"Je In het hoogseizoen gebeurt 9t hebt hier een breed publiek en dat houdt je wakker Ik ben een gastheer geen politieagent" ADMINISTRATEUR MARCEL HOEKVELD: CHEF-HORECA A. BELDER (DE ZANDING): "Zo leer je nog eens met groepen werken PORTIER J. TH. MOLLER (DE ZANDING) Wie vakantiepark "De Zanding" in het Veluwse Otterlo kent, kent portier J. Th. Möller. Als -vervroegd- gepensio neerd sergeant I dienstdoend welzynsofficier in het nabijgelegen Infanterie-schietkamp "De Harskamp", had hy nog voldoende energie om niet thuis te blyven zitten. Vier jaar geleden schreef hij daarom op de advertentie voor een portiersfunctie bij "De Zanding". "Ik zat al in de recreatie en dit vond ik dus steengoed." Met zijn nu 61 jaar is de heer Möller elk jaar van april tot september present aan de poort "om de gasten uit alle hoeken van Nederland met een vriendelijk lachje" te ontvangen. In het hoogseizoen en vooral met de bouwvak komen ze vaak met honderden tegelijk aan, vertelt de heer Möller. "Ik stel ze dan op in volgorde van aankomst, verwijs ze door naar de receptie, waar de papieren in orde moeten worden gemaakt en pas dan laat ik de mensen toe." Zijn taak is drieledig: allereerst de opvang van het dagpubliek, dat bij binnenkomst een plattegrond van het park mee krijgt, net als de kampeerders; hij int de entreegelden en houdt een kleine gastenadministratie bij en tenslotte vervult hij in de avonduren een bewakingsfunktie. Een neventaak van de heer Möller is nog het regelen van de kaartverkoop voor het populaire pony-bos met vijftien dieren en voor de ritten met de huifkar. Daarnaast is de heer Möller de vraagbaak voor iedereen, die wat wil weten over bezienswaardigheden of bijzonderheden in de omge ving die hij sinds jaar en dag op z'n duimpje kent. Met een vervanger werkt hij in ploegendienst: van 8 tot 15 of van 15 tot 22 uur. Bij de late dienst gaat het er vooral om, jongelui buiten te houden die er niet thuis horen. "Maar daarvoor heb ik een soort instinct. Vóórop staat, dat ik me gastheer voel; géén politieagent. Wel gaat het komend seizoen een wens van me in vervulling. Er komt een automatische slagboom. Dat is een hele vooruitgang. Dan heb je tenminste een beetje je handen vrij". Wat die handen betreft, als er elders in het park een klusje te klaren valt - portier Möller heeft twee rechterhanden "Ahold is een levensmiddelenbedryf met een wekelijks terugkerende omzet. Ostara daarentegen is een seizoen- bedryf, waarin de omzet in principe in 8 tot 10 weken hoogseizoen wordt gerealiseerd. Een en ander brengt twee geheel verschillende opzetten van het administratieve gedeelte met zich mee." Dit zegt Marcel Hoekveld (34), administrateur bij Ostara. Hij heeft aan de wieg gestaan van de recreatieorganisatie, waaraan hij langzamerhand een hele klus heeft gekregen. Dat ging zo: Nog in de tijd van Simon de Wit zat Marcel op de inkoopadministratie, waar hij zich ook bezig hield met verzekeringen. Op een dag kwam de procuratiehouder van Simon de Wit, de heer C. Voster, vanaf het allereerste begin bij de recreatieaktiviteiten betrokken en tegenwoor dig als controller bij Ostara zijn directe chef, met het verzoek om voortaan ook de administratie bij te houden van wat toen nog met een mondvol heette: "Naamloze Vennootschap tot Exploitatie van Recreatiecentra N. V." Bij Simon de Wit werd er éénmaal aan het eind van het jaar een balans gemaakt van het recreatiebedrijf, terwijl bij Ahold de gebruikelijke 4 kwartaalbalansen worden gepro duceerd. Daarom kwam Ostara in de Ahold computer, hetgeen totaal gezien een enorme omschakeling betekende in het administratieve gedeelte, vooral gelet op het feit dat Ostara van nature een seizoenbedrijf is. Een aantal gedecentraliseerde administratieve onderdelen werden naar Ostara gehaald zoals: loonadministratie, omzetbelas ting. Geleidelijk kreeg Marcel er een volledige dagtaak aan. Zo verwerkt hij nu de daggegevens van de verschillende parken tot journaalposten. Deze worden via de Aholdcom- puter in dertien periodes "vertaald" waarin de genoemde vier kwartaalbalansen vallen. Marcel: "Eén van de problemen hierbij is, dat je altijd met een aantal balansposten zit. Bepaalde kosten lopen weliswaar parallel met de SM-organisatie