COR besprak
Lange Termijn Planning
IBS: Nieuwe opleiding
voor iedereen
Grondslagen voor het ondernemingsbeleid bij Ahold
Cadeau
bonnen
1979
flitsen
Nieuws
uit de COR
1979: Het energie jaar bij AH
10 Simpele
Energieregels
rnjm
De heer Drs. P. J. van Dun gaf toelichting
pagina 2
FLITSEN
Door de Raad van Bestuur werd
op 12 december 1977 besloten om
de waarde van de cadeaubonnen
voor 1979 te verhogen.
Coupures 1978
6,-, 12,--, 18,--, 24,--, en
30,--.
Coupures 1979
7,--,/14,-,/21,-, 28,--, en
35,--.
Deze bonnen worden uitgereikt
met Pasen, Pinksteren, begin
september en Sint Nicolaas.
"Wy willen onze positie als grootste kruidenier van Nederland handhaven".
Op deze manier bracht de heer A. Heyn woensdag 17 januari 1979 in de vergadering
van de Centrale Ondernemingsraad [COR] de kern van de Lange Termyn Planning
[LTP] onder woorden.
De plannen en prognoses van de diverse
werkmaatschappijen werden stuk voor
stuk belicht. De heer Heijn stelde
daarbij, dat de gedachte-ontwikkeling
kan worden gerealiseerd door
het beter te doen dan anderen,
het voorkómen van de wensen van de
klant door tijdig trends te onderken
nen,
het nog beter benutten van de
mogelijkheden in bestaande bedrij
ven en vestigingen.
"Wij gaan IBSEN" zou de komende
jaren wel eens een veelgehoorde uitdruk
king binnen Ahold kunnen worden. De
letters IBS staan voor Individu, Bedrijf,
Samenleving.
Doelstelling van IBS: "Het scheppen
van voorwaarden om de geformuleerde
Uitgangspunten Personeelbeleid in de*
komende jaren te realiseren, waarbij
centraal staat dat de deelnemers zich
sterker bewust worden van de invloed
van bedrijf en omgeving op het individu
en de noodzaak van een bewuste aktieve
opstelling daarin, zowel in het belang
van individu als bedrijf".
Over IBS werd woensdag 17 januari in
de COR gesproken aan de hand van
"het rode boekje" waarin een en ander is
uiteengezet.
De heer drs. P.J. van Dun (directeur
Personeelzaken) was naar de COR ge
komen om een toelichting te geven.
Daar het hier om een nieuw stuk
opleidingen gaat zal de COR in een
volgende vergadering een advies uit
brengen over IBS.
De heer Van Dun herinnerde er aan, dat
er vroeger bedrijfsgerichte cursussen
werden gegeven, zoals de LSV-cursus
(Leidinggeven, Samenwerken, Vertrou
wen in elkaar). Deze is echter in die
vorm niet meer geschikt voor de huidige
tijd.
Gekozen is voor een nieuw "leermodel",
dat voor alle geledingen van het bedrijf
zal gelden en "van boven naar beneden"
zal worden uitgevoerd. Te beginnen
derhalve op directieniveau. Bij AC Res
taurants en Ahead is men er mee
begonnen, waardoor men ervaring heeft
kunnen opdoen.
"De Raad van Bestuur heeft ook al
ge-ibst", vulde de heer A. Heijn aan,
"We hebben weliswaar niet het gehele
programma doorgewerkt, maar we had
den er goede ervaringen mee".
Uit de COR de vraag: "Kunnen structu
ren in het bedrijf worden gewijzigd om
ze aan te passen aan de behoeften van de
mensen?"
De heer Van Dun: "Het resultaat van
IBS zal ook zijn, dat men beperkingen
ten aanzien van de mogelijkheden om
structuren te wijzigen beter begrijpt.
Niet alles is op te lossen, maar diverse
zaken kan men beter plannen".
In de vergadering van 17 januari j.l.
verscheen de heer J.C. Voskamp - één
van de opstellers van de individuele
klachtenprocedure - om vragen en sug
gesties aan te horen en soms van een
kort commentaar te voorzien. Zo veel
mogelijk zullen de gemaakte opmerkin
gen verwerkt worden. De procedure
draagt vooralsnog een experimenteel
karakter. Aan de hand van praktijker
varingen zal de procedure per 1981
kunnen worden aangepast.
