"Afwijkingen signaleren en zo mogelijk oplossingen formuleren" Gunstige sfeer door goede interne informatie" „Achterban reageert nauwelijks Uit de COR flitsen OR-LID B. GEERLINGS pagina 2 FLITSEN "Het bestaan van de Ondernemingsraad heeft een gunstige invloed op de werk sfeer in ons bedrijf, omdat we hier een soort onder-ondernemingsraad heb ben," zegt chef-kok B. Geerlings van het AC-restaurant in het Brabantse Oosterhout. "Als lid van de OR-restau- rantgroep word ik "gevoed" door onze eigen Vestigings Personeelscommissie (VPC). Er is zoveel openlijke interne in formatie, dat je kunt vaststellen dat daardoor een gunstige sfeer in ons be drijf is bevorderd," betoogt de heer Geerlings. De OR- zelf funtioneert naar zijn mening met te weinig bevoegd heden, en hij vraagt zich af of de COR niet een overbodige instelling is. "Die staat een rechtstreekse relatie tussen de OR's van onze werkmaatschappijen en de centrale directie alleen maar in de weg." Doch eerst even terug naar de basis, waar de juichtonen van de heer Geer lings het duidelijkst gehoord worden als het gaat over het signaleren van vragen en problemen, en de antwoorden of op lossingen daarvan. "We werken hier met 20 vaste werkne mers en in het hoogseizoen maximaal nog eens met 40 part-timers," zegt hij. "Dat is een voldoende klein gezelschap om oog en oor te hebben voor eikaars problemen. Ik als afgevaardigde in de OR heb in de VPC te maken met de af gevaardigden van het bedieningsrestau rant, de zelfbedieningsafdeling, de al gemene dienst en de keuken. Vergader problemen zijn er eigenlijk alleen maar vanwege allerlei wisseldiensten die het vergaderen buiten werktijd evengoed moeilijk maken. Wij achten alles be spreekbaar. Het feit dat elke vraag, simpel of moeilijk, wordt beantwoord is welhaast even belangrijk als het oplossen van een vraagstuk. Deze onder-onder nemingsraad bevordert de saamhorig heid en het prettige werkklimaat," zegt OR-lid Geerlings, die dit werk nu twee jaar doet sinds de opening van het AC- restaurant in Oosterhout. OR in leerperiode "Zolang de OR onder de huidige wetge ving in wezen niet kan opereren, kunnen we ons in een leerperiode beschou wen," meent de heer Geerlings over zijn werk in de OR-restaurantgroep, waarin elk van de 17 restaurants een afgevaar digde heeft. "Ik heb gemerkt dat we van bovenaf elke informatie krijgen die nodig is, en mij is geen geval bekend waarin daar mee gemanipuleerd werd. Wel staat voor mij vast dat de OR meer inhoud en kracht, dus meer bevoegdheden moet krijgen. Personeelsblad Ahold N.V. December 1976 33e jaargang no. 10 verschijnt 10x per jaar. Oplage: 25.500 Redactiesecretariaat: Ankersmidplein 2, Kamer 1719 Zaandam Tel. 075-593026 Hoofdredactie: Mevrouw T. Plooijer Redactieleden: H. M. Christiaanse D. van Dijk W. Haeser Mej. T. Harder B. van der Knaap P. Koster Th. v. d. Lee H. Malag D. N. Rövekamp M. de Ruyter F. van Rijk J. J. F. Snepvangers M. D. A. Sneijder Redactie en vormgeving in samenwerking met Commas van Hulzen, Den Haag. Daarmee bedoel ik bijvoorbeeld een uit breiding van het adviesrecht en een veto recht op sociaal terrein. Ik ben geen voorstander van een veto-recht op eco nomisch gebied," aldus bakent de OR- afgevaardigde zyn verlangensgebied af. vuist zonder pols "We kunnen nu wel eens een vuist ma ken, maar er zit helaas nog geen pols aan vast," zo kenmerkt de heer Geer lings het onvermogen van de OR om ook eens "doorslaande kracht te tonen in die gevallen waarin dat gewenst zou zjjn," betoogt de heer Geerlings die niet onder stoelen of banken steekt dat hij er voorstander van is "alles van de baas te weten, omdat deze ook alles weet van mij als werknemer." "De factor arbeid (werknemer) en kapi taal (werkgever) dienen op gelijke basis beslissingen te nemen die het belang van het bedrijf betreffen," aldus de heer Geerlings. Niettemin werkt de OR on danks de huidige beperkingen toch al door in het bedrijf en in de gemotiveerd heid van de mensen," zo voegt hij daar met betrekkelijke tevredenheid aan toe. "Met het uitzicht op meer bevoegdhe den zou de zaak nu al meer opengegooid moeten worden, zodat we stap voor stap dit nieuwe terrein van de medezeggen schap in het bedrijf kunnen verkennen, niet te haastig maar ook niet afrem mend," zegt hij. "De bewering dat de werknemers over onvoldoende kennis beschikken, gaat niet op, want de know how van een bedrijf zit altijd bij de werk nemers," stelt hij simpelweg. COR remt OR "Een oordeel over het functioneren