maar etmaaltarieven bijvoorbeeld gaan tegen het denken van Ahold (van week tot week) in. Dat moet dus aangepast worden. Het administratieve gedeelte van seizoen- en jaarplaatsen loopt bovendien van eind december tot begin april. Hiervoor is een bepaalde 99 Als iémand in korte tyd z'n draai heeft gevonden in vakan tiepark "De Zanding", dan is het wel de heer A. Beider, chef horeca, wat betekent dat er vyf "eet- en drinkinrich- tingen" onder zyn supervisie vallen: de "Taveerne" [be diening en zelfbediening plus de bar]; "De Zandbak" [re creatiezaal met 450 zitplaatsen]; de Jcugdtaveerne: de "Hapkar" [voor het afhalen van snacks, ys en frisdranken aan het water] en de kiosk [ys en frisdranken en hapjes voor tussen-de-middag by de midget-golf]. Hij gaat straks zijn tweede seizoen tegemoet en hij staat nu al te popelen om het nog beter te doen dan vorig jaar. Hoe komt het dat hij zich zo in z'n element voelt, na een aanvankelijk totaal anders gerichte loopbaan? De heer Beider bezocht de horecaschool in Arnhem, was daarna twee jaar werkzaam in de bediening in het gere nommeerde restaurant "Kasteel Doorwerth" en stond ver volgens zes jaar als kok maaltijden te bereiden in een tehuis voor demente bejaarden in Glanerbrug, voordat zijn weg naar De Zanding in Otterlo leidde. Dat kwam eigenlijk door een persoonlijke relatié met BL Fred van Norden, met wie hij indertijd in Nunspeet had samengewerkt. De heer Beider: "Wij hebben dezelfde ideeën over de sociale raak punten tussen recreatie en horeca, zoals die in een vakan tiepark te vinden zijn. Het is een samenspel, dat je in de horeca alléén niet hebt. Daar kan je publiek kwéken. Hier heb je te maken met een breed publiek. Dat is erg leuk, het houdt je wakker. Er kan iemand met een bontstola zitten naast iemand in een zwembroek, bij wijze van spreken. Het gaat spontaan, doordat iedereen zichzelf is. Daar ligt mijns inziens onze sociale taak om ervoor te zorgen dat mensen die kennelijk de stad even ontvluchten, zich helemaal thuis voelen." Tot zover de kijk op het gastheerschap van de heer Beider, die zich daarnaast ook zakenman zegt te voelen. Dat heeft te maken met een vooruitziende blik. - "Het blijft goochelen. Zie je 's morgens dat het zonnetje gaat schijnen, dan moet er gezorgd worden voor voldoende salades; dreigt het een regenachtig dagje te worden, dan gok je op een grote vraag naar een lekkere kop soep." Zo blijf je snel reageren, improviseren en initiatieven ont wikkelen. Volgens de heer Beider is de behoefte van de mensen de laatste vijf jaar duidelijk verschoven. Dit is op De Zanding onlangs door een projektgroepje onderzocht en vastgesteld, o.a. via een groepsdiscussie met gasten. Het resultaat is, dat Ostara met de vakmensen van AC Restau rants de mogelijkheden onderzocht om tot een andere aan pak van het horecagebeuren in de vakantieparken te komen. Er wordt naar gestreefd om bijvoorbeeld snel, goed en gezellig een smakelijk hapje te kunnen opdissen, als moeder nu eens geen zin heeft om in de caravan een potje te koken. Dat betekent niet uitgebreid dineren, maar toch nét dat extraatje, dat nu nog ontbreekt. Daarnaast vereist een plate-service, aanpassing in de keuken om zo efficiënt mogelijk te kunnen werken en verder zou het geweldig zijn om op het terras de gasten niet alleen te laten genieten van een sorbetje, maar ook de mogelijkheid te bieden om zelf te laten barbecuen. "Het is een kwestie van inspelen op de behoeften van de vakantieganger", aldus de heer Beider. Dat wil zeggen de twee of drie weken vakantie moeten zo aangenaam mogelijk gemaakt worden, zodat onze gasten er met genoegen op kunnen terugkijken. De heer Beider wil best toegeven dat het vooral in het hoogseizoen "ontzettend zwaar" is om zijn taak te volbrengen. Een zevendaagse werkweek van 8 uur 's morgens tot 2 uur 's nachts. En dat continu acht weken lang. Hij heeft dan wel dertien man personeel rondlopen, maar die hebben begeleiding nodig. Geen probleem voor de heer Beider. "Ik bof dat het voor mij ook een gezinsaangelegenheid is; mijn vrouw werkt hard mee en dat scheelt een stuk. Ik beschouw het hier als mijn eigen zaak. Inderdaad, je moet roeien met de riemen die je hebt, maar daardoor wordt het nooit een