De COR heeft de winstdelingscommissit
aangevuld met de heer G. Hoorn als
deskundige.
In de COR is een kleine wijziging
gekomen. De heer B. Geerlings (afge
vaardigde AC Restaurants) is opgevolgd
door de heer P. van Dijk.
De heer A. Heijn stelde in de COR-ver-
gadering van 17 januari de voorgenomen
herbenoeming van de commissarissen
de heren mr. H. N. Wakkie en J. van der
Velden aan de orde.
In de volgende vergadering zullen de
gekozen COR-leden hierop terugkomen.
Deze COR-vergadering werd door twee
leden van de Raad van Commissarissen
bijgewoond, t.w. mevrouw Rempt en de
heer Wakkie.
drie dagen
Mevrouw Rempt, commissaris van de
N.V., vond drie dagen voor de cursus
IBS zeer kort. De heer Van Dun stelde,
dat IBS alleen maar de pretentie heeft
om een aanzet te geven in de eigen
werksituatie zo doelmatig mogelijk tot
een gesprek te komen. Dit als een begin
van een veranderingsproces in de ko
mende jaren. Daarvoor is 3 dagen wel
voldoende.
Deelname aan IBS zal geheel op basis
van vrijwilligheid geschieden. Dat geldt
zowel voor de werkmaatschappijen als
voor de individuele personeelsleden.
De heer Van Dun wees er voorts op, dat
het met IBS gaat om een langdurig
proces. "Eigenlijk ben je er nooit mee
klaar", zei hij.
Gezien de problemen bij het verkrijgen
van geschikte vestigingspunten voor de
diverse soorten winkels zal steeds wor
den nagegaan, zo zei hij verder, of het
niet mogelijk is in een pand een andere
Ahold-vestiging onder te brengen wan
neer een werkmaatschappij besluit er
gens een filiaal op te heffen.
Voornaamste punten om de LTP te doen
slagen: "Marketing, efficiency, perso
neelbeleid".
Op een vraag van de commissaris, de
heer mr. H.N. Wakkie, zei de heer
Heijn, dat de plannen van de diverse
werkmaatschappijen zijn doorgesproken
met de Raad van Bestuur. Daarbij is
men het er over eens geworden, dat het
om redelijke plannen gaat. Zij hebben
nu een taakstellend karakter gekregen
d.w.z., dat er vanuit gegaan wordt dat
de onderscheidene werkmaatschappijen
streven naar het bereiken van de gestel
de doelen.
"Er zullen zich ongetwijfeld omstandig
heden voordoen die zullen maken, dat
t.z.t. elke overeenkomst van de cijfers
van de LTP met de werkelijke getallen
louter toeval zal zijn," aldus de heer
Heijn, "Maar voor de afwijkingen zullen
tijdig de oorzaken moeten worden aan
gegeven, waardoor bijgestuurd kan wor
den. De plannen zijn geen "keurslijf":
wanneer zich ongedachte mogelijkheden
voordoen zullen die zeker worden beke
ken, maar we gaan ook niet achter elke
"gril aanlopen".
Bij Bi-Lo bleek men nog geen uitvoerige
LTP-studies te hebben verricht. In de
COR was men daar enigszins verwon
derd over, omdat men meende dat men
in Amerika daarmee juist voorop zou
lopen.
De heer drs. L. Coren, die bij de
behandeling van dit onderwerp aanwe
zig was, vertelde, dat Bi-Lo op een
andere wijze wel enigermate aan LTP
deed; aan een inpassing in het systeem
van Ahold was men nog niet begonnen,
omdat andere onderwerpen op dit punt
voorrang hadden gekregen.
De heerR.S. Cascone: "bij AHSM werd
in de LTP ook aandacht besteed aan
personele aspecten. Bij de overige be
drijfsonderdelen niet. Is hiervoor een
verklaring te geven?"
