heropend Simon Wageningen Indruk dat er warmte is voor de mens in dit bedrijf Nieuwe commissaris mevrouw Rempt: FLITSEN pagina 3 99 ro tri /7 O Wnnrl 17/1 n T1 n »-v? m i'rr/if (rr/jti De vacature in de Raad van Commissarissen, ontstaan door het overlijden van mevrouw prof. drs. C. W. Visser, is inmiddels vervuld. Opnieuw door een vrouw. De enige. En wat voor een vrouw - Per maart jl. is tot nieuw lid van de Raad van Commissarissen van Ahold benoemd mevrouw drs. N. Rempt-Halmmans de Jongh (50) uit Wassenaar. Wie is zij, wat is haar achtergrond en hoe kijkt zij tegen haar nieuwe taak aan Flitsen zocht haar op om op dit soort vragen een antwoord te krijgen. Mevrouw Rempt is gehuwd en moeder van drie opgroeiende kinderen: twee dochters van zeventien en twaalf jaar en een zoon van vijftien. In de huiselijke sfeer van haar woning, verscholen achter weelderig groen van een diepe voortuin aan de Wassenaarse Backershaegenlaan, wordt zij in haar gesprek voortdurend onderbroken door de rinkelende telefoon. Aan de andere kant van de lijn zit in geen van de gevallen een vriendin die een gezellig praatje tijdens de koffie wil maken. Daarvoor zou het leven van mevrouw Rempt geen ruimte laten. Want, zij is niet alléén de animerende gastvrouw in haar welverzorgde privé-do- mein. Buitenshuis wordt haar'aandacht minstens zo intens opgeëist door de vele plichten die zij in het openbaar op zich heeft genomen. Geen tijd dus voor theekransjes. functiereeks Mevrouw Rempt is: Voorzitter van de Nederlandse Vrouwen raad (Samenwerkingsverband van een 50-tal organisaties); plaatsvervangend lid van de Raad voor de Arbeidsmarkt en lid van de Commissie Bijstand en Advies van de directeur-generaal van het Ministerie van Sociale Zaken; plaatsvervangend üd van de Sociale Verzekeringsraad, waarvoor zij in commissieverband het nodige voorbereidende werk verricht; lid van de Raad van Advies van het Ministerie voor Ontwikkelingssamenwerking en bestuurslid van de VVD, waarvoor zij de PR-activiteiten coördineert. Een functiereeks al met al die niet in één adem is op te sommen. En, alsof het nog niet genoeg is, dan nu bovendien een commissariaat bij Ahold. Haar éérste. Het spreekt vanzelf dat mevrouw Rempt niet van de ene dag op de andere deze veelheid aan plichten - naast die van huisvrouw- op haar schouders heeft gekregen. geaardheid Zij is er naar toe gegroeid. Zelf drukt ze het zo uit: "Het zit in de aard van het beestje. Ik ben graag organisatorisch bezig. Heb een enorme behoefte aan meedoen; mede verant woordelijkheid dragen". - Dat zat er al vroeg in. Tijdens haar studietijd aan de Nederlandse Economische Hogeschool in Rotterdam kwam ze tot die ontdekking. "Als je drie keer een opmerking maakte, zat je in een bestuur", ervoer ze en dat is nu feitelijk nóg zo. Na Rotterdam, waar ze afstudeerde als bedrijfseconoom, was ze drie jaar secretaresse van de voorzitter van het Produktschap voor Vis en Visprodukten. In die funktie zette ze de eerste schreden op het PR-pad, door haar belangstelling voor het gezicht van de organisatie naar buiten toe. Aldus vormde zij er de basis voor wat nu de afdeling voorlichting is. Door haar huwelijk kwam er een eind aan haar activiteiten op dit gebied. Dat was toen nog het geval - als getrouwde vrouw moest je ophouden. uitdagend Maar, haar interesse voor het wel en wee van het bedrijfsleven is sindsdien voor mevrouw Rempt een "uitdagend geheel" gebleven. 6 Toen dan ook de heer Heijn haar belde met de vraag of ze zitting wilde nemen in de Raad van Commissarissen van Ahold, antwoordde mevrouw Rempt met een volmondig "ja"! "Het brengt me bij hetgeen, waarvoor ik heb gestudeerd - bedrijfseconomie" Afgaande op het geschetste profiel voor de nieuwe commissaris -het bekijken van de invalshoek voor de consument- zegt mevrouw Rempt zonder aarzeling: "Dat zijn vrouwen. Je moet dus in de eerste plaats letten op hun reacties als consument. Dat betekent dat je op de hoogte moet zijn van alle bedrijfsuitingen naar buiten op het gebied van voorlichting en of reclame. Propaganda- en PR-gevoelig als ik ben, heb ik dan ook voorop gesteld, dat ik alles op dat gebied wil zien". Hoewel ze haar eerste commissarissenvergadering nog moet meemaken, heeft mevrouw Rempt zich al een voorstelling gemaakt van haar taak: "Ik verwacht om in samenwerking met mijn collega's en de Raad van Bestuur ervoor te zorgen, dat de onderneming zo bloeiend blijft als die nu is. Zó ongeveer - bewaken wat je hebt; kijken wat je kunt vernieuwen en risico spreiden door