Werkmaatschappijen
H.van Dijk(80)rijdt nog elke dag
Toko BL's kunnen tijdens
wintermaanden bijspringen
Flitsen
pagina 15
Toko Rekreatie Service
Ophaaltrucks AHGV in
eigen beheer opgeknapt
Na ruim één miljoen kilometer
T-Ford
Naar AH
Privé-chauffeur
Blijven rijden
Toko Rekreatie Service is de werkmaatschappij
van Ahold die ruim 50 campingwinkels in Neder
land exploiteert. Tijdens de wintermaanden zijn
de Toko-filialen gesloten en genieten de bedrijfs
leiders van een welverdiende vakantie. Die duurt
natuurlijk geen halfjaar. Hooguit zo'n acht we
ken. De overige tijd, vóór het vakantieseizoen dat
zo rond de Pasen begint, zijn de bedrijfsleiders
doorgaans werkzaam bij andere werkmaatschap
pijen. Flitsen sprak met drie bedrijfsleiders over
hun bevindingen.
Piet Kwakkenbos van de To
ko op camping De Zanding
in Otterlo, heeft het afgelo
pen seizoen op het Miro-
hoofdkantoor gewerkt, waar
hij zich op de afdeling admi
nistratie bezighield met ba
lansen. „Doordat ik bijvoor
beeld dit jaar door Miro en
vorig jaar door AH ben opge
vangen, hoef ik 's winters
geen duimen te draaien. Bo
vendien vind ik het eigenlijk
logisch dat andere werk
maatschappijen je tijdelijk
opvangen. Toen ik bij Miro
kwam, zag ik dat daar een
stuk of tien uitzendkrachten
rondliepen. Dat is zonde,
vooral als je bedenkt dat je
mensen kunt inzetten die
zelfstandig kunnen werken,
het concern kennen en over
de nodige ervaring beschik
ken."
AHGV
Tijdens de zomermaanden
werkt Rob Hazekamp als BL
in de Toko op de camping
Flevo Natuur. In de winter
maanden is hij onder dak bij
AH Grootverbruik. „Ik word
gedurende de maanden ok
tober, november en decem
ber gestationeerd bij een so
ciale werkplaats waar kerst
en personeclspakketten wor
den gereedgemaakt. Mijn
taak heeft betrekking op de
kwaliteitscontrole en derge
lijke. De opvang binnen
AHGV ervaar ik als bijzonder
prettig. Men staat altijd voor
je klaar en houdt duidelijk
rekening met het feit dat je
gewend bent leiding te ge
ven."
Wilsumer Berge
Harry Rutgers heeft banen in
twee verschillende landen,
's Zomers werkt hij als BL in
de Toko op de Wilsumer
Berge in West-Duitsland en
in de wintermaanden is hij te
vinden in de Miro-vestiging
in Enschede. „Als bedrijfslei
der werk je natuurlijk geheel
zelfstandig en mag je de la
kens uitdelen. Ga je dan naar
een ander bedrijf, dan is dat
afgelopen. Gelukkig houden
ze bij Miro rekening met
mijn zomerbaan. Men weet
dat je zelfstandig kunt
werken en ik krijg die ruimte
dan ook. Ik doe van al
les: onderhoudswerkzaam
heden, invallen als iemand
ziek is, etc.
Het is nuttig werk en je
steekt er altijd wel prakti
sche zaken van op die je
later kunt gebruiken. Verder
vind ik het belangrijk dat de
Toko-medewerkers binnen
Ahold worden opgevangen.
We moeten het tenslotte
met z'n .Jlen verdienen. Om
ons bij wijze van spreken
werkloos te laten thuiszitten
en uitzendkrachten te huren
kost aan het concern alleen
maar geld.
Ik ben blij binnenkort weer
naar Miro te kunnen gaan en
ben er zeker van dat ze bij
Miro-Enschede ook weer op
mij rekenen, want ze hebben
vast weer allerlei klussen op
gespaard."
Nadere inlichtingen be
treffende het verlenen van
assistentie door Toko-me
dewerkers, worden graag
verstrekt door de heer
M.M. Koster (075-592598)
of de heer L.J.C. Nonne-
kes (075-592188).
Tijdens een werkoverleg-
vergadering dit voorjaar
bij Albert Heijn Grootver
bruik, kwam het voorstel
naar voren om ophaal
trucks in eigen beheer op
te knappen. De inmiddels
twee jaar intensief ge
bruikte ophaaltrucks
konden een nieuw verfje
best gebruiken. Onder
het motto: „Atletgeel is
niet lelijk" nam ophaler
Jan de Lange, sinds twee
Het resultaat van zijn noeste arbeid.
Jan de Lange ad)ter de slijp
machine
jaar in dienst bij AH£V,
het initiatief.
Na veel schuren en slijpen
kwam de kroon op het werk.
het spuiten. Na een nacht
drogen werd de truck door
Jan voorzien van de origine
le stickers en strepen, zodat
de truck nauwelijks van
nieuw was te onderschei
den. Hij had zo de smaak te
pakken gekregen dat hij aan
bood ook de trucks van de
collega-ophalers op te knap
pen. Dat was niet tegen do
vemansoren gezegd. Het re
sultaat van Jan's noeste ar
beid is dat het gehele ophaal-
truckpark er nu weer als
nieuw bij rijdt.
„Autorijden? Het is
mijn lust en mijn le
ven." Dit zegt de heer
Hendrikus Johannes
Petrus Anthonius Ge-
rardus Cornelis Theo-
dorus van Dijk. Op 13
september jl. is hij 80
jaar geworden, maar
nog dagelijks zit hij „op
de weg". In 1968 ging
hij na ruim 40 dienstja
ren „achter het stuur"
met pensioen. Hoeveel
kilometers hij in de
loop der jaren heeft af
gelegd weet „Ome
Henk" niet, maar het
zullen er zeker meer
dan een miljoen zijn
geweest. En elke dag
nog komen er bij!
