/ndeniemingsRaa*., JedrijfsParlement! 5!Achter OR Simon staat een zeer actieve achterban Uit de COR Het is altijd mogelijk om contact op te nemen 9 flitsen 2r'\ A. W. Kuipers, voorzitter Centrale Werkgroep Simon-BL's: iet \rtij imy, 11 v v-K t|jW OR- en COR-lïd Cor Ott: pagina 2 FLITSEN 99 Eigenlijk is het een unieke zaak dat de bedrijfsleiders van de Simon-filialen in ons land op vrijwillige basis tot een voortreffelijk lopende overlegstructuur zijn gekomen. Tal van zaken waar de 'winkelchefs' een vraagteken by zetten, worden besproken in de z.g. regiogroepen. Er zijn er zes te weten: Centrum, 't Zuiden, Noord-Holland, Den Haag, Rotterdam en Amsterdam. Enkele jaren geleden begonnen bedrijfsleiders in nog breder verband contact met elkaar te zoeken en zo ontstond dan weer de centrale werkgroep voor bedrijfsleiders, die nu tweeënhalf jaar actief is en onder voorzitterschap staat van de heer A.W. Kuipers, sinds enige tjjd bedrijfsleider van het filiaal Maassluis. De regionale werkgroepen bestrijken op dit moment 70 procent van de vestigingen. Met name het Noorden wordt echter niet helemaal 'gedekt'. Als hoofddoel van deze organisatie structuur kan worden gezien: het geor ganiseerd houden van de achterban voor de ondernemingsraad. Voorzitter Kuipers: "In de OR zitten twee bedrijfs leiders, die eveneens bij ons in de cen trale werkgroep zitting hebben. Dat zijn dus de mannen die onze punten -verder moeten brengen." De problemen die in de filialen spelen, komen pijlsnel naar boven via de regiogroepen en komen vandaar in de centrale werkgroep te recht. geheel mondig Elke regionale groep vergadert één keer per maand, en dat gebeurt vóór het tijdstip waarop de leden van de centrale werkgroep zich voor hun maandelijkse vergadering in het jaarbeursgebouw in Utrecht om de tafel scharen. De heer Kuipers: "Als er vragen komen, dan bekijken we eerst of die in andere werkgroepen ook spelen. Dat blijkt meestal het geval. Vervolgens nemen we dan bijvoorbeeld contact op met het hoofdkantoor en met de vakbonden." Reiskostenvergoeding, de lonen van part-timers, beveiliging en functieclassi ficatie, het zijn allemaal vraagstukken die in de centrale werkgroep aan de orde komen. Veelal nadat een probleem eerst al in een regionale groep aan de orde werd gesteld. "Laatst kregen wij van de directie een concept betreffende een wijziging van het beloningstelsel. Daar waren nogal wat vragen over. Wij hebben toen als centrale groep de heer Jansma van de afdeling Personeelszaken Simon, uitgenodigd, die een en ander heeft toegelicht. Ik wil niet zeggen dat we toen allemaal tevreden waren, maar tal van onduidelijkheden waren weggenomen. Vervolgens konden we twee kanten op: zowel naar de directie als naar de vakbonden. Het komt vaker voor dat wij ons nader op de hoogte willen stellen over bepaalde zaken. Dan halen wij de kennis uit het Ahold- concern of bijvoorbeeld uit vakbonds kringen of de arbeidsinspectie", zo zegt de 'eerste man' van de centrale werk groep. over de OR Ook over de ondernemingsraad wordt door de vergaderende filiaalchefs in Utrecht nogal eens gesproken. Het verloop in de OR, het vermijden van discussies en tweestryd, de scholing van de OR-leden, dit zyn punten die de werkgroep zeer ter harte gaan. Uit het centrale overleg kwam zelfs een andere structuur van de ondernemingsraad naar voren. Er zou moeten worden gewerkt via een districtenstelsel, zo werd gesteld. In de z.g. districtsvergaderingen zouden de filialen vertegenwoordigd moeten zyn; voorts zouden er net zoveel OR-leden moeten komen als er distric ten zyn. Het. zijn allemaal probleemstukken waarover in Utrecht uitvoerig van ge dachten wordt gewisseld. Voorzitter Kuipers: "We hebben ook de indruk dat er serieus naar ons wordt geluisterd." De leden van de centrale werkgroep - per regionale groep worden drie leden voor 'Utrecht' aangewezen - hebben de indruk dat zij goed functioneren binnen hun bedrijf. De heer Kuipers: "De werkgroepsleden hebben niet het gevoel dat zij alleen staan met hun problemen. Men