UIT DE COR AC Restaurants in de COR Publieke tribune? Kandidaatstelling vacature in Raad van Commissarissen DE HEER A. HEIJN: "De kosten moeten sterk in de hand worden gehouden Herbenoeming van de heren De Vries en Kreiken pagina 2 FLITSEN De wtfze, waarop men op dit ogenblik nog bezig is met de voortzetting van de in 1973 opgezette Overhead Waarde Analyse [OWA] is uitvoerig besproken tjjdens de COR-vergadering van 13 januari. Voortzetting Overhead Waarde Analyse [O.W.A.] besproken in COR De heer Heijn herinnerde er aan, dat de OWA destijds grote aandacht had gekregen als middel om de resultaten te verbeteren. In het bedrijf hadden diverse teams zich er mee bezigge houden. Er leken in totaliteit bespa ringen ter grootte van rond 10 mil joen bereikbaar te zijn, waarvan voor circa 2,5 miljoen tot stand is ge bracht. Bovendien werd de groei van de overhead geremd, vermoedelijk met enkele miljoenen guldens per jaar. Precies is dat niet te meten. Er wordt nog steeds gebruik gemaakt van de door OWA-teams gedane sug gesties. De kosten van de overhead in ver houding tot de omzet bleven na 1973 enkele jaren stabiel, maar de laatste twee jaren zit er een licht stijgende tendens in. "De bewaking van de kosten van de overhead moet een constante activi teit zijn", aldus de heer Heijn, "In het programma van alle hoofden van afdelingen enz. moet men daar op bedacht zijn, zowel ten aanzien van mankracht als kosten. Ook door ver hoging van de omzet kan iets aan het overheadpercentage worden ge daan." De heer Heijn verheelde niet, dat de Raad van Bestuur - evenals directies van werkmaatschappijen - zich dui delijk zorgen maakt over de ontwik keling van de overhead. "Wij hopen dat de constante activiteit succes zal hebben en het percentage naar be neden gaat." zo zei hij. Dat kan gebeuren door een constante bewa king van de kosten en de hoeveelheid mensen die wordt ingezet. Aan de ene kant heeft men weliswaar perso neelstekorten in sommige sectoren, aan de andere kant moet het moge lijk zijn bepaalde werkzaamheden met minder mensen te doen. De heer Heijn wilde de vrees wegne men, dat er een herhaling van de OWA voor de deur staat. Maar: "We moeten er wel systematisch aan werken." Hoe hoog de overhead vóór 1973 precies was - daar werd naar gevraagd om het effect van de OWA beter te kunnen meten - was niet goed meer te achterhalen door ten opzichte van latere jaren onvergelijk bare cijfers. Naar de mening van de heer Heijn is Ahold ook niet goed te vergelijken met andere bedrijven. Men maakt bijv. ook kosten in het belang van de totale branche, onder meer door het lidmaatschap van instellingen en organisaties, waarvoor personeelsle den zich inzetten. Dat kost wel geld, maar Ahold acht het toch nodig dat dit gebeurt. Het moet mogelijk zijn, dacht de COR-voorzitter, hier en daar in het concern nieuwe arbeidsbesparende methoden toe te passen. Dat is ook noodzakelijk voor het behoud van de concurrentiepositie "We moeten in dit opzicht wel heel voorzichtig opereren", benadrukte hij, "Maar we moeten ons toch alle maal bijzonder inspannen om de kosten in de hand te houden. In de laatste jaren zijn de loonkosten snel ler gestegen dan de prijzen en dat is ook één van de oorzaken van de stijging van het overheadpercenta ge. Daarmee komt de continuïteit onder druk te staan". Desgevraagd deelde de heer Heijn mee, dat voor de directies van de werkmaatschappijen in feite nog steeds de opdracht geldt van destijds met de OWA: de kosten moeten sterk in de hand worden gehouden. Vanuit de gekozen leden van de COR werd gesteld, dat de overgang op bediening in sommige afdelingen (in de nieuwjaarsrede werd daar gewag van gemaaktook hogere kosten met zich brengt. "Natuurlijk waar", aldus de heer Heijn, "Maar we moeten juist de consument in de gaten houden. Het kan wel zo zijn, dat we bepaalde kosten moeten maken om voor de consument aantrekkelijk te blijven." Dr. De Vries, lid van de Raad van Commissarissen, wilde over dit on derwerp twee opmerkingen maken: a. de bewustwording van het kosten- cijfer moet voor een ieder een van zelfsprekendheid zijn. Iedereen is gebaat bij versterking van de con currentiepositie ten opzichte van de consument. Daar moet men dage lijks op bedacht zijn. b. het kan zijn dat door een strenge kostenbewaking de positie van sommige mensen op de tocht komt te staan. Daar staat tegenover dat hoe sterker de positie is hoe groter stukje markt men kan veroveren en dat levert ook weer arbeids plaatsen op. /"Als het wat minder gaat kijk je scherper tegen de kostenontwikke ling aan dan in een goede tijd", be sloot hij, "Maar wanneer men te laat is zal de concurrentiepositie