"Tegenwoordig zou ik ze
niet graag meer missen"
"De scholieren hebben het vorige
zomer goed gedaan"
r; mMÏ'J WW
AHSM-BL Bob van der Knaap (45):
Groenteverkoper Jagdiesh Narain (19):
pagina 14
Flitsen extra editie
Gezien de meestal verschillende, van elkaar afwijkende
uitgangspunten voor de part-timer en de full-timer ten aanzien
van hun werk, is het goed om ook de full-timer aan het woord te
laten over zijn ervaringen met part-timers.
Groenteverkoper Jagdiesh Narain oordeelt: "De scholieren
hebben het vorige zomer goed gedaan".
Chef software Herman Rijpkema vindt part-timers:
"Normaal personeel dat een paar dagen minder komt
werken".
In dit personeelsjaarverslag kunt u lezen waarom.
Ervaring van jaren heeft Bob van der Knaap, "oude rot"
in AH's SM-gebeuren, tot de slotsom gebracht dat hij
een ware mentaliteitsverandering heeft ondergaan.
Eerst in Laren en nu sinds vierenhalf jaar aan het hoofd
van een supermart in Wassenaar, heeft hij een heel
eigen visie gekregen op het "instituut" part-timer.
Jagdiesh heeft het er best naar de zin en hij prijst zich gelukkig,
weer een full-time job te hebben. "In Paramaribo werkte ik al van
mijn tiende jaar af in zo'n soort zaak van mijn vader. Toen die 65
was, moest ik het zelf doen en zo kwam het dat ik op m'n
zeventiende de leiding kreeg van die supermarkt, bijgestaan door
een broer. Dat ging goed, totdat er langzamerhand gebrek aan
voorraden ontstond. Je kreeg geen uien meer, geen suiker, geen
aardappelen, geen knoflook, om maar een paar dingen te noemen.
Tenslotte was er bijna geen handel meer en toen hebben we de zaak opgedoekt".
Van het geld dat Jagdiesh en zijn broer aan de verkoop overhielden betaalden ze
hun reis naar Nederland, waar intussen andere familieleden al zes jaar eerder in
Zaandam en Leiden een nieuw leven waren begonnen.
Werkzoekend
Zijn broer heeft intussen nog steeds geen passend werk gevonden en ook inmiddels
overgekomen vrienden die vroeger in Paramaribo bij hem hadden gewerkt,
benijden hem erom dat hij nu volop aan de slag is.
Misschien is dat de reden, waarom hij wat vreemd lijkt aan te kijken tegen het
part-time-systeem. Jagdiesh zegt overigens niets tegen part-timers te hebben,
maar hij laat er enigszins gereserveerd op volgen: "Ik vind het nuttig dat ze zo
spelenderwijs het werk leren".
Vaak maakt hij ze trouwens niet mee in de winkel, omdat de meeste part-timers op
zaterdag werken als hijzelf vrij is en de enkelingen die op dinsdagen en
donderdagen invallen, geven hem geen uitgesproken mening, zegt jiij.
De enige werkelijke ervaring met part-timers in de zin van samenwerking, deed hij
vorige zomer op toen veel scholieren tijdens de vakantie bijsprongen in het filiaal,
uie hebben het goed gedaan", stelt hij kortweg vast.
Leergierig
Ondertussen popelt Jagdiesh Narain van verlangen om zichzelf te
ontplooien, vérder te bekwamen in het vak. "Ik wil niet alleen naar andere
afdelingen; ik wil ook meer van het bedrijf zelf leren kennen. Hoe worden
tegen dat de situatie thuis bepalend is
om al of niet te gaan werken. - Zijn de
kinderen er groot genoeg voor?
Accepteert de man het? Er is eigenlijk
maar een kleine groep die financieel
móet en anderen willen misschien juist
zich dat beetje luxe kunnen permiteren.
De meeste part-time-dames springen in
op zeer drukke ogenblikken en daarop
kan je de klok zowat gelijk zetten; in de
kassa-groep, op deïleli of bij het brood
en gebak.
Ik heb ze van grandioos tot goed. Maar
ze zijn allemaal erg nijver en wat zo
prettig is: ze denken vaak
consumentachtig. Daardoor merk je
vaak dat de klanten het ook als een
positief gebeuren zien. Dat is dus
helemóél geen punt.
En, om nog even op de scholieren terug
te komen. Die springen 's zomers toch
óók zomaar een aantal weken in, zodat
we gewoon kunnen doordraaien. Ik ben
mezelf langzamerhand anders
tegenover ze gaan opstellen. Misschien
doordat ik aan mijn eigen kinderen een
voorbeeld heb.
