Wie met wijn
is verloren
begint
Genootschap vormt apart
circuit binnen DC
WIJN-INKOPER TER SCHURE:
Lage prijzen door
kosten te drukken
PLANNER DUIJVELSHOFF:
pagina 6
'Het is als een goed idee begonnen, en het is
uitgegroeid tot een soort werkmaatschappij
Zo vat de heer A. G. ter Schure de 20-jarige
geschiedenis van het Genootschap voor de
Vrienden van de Goede Wijn samen.
De heer Ter Schure is de wijn-inkoper van het Genootschap.
Het begin van het verhaal heeft hij niet meegemaakt. Toen in
1958 het Genootschap werd opgericht, werkte de heer Ter
Schure nog bij de concurrentie. Als vertegenwoordiger van
een wijnhandel bezocht hij particuliere klanten. En op een
gegeven moment werd hij bij steeds meer van die klanten ge
confronteerd met het verhaal dat ze bij Albert Heijn dezelfde
wijnen veel goedkoper konden krijgen. Hij vroeg zich af of
daar wellicht een betere toekomst voor hem lag, en besloot in
1961 om over te stappen. In dat jaar werd hij eerste assistent
van de heer Hermanides. De eerste jaren betekende dat dat
hij zich alleen met inkoop bezig hield, later kwam daar via
een reorganisatie ook verkoop bij. Weer later, toen Simon,
Miro en Alberto bij het concern kwamen, werden in- en ver
koop weer gesplitst. Nu doet de heer Ter Schure de wijn
inkoop voor het hele Ahold-concern.
wijnpaspoort
De groei van het Genootschap heeft hij in ieder geval wel
grotendeels zelf meegemaakt. Bij de oprichting in 1958 werd
in de AH-winkels nog niet zo veel wijn verkocht. Het assorti
ment was dan ook beperkt. Men had hoogstens een paar
soorten zoete wijn en sherry.
Door allerlei externe factoren - buitenlandse reizen, televi
sie, gestegen welvaart - begon wijn in ons land aan populari
teit te winnen, en dus werd het ook voor Albert Heijn een in
teressant artikel. Men stuitte op twee problemen: de winkels
waren veel kleiner dan nu en hadden dus niet de capaciteit
om veel soorten wijn te gaan verkopen, en de potentiële wijn
drinkers kwamen uit kringen, die in die tijd nog geen regel
matige bezoekers van Albert Heijn-winkels waren. Het was
dus nodig deze mensen op een andere manier te benaderen,
ïn maart 1958 ging de eerste schriftelijke aanbieding de deur
uit, rechtstreeks geadresseerd aan mensen waarvan werd
aangenomen, dat ze belangstelling hadden voor wijn. Bestel
lingen werden afgeleverd aan de AH-winkels, waar deze
konden worden afgehaald. Bovendien werd op vertoon van
een wijnpaspoort 3 procent korting gegeven.
V.l.n.r. de heren AG. ter Schure, G.J. Drosten
H. Duijvelshoff
De kracht van het Genootschap was dat representatieve
wijnen guldens goedkoper werden aangeboden dan bij de
wijnhandelaar. Dat tikte vooral aan bij grote bestellingen.
Allengs breidde de populariteit van het wijn drinken zich uit.
Er kwamen met name steeds meer jonge mensen bij. Wijn
was geen exclusief artikel meer. De winkels gingen een steeds
groter assortiment bieden. In die tijd deed ook de Iandwijn
zijn intrede.
stoppen of doorgaan
In het begin van de zeventigerjaren stond men voor de vraag
of het bestaan van het Genootschap nog wel zinvol was. In de
winkel vond men een ruime sortering wijn. Daar kwam bij
dat het Genootschap binnen Ahold een wat vreemde eend in
de bijt was.
De heer Ter Schure: "We hebben toen op het punt gestaan
om ermee te stoppen. Maar we hadden wel tussen de tien- en
de twintigduizend leden. Het was echt een soort club ge
worden van goede AH-wijnklanten, die mensen kun je toch
niet zomaar op straat zetten."
Niet alleen voor het verkopen van wijn is het Genootschap
voor de leden van belang, men klopt er ook veel aan voor in
formatie en advies.
Daarnaast werd vastgesteld dat van deze club een belangrijk
stuk public relations voor het hele bedrijf uitging. En ten
slotte kost het niet zoveel moeite om de inkoop voor het
Genootschap naast de totale wijn-inkoop voor Ahold te doen.