slechter zijn dan nodig was geweest wanneer men tijdig had ingegrepen". Prof. dr. Kreiken, lid van de Raad v. Commissarissen, noemde de kosten een afspiegeling van de activiteiten. Ook al blijft de totale mankracht als kostenpost gelijk, dan treden toch veranderingen op in de structuur van de kosten. Verouderde activiteiten moeten worden gestopt, nieuwe acti viteiten moeten worden ondernomen. "Nieuwe activiteiten kosten ook geld en dan wordt de overhead weer zwaarder belast," werd daartegen- De Centrale Ondernemings raad ICORj vergaderde vrij dag 13 januari In tegenwoor digheid van twee commissa rissen, t.w, de heren drs. j. de Vries en prof. dr. 3. W. Krei ken. Voorzitter A. Heijn - die de vergadering opende met het uitspreken van de beste wen sen voor 1978 voor een ieder - merkte op, dat volgens af spraak leden van de Raad van Commissarissen wat meer de COR-vergadering zouden bij- De heren De Vries en Kreiken beperkten zich overigens niet tot de functie van toehoor ders, maar zij mengden zich op enkele punten duidelijk in de discussie, hetgeen er mede toe bijdroeg dat de vergade ring in totaliteit een belang wekkend verloop had. "Teveel openheid staat de openheid soms in de weg." Met deze woorden gaf de heer A. Heijn in de vergade ring van de Centrale Ondernemings raad van donderdag 1 december j.l. te kennen, dat er ook aan openheid bepaalde grenzen gesteld dienen te worden In het zgn. voorzittersoverleg (over leg van voorzitters van onderne mingsraden binnen Ahold) was na melijk gesproken over de vraag of ondernemingsraadsvergaderingen toegankelijk moeten zijn voor niet OR-leden. "De algemene opinie was, dat men dit niet moet bevorderen in verband met de openhartigheid en de vertrouwelijkheid van sommige be sprekingen," aldus de heer Heijn. Vanuit de COR werd opgemerkt, dat het wellicht nuttig zou zijn om mogelijke kandidaten voor een plaatsje in een ondernemingsraad één of meer vergaderingen te laten bijwonen om hen "over de streep te trekken". Men kan zich dan immers een oordeel vormen over de onder werpen die aan de orde komen en In de COR-vergadering van vrijdag, 13 janurari j.l. heeft men langdurig ge sproken over de wyze waarop in de komende jaarlijkse vergadering van aandeelhouders zal worden voorzien in de vacature in de Raad van Commis sarissen, die is ontstaan door het overlijden van Mevr. Prof. Drs. C. W. Visser. De heer Kreiken, lid van de Raad van Commissarissen merkte op, dat de Raad van Commissarissen .iet beslist op prijs stelt wanneer de COR zelf met namen van kandidaten voor de vervulling van de open plaats komt aandragen. Wel wees hij er op, dat deze kandi daten bij voorkeur bestuurlijke erva ring moeten hebben, bekend zijn met het bedrijfsleven en kennis hebben van de soort onderwerpen die in de Raad van Commissarissen op de agenda komen. De COR besloot in dit stadium (nog) niet zelf met namen van een of meer kandidaten te komen. Wel sprak men het verlangen uit, dat een door de huidige commissarissen aange zochte kandidaat vooraf een gesprek voert met een delegatie uit de COR, die dan zal bestaan uit de leden die ook de commissie "profielschets commissarissen" hebben gevormd. Tegen inwilliging van deze wens bleek geen enkel bezwaar te zijn, het werd integendeel een begrijpelijke en terechte wens van de COR geacht. In de COR besloot men eenstemmig geen bezwaren te maken tegen de herbenoeming van de heren De Vries en Kreiken, die ook in de komende jaarlijkse vergadering aan de orde zal komen. over gesteld door een van de COR- leden. "Toch kunnen we daar niet onderuit", stelde de heer Heijn na drukkelijk vast, "Wij hebben welis waar geen researchafdeling zoals een medicijnfabriek, maar soortgelijke zaken spelen ook bij ons een rol, zoals bijv. de automatische kasregis ters." Prof. dr. Kreiken erkende dat het mogelijk was dergelijke kosten als investeringen te beschouwen en er dan jaarlijks een deel van ten laste van de resultaten te laten komen via afschrijvingen. De kosten drukken dan niet op de uitkomsten van één jaar. Wanneer men echter elk jaar een bedrag aan dergelijke ontwikke lingskosten besteedt zouden de totale afschrijvingen daarop uiteindelijk op een ongeveer gelijk niveau liggen als de jaarlijkse kosten zelf. Dan maakt het niet veel verschil welk systeem men hanteert. De heer Heijn voegde daaraan toe, dat het in deze wat minder gemakke lijke jaren toch wel is voorgekomen dat bepaalde kosten - betrekking hebbende op meerdere jaren - zijn geactiveerd. Geleidelijk worden die afgeschreven. IVoor vervolg, zie pag. 10] In de COR-vergadering van 13 jan. j.l. is vanuit AC Restaurants teleur stelling geuit over het feit dat perso