Coördinatieteam buigt zich over aanpak Miro Rarakwis met 44 vliegreizen naar New York r.« 'JGezichP^anJnte^rsla^moetno^ meerjierkenbaw^ Directiewisseling FLITSEN pagina 5 Naast de financiële resultaten komen daarin ook de onder neming zelf en de personele aspecten aan de orde. Als we de reeks achtereenvolgende verslagen op een rijtje leggen, blijkt de afgelopen tien jaar het nodige te zijn gedaan aan presentatie en inhoud. Uiterlijk - nu eens als magazine dan weer als speciale "Flitseneditie" - maar ook inhoudelijk. Aanvankelijk stond het verslag vol interviews met leden van de Raad van Be stuur en directeuren van de respectieve werkmaatschappijen; later liet men veel meer medewerkers zelf aan het woord en tegenwoordig worden actuele onderwerpen op het personele vlak uitgespit in toelichtende artikelen. (Steeds opnieuw pro beert men verbeteringen aan te brengen). (Vervolg van pag. 1) matie" erg belangryk vindt - heeft laten onderzoeken in hoe verre dit ook aanslaat by de medewerkers: voor hen wordt het immers geschreven. Dat de Raad van Bestuur goede sociale verslaggeving ook echt belangryk vindt biykt uit verslag over 1979. Daarin zegt de Raad van Bestuur dat verslaggeving over het sociale beleid in toe nemende mate haar aandacht verdient. Zij realiseerde zich dat de personeelsbladen - die het meest direct betrokken zyn by ontwikkelingen in de onderne ming! - terecht steeds meer infor matie vragen. Toen al heeft men zich bezonnen op de vraag wie heeft behoefte aan welke infor matie? Men heeft getracht het antwoord te vinden door interne discussies en door een kleine enquête onder een aantal mede werkers. Eén en ander heeft er toe geleid dat in het verslag over 1979 - behalve aan de algemene beleidslijnen - ook aandacht wordt besteed aan het perso neelsbeleid per werkmaatschap- py. Ondanks deze goede bedoe lingen bleef natuuriyk de vraag open: hebben we het goed ge daan? Wat vinden de medewer kers ervan? baarheid van het Raad van Bestuur verslag. Bij de werkmaatschappijver slagen deden zich deze problemen veel minder voor. Maar toch blijken ook deze nog voor verbetering vatbaar. conclusie Conclusie: Het basisprobleem lijkt te zijn, dat er weliswaar voor medewerkers wordt geschreven, maar dat men ken nelijk onvoldoende weet, aan welke in formatie die medewerkers behoefte heb ben. Met andere woorden: "Voor wie schrijven we het sociale verslag nou ei genlijk?" En waarin zijn die geïnteres seerd? Om een indruk te krijgen, in hoeverre wordt geprobeerd om in de toekomst een voor iedereen bevredi gende oplossing te vinden, sprak "Flit sen" met drs. D(olf) Mol, sociologisch econoom, sinds een jaar medewerker projecten en systemen op het Direc toraat P(ersoneel) en O(rganisatie) - de vroegere C(entrale) P(ersoneel) D(ienst): Je zou Dolf Mol de secretaris van de totstandkoming van het Interne Jaarver ben, vraag ik me wel at wat dat voor mij betekent. Ik geloof dat we in het sociaal jaarverslag tot nu toe op zulke punten te weinig concreet geweest zijn. En ook al blijkt dit moeilijk te zijn, toch moeten we daar wel naar streven. Als er b.v. ingevuld zou worden dat - ik noem maar wat - er onderzocht zal worden welke mogelijkheden er zijn om medewerkers boven de 55 jaar een lichtere functie te geven, pas dan krijgt het - voor die groep - inhoud. Dan kan er ook na verloop van tijd meegedeeld worden: Dit zijn de pro blemen, dat zijn de gevolgen en over x maanden komen we met een voorstel. Je blijft dan wel met het probleem zitten dat de ouderen dit waarschijnlijk reuze interessant vinden maar dat zo'n onder werp de jongeren misschien geen lor interesseert. Maar dat doet aan het principe niks af. taalgebruik De geleerden die in de vaktijdschriften artikelen schrijven over het sociaal jaar verslag benadrukken nogal sterk dat in het verslag verantwoording