"We doen eigenlijk niets anders dan de kruidenier van vroeger die 's avonds de suiker afwoog" prog a een mom r Eerst denken, dan doendud verder mee dan met domu F. L AHLQVIST EN A. S. P. VAN TROTSENBURG OVER NIEUW NORMEN- EN PROGRAMMERINGSSYSTEEM: Nor IT 71 en AREAMANAGER A. H.J. VAN DER PUTTEtf: pagina 6 "In het levensmiddelenbedryf is altyd heel hard gewerkt. Vroeger was men by wyze van spreken dag en nacht bezig om in een sfeer van hevige concurrentie en lage winstmarges het hoofd boven water te houden. Het lag dus voor de hand dat er toen al werd geprogrammeerd, al kon dat slechts op heel simpele wijze: als er geen klanten in de winkel waren lof 's avonds na sluitingstijdj ging men de meest gevraagde kruidenierswaren afwegen en voorverpakken, om daarna de klanten beter en sneller te kunnen bedienen. Maar ook om de winkel zo efficiënt mogelyk te laten draaien." We praten met de heren F. I. Ahlqvist, directeur van AH Su- permarts, en A. S. P. van Trotsenburg, organisatiedeskun dige van Ahold's Detailhandelsgroep, over het normen-pro grammeringssysteem zoals dat nu 1 Vi k 2 jaar in de AH Su permarts functioneert. Zij vertellen: "Sinds de bedieningstijd is er in de levensmiddelenbranche bijzonder veel veranderd. We zijn voor een heel groot deel op zelfbediening overgestapt, de winkeloppervlakte groeide van zo'n 40 m2 voor de oorlog naar gemiddeld 1.000 m2 nu. Behalve de felle concurrentie en de lage winstmarges is vrijwel alles anders geworden: de lange werktijden werden vervangen door een 40-urige werk week, de lonen zijn in de loop der jaren drastisch verbeterd, er is een wereldwijd inkoopnet opgebouwd, reclame- en ver kooptechniek is een vak apart geworden en er is een groot, enorm goed uitgekiend distributienet nodig om alle AHSM filialen op tijd van de ruim 4.000 artikelen die verkocht worden, te voorzien. Kortom een levensmiddelenconcern als AHOLD moet een goed geoliede machine zijn. Als dat niet zo zou zijn, als die machine op allerlei onderdelen zou 'ramme len' (bijvoorbeeld omdat het distributiesysteem niet efficiënt zou functioneren of de loonkostenpost uit de hand zou lo pen), dan zou het voortbestaan van de onderneming en de werkgelegenheid voor enkele tienduizenden mensen snel in gevaar komen." wachtwoord: efficiency Ahlqvist en Van Trotsenburg willen best een paar globale cijfers kwijt om te illustreren hoe nauw dat allemaal steekt. "Als we bijvoorbeeld voor 75 gulden inkopen en voor 100 gulden verkopen, zit er een ruimte tussen van 25 gulden. Daarvan betalen we ongeveer 11 gulden aan lonen en sociale lasten en 5 gulden aan het distributienet. Verder moeten nog betaald worden de investeringen in nieuwe winkels e.d., de reclamekosten enzovoorts. Na belasting betaald te hebben blijft er van 100 gulden verkoop nog niet eens 1 gulden netto over. Stel nu dat door een verkeerd beleid de loonkosten of welke andere kosten ook 1 gulden hoger zouden worden, dan wordt er verlies geleden en dat kan geen enkel bedrijf zich veroorloven. De kostenposten zijn de laatste jaren zo sterk gestegen dat - voor zover die niet door prijsverhogingen en/of omzetvergroting kunnen worden opgevangen - voor het hele bedrijfsleven, maar vooral ook in het levensmiddelenbedrijf, efficiency van levensbelang is." Het is vooral dus daarom dat enkele jaren geleden binnen AHSM begonnen is met de invoering van een doelmatiger en beter uitgekiend normen-programmeringssysteem. Daarmee moet ter wille van het voortbestaan van het bedrijf een zo groot mogelijke efficiency worden bereikt. uitgangspunten Het belangrijkste uitgangspunt daarbij was: de taken waar voor het personeel van een supermart gezamenlijk staat, ge zamenlijk zo goed mogelijk uit te voeren. Wel, dat kan natuurlijk alleen maar als je weet welke taken er zoal zijn, hoeveel tijd elke taak gemiddeld vergt en hoeveel mensen er nodig zijn om die taken onder normale werkom standigheden tot een goed einde te brengen. Logischer kan het al niet, zou je zeggen. "Die theorie is inderdaad waterdicht," aldus de heren Ahl qvist en Van Trotsenburg, "maar in de praktijk kom je dan toch voor een aantal problemen te staan. In wezen precies dezelfde problemen als