niet." Over de verkiezingen van 5 april a.s. zegt bedrijfsleider Rombauts: „Ga in ieder geval stemmen en doe dat bewust. Houd in de gaten dat een goede OR die OR is waar alle lagen binnen de onderne ming zijn vertegenwoordigd, want alleen dan is de OR een sociale dwarsdoorsnede van de onderneming. Alleen door een goede dwarsdoors nede te zijn, kan een OR voor de medewerkers veel beteke nen. Zo vind ik dat naast be drijfsleiders ook verkoop sters goed vertegenwoodigd moeten zijn. Gelukkig is dat ook zo bij Etos." „In mijn ogen is het be langrijk dat er binnen een bedrijf een instituut be staat dat direct praat met zijn bestuurder en daar door kan adviseren en - om het zo te noemen - in vloed kan hebben op het te voeren beleid." Dit is de mening van Chris Rombauts, bedrijfsleider van Etos Helmond. „Bij een produktiebedrijf komt de OR direct uit de me dewerkers die op één plaats opereren. Het positieve ge volg daarvan is dat men el kaar kent. Dat bevordert ze ker de communicatie onder ling en met de achterban. Een bedrijf als het onze heeft filialen in het gehele land. Naar mijn mening, als bui tenstaander, ervaart onze OR „Het is al weer acht jaar geleden, dat ik in de OR van Meester Wijhe werd gekozen. Dat was nog in de tijd vóór de overname van ons bedrijf door Ahold. Ik heb het werk al tijd met plezier gedaan maar privé-omstandighe- den dwongen me ermee op te houden. Toch zou ik niet meer terug willen in de OR. Om de proble men die vandaag spelen goed te kunnen volgen, zou ik eigenlijk weer in de schoolbanken moeten kruipen, want ik kan de ontwikkelingen van van daag de dag niet meer bij houden", zo vertelt Theo van Oene. Met zijn uitspraak wil hij zeg gen dat iemand, die zich kan didaat stelt voor de OR, zich goed moet realiseren dat de OR veel van iemand vraagt en dat het beslist geen gezellig theekransje is waar men kan babbelen over allerlei „pro bleempjes". „Men moet er", zo stelt hij, „serieus en zorg vuldig te werk gaan en bo venal het bedrijfsresultaat en -belang in de gaten houden. Medezeggenschap vind ik prima, maar het kan af en toe te ver gaan. Ik kan zo gauw geen voorbeeld noemen maar af en toe krijg ik het idee dat beslissingen, die ei genlijk snel zouden moeten worden genomen, door de OR te lang worden tegenge houden." Theo vindt het OR-werk be langrijk. Dat zal duidelijk zijn. Of hij een „OR-succes" van de laatste tijd kan noe men? ,Ja, enige tijd geleden zijn we bij Meester een proef gestart met jeugdige werklo zen op part-time basis. Het bedrijf wilde eerst mensen in dienst nemen op afroep basis. Dat betekent dat men eigenlijk niets zou doen aan het nijpende probleem van de jeugdwerkloosheid. De OR is toen met een plan ge komen om jongeren op part time basis aan te nemen met in de toekomst een uitzicht op een vaste baan. Ik vond dat een zeer positief plan en ik ben blij dat de directie dat heeft overgenomen." Over de komende OR-verkie- zingen zegt hij: „Als je capa citeiten hebt om een positie ve bijdrage te leveren aan het OR-werk en je wilt er privé- tijd insteken, doe dat dan want de OR is het waard. Een goede OR houdt èn de belan gen van de medewerkers èn die van het bedrijf in de ga ten. Dat betekent een zekere garantie voor de werkgele genheid. 5 APRIL 19 VERKIEZINGEN 5 APRIL 1984 VERKIEZINGEN „De OR is ons inziens voor alle medewerkers van hoog tot laag belang rijk. Wij zijn ervan over tuigd dat binnen de hui dige samenleving het in vloed uitoefenen, het controleren in positieve zin, het meedenken en betrokken zijn bij wat het bedrijf doet, geen privile ge is dat alleen is voorbe houden aan de directie." Dit is de mening van Jeroen Hunfeld, voorzit ter van de Vereniging Ahold Hoger Personeel (VAHP). „Voor het bedrijf is de OR, mits die wordt gezien als een volwaardige gesprekspartner waarbij wederzijds vertrou wen en een open communi catie voorop staan, een be langrijk element bij het vast stellen en toetsen van het be leid. Dat brengt een groot stuk verantwoordelijkheid mee voor de houding van beide partijen. Ondanks dat de OR belangrijk is, zie je dat mensen zich veelal aan de verantwoordelijkheid ont trekken om zich op dit ter rein actief te bewegen. Men komt dan vaak met het argu ment dat men het OR-werk, wat betreft tijd, niet kan com bineren met de zakelijke be zigheden. Ik geloof niet he lemaal in dat verhaal. Voor mij is het toch een beetje een zwaktebod. Volgens mij werkt IEDEREEN hard in ons bedrijf en bovendien is het zo dat men voor OR-werk van bedrijfswege een aantal uren per week vrije tijd krijgt. Ik denk dat de schoen veel va ker wringt in de privésfeer. Het thuisfront moet één en ander steunen. Als je het OR- werk belangrijk vindt, zul je daar tijdelijk een stukje pri- véleven voor moeten inleve ren. Aan de andere kant krijg je er zeker wat voor terug. Je krijgt de mogelijkheid via de OR je blik te verruimen en je eens bezig te houden met an dere zaken dan je dagelijkse werk. Er zijn ook OR-leden die zeggen dat zij enkel en al leen in de OR zitten om be langeloos hun collega's te dienen. Ik denk dat daar naast het eigen belang zeker kan meespelen. Dat vind ik op zichzelf positief zolang het eigen belang niet preva leert boven dat van de mede werkers en het bedrijf. Je hoort ook vaak dat men nee zegt uit het idee dat de eigen carrière er door ge schaad wordt. Ik bestrijd dat. Sterker nog: het tegenover gestelde is het geval. De voorbeelden daarvan kan je om je heen zien." Per 17 februari jl. is Jeroen Hunfeld directeur van Etos. Dit interview werd vóór die datum afgenomen zodat een logische vraag is of hij na die datum nog net zo over de OR zou denken. ,Ja, natuurlijk! Je hebt bepaalde gedachten over de OR en zijn functione ren en die veranderen echt niet. Velen denken dat een directeur of een bestuurder de „tegenpartij" is. Kijk, in het bedrijfspatroon moet nu eenmaal, net als op een schip, een kapitein zijn die beslist over het in een vliegende storm de haven opzoeken of doorvaren. Je dient het bedrijfsbelang. De ene keer zul je dat doen met de pet van de directeur op en de andere keer met die van de medewerker. Dat kan me ningsverschillen opleveren die een bepaalde wrijving kunnen geven. Dat past best in een goede relatie met de OR. Alleen in een open sfeer die zich kenmerkt door een vertrouwensbasis tussen be stuurder en een OR zijn die op te lossen en kan men con structief samenwerken en daar gaat het uiteindelijk om." 'V -

Personeelsbladen | 1984 | | pagina 7