JAARVERSLAG PENSIOENFONDS GAAT NU MET DE TUD MEE
Automatisering werkt door
flitsen
Rendement
BALANS PENSIOENFONDS
pagina 2
FLITSEN
"Verslag en jaarrekening van N.V. Pensioenfonds Albert
Heijn", kortweg het jaarverslag (over 1977) is in de loop van
oktober jl. verschenen. Zoals het hoort - in het jaar, volgend
op het boekjaar. Een normale zaak, zou men zo denken, maar
in dit geval is er toch wel degelijk sprake van een mijlpaal, ge
rekend in de tijd.
leeftijd 65 met pensioen gaan, een
aanvullend ouderdomspensioen uitge
keerd, indien zij de AOW-uitkering voor
ongehuwden ontvangen. De hoogte van
die uitkering is voor een deelnemer met
veertig pensioenjaren in principe gelijk
aan 50 procent van het verschil tussen de
AOW-uitkering voor gehuwden en die
Wie immers herinnert'zich niet, dat nog
maar een dik halfjaar geleden "Flitsen"
eveneens de verschijning van een Pen
sioenfonds-jaarverslag meldde en wel
over 1976 Dat was dus duidelijk te
laat en in zijn excuserende toelichting op
het hoe en waarom, sprak Pensioen-
fonds-directeur J.W. Brinkhuis toen de
verwachting uit dat het volgende verslag
tijdiger zou kunnen verschijnen. Welnu,
dat blijkt, terwijl de heer Brinkhuis
inmiddels met zekerheid kan vaststellen
dat het jaarverslag over 1978 al kort na
de zomervakanties van 1979 tegemoet
mag worden gezien.
Van die tijd af zullen vertragende
omstandigheden definitief tot het verle
den behoren. Letterlijk automatisch
verschijnen de jaarverslagen dan voor
taan met de regelmaat van een klok.
Dankzij gebruik van een computer, die
trouwens nu al een groot deel van de
werkzaamheden bij de afdelingen van
het Pensioenfonds beheerst. En die - in
zijn robotachtig automatisme - garan
deert dat tijdsproblemen wel kunnen
worden vergeten: het jaarverslag gaat
gewoon met de tijd mee.
vragen
Hoewel dus. wat dit betreft nooit meer
iets uitzonderlijks zal zijn op te merken,
resten er ook nu voldoende vragen.
Maar die zijn van louter inhoudelij
ke aard en om dat te helpen voorkomen,
schiet zelfs automatisering tekort.
Vandaar dat "Flitsen" wel telkens op
nieuw zal ingaan op vraagpunten van
belanghebbenden.
In een poging de zaken - ter verduidelij
king - op een rijtje te zetten, is het
wellicht goed allereerst te wijzen op de
belangrijkste zaken die uit het jongste
jaarverslag blijken.
Zoals vorige keer bij bespreking in
"Flitsen" al is aangekondigd, geldt voor
part-timers sinds 1 januari 1977 de
langverbeide pensioenregeling. En wel
voor diegenen "die meer dan 1/3 van het
voor een full-timer geldende aantal uren
werken". Het jaarverslag vult aan: "De
opneming in het Pensioenfonds ge
schiedde met volledige erkenning van de
na leeftijd 25 volbrachte diensttijd". Een
andere "headline" vormt de definitieve
invoering van het ongehuwdenpensioen,
eveneens per 1 januari 1977.
Krachtens de daarvoor geldende rege
ling wordt aan alle deelnemers die op
Personeelsblad Ahold N.V.
December 1978
35ste jaargang no. 10
verschijnt 10x per jaar
Oplage: 27.000
Redactiesecretariaat:
Ankersmidplein 2,
Kamer 1701
1506 CK ZAANDAM
Tel. 075-593026
Hoofdredactie:
Mevrouw T. Plooijer
Redactieleden:
J. Breeschoten
W. Haeser
Mej. T. Harder
J. G. Jager
B. van der Knaap
M. Kohnstamm
J. Kragten
A. W. Kuipers
H. Malag
C. D. Menne
A. de Roo
D. Rövekamp
Redactie en vormgeving in samen
werking met
PR Bureau Van Hulzen,
Voorschoten
Het jaarverslag van N.V.
Pensioenfonds Albert
Heijn (over 1977) is op
aanvraag verkrijgbaar
bij het Pensioenfonds.
voor ongehuwden.