waarmee de kruidenier van voor de oorlog zat: als de winkel vol klanten stond was er geen of nauwelijks tijd om de suiker af te wegen. Dan moest er (zo snel mogelijk) geholpen en afgerekend worden. Als de winkel leeg was stond de kassa stil en had je wel tijd om de suiker te wegen en voor te verpakken. Nou, dat deed die kruidenier dan ook; als de mensen dat in de vroegere Albert Heijn-win- kels niet hadden gedaan dan was er nu geen Ahold geweest. Kijk, in feite is er in dit opzicht in de huidige moderne supermarts niets veranderd: ook nu zijn er uren dat de win kel praktisch leeg is (en er dan alle tijd is om bijvoorbeeld de vakken bij te vullen), er zijn andere uren dat de mensen in drommen door de winkel gaan (en er voor het bijvullen van de vakken geen tijd is)." Met andere woorden: als in zo'n voortdurend wisselende si tuatie iedereen een vaste taak zou hebben, dan loopt op het ene moment Jan zich de naad uit de broek, terwijl Piet uit pure verveling zit te gapen, en op een ander moment is het precies andersomVandaar dat bij de invoering van het nor men-programmeringssysteem nog voor een ander belangrijk uitgangspunt werd gekozen, namelijk dat men per sector ge zamenlijk voor de uitvoering van een taak staat en dat men - zowel binnen die sector als tussen de diverse sectoren onder ling - bereid moet zijn elkaar bij het uitvoeren daarvan te helpen als dat nodig is. voordelen De voordelen zijn duidelijk. Allereerst: niemand behoeft zich meer "de naad uit de broek te werken" en niemand zal zich meer behoeven te vervelen. Maar ook: er zal enerzijds geen 'overschot' aan personeel meer zijn, doch anderzijds ook geen onderbezetting. Ahlqvist en Van Trotsenburg gaven op onze vraag volmondig toe dat elke werkgever in de praktijk meestal eerder geneigd is voor enige onderbezetting dan voor overbezetting te kiezen (vooral als er op de kleintjes gelet moet worden). Wel, die neiging wordt onderdrukt door een normen- en programme ringssysteem waarin de taken én de uren die voor een goede uitvoering ervan nodig zijn, zo reëel mogelijk zijn omschre ven. Elke bedrijfsleider of sectorchef kan nu zeggen (en in de praktijk gebeurt dat ook): "sorry hoor, op grond van onze ervaringscijfers en de geldende normen kan ik aantonen dat er twee mensen tekort zijn; die wil ik er graag bij hebben." Ahlqvist en Van Trotsenburg: "En dan krijgt hij die twee mensen, daar helpt geen lieve vadertje of moedertje aan. Want het normensysteem is niet ingevoerd om de hoogst mo gelijke prestatie uit de mensen te persen (dat zou trouwens als een boemerang werken), maar juist om normale presta ties te verkrijgen, geen overspannen toestanden dus, maar ook getn leegloperij. Dat mag elke werkgever vragen en dat vindt elke werknemer die zijn taak serieus neemt, ook het plezierigst; niemand wordt graag opgejut en niemand hangt het liefst maar wat rond." Normaal werken dus. En dat betekent, dat aan de normering en de programmering van het werk normale (d.w.z. gemid delde) normen ten grondslag moeten liggen en dat is ook het geval. Normen die na grondige studies, proefnemingen, er varingen en overleg met de betrokkenen opgesteld zijn. Die weliswaar een landelijk karakter hebben, maar waarvan per filiaal kan worden afgeweken, al naar gelang de omstandig heden. extra tijd "Er zijn natuurlijk allerlei handicaps. In het ene filiaal moet een deel van de goederen op zolder worden opgeslagen, een ander filiaal zit met te weinig vakken of te weinig kassaruim te. Ook zijn er allerlei bijzondere omstandigheden, zoals bijvoorbeeld extra zware concurrentie of de omstandigheid, die zich in sommige plaatsen voordoet, dat de dames de boodschappen niet zelf naar de auto willen brengen maar dat van het personeel verlangen, enzovoorts. Met al dergelijke factoren, waaruit handicap- en beleidsafspraken per winkel resulteren, kan nu in de programmering van de werkzaam heden rekening worden gehouden, daarvoor wordt extra ttfd uitgetrokken en extra tijd is extra personeel," aldus Ahlqvist en Van Trotsenburg, die er daarbij op wijzen dat dankzij deze opzet het supermart-gebeuren veel doorzichtiger is ge worden, zowel bij het uitvoerend personeel als