ALLE SECTOREN IN DE LIFT AHSM dit jaar door omzetbarrière van drie miljard? Managementteam Albert Heijn: alles op alles zetten Fred W. I. Lachotzki, restaurants en recreatiedivisie: pagina 4 FLITSEN De mogelijkheid bestaat, dat Albert Heijn de tachtiger jaren inzet met het doorbreken van de omzetbarrière van 3 miljard gulden in 1980. Dat zou een mooi resultaat zijn, waarvoor wij graag alles op alles willen zetten om het te bereiken", zegt het manage mentteam in hun "nieuwjaars- gesprek" met FLITSEN. Het managementteam bestaat uit de heren F. I. Ahlqvist, R. L. H. Beijers, drs. H. E. Bosma, A. F. Constandse, K. Dorsman, A. P. M. Els hof en drs. J. Timmerman. De kans dat het gelukt, zit er redelijk dik in, tenminste, als er geen ernstige tegenslagen komen en dat weet je in deze tijd vol economische voetangels en klemmen maar nooit. In 1978 evenwel haalde Albert Heijn een omzet van rond 2.672 miljoen en de voorlopige cijfers over 1979 (op basis van een omzetgroei in volume van zo'n 5 pet) maken duidelijk, dat de barrière van 3 miljard gulden "genomen" kan worden als de omzet blijft groeien zoals de laatste jaren het geval is geweest. Alles op alles Maar dan moet "alles op alles" worden gezet, want de (economische) omstandigheden zijn en blijven moeilijk: de koopkracht van de gemiddelde consument zal dit jaar weliswaar gehandhaafd blijven, maar van enige toeneming in de beste dingsmogelijkheden (hetgeen niet per se alleen maar door loonsverhogingen behoeft te worden bereikt) zal nauwelijks of geen sprake zijn. "En dat heeft -zo is gebleken- toch wel consequen ties voor het uitgavenpatroon van de consument, ook in de sfeer van de dagelijkse levensbehoeften. De mensen doen het gewoon een beetje zuiniger aan en dat vergt van ons natuurlijk extra inspanningen om de noodzakelijke omzetvergro- ting (want de kosten blijven wél stijgen) te realiseren. We zullen het nu vooral moeten zoeken in uitbreiding van het aantal winkelfilialen en in het werven van nieuwe klanten voor de bestaande zaken". Wel, op beide fronten wordt door de heer Ahlqvist en z'n managementteam hard gewerkt, waarbij de uitbreiding van het aantal filialen vooral gezocht wordt in het (vernieuwde) buurtwinkelconcept. "Gelukkig ondervinden wij op dit punt steeds meer begrip van gemeentebesturen die ook gaan inzien, dat het voor de leefbaarheid van de woonwijken -vooral ook in de oude binnensteden van groot belang is, dat er naast allerlei andere voorzieningen ook een goed winkelbestand voor de dagelijkse levensbehoeften bestaat. Voor ons betekent dit natuurlijk wel, dat wij moeten uitgaan van een bepaalde minimale omvang van de winkels en van een bepaalde minimale samenstelling van het assortiment, zodat niet iedere hoek van elke straat geschikt is". Interne verbeteringen Er is, behalve de twee genoemde, echter nog een derde "front", waarop ook in het komende jaar hard zal worden doorgewerkt, en dat is een nog verdere verfijning van de winkelformule zelf en de betrokkenheid daarbij van het personeel. Het vernieuwingsplan voor de winkelinrichting, dat enige jaren geleden is gestart, werd (met veel extra investeringen) in een stroomversnelling gebracht: de shop-in-the-shopformule, invoering van vers- groepen met bediening (warme bakker, slager enz.), betere groepering van het assortiment met uitsplitsing van het personeel over een bepaald aantal groepen (waardoor bij de consument in alle opzichten een betere herkenbaarheid ontstaat) enz. Ook de promotie van de daarvoor in aanmerking komende produkten is verfijnd, in een aantal gevallen (vooral in het kader van bepaalde acties) meer toegespitst op groépen van produkten (wijn bijvoorbeeld). Bovendien werd een nieuwe actie ingezet om het inkopen doen aan het begin van de week te bevorderen. "Merkwaardigerwijze worden daardoor de typische verkooppieken aan het eind van de week niet of nauwelijks verminderd, wel is onze ervaring nu, dat deze acties wel vrij veel nieuwe klanten aantrekken, die kennelijk in een 'verloren uurtje' eens even komen kijken". RESTAURANT EN RECREATIE MANAGEMENT TEAM. Van links naar rechts: Drs A. P. E. Nieuwen- huis (bedrijfsdirecteur Ostara bv), Th. van Fulpen (con troller), C. J. M. v. d. Ploeg (personeelszaken), F. W. I. Lachotzki (directeur), R. Ruisch (bedrijfsdirecteur Bel gië/Duitsland), W. J. v. d. Heuvel (bedrijfsdirecteur Nederland). AHSM. Van links naar rechts: AF. Constandse (filialen- directeur ZB), A. P. M. Elshof (directeur inkoopR. L. H. Beijers (filialendirecteur SM), F. I. Ahlqvist (alge meen directeur), Drs