De heer Van Dijk is geboor
tig uit Nieuweramstel. Toen
zijn vader in 1903 met zes
voornamen (van vijf broers
en van hemzelf) naar het
gemeentehuis stapte om zijn
zoontje aan te geven stond
de burgemeester perplex.
Op één na had hij dezelfde
serie. „Als je ér ook nog
Theodorus bij zet heeft je
zoontje precies dezelfde na
men als ik", zei de burge
meester. .Akkoord", zei va
der Van Dijk en zoonlief had
zeven voornamen. „Ik wou
het eerst niet geloven, maar
later heb ik een gevelsteen
gezien met de naam van de
burgemeester er op. Het
klopte precies."
Goed, dat was 1903- Pas in
1927 zou Van Dijk bij Albert
Heijn in de boeken worden
ingeschreven. Voor die tijd
werkte hij bij een fourage-
handelaar. Op de bok, want
alles werd met paard-en-wa-
gen rondgebracht. „We moe
ten een T-Ford kopen", hield
Van Dijk zijn baas voor. Die
vond dat toch wel een aan
trekkelijke gedachte en niet
lang daarna reed Van Dijk
zonder problemen in een
heuse automobiel rond. „Het
chaufferen leverde mij geen
problemen op. Ik had boven
dien veel interesse in moto
ren, zodat ik allerlei repara
ties zelf kon doen."
In 1927 ging de fouragezaak
dicht en er moest naar een
andere baas worden omge
zien. „Ik had drie mogelijk
heden, dat viel niet tegen.
M'n ouders vonden een le
vensmiddelenzaak als Albert
Heijn niet zo gek. „Dat blijft
altijd bestaan, de mensen
moeten toch eten." In de
winkel moest Henk van Dijk
een proef afleggen in het
uitwegen van suiker en zeep.
Het ging goed, maar de heer
Oosterhuis, die het perso
neel moest aannemen zei
dat er pas na een paar maan
den een plaatsje vrij kwam.
„Ik kan werk genoeg krij
gen", blufte Van Dijk; hij
moet er nu nog om lachen:
„Het hielp, want een paar
dagen later had ik al bericht:
ik moest proefrijden op de
bestelwagen in Aalsmeer."
De eerste bediende ging
mee en die bracht een loffe
lijk rapport uit: „Bij pech
onderweg kan Van Dijk zelf
repareren." Dat was een be
langrijk pluspunt, want bij
de vorige chauffeur moest
altijd de garage worden ge
beld om een monteur te stu
ren. Van Dijk werd aangeno
men en leverde per auto de
bestellingen af in Aalsmeer,
Uithoorn, Santpoort en Am
stelveen.
Van Dijk: „Op een gegeven
moment kreeg ik ruzie in het
filiaal en toen wilde ik naar
Zaandam of ik was weg ge
gaan. In Zaandam kwam ik
bij de expeditie. Daar zat ik
nog niet zo lang toen mijn
heer Gerrit Heijn langs
kwam. Hij had gehoord dat
ik zo'n goeie chauffeur was.
Zo kwam ik weer op een
vrachtwagen."
Hij doorkruiste het hele land
om „goed" weg te brengen
naar de filialen. Er werd toen
gereden met vrachtwagens
van de merken Ford en Che
vrolet. „Het was een mooie
tijd. Je moest alles zelf rege
len. Als je ver weg moest,
bijvoorbeeld naar Veendam,
dan bleef je een nachtje over
in een hotel."
Op zijn 57e jaar begon er
voor de heer Van Dijk toch
weer een nieuwe periode:
hij werd privé-chauffeur.
Wanneer hij gaat vertellen
over de werkzaamheden als
particulier chauffeur, dan is
Van Dijk nog niet gauw klaar.
Hij presteerde het een keer
om in ongeveer 20 minuten
van Arnhem naar Amsterdam
te rijden om op tijd bij de
opening van een Wimpy te
zijn. Eén van de directeuren
zat bleekjes naast hem toen
de wagen met een snelheid
van 195 km per uur over het
asfalt denderde. Ook met de
echtgenotes van de directie
waren in die tijd veel contac
ten en die zijn nog altijd
aanwezig, o.m. met de echt
genote van wijlen de heer J.
Heijn.
De heer Van Dijk is overi
gens geen man om te leven
met herinneringen. „Als het
kan, trekken we er op uit om
een ritje te maken", zegt zijn
vrouw, „we profiteren er zo
veel mogelijk van. Onder
weg ergens aanleggen.
Leuk."
Veel contacten met oud-col
lega's zijn er niet meer. Soms
komt de heer Van Dijk nog
iemand tegen uit de tijd van
„de muziek", toen hij zelf
anderhalf jaar deel uitmaakte
van het korps of toen hij als
chauffeur de instrumenten
Henk van Dijk bij een
glimmende Chevrolet be
stelwagen in 1948. Auto-
poetsen deed hij ook voor
zijn plezier. De foto werd
genomen in de Oostzijde
bij de fabriek. In het wiel
is weerspiegeld het toen
malige pand van drukke
rij Huig, dat al vele jaren
geleden is gesloopt.
bracht naar de plaats waar de
muzikanten moesten optre
den. Wat het echtpaar Van
Dijk wel mist dat zijn de
klaverjasavonden in het Ont
spanningsgebouw, waar zij
bijna altijd naar toe gingen.
Nu proberen zij elkaar on
derling de loef af te steken
bij het kaarten.
Tot slot zegt Van Dijk: „Doe
iedereen de groeten van me.
Er zijn er nog erg veel die
me van vroeger kennen!"