van de COR kan ik mij in de werkelijke praktijk niet aanmatigen, maar van de buitenkant af gezien heb ik wel het idee dat de COR vertragend werkt," stelt de chef-kok in Oosterhout, die zeven jaar in vakorganisaties werkzaam is geweest. "De zaken van onze OR zijn zo specifiek horeca-gericht dat ze zelden in de COR in behandeling behoeven te komen. De COR als vertegenwoordigend orgaan van alle werkmaatschappijen belemmert echter wel een rechtstreekse relatie tussen de centrale directie en de OR's van die werkmaatschappijen. Het lijkt mij een overbodige en belemmerende schijf, die nog wel goed is voor de behan deling van allerlei concernregelingen als arbeidsvoorwaarden, enzovoort. Over enkele jaren zal dat allemaal vastgesteld zijn, en moet de COR zich dan onledig houden met probleempjes over jubi- leumbloemstukjes?" vraagt de heer Geerlings ietwat sarcastisch. "We hebben met elkaar een stukje bureaucratie opgebouwd, en die werkt vertragend zoals de hele inspraak ver tragend werkt," troost de heer Geerlings zichzelf. "Het is goed dat we al die zaken in alle openheid ter discussie kunnen stellen." OR-LID H. TEN HOVE: 55 "Er zfón veel reacties gekomen in de trant van 'zie je nou wel dat het niets voorstelt' en 'zie je dat jullie toch een marionelje In handen van de directie zgri'. "De heer H. ten Hove [25] zegt het mismoedig en ook misnoegd. Hij is eerste verkoper verse afdeling in AH's SuperMart te Arnhem, Presik- haaf, sinds een jaar lid van de Ondernemingsraad cn is het beslist niet eens met de uitlatingen van de heer H. C. J. Van den Hoven in het oktobernummer van Flitsen. In hoeverre vindt hij de kritiek niet juist? 'Tk kan niet oordelen over de COR en de organisatie hij Produktiebe- drijven, maar als er gesteld wordt dat de door de OR-leden ontvangen informatie onvoldoende is, dan is dat onjuist, dan ligt dat aan henzelf. Wij als leden van de OR Albert Heijn SuperMart krijgen alle informatie die we wensen. Die informatie is wel degelijk 100%maar je moet er om vragen. Met de uitspraak over de ongecoördineerde verkiezingen ben ik het evenmin eens. Ik vind ze wel gecoördineerd om de eenvoudige reden dat iedereen evenveel kansen heeft, ten minste zo is het bij ons. En het zogenaamd grote verloop onder OR-leden komt doordat vele leden op een gegeven ogenblik het vele werk voor de OR niet meer kunnen combineren met de gewone werk zaamheden en een eventuele studie." Staat hij volkomen kritiekloos tegen over de OR? "Zeker niet, maar ik sta er wel posi tief tegenover. Er is heus wel kritiek, maar die spuien we op de bestemde plaats. Toen ik een jaar geleden OR-lid werd, moest ik erg wennen en had ik veel moeite om de materie onder de knie te krijgen, maar sinds een half jaar gaat het lekker, ook al kost het veel tijd. Het enige verve lende vind ik dat je soms vrij lang moet wachten op een beslissing en al weet jé hoe het komt dat het lang duurt, dat geeft toch wel ergernis. Veel erger vind ik dat de achterban niet of nauwelijks reageert op wat de OR doet. Ik heb wel eens gedacht dat ik in hét meest geperfectioneerde be drijf van Nederland wérk, omdat re acties altijd uitblijven." De reacties zijn er nu toch wel, na de uitspraken van de heer Van den Hoven? "Ja allicht, dat was een negatief stuk. Op een positief stuk komen weinig, of liever helemaal geen reac ties. Het is ons grootste probleem dat te veranderen; er wordt te weinig gesproken over de OR, want welk punt er ook op de agenda staat, we horen gewoon niets. Dat werkt wel eens frustrerend, al doet het aan mijn eigen motivatie geen afbreuk. Ik wist van tevoren waar ik aan begon en zet door, ik hoef er geen dankjewel voor te horen, maar het zou aardiger zijn als er wat meer waardering en begrip was voor het werk binnen de OR." CadaDia Met optochten en groots vuurwerk is de opening van het eerste filiaal van AH Espafia gevierd. De heer A. Heijn deed er in de COR verslag van. "Ik heb nog nooit zoveel volk op de been gezien," zo zei hij, "het was enorm". De publiciteit blijkt niet zo gemakke lijk te liggen. Er verschijnen geen regionale bladen. De opening is bekend gemaakt via huis-aan-huis verspreiding. De omzet is in de eerste weken bijzonder meegevallen. In feite werd het omzetbedrag bepaald door de capaciteit van de caissières, die het erg druk hebben gehad. Vanuit de COR werd gevraagd of er in Spanje t.z.t. ook een onderne mingsraad zal moeten komen. De heer Heijn zei dat dit afhankelijk is van de Spaanse regels en wetten. "In