Vermeldenswaard in dit verband is nog
dat vrouwelijke full-timers die voor
verschuiving van de pensioneringsdatum
van de 60-ste naar de 65-ste verjaardag
kiezen - mits zij aan de gestelde eisen
voldoen - eveneens voor een uitkering
van ongehuwdenpensioen in aanmer
king zullen komen.
verhoging
In verband met de stijging van de kosten
van levensonderhoud zijn de uitkeringen
van de niet-voortij dig vertrokken gepen
sioneerden per 1 januari 1977 met zes
procent verhoogd (het in het in art. 14
van het pensioenreglement genoemde
maximum-percentage). Het jaarverslag
merkt hierbij op dat de structurele
stijging van de AO W-uitkeringen -
hoewel het bedoelde reglementsartikel
daartoe wel gelegenheid biedt - deze
keer niet op die verhoging in mindering
is gebracht. Gezien zulke maatregelen
mag rustig worden geconcludeerd dat
het Pensioenfonds zich het in dit sta
dium kennelijk kan permitteren. In het
jaarverslag is dan ook prompt de gele
genheid benut om die indruk te onder
schrijven: "Gesteld mag worden, dat de
financiële positie van ons fonds per de
balansdatum bepaald gezond is.
Immers, de reglementaire rechten van
alle deelnemers zijn gedekt op basis van
het salarispeil per 31 december van het
verslagjaar. Terwijl verder alle in het
verleden aan de gepensioneerden ver
strekte toeslagen via inkoop tot onvoor
waardelijke rechten zijn getransfor
meerd".
kennisgeving
De kennisgeving van de pensioensituatie
die deelnemers in het fonds plegen te
ontvangen, blijkt in sommige opzichten
verwarrend te werken. Zo raken "ge
bruikers" vaak verstrikt in het uit elkaar
houden van AO W-bedragen en pen
sioenbedragen. De heer Brinkhuis kan
zich dit indenken, doordat tot dusverre
de AOW-bedragen per vier weken en de
pensioenbedragen per week zijn ver
meld. Hij zegt daarom toe dat van
volgend jaar af alle bedoelde bedragen
per vier weken zullen worden opgegeven!
Intussen: om misverstanden te verhel-
pen: in vermelde pensioenbedragen is de
AOW-uitkering niet begrepen. Om het
nóg duidelijker te zeggen: bereikbare
pensioenrechten z(jn exclusief AOW!
Een andere veelgehoorde vraag is -
"Waarom staat op het formulier van een
gehuwde medewerker ook een bedrag
voor het geval hij ongehuwd zou zijn?
De heer Brinkhuis: "Daaraan valt he
laas niet te ontkomen. Wij kunnen nu
eenmaal niet van iedere pensioengerech
tigde in het bedrijf weten of hij/zij
gehuwd is of niet. Sterker nog: wij
kunnen natuurlijk helemaal niet weten
of iemand op zijn 65-ste al dan niet
gehuwd zal zijn. Voor de berekeningen
van onze verplichtingen werken wij
daarom met zgn. huwelijksfrequenties.
Ziedaar de reden van de tweeduidige
vermelding. Maar, laten we eerlijk zijn -
iedereen gehuwd of ongehuwd weet toch
bij het lezen van de opgaaf welk bedrag
op hem/haar van toepassing is".
Wat krijgt een medewerker mee, die
bijvoorbeeld op leeftijd 35 de dienst
verlaat?
Het antwoord: Elke vertrekkende me
dewerker krijgt van het pensioenfonds
een polis mee, goed voor een pensioen
dat is gebaseerd op het door hem/haar
gemaakte aantal pensioenjaren én zijn/
haar salaris bij vertrek. "Op zichzelf een
normale regeling, die men in de praktijk
echter helaas niet bij alle pensioenfond
sen aantreft", aldus de heer Brinkhuis.
Hebben die op de kennisgeving voorko
mende "elders gekweekte rechten"
daarmee te maken?
Het antwoord luidt: Neen, want alleen
een deelnemer in dit pensioenfonds
ontvangt een kennisgeving. De heer
Brinkhuis: "Wij weten uiteraard niet bij
voorbaat of iemand bij ons het bedrijf
gaat verlaten; laat staan wat hij/zij bij
een eventuele nieuwe werkgever aan
pensioenrechten zal opbouwen".
De vermelding van "elders gekweekte
rechten" slaat dan ook op pensioenrech
ten die, tijdens het dienstverband bij
A hold bij een andere instelling dan ons
fonds zijn opgebouwd.
voorbeelden
Hierbij enkele voorbeelden, die overi
gens ook zijn te vinden in de brief die de
kennisgeving begeleidt:
Beleggingen:
vaste eigendommen
hypotheken
aandelen
obligaties
leningen op
schuldbekentenis
andere beleggingen
Geldmiddelen
banken
postcheque- en
girodienst
rekening-courant
Ahold N.V.
