Alberto-boys op de wijn-tour LEVENDE MOLENS "De Ster" Winsum De Korenmolen pagina 11 in Op 20 april j.l. werd aan de Goudse Rijweg 203 te Rotterdam \Crooswijk een Simon super markt geopend. De bedrijfsleider, de heer C. W. de Ruyter |.?e van links staat samen met zijn medewerk\st]ers klaar om dek/anten te ontvangen. 95 5? Als de 19-jarige HAVO- scholier Harm Hilberdink, die op z 'n vrije vrijdagmiddag bij één van de kassa's in het Albert Heijn-filiaal aan de Van Lenneplaan in Groningen Zuid staat, ziet dat een klant een potje mosterd uit "De Huisman" heeft gekocht, dan maakt hij een compliment voor de goede smaak. Want De Huisman is een mosterd molen in de Zaanstreek en levert een bijzonder fijn pro- dukt. Dat doet Harm Hilber dink goed, want hij heeft een grote belangstelling voor alles wat met molens te maken heeft. Méér dan dat: behalve die vrijdagmiddag bij Albert Heijn vult hij er bijna al z'n vrije tijd mee. Hij volgde een opleiding voor vrijwillig mole naar en nam onlangs op de jaarvergadering van "De Hol landse Molen" z'n diploma in ontvangst. In Winsum, een dorp met twee korenmolens ten noorden van Groning en, heeft hij de in 1851 gebouwde molen "De Ster" die door een fouragehande- laar als opslagruimte wordt gebruikt maar nog geheel in tact is, geregeld draaiende gehouden. Een molen mag namelijk niet te lang stilstaan. Daarom stapte Harm Hilberdink geregeld op z'n bromfiets, reed naar de molen, voelde waar de wind vandaan kwam ("weerken nis" is één van de onderdelen van het molenaarsexamen) haalde de stutten weg, zette de molen op de wind en liet de wieken draaien. Dat klinkt nog al gemakkelijk, maar in werkelijkheid is het bedienen van de molen een ingewik keld werkje. Een molenaar moet ook alle onderdelen precies kennen. "Als er een onderdeel versleten is en je moet een nieuw bestellen, dan kun je niet aanko men met: het derde plankje links," aldus Harm Hilberdink. toeristen Maar de molen in Winsum "draait voor de prins"; dat betekent, dat er niet mee gemalen wordt. Daarom is Harm Hilberdink blij, dat hij met collega-vrij willige molenaars Harm van Huis en Herman Wildenberg de korenmolens "De Meeuw" te Gamwerd en "Joes- werd" te Feerwerd onder z'n beheer heeft gekregen. "We gaan in beide molens graan malen, onder anderen voor de bakker in Gamwerd. Op zater dagen en zondagen hopen we veel belangstelling van toeristen te trekken. In de molen zullen door enkele dames handwerken worden gemaakt, die ver kocht worden ten bate van het behoud van onze molens." Hoe is de belangstelling van de vlotte Groninger scholier met z'n blonde baard en (als hij molenaar is) gekleed in een overall en op klompen lopend, verklaar baar? "Ik stam bepaald niet uit een molenaarsfamilie," zegt hij. "Er is alleen omstreeks 1400 van moederszijde een gruttersmolenaar geweest, maar verder is in m'n eigen familie nooit belangstelling voor het vak gebleken. Ik ben al jong door molens geboeid. Toen ik acht jaar was las ik in de krant, dat een molen in Peize voor een appel en een ei te koop was. Ik schreef een briefje, maar ik kreeg als antwoord, dat ik er wel op moest rekenen dat de restauratie veel geld zou kosten. Toen is het dus niet doorgegaan." klein fabriekje Maar Harm Hilberdink liet het niet bij het verzamelen van binnen en buiten landse ansichtkaarten met molens en het aanschaffen van alle mogelijke molen boeken, die hij kon krijgen. In maart 1975 ging hij in de molen "De Onderne ming" te Vierhuizen bij Zoutkamp een opleiding volgen en nu is hij één van de 25 vrijwillige molenaars van Groningen. In heel Nederland zijn er 220. Overigens zal hij niet molenaar van z'n vak worden. Hij zoekt het liever bij het onderwijs. Gaat hij later in een molen wonen? "Nee, ik ben er tegen, dat molens, die daarvoor niet van oudsher ingericht zijn, bewoond worden. Een molen is een klein fabriekje en moet ook als zodanig werken. Er zijn mensen, die de hele boel er uit breken, er een open haard in maken en er voor de show in gaan wonen. Dat vind ik erg." Harm Hilberdink houdt van levende molens. Als hij later bij het onderwijs is hoopt hij in een dorp te komen met een molen, die niet bewoond is en ook niet "voor de prins draait". Terwijl de Tour de France op volle toeren draait, gaan onze eigen Al berto Boys binnenkort van start voor een zelf uitgestippelde tour de force: van Zaandam naar Nierstein, vice versa. Om in getallen te spreken: 1050 km uit en thuis van 27 tot en met 31 juli. Ploegleider Cees Stolp (35), in het daagse doen projectleider afdeling kantoordiensten in het HK-Zaan- dam. "Het is een schitterende route. Na Vaals gaat het heuvel-op-heuvel- af. Een prachtig stuk klimgebied door een stuk Ardennen en de Eifel. We verrijden het traject in onze vakantiedagen, gesponsord door Al berto. Vandaar ook de bestemming Nierstein. Daar zit een van de grootste Duitse wijn-leveranciers van Alberto en AH (Spiegelberger, Rühdesheim)." De bedoeling van Stolp en zijn wieier- makkers Hoekstra, Beentjes en Bak ker is dan ook een rit, waarachter een heuse uitwisselingsgedachte steekt: met typisch Hollandse zaken als een Zaans prentje, een paar klompjes en een Edammertje heen en wie weet wat typisch Duitse dingetjes van wijnleverancier Schmidt terug. Het klinkt allemaal heel aardig, maar de trappers moeten heel wat keren in het rond om het te halen. (Zie kaartje). Hoe het onze jongens is vergaan, hopen we in het september nummer van Flitsen te verhalen. Zet 'm op Alberto Boys. Onze naam staat op het spel. ZAANDAM-NIERSTE IN-ZAANDAM RAND0NNEUR FIETSTOCHT 1050KM

Personeelsbladen | 1977 | | pagina 11