neel van deze werkmaatschappij - in verband met andere regelingen - niet onder de kadobonnenregeling van Ahold valt. Men is het daar niet mee eens. Becijferd was. dat het per saldo omstreeks 36.000,-. zou kosten om de Ahold-bepalingen ook voor AC- Restaurants te laten gelden. De heer Heijn deed de toezegging dit de direktie van AC Restaurants te zullen voorleggen. Het resultaat van het gesprek zal in de OR van deze werkmaatschappij worden medege deeld. Jacques Borel Er was enige ontstemming in de COR over het feit, dat men de over name van vijf restaurants in België van Jacques Borel uit de krant had moeten vernemen. De voorzitter be treurde dit. maar ergens is over deze overname voortijdig iets uitgelekt. De heer Heijn vroeg zich overigens af 'of dit qua aard en omvang een zaak was die in de COR thuishoorde. Hij dacht eigenlijk van niet. In de OR van AC Restaurants was de overeen komst met Borel uiteraard wel be sproken. Besloten werd een commis sie te vormen - bestaande uit de heren De Jong, Geerlings, Beumer, Cascone en Petra - die zal trachten nog voor het eind van de zittingspe riode van de huidige COR een inven tarisatie te maken van de opvattin gen over de behandeling van dit soort zaken. Daartoe kan men te rade gaan bij vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisa ties en wetenschapsmensen. over de manier waarop de bespre kingen verlopen. De heer Heijn zag daar wel iets in. maar aan de andere kant meende hij, dat het bijwonen van OR-vergade- ringen door niet-leden de mededeel zaamheid niet zou bevorderen. Dit is althans het standpunt van de Raad van Bestuur. De belangstelling voor het OR-werk zou men volgens de COR-voorzitter beter op andere manieren kunnen stimuleren. Hij sloot overigens niet uit dat soms in een OR of COR-ver gadering ook een buitenstaander aanwezig kan zijn. Iri Wijhe, zo werd gezegd, is het b.v. gebruikelijk dat per afdeling enkele mensen - die zich vooraf moeten op geven - naar de OR-vergadering kunnen gaan. Men hoort daar posi tieve geluiden over. "Dat klopt", zegt de heer Heijn. "Men moet die situatie dan ook vooral niet terugdraaien. Elke OR- voorzitter heeft overigens het recht bepaalde mensen b.v. mogelijke kan didaten voor de OR, tot de vergade ringen toe te laten. We moeten flexi bel blijven." Een groot deel van de vergadering werd besteed aan het nogeens door nemen van een aantal onderwerpen, die al eerder waren besproken, maar nog niet in finesses waren afgehan deld. winstdelingsregeling De stand van zaken met betrekking tot de winstdelingsregeling stond ook op de agenda. Daarbij kwam ook de al eerder besproken kwestie "centen/ procenten" (deel uitkering in voor ieder vast bedrag, restant in gelijk percentage van normale loon) ter sprake. De verwachting werd uitgesproken, dat dit punt over drie jaar - wanneer de nu aanvaarde regeling afloopt - opnieuw stof tof spreken zal geven. Vandaar de suggestie om er dan tijdig over te gaan praten. De heer Heijn was het hiermee eens. Wan neer men vroegtijdig een discussie nota over dit onderwerp samenstelt, behoeft men van de beslissing geen haastwerk te maken. Besloten werd, dat de principes van de winstdelingsregeling in het hand boek zullen worden opgenomen. In elke vestiging van het concern dient de regeling aanwezig te zijn. Een ieder moet er kennis van kunnen nemen. verhuiskostenregeling De verhuiskostenregeling en de auto regeling, waarin enkele veranderin gen en verbeteringen zijn aange bracht, zullen op bepaalde punten nog eens nader worden bekeken. Dit omdat er, zoals vanuit de COR naar voren werd gebracht, aan enkele be palingen soms niet-bedoelde techni sche gevolgen kleven. jaarverslag Het jaarverslag 1977 zal er wat an ders uitzien dan dat van 1976. Dit als gevolg van de nieuwe inter nationale belangen (Bi-Lo) en de oprichting van de Stichting Ahold Internationaal. Het verslag over het sociale beleid zal weer afzonderlijk verschijnen. Dit werd door de heer Heijn in de COR verteld. Het financiële verslag zal ook in het Engels verschijnen, en om een niet zo noodzakelijke vertaling van het so ciale verslag in verband met de kosten te voorkomen, worden de twee verslagen weer gesplitst. Naast het sociale verslag zal een "maga zine" verschijnen. Een deel van het sociaal verslag is bestemd voor het (C)OR-werk. De COR stelde een kleine commissie samen om de tekst hiervan de bekij ken. Het jaarverslag zal in 1978 begin april verschijnen. Eveneens zal een magazine worden uitgegeven voor alle personeelsleden. Hierin zullen op "Flitsen-wijze" diverse on derwerpen uit financieel/economisch en sociaal verslag worden beschre ven.

Personeelsbladen | 1978 | | pagina 2