bij de sector chefs, de bedrijfsleiders, de zone- en areamanagers en bij de concernleiding. Het betekent bovendien dat i.p.v. confectie maatwerk per winkel kan worden verkregen. En dat is voor het bewaken van de continuïteit, het verzekeren van het voortbestaan van de onderneming, natuurlijk van het aller grootste belang. "Dat geeft betere mogelijkheden om by te sturen waar dat nodig is, om verkeerde werkomstandigheden te verbeteren, om een evenwichtig opgebouwd personeelsbestand te ver krijgen waarin iedereen plezierig werkt en ook, om de Ioon- post en de andere arbeidsvoorwaarden die by Ahold op allerlei punten beter zyn dan in vergelijkbare bedrijven, op een goed peil te kunnen houden. Dat kan als er efficiënt gewerkt wordt. Hoe effectiever er gewerkt wordt, hoe groter ook de mogelykheden zyn om de arbeidsvoorwaarden en de werkomstandigheden nog verder te verbeteren." Normering onderwerpe iie alle AH Sut aim dag zijn. Er won soms positief, so ene superm t z de goede lijï ;nl nog druk aan 1 goede lijn te vir overal word r e vond Flitse or momentopWae We spraken met (directeur i A van Trots >ui dige, die i«. Ce programmerings aandeel had* (areamanag t| (zóne-mana i soneels- en ople J. Timmer (seci (eerste verk er) "Vele handen maken licht werk. Dat oude gezegde is nog steeds een waarheid als een koe. Maar er is nog een andere aloude waarheid, waaraan we in deze tyd veel meer hebben, namelijk: eerste denken, dan doen. En daar mankeert het nog wel eens aan." Aldus de heer A. H. J. van der Putten (44), die als area- manager van AH Supermarts voor de drie zuidelijke provin cies - Zeeland, Noord-Brabant en Limburg - (bege)leiding geeft aan 6 zönemanagers en 10 steunfunctionarissen en (via hen) aan 67 filialen. Een heel belangrijk aspect van het normen-program meringssysteem vindt hij dat het gericht is op mensen met goede kwalitatieve eigenschappen. "Eigenlijk, zo zou je kunnen zeggen, komt het meer aan op denken dan op doen. Dat 'doen' moet natuurlijk ook wel, want met denken alleen krijg je de winkel ook niet vol, maar aan 'doen' moet altijd 'denken' vooraf gaan en niet andersom (eerst doen en dan pas nadenken). Je moet beseffen wat je doet en hoe je 't doet. Niet maar even 'in het wilde weg' die auto lossen en al die goederen - even de schouders er onder jonges - snel even in het magazijn opstapelen. Nee, eerst nadenken, daar komt het op aan. Hoe kunnen we dat magazijn het best indelen (welke spullen hebben we het eerst nodig: dat moet dus het dichtst bij de winkel staan) of hoeveel van wat hebben we onmiddelijk nodig om de vakken bij te vullen (die spullen kunnen dus beter meteen doorgereden worden) enzovoorts." 40 procent "Kijk, het is nog niet eens zo lang geleden dat je je omhoog kon werken gewoon door heel hard ploeteren, zonder dat je al te veel je verstand behoefde te gebruiken. Maar dat wordt steeds moeilijker. Als je nü hogerop wilt komen, moetje eerst met je verstand werken en pas daarna met je handen. Want in ons modern bedrijfsleven gaat het om het bereiken van zoveel mogelijk efficiency. Dat kan zeer kostenbesparend zijn, waardoor er meer ruimte ontstaat voor het realiseren van belangrijker dingen. werkvoorbereiding, di gei dingen diibbel of slor- f q ook in tweemaal kan, Kot. alles beter en effectiever zo] in het klein (een logi- ie beeld), dat geldt ook h overal in het land een va'str J meteen op de verpakkin honderd SM's zoveel n maal een prijsje op da ir |S zeggen, dat denken vcLfh j| voor de mensen 'aan de top1^ Verschrikkelijk belang~:k harder werken, maar i terK efficiency in drie jaar |ls tiviteitsstijging hebben geha^ een efficiënter uitvoering door betere" lay-out vai le werktechnieken. Ik d' v\ allemaal maar op z'n beloa', kans zou zijn geweest dat we voor zouden staan of t mi^ geweest zouden zijn >F soms een uur, soms soms jaren Ook Van der Putten uit moeite hebben gehad metf technieken en op de b'^oei en dat sommigen er nój ïoel begrijpelijk, want er is tinl wat strakker op het werk gj belangrijkers tegenover- eer de weg van 'de zweep i >ve voortbestaan op een feil gewoon samen het werk doen beste en meest effectieve <3

Personeelsbladen | 1976 | | pagina 6