Premiereserve
herverzekering
Diverse debiteuren
en andere activa
50.539.990
11.382.148
9.350.997
30.260.370
47.990.305
13.094.942
11.418.272
25.905.012
196.757.114
178.630.187
2.202.954
189.267
3.713.896
6.106.117
14.511.830
6.498.010
1.011.920
201.249
2.166.793
223.873.071
3.379.962
13.266.823
Eigen vermogen:
geplaatst aandelenkapitaal
algemene
Premiereserve
Diverse fondsen en
voorzieningen
Leningen o/g
Saldi van geldinstellingen
Diverse crediteuren en
andere passiva
8.866.916
190.850.146
23.312.560
25.563
817.886
i223.873.071I
9.566.679
167.790.825
19.919.972
1.000.000
1.482.766
683.544
200.443.786
- Van toepassing op oud-medewerkers
van Etos, die tijdens hun vroegere
Etos-dienstverband rechten hebben ge
kweekt bij de Nationale Nederlanden
en/of bij het Bedrijfspensioenfonds
voor het Bakkersbedrijf e.a.
- Van toepassing op medewerkers van
Albro Zwanenburg, die destijds bij
Hoeve rechten hebben gekweekt bij het
Bedrijfspensioenfonds voor het Bak
kersbedrijf.
- Van toepassing op medewerkers van
Meester Wijhe, die indertijd bij Mee
ster rechten hebben gekweekt bij het
Sem
Het rendement, dat op de beleggingen werd behaald bedroeg 8,03%. Dit betekent, dat
boven de technische rentevoet van 4%, welke wordt gebezigd bij de berekening van de
premie-reserve, dus een overrente van 4,03% werd gerealiseerd.
Per beleggingscategorie werden de navolgende rendementspercentages geboekt:
In 1977
In 1976
vaste eigendommen
7,38%
7,19%
hypotheken
7,93%
7,73%
aandelen
5,56%
5,70
obligaties
7,60%
7,30%
leningen op schuldbekentenis
8,92%
8,87%
andere beleggingen
8,43%
8,16%
totaal beleggingen
8,03%
7,89%
Bedrijfspensioenfonds voor het Sla-
gersbedrijf.
percentage werktijd
Op de kennisgeving staat een "percen
tage werktijd" vermeld. Is te verklaren
hoe dit percentage precies tot stand
komt en hoe het komt, dat medewerkers
die schijnbaar altijd 160 uur per periode
hebben gewerkt, toch als percentage
werktijd 99 of 98 hebben?
Hoewel de achtergrond voor deze bere
kening ingewikkeld is. doordat het per
individuele medewerker kan verschillen,
doet de heer Brinkhuis hierbij een
poging die hopelijk verhelderend is:
"Als basis voor het "percentage werk
tijd" wordt om te beginnen het normale
aantal uren geteld dat een medewerker
in totaal gedurende een jaar heeft
gewerkt. Wegen wij dat af tegen het
maximaal te werken aantal uren, dan
ontstaat het percentage werktijd.
Maar, verschillen ontstaan bijvoorbeeld
als voor eigen rekening genomen uren
via overwerk worden ingehaald.
Overwerkuren worden ter bepaling van
het bedoelde percentage namelijk buiten
beschouwing gelaten."
Tot zover de beantwoording van de
ditmaal meestgehoorde en dus meestle-
vende vragen. Men moet volgens de heer
Brinkhuis wel bedenken, dat de bege
leidende brief bij de verstrekte kennisge
ving een duidelijke functie heeft. Veel
van de kennelijk bestaande vragen wor
den daarin al beantwoord!
foutje
Toch valt zelfs in een met zoveel zorg
samengestelde toelichting wel eens iets
weg. "Flitsen" probeert dit alsnog recht
te zetten, ter voorkoming van onbegrip.
Het gaat om de uiteenzetting omtrent de
AOW op blz. 3 van de begeleidingsbrief,
waarin de eerste zin onder het kopje
Algemene OuderdomsWet ineens stokt.
Die moet gelezen worden als: "Naast de
pensioenbedragen uit hoofde van de
pensioenregeling van Ahold ontvangt U
een uitkering krachtens de AOW (Zie
verder de brief;red.)
beleggingen
Tot besluit: ter illustratie van dit wat
cijfermatige artikel dient een foto van
de bungalows zoals het Pensioenfonds
deze - als belegging - in Ommen bezit.
De heer Brinkhuis: "Vaak krijgen wij
verzoeken of wij zulke objecten niet voor
medewerkers ter beschikking kunnen
stellen. Het antwoord moet dan steevast
luiden, dat wij als pensioenfonds niets te
maken hebben met de exploitatie, want
die hebben we nu eenmaal uit handen
gegeven. Een moeilijke zaak dus, want
wij kunnen wat dat betreft niets doen
voor de medewerkers".
Maar, er is hoop. Hoewel er nog niets
vaststaat, wil de heer Brinkhuis wel
kwijt dat pogingen in het werk werden
gesteld om iets voor medewerkers te
"claimen" in de Belgische Ardennen,
waar het pensioenfonds eveneens bezit
tingen heeft en zelfs uitbreidt.
Wanneer er hierover meer bekend is, zal
"Flitsen" daarvan zeker melding ma
ken