D. M. Hansen maakte ontwikkeling Toko-winkels mee Groot verschil tussen theorie op school en praktijk in het bedrijf Altijd erg veel vrijheid in mijn werk gehad Jan Kees Schalks, stagiaire bij PZMarvelo: pagina 10 FLITSEN ontwikkeling kampwinkeis Vanaf het moment dat de recreatie een steeds belangrijker plaats innam ging de heer Hansen zich bij Simon de Wit volledig aan de recreatietak wijden. "En dat deed ik met bijzonder veel zin, want die bedrijfstak sprak mij toch het meeste aan. Op deze plaats heb ik vanaf 1961 de ontwikkeling van de kampwinkels meegemaakt en ook gestimuleerd. Ik weet nog goed dat er bij mijn benoeming tot districtsleider in 1960 twee kamp winkels waren, een aantal dat bij mijn pensionering was uitgegroeid tot 38. Na de fusie met Ahold zijn de Kampwinkels TOKO gaan heten, maar verder ging mijn werk na de fusie op dezelfde voet voort, er veranderde weinig." fijne tijd Vooral het vele reizen en de grote vrijheid die de heer Hansen in zijn functie had maakten hem tot een zeer tevreden werknemer. "Ja, telkens als ik terugblik besef ik dat het een ontzettend fijne tijd is geweest bij eerst Simon de Wit en later Ahold. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik de man met de meeste vrijheid in het bedrijf was. Meestal zat ik maar een dag per week in Zaandam, de rest van de tijd op de weg", vertelt de heer D.M. Hansen. prima kerels "Je deed alles tegelijk. Er moest gezorgd worden voor management, personeel, inkoop en er moesten contracten met de verpachters worden afgesloten. Wel had ik bij dit alles veel hulp van de chefs van de kampwinkels, dat waren prima kerels die met veel inzet een hoop werk verzetten. Later kreeg ik een assistent en bij mijn pensionering waren dat er twee. Hulde voor wat zij deden!" Het laatste jaar bij Ahold (1976) hield de heer Hansen zich alleen nog maar bezig met marktonderzoek en bracht daarbij erg veel tijd door in België, waar naar nieuwe locaties werd gezocht voor TOKO-winkels. In 1976 trok de heer Hansen de Ahold deur definitief achter zich dicht en is "Personeelszaken is een verzamelplaats voor allerlei problemen. Daar ben ik nu wel achter." Dit stelde Jan Kees Schalks enkele weken geleden, toen h(j een streep zette onder een stageperiode van ongeveer een jaar op de afd. Personeelszaken van Marvelo te Zaandam. Als leerling van de opleiding Personeelswerk aan de Sociale Academie te Amsterdam moest Jan Kees in het derde studiejaar stage lopen bij een onderne ming om praktijkervaring op te doen. Toen hij hoorde, dat ook bij Ahold die mogelijkheid bestond en dan nog wel in de produktiesector maakte hij een welbewuste keuze voor Marvelo. "De Zaanstreek trok me zelf al aan, het is tenslotte een oude industriestreek, en daarnaast heeft Albert Heijn toch een bepaalde naam. Ik wilde daar best eens een kijkje achter de schermen nemen," zegt de uit Noordwijkerhout afkomstige Jan Kees. De eerste twee maanden bracht hij in de produktie- afdeling door: een maandje dropfabriek, een maandje chocoladefabriek. Jan Kees Schalks: "Dan weet je waar de mensen het over hebben wanneer ze ergens mee zitten. Anders blijf je er toch wat vanaf staan." praktijk Hij is vol lof over de wijze waarop hij na die start op Personeelszaken werd ontvangen. Hij zegt: "Ik werd meteen overal bij betrokken en langzamerhand kreeg ik gelegenheid zelf bepaalde dingen uit te voeren. Dat waren natuurlijk wel de kleine klusjes, maar ik leerde er veel van. Onder meer, dat er toch wel een groot verschil is tussen de theorie op school en de praktijk in een bedrijf. Op school snuffel je wat aan de rand, maar nu had ik rechtstreeks met allerlei dingen te maken." Hij kwam onder meer in aanraking met het PAR-project, de Personele Aspecten Renovatie, waarover een dikke nota is geschreven. "Daaruit vloeiden allerlei activiteiten voort, waar ik mee te Het kart raar lopen. Op jeugdige leeftijd graag net als je vader willen varen, dan op aandringen van je ouders voor de handel kiezen en vervolgens 40 jaar bij dezelfde baas werkzaam zijn in het kruideniersvak. De drie jaar geleden gepensioneerde heer D. M. Hansen heeft nooit spijt gehad van de stap die hij in 1936 nam, omdat