"Dus hebben we besloten om door te gaan. Maar het Ge
nootschap werd wel losgekoppeld van de winkels. We
brengen een assortiment dat voor het grootste gedeelte niet in
de winkels staat. Dat zijn naast de betere en dure wijnen
ook gewoon de leuke dingetjes." De heer Ter Schure ziet de
toekomst van het Genootschap zonnig in: "Het heeft een wat
postorder-achtige opzet. Zo kunnen we met weinig personeel
veel wijn omzetten. Het begint echt een serieuze aangelegen
heid te worden."
sneeuwbaleffect
Overigens is voor het Genootschap eigenlijk geen acquisitie
nodig. De groei - drie- a vierduizend nieuwe leden per jaar -
ontstaat als een soort sneeuwbaleffect. De één hoort het van
de ander, en dat is eigenlijk de enige reclame die gemaakt
wordt. De heer Ter Schure: "Zo krijg je ook alleen serieuze
leden."
Die leden hebben geen enkele koopverplichting, er wordt ook
geen contributie geheven. Ze krijgen maandelijks een
brochure thuisgestuurd, met daarin naast een aantal aan
biedingen uitgebreide voorlichting. Doet iemand een jaar
lang geen bestelling, dan wordt geïnformeerd of hij nog wel
belang stelt in het lidmaatschap. Reageert hij daar niet op,
dan wordt hij als lid uitgeschreven.
Het aantal aanmeldingen is vele malen groter dan deze
uitschrijvingen. De Nederlander drinkt momenteel zo'n llVi
liter wijn per jaar, en het Genootschap speelt daar z'n rol in
mee. De heer Ter Schure ontpopt zich daarbij als een ware
propagandist voor het wijndrinken: "Het is een wereld waar
je nooit op uitgekeken raakt. Het is erg boeiend, ook de hele
sfeer eromheen. Wijn is ook historisch verbonden met allerlei
culturen. De beste wijnen komen dan ook uit landen met veel
kloosters, waar wijnbouw als een soort ontwikkelingshulp
beschouwd werd. De boeren leerden het van de monniken."
Hoe ontstaat nu het verschil in smaak tussen de ene wijn en
de andere?
Ter Schure: "Dat heeft te maken met het klimaat, de
"Het is niet zo spectaculair wat ik doe," zegt de heer H.
Duijvelshoff. Hy is de planner en controller van het Genoot
schap, de hiërarchieke baas van de heer Drost. Hy houdt
zich o.a. bezig met de taak van de computer in de admini
stratieve organisatie. Zaken ais omzet, bruto winst, kosten
bewaking, aantallen flessen hebben daarom zjjn belangstel
ling, ook wat betreft hun verwerking in de administratie.
Het Genootschap is overigens slechts een deeltaak van de
heer Duijvelshoff, hij is officieel hoofd van de afdeling Plan
ning van AHSM VERKOOP.
Dit alles wil niet zeggen dat de smaak van de wijn helemaal
aan hem voorbij gaat: "Ik was al een wijndrinker, en dat is
door dit werk nog gecultiveerd. Je proeft mee, je leert het
onderscheid kennen. Je komt ook wijnen tegen die je
normaal niet gauw koopt in de winkel. Je ontdekt belangrijke
smaakverschillen. Het wordt al gauw een soort hobby."
Is het wijn drinken een hobby, de planning is een vak, en als
de heer Duijvelshoff voor het Genootschap een jaarplan op
stelt, kostenbegrotingen maakt, spelen de prijzen daarin een
grote rol: "Vergeleken met de gemiddelde wijnhuizen zijn er
enorme verschillen in prijsstelling. Dat kunnen we mede
bereiken door de kosten laag te houden. Door een goede be
heersing van die post, kun je lage prijzen offreren. Daarom
hebben we bijvoorbeeld de facturen buiten de deur gedaan.
En we blijven alert op andere mogelijkheden om de kosten te
drukken."
bodemsoort, de druivenstok. De juiste stok onder de juiste
omstandigheden. Er zijn eeuwen overheen gegaan voor men
dat allemaal had uitgeprobeerd. Iedere wijnbouwer denkt
dat alleen hij het goed doet. Daarom is in een betrekkelijk
klein wijngebied iedere fles wijn weer anders."
"Ieder flesje wijn is weer een verrassinkje," besluit hij zijn
verhaal, "steeds weer is het de vraag: Wat zou daar nou weer
in zitten. Wie eenmaal met wijn begonnen is, is verloren. Je
raakt er niet meer van af."
Sinds 3 oktober is de verzending van de wijn
naar de leden van het Genootschap toe
vertrouwd aan het distributiecentrum Zaan
dam. Voorheen gebeurde dat vanuit het
Produktiebedrijf aan de Oostzijde, maar door
een reorganisatie daar was er vorig jaar geen
ruimte meer voor.