H. E. Bosma (controller), Drs J. Timmerman (hoofd personeelszaken), K. Dorsman (directeur verkoop). Dit alles (en nog veel meer) heeft natuurlijk ook veel consequenties voor het functioneren van het personeel. De opleidingen moeten altijd bij de veranderingen in de winkel- en de verkoopformule worden aangepast, waarbij het in sommige opzich ten gaat om een geheel nieuwe aanpak en dat alles kost veel tijd, zoals bijv. het "vers-minded" maken van personeel, dat daarmee nooit eerder van doen heeft gehad. "We kunnen zeggen, dat dit tot nu toe goed gelukt is. De laatste tijd is echter duidelijker dan ooit naar voren gekomen, dat we moeten komen tot een planmatiger bezetting van functies op basis van betere omschrijvingen en goede beoordelingssystemen. In dit verband zijn we ook gestart met zgn. junior-clubs om langs die weg meer kansen voor de eigen mensen te creëren. Die clubs maken deel uit van de opleidingspro gramma's, die voor dit jaar vooral in het teken zullen staan van service-bereidheid en klantenge- richt denken en handelen. In het afgelopen jaar heeft ook de 'lokale marketing' veel aandacht gekregen. Aan dat invullen van een stuk lokale marketing doet nu al ongeveer 70 pet van de filialen mee. De filosofie die daaraan ten grondslag ligt is, dat de filiaalmanagers vaak beter dan de mensen van het centrale beleid kunnen beoordelen wat er plaatse lijk en regionaal aan (nieuwe) mogelijkheden ligt, hoe het best kan worden ingespeeld op specifieke omstandigheden (ook op een 'bijzondere concurrent' bijvoorbeeld) in de eigen omgeving. De heer Ahlqvist: "Daar doen we veel aan, ook aan de investeringskant. De plannen en suggesties die daaruit voortkomen, zijn een belangrijke ondersteuning van het centrale beleid, dat omge keerd ook de filialen een steeds betere ruggesteun kan geven, zoals bijvoorbeeld door het verstrekken van op deskundige berekeningen en op ervaringen gestoelde mogelijkheden met betrekking tot beïn vloedbare kosten en opbrengsten. Het spreekt vanzelf, dat onze informatiesystemen door uit bouw en vernieuwing voortdurend bij deze ontwik kelingen moeten worden aangepast. In vrijwel alle gevallen ligt daarbij het zwaartepunt op planning en beheer", zo zegt het managementteam, dat daaraan toevoegt dat er uiteraard nog veel andere zaken 'in beweging' zijn, zoals bijvoorbeeld het creëren van betere, effectievere vormen van samenwerking met de leveranciers, een toenemen de concentratie op de eigen inkoop, het nog beter beheersen van de goederenstromen en de voorra den, verdere intensivering van de kwaliteitspro gramma's, het bevorderen van de mobiliteitsbe reidheid onder het personeel enzovoorts. Wat dit laatste aangaat: "Het aantrekken van goed perso neel is een blijvende zorg. Mede daarom hebben we besloten met een speciale stand naar zoveel mogelijk banenmarkten te zullen gaan, die er in 1980 worden gehouden. De eerste ervaringen, die we daarmee hebben opgedaan, waren niet ongun stig. Bovendien vinden we het nuttig, dat Albert Heijn zich ook in dit opzicht regelmatig presen teert; laten zien wie en watje bent. We hebben n.l. uitstekende arbeidsvoorwaarden". Al met al is de conclusie over 1979: "Ondanks de moeilijker wordende omstandigheden hebben we onze doel stellingen vrijwel geheel kunnen bereiken. Ik hoop, dat we dat -met de gebleken grote inzet van allen- ook in 1980 kunnen realiseren". "Neem b.v. Nederland, met het prijs niveau in onze wegrestaurants komen we steeds dichter bij dat van de goede Chinese eethuizen; we zitten ze op de hielen, zou je kunnen zeggen. Dat komt, omdat enerzijds de prijzen voor de Chinees-Indische maaltijden de laatste jaren toch wel zijn 'bij getrokken en anderzijds onze prijzen door aanzienlijke omzetstijgingen minder sterk zijn gestegen dan anders wellicht het geval zou zijn geweest". Aldus een tevreden heer Fred W.I. Lachotzki, directeur van de Restaurants/Recreatie Divisie: hij kan terugzien op een vrijwel in alle opzichten geslaagd jaar. De 'schoolcijfers' die de klanten van de 14 Nederlandse AC's elk jaar mogen geven, zagen er eind november wéér iets beter uit dan in 1978: het gemiddelde steeg van 7.5 naar 7.6, waarbij er slechts op één onderdeel (de snelheid van de bediening) lager gescoord werd, n.l. van 7.7 naar (het niettemin toch nog redelijk hoge) 7.5. "De oorzaak daarvan ligt kennelijk aan de grotere drukte die de meeste restaurants te verwerken hebben gekregen: we noteerden een omzetstijging van ongeveer 10 pet, inclusief de catastrofale daling in het eerste kwartaal als gevolg van