hij het avontuur, de vrijheid en het vele rei zen wat hij anders graag op zee had willen ontmoeten, ook in zijn baan bij eerst Simon de Wit en later Ahold terug vond. maken kreeg. Ik denk bijv. aan communicatie, werkoverleg enz." Het gehele personeelswerk bij Marvelo vond hij zo interessant, dat hij er na de officiële stageperiode - tijdens welke hij veel steun kreeg van zijn school- supervisor - nog twee maanden als vakantiewerker aan vastplakte. "Ik heb me bij alles ook helemaal betrokken gevoeld." merkt hij op, "Fouten werden uitgelegd en vooral daardoor heb ik veel kennis vergaard. Op school leer je wel het een en ander, maar je weet nauwelijks wat je met je wetenschap kunt en moet doen." conclusie In zijn gezellige, sfeervol ingerichte huis aan de Borchsatelaan in Hillegersberg blikt de heer Hansen enthousiast terug in het verleden. Alles zit nog vers bij hem in het geheugen, zelfs het begin van zijn loopbaan 43 jaar geleden bij het filiaal van Simon de Wit aan het Dapperplein in Amsterdam weet de heer Hansen zich nog te herinneren als de dag van gisteren. "Ik kwam daar als magazijnbediende, want je moest vroeger altijd helemaal onderaan beginnen. Maar omdat ik in Den Helder al enige ervaring in het kruideniersvak had opgedaan bij een coöperatie, bleef ik maar korte tijd in de winkel. In januari 1939 werd ik contro leur van het rayon Utrecht en tien jaar later ging ik in opleiding voor een hogere functie. Na de Pinksteren in 1950 werd ik naar Rotterdam gestuurd om daar de zieke rayonleider op te volgen en een jaar later werd dat omgezet in een vaste aanstelling. Vanaf juni 1960 was ik vervolgens vijf jaar districtsleider over vier rayons, waarna ik in oktober 1964 een aantal taken kreeg over te nemen van adjunct-directeur Bleker, die de vertrekkende Simon de Wit opvolgde. Dat waren activiteiten op het gebied van de recreatie en voor "spaar en vergaar", een actie zoals Albert Heijn vroeger de PMC-club kende", aldus de heer Han sen. toen zeker niet bij de pakken neer gaan zitten. "Integendeel", zegt de heer Hansen. "Ik heb genoeg hobby's die vroeger te weinig uit de verf kwamen. En het is een prettige ervaring als je b.v. 's avonds laat bij een mooie sterrenlucht nog even je tuin in loopt en tegen je vrouw zegt: "Ga maar vast, ik kijk nog even naar de sterrenbeelden". De gedachte dat de wekker niet meer om 6 uur afloopt is zeer plezierig. genieten En er zijn zo ontzettend veel dingen waar men zich over kan (en zou moeten) verwonderen. Mijn vrouw en ik genieten van deze tijd en het is prettig dat er contact met oud-collega's is. Regelmatig word ik uitgenodigd op afscheidsrecepties en op dat soort bij eenkomsten merk je wat een hechte band er onderling altijd heeft bestaan en nog bestaat. Simom de Wit was en is altijd één grote familie". De heer Hansen links met sigaarin hei Praelhuys in Duinrell te Wassenaar tijdens een carnavalsbijeenkomst. Jan Kees Schalks had vooral vrij veel bemoeienis met de dropfabriek. Onder meer werkte hij mee aan sollicitatie-procedures, begeleiding werkoverleg, ziekteverzuimbestrijding door meer sociale begelei ding e.d. Een apart hoofdstuk vormde nog de aanwezigheid van de buitenlandse werknemers, die weer hun eigen specifieke problemen hebben (contacten met Nederlanders, taal, leefwijze). "Ver houdingsgewijs heb ik meer met hen contacten gehad dan met de Nederlanders," meent Jan Kees Schalks. Zijn voornaamste conclusie van het stagejaar is wel, dat Personeelszaken geen geïsoleer de afdeling is, maar in een wisselwerking staat met alles in het eigen bedrijf, de eigen organisatie en ook met de gehele maatschappij. "Denk maar aan de woningnood, die is nog steeds actueel. Dan blijkt ook, dat je moet inspelen op wat er in de buitenwereld aan de hand is." Zijn "gekste" ervaring: "Iemand uit de fabriek kwam om een paar klompen voor het schoonmaak werk. Men dacht, dat dit via Personeelszaken liep. Je ziet het: het is inderdaad een vergaarbak." Zijn slotconclusie bij het vertrek: "Ik vind het eigenlijk jammer. Ik laat geen stageplaats achter, maar een stel vrienden. Maar het laatste studiejaar moet ook af."

Personeelsbladen | 1979 | | pagina 10