Binnen het DC vormt het Genootschap een
apart circuit. Het is ook niet te koppelen aan
de andere aktiviteiten, omdat die allemaal
gericht zijn op verzending naar filialen, ter
wijl deze wijn naar de consument gaat. Naar
de filialen gaan alleen colli-goederen, naar de
leden van het Genootschap wordt met een
heden van twaalf flessen gewerkt, en dat
hoeven dan nog niet eens twaalf dezelfde te
zijn.
"Voor een filiaal zou dat ondenkbaar zijn," zegt de heer Van
der Kraan, die als hoofd-chef van de goederenstroom van
het DC naar Simon, Miro en Etos ook het "Genootschap"
onder zijn supervisie heeft gekregen.
Voor dit jaar is gepland dat er 1,2 miljoen flessen wijn via
Van Gend en Loos naar de consument gestuurd zullen wor
den. Even rekenen, en dat levert op een verzending van 2000
dozen wijn per week, of 400 per dag.
"wie-durft-doos"
Dat gemiddelde wordt in piekperiodes, met name in de
maand december, ver overschreden. Daarna treedt even een
komkommertijd in, en die tracht men te overbruggen door
het aanbieden van de "Wie durft-dozen". De klant weet wel
in grote lijnen wat er in kan zitten, maar er is toch ook een
verrassingselement. Dit jaar werden op het DC 12.000 van
die dozen gemaakt.
Gemiddeld zijn met het samenstellen van de wijnverzendin
gen drie mensen bezig, als het erg druk is komen er nog twee
of drie bij. Van Gend en Loos komt de bestellingen twee
maal per ochtend halen. Op het DC heeft men de zaak dan al
zoveel mogelijk per rayon of per stad klaar gemaakt. Vaak
zorgt ook Van Gend en Loos voor verdere sortering. Bestel
lingen die om vier uur 's middags klaar zijn, gaan de volgen
de morgen om half acht de deur uit. En om tien uur vertrekt
dan nog een tweede zending. Op het bedrijfsbureau wordt
gezorgd voor de geleidedokumenten. Gemiddeld kan gezegd
worden dat er één a twee weken ligt tussen het moment waar
op de klant bestelt en de bezorging van de wijn.
'snel-Iopers'
"Het is erg arbeidsintensief," zegt de heer F. Visser, die af
delingschef van de emballage-afdeling is, belast met de uit
voerende leiding. "Het is ook secuur werk. De mensen die er
aan werken, doen het graag. Het'is een afgebakende een
heid, het werk is overzichtelijk. In het magazijn loop je met
dertig medewerkers per ploeg, en hier zitten drie, hooguit zes
mensen. Je hebt hier ook veel meer contact met het hoofd
kantoor."
In de ruimte die in het DC voor de Genootschap-wijnen is
gereserveerd, staan de flessen en dozen in een soort circuit,
per soort genummerd (het bestelnummer), zoveel mogelijk
op volgorde. Daarbij wordt ook nog gezorgd dat de "snel-
lopers", de aanbiedingen, het gemakkelijkst te pakken zijn.
Naast deze hoek in het DC beschikt men dan nog over een
bufferruimte voor de voorraden. Als een aanschrijving van
het Genootschap verstuurd wordt, staan hier een kleine tien
duizend dozen opgeslagen, ongeveer 250 pallets.
leuk werk
De inkoop van de wijn wordt gedaan door de heer Ter
Schure. Zijn bestelopdracht gaat via logistiek de deur uit. Op
het DC krijgt men daarvan een afschrift. Op die wijze kan
men de binnenkomende partijen controleren. Die komen
met internationaal transportvervoer uit Nederland, Frank
rijk, Duitsland en Spanje. Bij binnenkomst worden de
wijnen voorzien van het huisnummer, er gaat een ontvangst
datum op en dan gaan de dozen de stelling in.
Aan de heer Drost laat men dan weer weten wat er in het DC
in huis is. Overigens zal binnenkort de computer worden
ingeschakeld voor het voorraadbeheer.
In de wijnruimte treffen we o.m. de heer C. Hijne. Over zijn
werk voor het Genootschap zegt hij: "Ik vind het hier erg
leuk, doordatje met een klein team werkt. Het is afwisselend
werk, maar je moet wel goed uitkijken, zowel naar de
nummers als naar de fles die in een doos zit. Je voert een
dubbele controle uit."
orderadr
GERF1
informatie en o