de lange, strenge winter". Die omzetstijging is waarschijnlijk mede te danken aan de gevoerde image-campagne en natuurlijk aan het feit (de 'schoolcijfers' bevestigen dat ook), dat de AC-Res- taurants nu een totaalpakket aan kwaliteit, sfeer en service hebben, waarover de klanten tevreden zijn en dus terugkomen. Probeer het eens Na een aantal magere jaren komen de AC's er de laatste tijd steeds beter bij te staan. Reeds in 1978 kregen de restaurants een gemiddelde waardering van 7.5, en toen was de tijd aangebroken voor die image-campagne, om verloren klanten én nieuwe bezoekers ervan te overtuigen dat het echt de moeite waard zou zijn om "het" eens (weer) te proberen. De forse reclame-campagne in de pers en voor radio en tv is geslaagd Met boodschappen als 'AC restaurants: gezellig tafelen langs de weg', 'Een paar ideetjes, voor lekkere lunches en dineetjes', 'Valt er nog wat te smullen tussen Twente en de Randstad?' en 'Waar krijg je tussen Amsterdam en België de beste biefstuk op je bord?, werd de aandacht van velen op de kwaliteit én de plaats van de AC restaurants gevestigd en dat heeft in het afgelopen jaar heel veel nieuwe (blijvende) gasten opgeleverd. "Wij zijn nu zover", zegt de heer Lachotzki, "dat wij ons -naast de externe image-campagne, die gewoon doorgaat- kunnen veroorloven ook in de restaurants meer dan tot dusver de aandacht te vragen voor bepaalde lekkernijen, speciale aan biedingen of een extraatje: een voorgerecht, een speciaal sausje of een bijzonder toetje. Daardoor ook zijn we niet meer alleen wegrestaurant, maar gaan we ook meer en meer een duidelijke 'achterlandfunctie' bekleden, voor mensen uit de omgeving die er eens gezellig en wat uitgebreider willen tafelen. Al die elementen samen (de goede waarderingscijfers, de toename van het aantal gasten, de achterlandfunctie en de groei in de bestedingen) zullen naar onze verwachting dit jaar leiden tot een omzetstijging van om en nabij de 20 pet. Daarnaast sluiten wij nieuwe openingen niet uit". Prijzen FLITSEN: "Nog even terug naar de prijzen. Uit de waarderingscijfers blijkt weliswaar ook voor dit onderdeel een stijging, maar de waardering zélf is met 5.9 (tegen 5.5 in 1978) toch nog aan de lage kant". De heer Lachotzki: "Inderdaad, maar de horeca in het algemeen scoort op dit gevoelige terrein nooit hoog in waardering. Wat de AC-res- taurants betreft, wij komen (mede dankzij de forse omzetgroei) steeds verder vooraan te liggen als het om redelijke prijzen gaat. We hebben al vele schotels onder een tientje, een goede fles wijn voor f 8,50 tot 12,50 en -om nog een voorbeeld te noemen- men kan bij ons ook met het hele gezin goed en voordelig terecht, zoals in de winter fonduen voor 12,50, waarbij de kinderen de halve prijs betalen. Ja, wij gaan voor de populaire Chinees-Indische restaurants een werkelijk reëel alternatief worden", zo zegt de RRD-directeur, die ook over de ontwikkelingen in België tevreden is. "Ook hier haalden wé een ruime toename in omzet en verwachten dat ook in 1980 te realiseren. Dit betekent, dat de tien restaurants die voorheen onder de naam Jacques Borel opereerden, van 3.5 miljoen gulden verlies in 1977 worden omgebogen tot winst in 1980. In de Belgische AC-restaurants zullen we eveneens de interne 'probeer-het-eens actie' voeren, want ook daar scoorden we vorig jaar een goede waardering, een gemiddelde namelijk van 8.15". De Belgische restaurantgroep beschikt nu ook over een eigen marketingmanager en een eigen perso- neelsmanager, beiden Belgen. Over de AC Rast- statte Brohltal in Duitsland is de heer Lachotzki al evenmm ontevreden, al was de omzet hier (ca. 7 pet) aanzienlijk minder gegroeid dan in 1978 (27 pet). "Maar ook hier heeft de vorige winter een rol gespeeld en de omzetstijging in Brohltal is altijd nog het dubbele van de gemiddelde landelijke stijging van de Duitse wegrestaurants". Ostara Jammer genoeg is het opstarten van het nieuwe vakantiepark 't Strandheem bij Opende (Gronin gen) veel trager verlopen dan de bedoeling was. Mede daardoor is de omzetgroei in deze sector kleiner geweest dan aanvankelijk werd verwacht. Niettemin heeft de Ostara-groep vorig jaar uitste kend gedraaid. "Met name in de verhuur van bungalows hebben we een aanzienlijke doorbraak in de resultaten bereikt", aldus de heer Lachotzki, die ook voor het nieuwe jaar een flinke omzetstij ging verwacht, mede omdat in het sterk uitgebrei de bungalowpark 't Wolfsven bij Mierlo (Noord- Brabant) een aantal vergaderzalen is bijgebouwd.

Personeelsbladen | 1980 | | pagina 4