zou moeten worden afgelegd. Met andere woorden met redenen aangeven waarom bepaalde dingen wel of niet, of anders gebeurd zijn dan de bedoeling was. Alhoewel Dolf Mol het belang hiervan zeker onderschrijft, vindt hij andere zaken nog belangrijker. Verantwoording heeft pas zin als het gaat over interessante, "herkenbare" onderwerpen, anders worden ze toch niet gelezen. Anders gezegd, naast de keuze van de onder werpen is het taalgebruik van even groot belang; anders schiet men het gestelde doel alsnog voorbij. Dat dit geen slag in de lucht is, blijkt tenslotte tevens uit de uitkomsten van de eerder genoemde en quête. opnieuw enquête Daarom is ook over het "Interne Jaar verslag 1979" een enquête gehouden, met het oog op het verslag over 1980. Er is allereerst een telefonische enquête ge houden onder medewerkers van alle Ahold-onderdelen door het hele bedrijf heen. Daarnaast is er ook een aantal zogenaamde diepte-interviews gehou den. Geïnstrueerde beroepsinterview sters hebben met zo'n 20-tal medewer kers uit alle hoeken en gaten van het concern een gesprek gehad van één uur voornamelijk over het sociale gedeelte. De resultaten waren bevredigend: Ruw weg 2/3 van degenen die het verslag ontvangen hadden, blijkt het verslag ingezien of gelezen te hebben. Bij de niet lezers sprong de groep HK er nogal uit: zo'n 44 van hen had het verslag niet bekeken. Bijna 90 vond het een goed idee om de verslagen per werk maatschappij apart op te nemen en eenzelfde percentage vond het verslag goed tot zeer goed uitgevoerd. Toch was het niet allemaal rozegeur en mane schijn. Het verslag van de Raad van Bestuur was alleen redelijk "herken baar" voor het hoger personeel en de BL's; de andere medewerkers zei het niet veel. Voorts bleek dat men de ge kozen onderwerpen van dit verslag niet zo goed vond: alleen de HK-groepen reageerden redelijk positief; deze had den ook met de leesbaarheid niet veel moeite. Dat lag bij het filiaal-en pro- duktiepersoneel wel even anders: maar liefst zo'n 2/3 had problemen met de herkenbaarheid, interessantheid en lees- slag kunnen noemen. Dolf: Ik denk dat de herkenbaarheid sterk afhangt van: Hoe praktisch wordt er over een bepaald onderwerp iets gezegd. Hierboven is geschreven dat er verslag wordt gedaan over sociaal beleid. Ik kan me goed voorstellen dat er heel wat mensen zijn die zich afvragen: Sociaal Beleid? Wat bedoel je daar eigenlijk mee?; wat moet ik me daarbij voorstellen? Aan die term moet dus inhoud gegeven worden. Bij Ahold kan je dan naar de U.P.B. (Uitgangspunten Personeel Beleid) ver wijzen. Daarin staat in algemene termen waaraan het personeelbeleid moet vol doen. Je zou die U.P.B. de 10 geboden voor de Ahold P.Z. man kunnen noe men. Om een voorbeeld te geven: In de U.P.B. staat onder het hoofdstuk: Functiebezetting"met elke mede werker wordt tenminste jaarlijks een gesprek gevoerd, waarbij duidelijkheid wordt verschaft onder andere ten aanzien van mogelijkheden voor andere funk- ties." Op zich een prima uitgangspunt. Maar als ik b.v. een oudere werknemer Tot zover de theorie die - mede naar aanleiding van de interne bevindingen - bol staat van goede voornemens: het geschetste "gezicht" van de interne organisatie zal beter uit de verf moeten komen, door middel van nog meer her kenbare "trekken". Dat is langzamer hand duidelijk, van hoog tot laag. De praktijk van straks is daarop ook gericht: uiteindelijk hoopt men te ko men tot eigen WM-verslagen. Het in- CHOCOLADEMfc EmJU KOFF« 8 THES In de elf filialen van Miro is begin september de Miro Rarakwis van start gegaan; een spannende, gezellige telefoonkwis, waarby het er om gaat de goede oplossing als eerste door te geven aan de Rarakwis telefooncentrale. Inmiddels zyn de meeste kwisweken al verstreken, kwiskaarten worden nog tot en met 1 november aan de kassa's uitgereikt