sluit niet op onwil en het is mogelijk invloed uit te oefenen. Dat is al tal van keren gebleken." De Centrale Ondernemingsraad (COR) is woensdag 8 december in de filmzaal van het hoofdkantoor te Zaandam bijeen geweest. Er kwamen weer tal van onder werpen ter sprake. Enkele daarvan bleken nog niet "rijp voor publi catie", zoals men dat pleegt te noemen. Het waren niet direct "ge heime" onderwerpen, waarover de COR discussieerde; men kwam echter nog niet tot bepaalde uit spraken over de desbetreffende punten. Zodra dit wel het geval is zal daarover uiteraard worden bericht. Als nieuw lid van de COR werd de heer B. Scheffer welkom geheten door voorzitter A. Heijn. Van de heer A.G.M. Beekman was een brief bin nengekomen waarin hij mededeelde om gezondheidsredenen uit de COR te treden. Met dankwoorden van de voorzitter aan het adres van de heer Beekman voor de door hem in de COR verrichte werkzaamheden werd de brief voor kennisgeving aange nomen. Medegedeeld werd. dat Verbrumar thans ook over een OR beschikt en dat voor deze OR ook een zetel in de COR beschikbaar is. Een afgevaar digde is echter nog niet aangewezen. De heer Heijn maakte er melding van, dat in Spanje de tweede super markt is geopend. De omzetten lopen daar goed, hetgeen soms tot problemen bij de bevoorrading leidt. De "Commissie Profiel Commissa rissen" bracht een nota over dat on derwerp uit. De nota zal aan de Raad van Commissarissen en Raad van Bestuur toegestuurd worden. De heer Heijn noemde deze een goed stuk werk. Uit een uitvoerige gedachtenwisse- ling kwam naar voren dat perso neelsbeleid/sociaal beleid één van de hoofdtaken van de Raad van Bestuur is en dat dit dan ook tot uitdrukking gebracht dient te worden in de porte feuilleverdeling van de .leden van de Raad van Bestuur. De heer Heijn wees er op. dat in de Raad van Bestuur de heer J. van Meer degene is die zich meer dan de anderen, met personeelszaken be moeit, maar dat de andere leden van de Raad er evenzeer bij zijn betrok ken. "Er staat nooit 'personeels beleid' op de agenda, maar dat bete kent niet dat er nooit over personele aspecten wordt gesproken," aldus de heer Heijn, "Integendeel!" In de rondvraag informeerde men naar de mogelijkheid ook Alberto in de COR vertegenwoordigd te doen zijn. Deze "dochter" heeft geen OR, maar wel een contactcommissie. De ze zou een vertegenwoordiger in de COR kunnen aanwijzen. De heer Heijn deed de toezegging dit te zullen bekijken. Een ander punt was het "in het vergeetboek raken" van langdurig zieken. Primair zouden de chefs en collega's aan deze medewerkers aan dacht moeten schenken. Daarbij ge steund door het Personeelsfonds. (Door medewerkers Personeelsfonds werden in 1976 730 bezoeken af gelegd - Red.) Hoe dit te stimuleren blijft een open vraag. Aan de orde werden voorts gesteld enkele publikaties in de bladen over de polystyreen vleesbakjes, die mo gelijk ziekteverwekkende stoffen zouden kunnen overdragen. Naar de mening van de heer Heijn komen er op gezette tijden soortge lijke uitspraken over allerlei artike len. De deskundigen spreken elkaar daarbij veelal tegen. Men blijft ech ter altijd attent om zo nodig maat regelen te nemen. oarlcr is praten Parlement vergadert. het Bedrijfs- tzelfde. ji het bedrijf, ideeën over de •e het er Raad er gebruik dne iaar. ïgelijks emings- i-eikenü M aad maar ie Tweede ie politiek zijn allemaal 'rijf gaat 99 "De achterban reageert niet of nauwelyks op wat de ondernemingsraad doet." Ziedaar de noodkreet van OR-lid H. ten Hove in het Flitsennummer van december. Een kleine steekproef leerde ons dat die achterban inderdaad niet snel tot reacties komt, maar terdege het belang ziet van de OR Albert Heyn Supermart. Een korte bloemlezing uit de meningen: Jan Tuithof, eerste verkoper in de ZB aan het Utrechtse Troosterhof: "Ik vind het uiteraard een goede zaak dat er voor ons een OR functioneert. We hebben echter weinig contact met die raad. Dat is deels onze eigen fout, omdat wij daartoe ook geen initiatieven nemen." Zijn collega-verkoper Dirk Bouwman: ,,'t Is goed dat de OR bestaat. Op die manier hebben we inspraak. Tot nu toe hebben we hier nog weinig aan de OR gehad. Ik lees wel altijd de informatie die over de raad wordt opgeprikt in onze kantine." Verkoopster Els Daniels en haar collega, caissière mevrouw Stramrood van de SM aan de Hilversumse Langestraat be titelen de OR Albert Heijn Supermart zonder meer als een nuttig apparaat. Ze lezen de berichten die daarover in hun filiaal verschijnen, maar vinden verder dat zij weinig over de OR horen. Administrateur Gijs van Barlingen van de SM aan de Leusderweg in Amersfoort stelt dat de informatie uit de onder nemingsraad slechts schaars naar de filialen doordruppelt. "Het is trouwens ook zo. dat er weinig wordt meegeleefd met het OR-werk. Ik vind echter wel dat de OR-notulen, die wij hier altijd ont vangen veel te veel in 'wetboekentaal' zijn gesteld. Voor veel personeelsleden zijn ze te ingewikkeld." In dezelfde SM werkt verkoper Wim Egberts, die toe geeft niet zoveel van de OR te weten. Ik ben er eigenlijk door de affiches op attent gemaakt. Af en toe lees ik de informatie die over de OR verschijnt." affiche Het zijn allemaal uitingen die OR-lid Cor Ott (34), werkzaam als field mer chandiser vers vlees voor geïntegreerde filialen, min of meer vertrouwd in de oren klinken. Ott is in feite de geeste lijke vader achter het affiche 'De onder nemingsraad, ons bedrijfsparlement', dat eind november in de filialen ver scheen. Om de belangstelling voor de OR aan te wakkeren was hij eerder al actief bij de produktie van de OR-dia- geluidshowen de z.g. Muurkrant. Zowel de Muurkrant als het laatste affiche zijn overigens door de artistieke mannen van Ahead ontworpen en vervaardigd. Cor Ott, tevens lid van de COR: "We zijn altijd bezig geweest om onze achter ban te laten zien dat we wel degelijk voor hen aan de slag. zijn. Ik moet zeggen dat alle leden van de raad altijd bereid zijn om informatie te verstrekken. Iedereen kan heel simpel aan de weet komen wie er namens hem of haar in de OR zit. Het is altijd mogelijk om contact op te nemen om bijvoorbeeld nadere gegevens over bepaalde zaken te verkrijgen. De mensen weten je altijd wel te vinden als er ergens problemen zijn. In andere gevallen wordt dat contact niet zo snel gelegd." Als je het contact in cijfers ziet, krijgt Cor Ott als OR-lid gemiddeld vijf reacties per OR-vergadering. Dat is natuurlijk maar weinig. Daarom stelt hij voor dat mensen die nieuwe ideeën hebben die tot een betere communicatie kunnen leiden, deze opsturen naar Flitsen. De redactie zal er vast graag od terug willen komen. Wat het taalgebruik in de notulen betreft wil de heer Ott wel kwijt dat er een enkele keer wel eens een vakterm in wil sluipen. "Ik weet echter dat er wordt geprobeerd het geheel zo begrijpelijk mogelijk te maken. Het is natuurlijk wel zo. dat we er voor moeten waken dat een zin voor meer dan één uitleg vatbaar zou zijn. Vandaar dat de zinsbouw mis schien wel eens wat moeilijker is. Vergeleken bij de COR-notulen valt het nog best mee, want die zijn veel for meler." De OR-leden zouden het overigens op prys stellen als de achterban - en met name het jeugdige deel ervan - niet schroomde om in de pen te klimmen of de telefoon te grypen als er vragen zyn. Cor Ott: "Hoewel we een Ajaxstadion vol mensen vertegenwoordigen - 18.000 - hebben we zeker gelegenheid om even met iemand te babbelen. Dat wordt zeer op prys gesteld en op die manier komt er een goede wisselwerking tot stand tussen kiezers en de gekozenen." Personeelsblad Ahold N.V. Januari 1977 34e jaargang no. 1 verschijnt 10x per jaar. Oplage: 25.500 Redactiesecretariaat: Ankersmidplein 2, Kamer 1719 Zaandam Tel. 075-593026 Hoofdredactie: Mevrouw T. Plooijer Redactieleden: H. M. Christiaanse D. van Dijk W. Haeser Mej. T. Harder B. van der Knaap P. Koster Th. v. d. Lee H. Malag D. N. Rövekamp M. de Ruyter F. van Rijk J. J. F. Snepvangers M. D. A. Sneijder Redactie en vormgeving in samenwerking met Commas van Hulzen, Den Haag.

Personeelsbladen | 1977 | | pagina 2