Geantwoord wordt dat hiervoor geen
duidelijke reden is aan te geven. Wel
kan gesteld worden, dat bij AHSM
sprake is van een afgeronde, uitgekookte
formule. T.a.v. de operationele aspecten
is alles al een keer gezegd in voorgaande
jaren. Dit biedt ruimte om meer aan
dacht binnen dit kader te besteden aan
personele aspecten.
Bij andere werkmaatschappijen zijn nog
veel nieuwe zaken te vermelden. Dit wil
niet zeggen, dat niet gewerkt wordt aan
personele aspecten. De UPB gelden
immers onverkort voor alle bedrijfson
derdelen.
De heer F.J. Petra: "LTP geeft bij
praktisch alle werkmaatschappijen een
groei in de verkoopvestigingen te zien.
Het decentralisatierapport van een jaar
geleden meldt deze ontwikkelingen niet.
Hebben er zodanige wijzigingen in de
loop van 1978 plaatsgevonden, dat de
zaken er beter voorstaan?"
In de LTP wordt duidelijk uitgegaan van
groei bij een aantal werkmaatschappijen.
Gesteld wordt, dat de langere termijn
plannen worden doorgesproken met de
RvB.
Indien akkoord gegaan wordt met de
plannen, wordt de leiding van een
werkmaatschappij daaraan ook gehou
den.
Bij belangrijke afwijkingen zal verant
woording hiervan moeten worden afge
legd.
Personeelsblad Ahold N.V.
Februari 1979
36ste jaargang no. 2
verschijnt 10x per jaar
Oplage: 27.000
Redactiesecretariaat:
Ankersmidplein 2,
Kamer 1701
1506 CK ZAANDAM
Tel. 075-593026
Hoofdredactie:
Mevrouw T. Plooijer
Redactieleden:
J. Breeschoten
W. Haeser
Mej. T. Harder
J. G. Jager
B. van der Knaap
M. Kohnstamm
J. Kragten
A. W. Kuipers
H. Malag
C. D. Menne
A. de Roo
D. Rövekamo
Redactie en vormgeving in samen
werking met
PR Bureau Van Hulzen,
Voorschoten
(Vervolg van pag. 1)
In samenwerking met de Stichting Voorlich
ting Energie Nederland (SVEN) te Apel
doorn heeft AHSM circa 220 openbare nuts
bedrijven kunnen benaderen voor het opne
men van de meterstanden; in de filialen was
men daarbij betrokken. Daardoor kan men
dat nu zelf doen, hetgeen van belang is om
in de loop van de actie het juiste cijfer
materiaal te verkrijgen.
De heer Kruijver wil geen voorspelling doen
inzake de mogelijke energiebesparing. Bij
soortgelijke acties in de Verenigde Staten lag
deze tussen de 10 en 15%.
energiebalans
"Een actie komt natuurlijk wat speels over,"
zegt hij verder, "Dat is ook niet erg. Er is een
prijsvraag over de bereikte vermindering in
het gasverbruik, we werken met stickers met
aanwijzingen voor zuinig omgaan met ener
gie op een aantal punten, voor energie
besparende ideeën loven we flinke beloning
en uit. Het gaat echter om een heel serieuze
zaak. Het energiebeheer moet gereedschap
voor kostenbewaking zijn. Daar ontwikkelen
we een instrumentarium voor. Wij denken
aan een balans voor in- en uitgaande energie,
aan de wisselwerking van energiestromen,
de onderlinge beïnvloeding. Met zo'n ener-
giebelans kunnen we tot voorstellen komen
tot verlaging van het verbruik. Ook lijken er
mogelijkheden te zijn voor hergebruik van
bepaalde energie, bijv. afvalwarmte."
contacten
De heer Kruijver onderhoudt ook velerlei
contacten met nutsbedrijven en overheid,
onder meer in verband met het verkrijgen
van subsidies voor energiebesparende inves
teringen. "Het is prettig als men mij in dit
1 Celdeuren dicht
2 Koud uit de auto, koud Inde cel koud In de vitrine
3 Koelntrlnes zoveel mojeltk leeg en uit m het
weekend
4 Circulatie koeV en verwanrnnptucht niet
6. Schakel ventilatoren uit zo gauw dat kan.
0 Winkel- en raagazUndeuren dicht
7. Stop tocht
3 Tferkverllchtlng alleen waar gewerkt wordt
3 Geen dag zonder EnergleBewaklngsRonde.
Zftï. -
soort gevallen inschakelt, want ik weet zo
langzamerhand wel de weg, die je moet be
wandelen om iets te bereiken. Als zodanig
heb ik ook een soort adviesfunctie."