en er is al een groot aantal hoofdpryswinnaars gelukkig gemaakt met een 5-daagse vliegreis voor twee personen naar New York. De 8 speelweken waren verdeeld over 4 ronden van elk 2 weken, waar bij per ronde 4 verschillende kwiskaar ten werden uitgereikt. Het gaat er in de Mirokwis om te ontdekken wie de bekende Nederlander is en welke de twee bedoelde topmerken zijn. Op elke kwiskaart staan steeds 3 aan wijzingen, die de deelnemers nodig hebben om de vragen op te lossen. Van de le tot en met de 4e kaart worden de aanwijzingen steeds volle diger: van de bekende Nederlander worden steeds meer persoonsgege vens vermeld en van de twee top merken wordt steeds iets meer van het merkbeeld onthuld. Zodra iemand de goede antwoorden gevonden dacht te hebben, konden deze worden doorgegeven aan de Rarakwis telefooncentrale, waar de telefonistes de oplossing, naam, adres, datum en tijdstip van bellen en de lplaats van de Miro-winkel waar de deelnemer winkelt, registre ren. Per kanskaart (dus viermaal per ronde) mocht één oplossing worden doorgegeven. Degene die als eerste de goede oplossing had doorgebeld, was de winnaar van de rondeprijs. Per Miro kwamen er per ronde 1000 antwoorden binnen. Direct na elke ronde werd de uitslag per Miro-filiaal bekend gemaakt en werden de 101 winnaars gebeld: in elke ronde per Miro één New York- reis en nog eens 100 aanmoedigings prijzen. Over de gehele kwis zijn dus 44 vijf-daagse vliegreizen uitgeloofd aan de hoofdprijswinnaars. Met ad vertenties in de kranten en promo tiemateriaal in de winkels is de Rarakwis ruimschoots onder de aan dacht gebracht van de Miro-klanten. Foto boven: Een dolgelukkige mevrouw Verspuij - Meeboer was in her Miro-filiaal te Pur- merend de winnaar van de hoofdprijs in de eerste ronde van de Miro Rarakwis. Zij gaat in april samen met haar man, rechts op de foto, een vliegreis maken naar New York, waar ze vijf dagen zal verblijven. Op de foto heeft mevrouw Verspuij uit handen van de heer R. Evers, bedrijfsleider van Miro te Purmerend, een enveloppe ontvangen, met daarin alle gegevens over de 5-daagse reis naar New York. Bij de prijsuitreiking in Pur merend kreeg mevrouw Verspuij, die al 7 jaar vaste klant is bij Miro, vanaf de oprichting van het filiaal in Purmerend, ook bloemen aangeboden, terwijl koffie met gebak werd geserveerd voor de aan wezige klanten. terne verslag blijft bestaan. Naast het Raad van Bestuur verslag zal de WM informatie in het verslag dan echter meer bedoeld zijn voor de medewerkers Met ingang van 6 oktober 1980 is benoemd tot directeur van Etos bv de heer F.G. Wester [34]. In deze functie zal hy de heer J.H.J.M. van Rooten [371 opvolgen, die per dezelfde datum is benoemd tot directeur van Albro Bakkeryen Tilburg bv. De heer Wester was voordien marketing manager van Marvelo bv. Zowel Etos bv, waartoe 64 drogisteryen behoren, als de andere genoemde bedryven makefi deel uit van Ahold nv. Up vrydag 10 oktober vond een byeenkomst plaats, waarop de heer Van Rooten afscheid nam van de Etos fiiiaalchefs en relaties en men kennis kon maken met de nieuwe directeur, de heer Wester. van de andere werkmaatschappijen. Zo'n ideaalsituatie zal in het komende verslag over 1980 nog niet kunnen worden verwezenlijkt. Dolf Mol ver zekert echter wel dat al het mogelijke zal worden gedaan aan de beoogde kwaliteit met voor ieder herkenbare en van belang zijnde onderwerpen. - Een voorbeeld: woorden als prioriteit en efficiëncy mo gen in vakjargon duidelijk zijn; het wordt beslist veel duidelijker als men het heeft over "voorrang" en "doelmatig heid". En daarmee is al heel wat ge wonnen. Om kort te gaan: intern zit men niet stil om het Intern Jaarverslag in de toekomst voor elke betrokkene bij het bedrijf zo duidelijk mogelijk uit de verf te laten komen.

Personeelsbladen | 1980 | | pagina 5