De kwaliteitsgarantie moet je waarmaken G. J. DROST: ILLUSTRATOR J. HARTOG Het lukt allemaal wel pagina 7 In de beginperiode van het Genootschap kon men lid worden door een kaartje in te vullen dat men kon pakken in de Albert Heijn- filialen. Dat kwam dan terecht bij de reclame afdeling in Zaandam, vanwaar ook de aan schrijvingen verstuurd werden Al vrij snel verhuisde het Genootschap naar wat toen nog de afdeling bestellingen heette. Aanvankelijk hield men zich daar voorname lijk bezig met de binnenkomende orders, nu o.l.v. Elly van Dam, later werd ook de leden administratie ter hand genomen, waar nu Anneke Dannijs volop mee bezig is. Het Genootschap is nu een min of meer zelf standige organisatie geworden, al valt het officieel onder Verkoop AHSM. Ook de debiteuren-administratie, waar Mirjana Jo- vanovic de scepter zwaait, wordt in eigen beheer gedaan. De heer G. J. Drost heeft deze ontwikkelingen vanaf het begin meegemaakt. Als afdelingschef van het Genootschap houdt hij zich voornamelijk bezig met de administratie, ter wijl hij daarnaast ook aan commercie doet. Aan de admini stratie van het Genootschap werkt een team van vijf mensen, tijdens drukke periodes aangevuld met uitzendkrachten. Daarbij dient vermeld dat het typen van de facturen wordt uitbesteed. "Ik heb veel contact met de heer Ter Schure," zegt de heer Drost, "ik denk mee in het samenstellen van de maandelijkse publicatie. Ik help mee bij het organiseren van ^e promo tionele activiteiten buitenshuis, zoals wijnproeverijen." boeiend Bij dat alles heeft de heer Drost gemerkt dat wijn een artikel is datje intens boeit. Je bent er voortdurend mee bezig, door het meedenken, het proeven, het brainstormen, het lezen van vakliteratuur. En het leuke is dat er uit onze groep nu weer drie medewerkers bezig zijn het wijncertificaat te behalen. Ze vinden het leuk om er iets meer van te weten. Dat is een cursus van een jaar, waarin je van alles leert over wijn, opslag van wijn en alles wat er mee te maken heeft. Deze mensen hebben veel contact naar buiten, en om niet steeds naar mij te hoeven verwijzen, zijn ze deze cursus gaan doen." gedaan werd per telefoon. De heer Drost: "Daarbij was het belangrijk dat je alle mogelijke service verleende en dat je voor honderd procent achter je artikel stond. We hebben daar leuke resultaten mee bereikt. In het begin was ik al ontzettend blij als er een order van honderd gulden binnen kwam, zo iets was vermelding waard. Nu lig ik al niet meer wakker van een order van drieduizend gulden." In de loop der jaren is tussen de leden van het Genootschap en de heer Drost met z'n mensen een speciale, vaak persoonlijke band ontstaan. De heer Drost legt er daarbij de nadruk op dat vooral het serieus behandelen van binnenkomende klachten van belang is: "Je moet alle nodige aandacht besteden aan de problemen en alle vragen beantwoorden. Je hebt een kwali teitsgarantie. en die moet je waar maken. Gerrit Couwen- hoven weet daar alles van." En dat lukt niet zonder een goed samenspel met de mede werkers in het DC, de mensen in de "wijnkelder", zoals de heer Drost het uitdrukt: "Je moet met elkaar een team vor- De heren F. Visser [links] en Van der Kraan men. Je hebt elkaar nodig om de zaak goed te laten draaien. Ook wat daar gebeurt, moet goed gedaan worden. Als ik een wijn uit 1975 aanbied, moet je de klant geen 74'er sturen." "Ze zeggen wel eens: Het is een postorderbedrijf. En dat is ook wel zo. Maar het heeft toch een aparte sfeer, door het publiek en het produkt waar je mee werkt. Het Genootschap heeft ook een heel aparte plaats in het concern. Dit alles is opgebouwd door een uitstekende kwaliteit te leveren, met een goede begeleiding." service De heer Drost is nauw betrokken geweest bij de spectaculai re groei van het Genootschap. In het begin was het een strijd om te bewijzen dat ook een kruidenier goede wijn kan leve ren, en niet alleen zoete Spaanse of advocaat. Er moesten nogal wat mensen enthousiast gemaakt worden, wat vooral Bladerend in de vele jaargangen van het blad dat maande lijks naar de leden van het Genootschap wordt gestuurd, stuiten we op een steeds weer terugkerend en toch variërend aantal illustraties. Ze maken in wezen het gezicht uit van het blad. De man achter deze illustraties is de heer J. Hartog. Een jaar voordat het Genootschap van de grond kwam, trad de heer Hartog bij Albert Heijn in dienst. Sindsdien heeft hij zeker 200 van deze brochures van tekeningen van kastelen, landschappen, druiventrossen, schepen, etc. etc. voorzien. De hoofdonderwijzer op de lagere school in Zaandiik had al gauw in de gaten dat Jaap Hartog aardig tekende. Met name een tekening van het admiraalsschip de Zeven Provin ciën viel bij deze man, zelf kunstschilder, in de smaak. Hij adviseerde hem om tekenlessen te nemen. Dat deed hij. Een fase verder, op de HBS, plukte hij daar de vruchten al van: hij hoefde niet klassikaal mee te doen. maar mocht vrij te kenen. Na de school volgde een baan op een reclamebureau, en ver volgens in de grafische industrie. Hij maakte er werkteke ningen. Bij drukker Johan Enschede retoucheerde hij foto's. Ook in militaire dienst bleven zijn talenten niet onopge merkt: hij mocht illustraties maken voor de sectie opleidin gen. "Toen ik bij Albert Heijn kwam had ik dus al veel tekener varing," zegt hij nu. Toen de heer Hermanides met z'n Ge nootschap begon, waren op de hele reclame-afdeling van Albert Heijn twee tekenaars. De heer Hartog is in die tijd, voortbordurend op z'n grafische ervaring, begonnen met fo tografie. "Ik werd een soort zelfstandige eenheid, en dat ben ik gebleven. Ik werk nu voor 50% voor de Vrienden v.d. Goede Wijn en voor 50% voor de Stichting Museum winkel." Is het geen probleem om telkens weer nieuwe illustraties te maken voor een blaadje dat alleen over wijn gaat? Hartog: "Je zit wel eens te wroeten. Ik heb diverse boeken die ik kan raadplegen. En als ik met vakantie naar Frankrijk ga, kom ik in wijngebieden, en ga ik ook naar de wijnkelders toe. Ik maak dan foto's, die ik later als voorbeeld gebruik. Want watje tekent, moet wel beantwoorden aan de werkelijkheid. Je kunt wel gaan fantaseren, maar er zijn altijd mensen die er goed in thuis zijn, die zien'dat iets niet klopt. Die reageren dan prompt." De heer Hartog krijgt op welke teksten er in het blaadje moeten, en ontwerpt aan de hand daarvan een complete lay out. De illustraties op de voorzijde zullen dit jaar afgestemd zijn op de jaargetijden. De ontwerpen liggen al klaar. "Het lukt allemaal wel," verwacht hij.

Personeelsbladen | 1978 | | pagina 7