sleur". verdeling nodig over het lopende jaar." Een van de overige bijzonderheden vormt de loonadministratie. Op de parken werkt men merendeels met seizoenhulpen, die uiteraard alleen belang hebben bij een netto bedrag "in het handje". In Zaandam worden deze netto bedragen daarna terug gerekend naar bruto. Alles met de hand. een computer komt hierbij niet ter sprake. Marcel: "Ik noem het een techniek om exact het bedrag bruto-netto te vinden." In het hoogseizoen brengt dit alleen in Nederland al het bijhouden van de lonen met zich mee. van 100 man. Dan praat Marcel nog niet eens over de loonadministratie, die hij moet voeren voor het net over de Duitse grens gelegen Wilsumer Berge. Deze valt in drie gedeelten uiteen: betaling aan de mensen in vaste dienst; betaling aan de seizoenhulpen volgens de zgn. Pauschal- regeling; betaling van medewerkers uit Nederlandse parken die aan Wilsum worden uitgeleend en welke via de Nederlandse belasting en sociale wetten worden afgehandeld. Geen vraag of dit veel cijfer- en reconstructiewerk vergt, nog afgezien van de afwijkende sociale wetten en het andere loonbelastingstelsel, waarbij ook rekening moet worden gehouden met de Kirchensteuer (kerkelijke belas ting) die in Duitsland direct van het loon wordt afgetrokken. "Voor de correspondentie, alsmede de dagelijkse admini stratieve handelingen worden wij op een prettige wijze geassisteerd door Ans Groenescheij. Al met al een fijne afdeling met bijzonder veel afwisseling in het werk." GYMLERARESSEN IN DE DOP Sinds de zomer van 1976 heeft vakantiepark Wilsumer Berge in Duitsland zich verrykt geweten met twee "vakvrouwen" in het recreatieteam: Gretha van Uffen en Diane Mastenbroek, beiden studerend voor de MO-akte aan de Academie voor Lichamelyke Opvoeding in Gro ningen. Hoe kwamen zij in Wilsum terecht? - Puur toeval. Een kennis van Gretha's ouders kampeerde in de Wilsumer Berge, hoorde dat men behoefte had aan deskundige recreatiehulp en ziedaar Gretha en haar vriendin Diane zochten vakantiewerk om een centje bij te verdienen. Dus Bijkomend voordeel, beiden waren sinds het tweede jaar van hun vierjarige studie via een speciale cursus binnen hun academie al gediplomeerd recreatiesportleidsters. Wat wil je nog meer. In Wilsum maakte Lies Witschge-Aarnts, de vrouw van de BL, altijd al veel werk van de recreatie in het vakantiepark. Met name kinderrecreatie staat er hoog aangeschreven, met spelmiddagen binnen of buiten, lampionoptochten, zandvormwedstrijden en kinderbingo. In de maanden juni tot augustus '76. het afgelopen jaar iets korter, kwamen daar Gretha en Diane een handje bij helpen. Hun ervaringen zijn zeer positief: "Je leert er met groepen van 200 tot 300 mensen werken, terwijl je normaal gesproken te maken zult hebben met klassen van hooguit dertig leerlingen. De meeste kinderen van drie tot zes jaar zjjn uit zichzelf al geweldig gemotiveerd, maar ouders in de leeftijd van 40 tot 50 jaar; daar moet je wel degelijk een goede organisatie voor op touw zetten." "We wisten aanvankelijk helemaal niet dat het iets met AH te maken had, nee. Het eerste jaar sliepen we in een tent maar vorig jaar had de leiding gezorgd voor een kleine caravan, die door de gasten "het eendje" werd genoemd. Je maakt lange dagen; dat was best vermoeiend, maar de open lucht en het contact met de mensen vergoedden veel." Gretha en Diane zitten nu voor hun eindexamen. Ze staan er redelijk voor. Gretha gaat dan, hoopt ze. in Utrecht verder voor fysio- of bewegingstherapie met daarnaast een baantje voor twee of drie dagen per week. Diane hoopt op Amerika, waar ze les zou kunnen geven of op Amsterdam voor een verdere studie aan de VU aan de interfaculteit voor lichamelijke opvoeding, vermoedelijk ook in de richting van de bewegingstherapie. Hun opvolgsters voor de komende zomer hebben ze in 1977 al "ingewerkt": Ria Mulder en Nienke Meilink, terwijl er ook meisjes naar Mierlo gaan. "Het is een Groningse aangelegenheid aan het worden!" "Wilsum was een goede ervaring om ontzettend snel iets te organiseren. En dan nog vaak in .het Nederlands én in het Duits." K rings pelen voor de kleuters, Greta IJ ff en legt uit, Diana Mastenbroek zit in de kring.

Personeelsbladen | 1978 | | pagina 7