je vleugels uit te slaan". Overigens blijkt mevrouw Rempt danig onder de indruk te zijn van de vlucht die Ahold de afgelopen jaren heeft genomen. -"Toen ik tot voor kort boodschappen deed bij Etos had ik werkelijk niet het idee dat ik feitelijk bij een Ahold-vestiging kocht". sociaal Afgezien van de vinger aan de pols houden voor een goede economische bedrijfsvoering, vindt mevrouw Rempt overigens dat een commissaris ook de sociale kant in het oog dient te houden. Met voldoening heeft zij uit introductiegesprekken met Ahold- medewerkers vastgesteld, dat er in het bedrijf warmte bestaat voor de mens, die er werkt. Werkoverleg vindt ze dan ook erg belangrijk - het feit dat mensen op hun eigen terrein in onderling overleg hun werk kunnen indelen. Daarnaast hecht mevrouw Rempt veel waarde aan opleiding, die zij bij Ahold hoog aanslaat. Alleen heb ik tot mijn leedwezen ontdekt dat er zo weinig vrouwen aan deelnemen." Dit brengt haar op een stokpaardje: "Uit hoofde van mijn functies in de Raad voor de Arbeidsmarkt en de Sociale Verzekeringsraad, ervaar ik dat vrouwen boven de 40 niet meer inpasbaar zouden zijn in het arbeidsproces". Daarmee is mevrouw Rempt het volstrekt oneens: "Je kunt als bedrijf proberen cursussen te organiseren voor vrouwen die "uit de kinderen zijn" om weer te leren omgaan in een team". En bij zo'n herkansing denkt mevrouw Rempt niet alleen aan vrouwen in lagere posities. Volgens haar is er onder veel vrouwen een heleboel kennis aanwezig, waaraan je wat moet doen om die bruikbaar te maken. -"Er wordt duidelijk onderschat dat vrouwen, die na verloop van tijd naar de arbeidsmarkt terug willen, daar gewoonweg behoefte aan hebben. Vaak w i 11 e n ze meedraaien. part-timers Hetzelfde geldt naar de mening van mevrouw Rempt voor part-time werkende vrouwen. Juist misschien. Om in haar termen te blijven: "A) werken ze in de vier tot vijf uur die ze beschikbaar hebben zeer gemotiveerd en B) gaan ze niet eerst de krant zitten lezen voordat ze aan de slag gaan". Het is juist, dat vrouwen het gemeenlijk eng vinden om in het openbaar op te treden, in de hogere functies binnen bedrijven, maar ook bijvoorbeeld als lid van een OR. Maar met wat grotere druk en vooraf wat training om te leren dat zaken die gewoonlijk aan mannen zijn voorbehouden, best binnen hun bereik liggen, is daaraan zeker iets te doen. Het bedrijf zou vrouwen op dit soort punten gewoon iets actiever moeten werven. "Zó is het", meent mevrouw Rempt. Ziedaar enige theorieën die de nieuwe commissaris er op na houdt. In de praktijk zal snel genoeg blijken, wat zij ervan kan waar maken. Aan haar zal het niet liggen. "Een Simon-Supermarkt, waarin de versgroepen brood, aef en vlees door concessio nal vakspecialisten verzorgd en verkocht worden", zo omschrijft de heer Th. van Duimen, filialendirecteur Simon, het kortgeleden heropende filiaal Wageningen, dat tevens met 240 m2 tot 870 m2 werd uitgebreid. In 1977 werd in vier filialen (Castricum, Maassluis, Zoetermeer en Zwolle) een proef genomen met de inschakeling van zelfstandige winkeliers (concessionairs) als onderdeel van een vestiging. Het ging daarbij om sectoren, waarin het ''am bachtelijke" voorop staat in de benade ring van de consument: vlees, groente en brood, soms ook bloemen. Deze start sloeg goed aan, maar het bleek toch verstandig enkele verfijnin gen in de opzet aan te brengen. Zo was het nodig het assortiment kruideniers waren uit te breiden. "De wensen van de klant waren in die richting", aldus de heer Van Duimen. "Men wil een keuze uit een breder assor timent dan enkele jaren geleden nog het geval was en men wil ook gezelliger win kelen. In dat stramien past ook de aanwezigheid van ambachtelijke bedie ningszaken - vaak gedreven door gere nommeerde plaatselijke ondernemers - in een complex, dat de indruk maakt een soort "winkelmarkt" te zijn." Om dit te kunnen doen moet de oppervlakte aan bepaalde normen vol doen. In Wageningen kon de winkel uit gebreid worden, waardoor er uitsteken de mogelijkheden ontstonden om de nieuwe inzichten in praktijk te brengen. "Samen met de concession airs - met wie wij een uitstekende verstandhouding hebben - vormt Simon nu één van de grootste levensmiddelenzaken ter plaat se", zegt de heer Van Duimen. "Samen met onze concessionairs menen we onze klanten meer te kunnen bieden dan tot dusverre het geval was. Met belangstelling en vertrouwen zien we de toekomstige omzetontwikkeling tege moet. Het is een fijne zaak geworden".

Personeelsbladen | 1978 | | pagina 3