elk geval zal ik daar dan geen voor zitter van zijn," merkte hij op, "Mijn kennis van Spaans js net zo groot als die van atoomfysica." personeelsbeleid Een aantal jaren geleden kwam er bij Ahold een boekje van de pers, gevat in een blauwe of zilverkleurige om slag, dat de grondslagen van het beleid omschreef. Daarin waren al de grondslagen van het personeelsbeleid opgenomen. In de loop "van de jaren verandert echter heel wat en dat is de reden geweest waarom Ahold Perso neelszaken gekomen is tot een nieuwe opzet van de 'grondslagen resp. de uitgangspunten van het personeels beleid'. De COR heeft zich in de vergader ingen op 14 en 26 oktober uitvoerig met deze stof beziggehouden. In beide vergaderingen was drs. P. J. van Dun, directeur Personeelszaken, aanwezig om toelichting te geven en de vele vragen te beantwoorden. "Over personeelsbeleid kun je boeken vol schrijven," aldus de heer Van Dun, "maar je moet geen dingen op papier zetten waar nie mand wat aan heeft. De uitspraken die je doet moeten voor de mensen begrijpelijk zijn. Ze moeten beïn vloedbaar en zo mogelijk ook meet- naar beneden maar ook van bene den naar boven binnen het concern niet 'gekleurd' mag zijn. Dan neemt men de verkeerde beslissingen. Toch zijn er nog altijd factoren die van in vloed zijn op de vorm waarin de informatie van beneden naar boven gaat (en omgekeerd). Hij noemde o.a. bazenangst, lange verbindings kanalen, niet goed luisteren enz. Vier thema's zullen de "kar van een goed personeelsbeleid moeten trek ken: organisatie en communicatie, arbeidsvoorwaarden, functiebezet- baar zijn. Het moet geen verzameling vage kreten zijn." Aan de nieuwe 'uitgangspunten" is ruim een jaar gewerkt. De heer Van Dun benadrukte, dat er geen tekst is ontstaan die als een 'kip met gouden eieren' te beschouwen is, maar dat men een realistische poging heeft gedaan om doelstellingen te for muleren waarmee men de komende vijfjaren uit de voeten kan, "Toch blijft het 'altijd een soort momentopname," stelde hij. "De accenten verschuiven in de loop van de tijd. Door diverse oorzaken. In het bedrijf doen zich veranderingen voor, de maatschappelijke ontwikke ling gaat vérder enzovoorts. Dat zijn factoren die in het personeelsbeleid doorwerken." Van Dun wees er op, dat voor een goed functioneren van het perso neelsbeleid de informatie van boven ting, en opleiding. "Als dat goed zit komt de rest vanzelf," meende de heer Van Dun. .Voor de COR zag hij jn het gehele personeelsbeleid ook een belang rijke taak weggelegd: "Afwijkingen signaleren en zo mogelijk oplos singen formuleren." De heer A Heijn wees er op dat er altijd fouten gemaakt zullen worden in een concern met 26.000 perso neelsleden. "Maar de mensen kun nen zelf ook aan de bel trekken wan neer zij menen dat iets niet goed is verlopen," voegde hij daar aan toe. De COR kon zich na de behandeling verenigen met de nieuwe uitgangs punten van het personeelsbeleid mits over de uitwerking hiervan voor overleg plaatsvindt. Dit werd toege zegd. Tevens werd afgesproken dat de inhoud van de uitgangspunten personeelsbeleid in het komende jaar via de hiërarchieke lijn zullen worden gecommuniceerd taak lid OR/COR In de vergadering van de Centrale Ondernemingsraad (COR) is don derdag 14 oktober langdurig ge sproken over de problemen rond de functievervulling door iemand die veel tijd mag en moet besteden aan werk in ÓR en/of COR. De heer A. Heijn deed de toezegging deze problematiek te bespreken in de Raad van Bestuur en met de directies om te trachten tot een oplossing te komen. In een volgende COR-verga- dering komt men er daarom op terug. Aanleiding tot de discussie was een brief van een van de leden van de COR, waarin deze mededeelde als lid van deze raad te bedanken. Zijn pro bleem was dat bij de beoordeling van het functioneren van zijn filiaal onvoldoende rekening werd ge houden met het feit dat hij vele uren aan OR en COR-werk moet geven, wil hij zijn rol als personeelsver- tegenwoordiger goed vervullen. Aangezien deze beoordeling van groot belang is voor een verdere loopbaan bij het concern voelde be trokkene zich in zijn mogelijkheden geremd. Hij wees er daarbij op dat de Raad van Bestuur veel waarde hecht aan goed functionerende Onder nemingsraden en de COR, maar dat dit standpunt onvoldoende tot zijn recht kwam bij de functie-beoorde ling. Daarbij werd opgemerkt dat een OR- en/of COR-lidmaatschap niet alleen [voor vervolg zie pag. 4]

Personeelsbladen | 1976 | | pagina 2