De afdeling Energiemanagement valt onder
de Dienst Technische Projecten van de De
tailhandels Divisie Nederland. De heer Kruij
ver is betrokken bij uiteenlopende projecten
op het gebied van energiebesparing: in de
DC's, het Hoofdkantoor, de nieuwbouw
projecten, het zwembad van Ostara.
"De actie "Energiejaar 1979" is opgezet op
verzoek van AHSM," besluit hij, "Op het
ogenblik hebben wij daar onze handen vol
aan. De behoefte bij de andere werkmaat
schappijen is nog niet geïnventariseerd maar
ik denk dat ook daar mogelijkheden voor
een energiebesparingsactie aanwezig zijn."
De Raad van Bestuur heeft onlangs de
grondslagen voor het ondernemings
beleid Ahold opnieuw geformuleerd.
Op 17 januari j.l. heeft de COR kennis
genomen van de tekst, zoals deze hier
onder is weergegeven.
Ahold is een onderneming die als distributeur en
producent van goederen, alsmede verlener van
diensten, primair door middel van zijn winkels en
restaurants, zeer veel consumenten rechtstreeks
levert.
Het DOEL moet zijn deze belangrijke rol in de
samenleving goed te blijven vervullen.
Samenhangend met deze rol wordt in belangrijke
mate werkgelegenheid verschaft.
Gelet op het bovengenoemde doel en de verantwoor
delijkheid die daaraan verbonden is, moet de
continuïteit van de onderneming als noodzaak
worden gezien.
Voor het zinvol vervullen van Ahold's functie moet
aan de volgende VOORWAARDEN worden vol
daan:
Voldoende consumenten zullen ervan overtuigd
moeten blijven, dat de onderneming in al zijn op
de consument gerichte aktiviteiten zijn rol goed en
concurrerend vervult, zodat deze consumenten,
als klanten, Ahold zijn marktaandeel doen
behouden en verstevigen.
Hiervoor is het nodig de aktiviteiten voortdu
rend en tijdig aan te passen aan de wensen van
de consument resp. aan steeds veranderende
omstandigheden.
In de onderneming moeten de medewerkers
gemotiveerd zijn voor het goed vervullen van de
functie die Ahold in de samenleving uitoefent en
voor de bijdrage, die ieder op zijn eigen plaats
daaraan levert.
Aan medewerkers zal niet alleen bevrediging,
maar ook een uitdaging in het werk moeten
worden geboden.
De onderneming zal een winst moeten maken, die
in verhouding tot het werkzaam vermogen ad
equaat is.
Voor het op peil houden van de winst zal ten
aanzien van elk der aktiviteiten voortdurend
moeten worden getoetst, of de beoogde functie
wordt vervuld. Daarnaast zal anticiperende
vernieuwing van de bestaande aktiviteiten
nodig zijn, alsmede het ter hand nemen van
nieuwe aktiviteiten, waarbij primair de recht
streekse relatie met de consument wordt
gezocht.
Het ondernemingsbeleid, gericht op de ge
noemde doelstelling en het vervullen van de
daaraan verbonden voorwaarden, kent de
volgende uitgangspunten:
De belangen van consumenten, medewerkers,
kapitaalverschaffers, leveranciers, afnemers,
overheden en andere groepen waarmee de onder
neming in relatie staat, dienen loyaal en even
wichtig op elkaar afgestemd te worden.
Ten behoeve van de consument zal grote aandacht
worden geschonken aan aspekten als bruikbaar
heid, veiligheid en informatie inzake de door ons
aangeboden goederen en diensten.
Ten opzichte van leveranciers wordt een relatie
nagestreefd, die door beiden als goed wordt
ervaren.
Voor zover zakelijk verantwoord, wordt over het
beleid en de gang van zaken in de onderneming
informatie verschaft aan diegenen, waarmee de
onderneming te maken heeft.