Anderen zien jonge mensen vaak als
last, dat merk ik wel eens.
Nou, ik vind ze bewuster en sterker dan
wij waren. Zelfstandiger en minder
kinderlijk. Het is aan ons, chefs
bijvoorbeeld, om richting aan ze te
geven. Doordat ze zo een stuk ervaring
opdoen, kunnen het zeer dankbare
krachten zijn, die part-timers".
Anderhalfjaar geleden kwam Jagdiesh Narain
(spreek uit: Narein, red.) uit Suriname naar Nederland.
Nadat hij een paar maanden naar werk had gezocht,
kreeg hij via het arbeidsbureau een baan op de afdeling
kruidenierswaren in het Simon-filiaal aan de Gedempte
Gracht in Zaandam. Daar werkt hij alweer meer dan een
jaar en in die tijd maakte hij promotie naar de
groente-afdeling.
bijvoorbeeld alle kruidenierswaren besteld en wat doen ze met
beschadigde zendingen?", vraagt hij zich af.
Zelf zit hij in afwachting van zulke antwoorden niet stil: in Amsterdam
volgt hij een avondcursus aan de City-mavo om alvast AGV-warenkennis
op te doen en bij AH wil hij een cursus levensmiddelen gaan volgen. "Maar,
ik moet mijn beurt afwachten, want de regel schijnt te zijn dat er maar één
medewerker per filiaal aan mag deelnemen".
Jagdiesh staat eigenlijk maar één doel voor ogen: élles zien en daardoor
leren. Een rasechte full-timer die omdat ze er nu eenmaal óók moeten
zijn" parttimers best het licht in de ogen gunt.
De besteding van het verdiende geld -
"Hanneke geven we trouwens daarom
minder zakgeld" - komt eigenlijk steeds
op hetzelfde neer bij de scholieren: Om
er een brommer op te kunnen
nahouden, wat opzij voor een vakantie,
voor wat extra make-up, voor leuke
kleren en in Hanneke's geval bij een
periode van uitbetaling altijd een bos
bloemen voor haar moeder. Die werkt
tróuwens zelf ook part-time, elders in
het dorp. Oók om iets anders om
handen te hebben, dan de bezigheden
van de besloten gemeenschap van het
huis.
Geaccepteerd
Van der Knaap; "Ik heb het volledig
geaccepteerd. Ik schil dan ook heus wel
eens de aardappels of doe eens iets
anders in het huishouden.
Je komt trouwens ook bij de gehuwde
part-timers in mijn eigen filiaal vaak
zijn jonge krachten het werk ook
gemotiveerd doen. - "Je moet ze wat
meer leiding geven.
Meestal begint het zo, dat ze - op
recommandatie - bij me komen; "Hebt
u een baantje voor me?,.
Ik probeer dan zo selectief mogelijk te
werk te gaan: kijk meestal of het een
beetje flinke jongens of meisjes zijn, niet
te kinderachtig in hun doen en laten.
Vaak zijn het leerlingen van de lts, de
mavo, de havo en van het atheneum.
Velen van hen willen bij de vulploeg. Als
ze er dan zijn, vraag ik regelmatig naar
de vorderingen op school. Of ze het wel
kunnen bolwerken als ze bijvoorbeeld in
de eindexamenklas komen".
Dochter ook
"Vader" van der Knaap heeft overigens
een goede toetssteen aan zijn eigen
dochter Hanneke (16) die op zaterdag
bij hem aan de kassa zit en als zodanig
volledig door de andere part-timers
wordt geaccepteerd. Het is of de
familierelatie meteen wegvalt en ze een
medewerkster is als alle andere.
SBob, voor de weinigen
die hem niet zo
kennen, A.J. van der
Knaap; "Zo'n jaar of
tien geleden waren
part-timers nog een
noodzakelijk kwaad.
Tegenwoordig werk ik
met 25 full-timers en 48 part-timers. En
werkelijk, ik zou niet graag meer zonder
ze werken. De zaak is nou eenmaal zes
dagen van de week open en geen vijf.
Dan spreek ik nog niet eens van de
koopavond, die ze in Wassenaar
overigens niet hebben. Ik onderscheid
mijn part-timers in drie groepen;
De gehuwde vrouw, die hier een deel
van de normale werkweek inspringt.
De vulploeg [scholieren die 3 x per
week omstreeks sluitingstijd komen].
Scholieren die zaterdags helpen.
Bijverdienen
Volgens Bob van der Knaap is het alle
part-timers - vooral de jeugd - er om te
doen, een centje bij te verdienen.
Naar zijn mening ligt het aan de chef of