STUDIE BELANGRIJK OM "BIJ" TE BLIJVEN IflM mm Nü studeren voor positie van straks Maar huis en haard hoog genoteerd bij de vrouw Depraktijk" is goede, maar gerichte leerschool trouwen boekhouden hogerop havo promotie geld op 2e plaats - mnwmv ,imm gemakkelijk praten onzin toekomstdromen risico maatschappij diploma's minder waard pagina 12 FLITSEN Wat verwachten de jongeren bij Ahold van de toekomst? Een interessante vraag om een onderlinge discussie op gang te brengen. Vooral als je diezelfde jongeren ook nog vraagt wat zij er allemaal voor over hebben om hun toekomstdroom waar te maken. Zeven jonge mensen die er het hunne van zeiden: drie meisjes en vier jongens. En als je de reakties van die meisjes beluistert, dan ben je blij dat er geen Dolle Mina 's in de zaal waren Twee van de drie meisjes die aan de discussie deelnamen, hadden maar één alles overheer sende wens: trouwen, kinderen krijgen en daarna nou, dat zien we morgen dan wel weer. "Ik verwacht niets bijzonders van de toe komst", bekent Maijan van Heek (17). "Het bevalt me best zoals het nu is. Maar vóór m'n 25ste wil ik stoppen met werken en een gezin gaan stichten. Misschien dat ik later wel weer eens ga werken, maar dat weet ik nu nog niet". Maijan is fulltime medewerkster bij het Pensioenfonds in Zaandam. In haar vrije uren studeert ze voor het praktijkdiploma boek houden. Ze weet niet goed waarom ze dat doet. "Misschien om beter beslagen ten ijs te komen als ik later ooit nog eens een baantje wil". Ook Anja Seefat (19), een collega van Marjan bij het Pensioenfonds, studeert voor het praktiikdiploma boekhouden. Ook zij ziet haar toekomst vooral als huismoeder, "maar als m'n kinderen groter zijn, wil ik natuurlijk weer gaan werken". "Wij vrouwen kunnen nooit hogerop komen", zegt ze. Ze lijkt daarmee vrede te hebben. Ze heeft ook nooit onderzocht of het wel waar is wat ze zegt. "Hoe wil je nou dat ik ooitpromotie maak? Ik zit immers pal onder m'n chef! Hoger dan nu kan ik niet komen. Waarom zou ik dan moeite doen voor een carrière? Wél weet Anja waarom zij in haar vrije uren boekhouden is gaan studeren. "Ik heb niet anders dan het einddiploma van de huishoud school. Dat diploma is nu al bijna niets meer waard. Over een paar jaar doe je er dus hele maal niks meer mee, want alle diploma 's worden steeds minder waard "Daarom ben ik aan het studeren geslagen. Daarom ook begrijp ik best dat ik dóór zal moeten blijven studeren. Nou, dat heb ik er wel voorover". De derde vrouw die aan de discussie meedoet, is de 17-jarige Liesbeth de Rooy. Zij is part timer in het Simon-filiaal in Zaandam, Gedempte Gracht. Overdag zit ze in de eindexamenklas van de havo. Haar toekomstdroom: "Ik wil verpleegster worden. Eventueel ga ik me in dat vak specialiseren. Dat is iets waar ik dag en nacht mee bezig ben. Maar ik kan best begrijpen dat andere meisjes zoals Maijan en Anja hun toekomst en geluk denken te vinden in het gezin". Henk Visser (21) zit er tijdens de discussie wat ongemakkelijk en blozend bij. Hij is de enige man tussen drie vrouwen. Hij is fulltime medewerker van de Miro in Purmerend. In zijn vrije avonduren ploetert hij voor het eind diploma mavo. "Ik wil omhoog", zegt hij vastbesloten. "Ik wil promotie maken en daarvoor schaam ik me beslist niet. Waarom ik omhoog wil? Om het geld natuurlijk. Maar ook omdat het een natuurlijke drang in de mensen is om vérder te komen". Liesbeth springt er midden in. "Wat een rót vraag. Waarom wil een mens omhoog, promotie maken? Tenslotte geeft ze toe: 11 1 V.l.n.r. Liesbeth de Rooy, Marjan van Heek, Anja Seefat, Henk Visser "Ik weet het eigenlijk ook niet". "Voor mij", zegt Liesbeth, "is een hoge positie, promotie en veel geld nietjiet belangrijkste als ik aan de toekomst denk. Ik heb vooral veel zin in het verpleegstersvak. Het geld enzo komt voor mij pas op de tweede plaats". Henk Visser is het er niet mee eens. "Dat kun jij gemakkelijk zeggen, jij bent een vrouw!" roept hij fel. "Jij gaat later trouwen en of je dan blijft werken en veel of weinig verdient, is dan niet zó belangrijk. Je man is er dan immers ook nog! Ik moet eerlijk bekennen dat geld en positie voor mij op de allereerste plaats komen. Domweg omdat je je dan meer kunt permitteren dan wanneer je 'n minder goed betaalde baan zou hebben". De drie meisjes kijken hem bewonderend aan. Dat hij in zijn vrije tijd na 'n dag hard werken voor zijn mavo-diploma studeert, vinden ze razend knap. "Ach zegt Henk dan stoer, "depraktijk is natuurlijk tóch de beste leerschool. Je kunt nóg zulke mooie diploma 's hebben, maar als je niet voor je vak deugt, kom je er nóg niet". Luc Kenter [22] wil carrière maken. Na een paar jaar aan de universiteit wiskunde te hebben gestudeerd, kreeg hij in de gaten dat hij geen studiehoofd heeft. Nu werkt hij in een Amsterdams Simon-filiaal, waar hij het in twee jaar tijd tot kruidenierschef heeft gebracht. Hij wil nog verder: hij wil het binnen het A hold-concern helemaal gaan maken. "Daarom", licht hij toe, "ben ik op de onderste trede begonnen: in het filiaal". Hij krijgt in een felle discussie meteen Evert van Egdom (18), parttimer in een Haarlems AH-filiaal, tegen zich. "Wat een onzin om dan helemaal onderaan in een winkel te willen beginnen", zegt deze. "Waarom ga je niet meteen een hogere opleiding volgen die gericht is op de carrière die je wilt maken?". V.l.n.r. Evert van Egdom, Hans Pluk, Luc Kenter Hans Pluk (18), parttimer in hetzelfde AH-filiaal te Haarlem, is het er helemaal mee eens. "Als je gericht verder was gaan studeren, dan had je dit allemaal kunnen overslaan. Waarom ga je bijvoorbeeld geen bedrijfskunde studeren?". Luc verweert zich aan alle kanten. "Als je hogerop wilt komen, zal je toch moeten weten wat de consumenten (om wie het uiteindelijk gaat!) allemaal willen. Waar kan je dat beter te weten komen dan in een filiaal?!". Ook Hans en Evert hebben hun toekomst dromen, maar die zullen waarschijnlijk niet bij Ahold worden waar gemaakt. Hans zit in de eindexamenklas van het Voortgezet Wetenschappelijk Onderwijs en wil daarna naar de TH in Twente. Evert is student aan een school voor Middelbaar Economisch en Administratief Onderwijs. Ook hij staat voor zijn eindexamen. "Ik heb nog geen idee wat ik daarna zal gaan doen", zegt hij. Maar net als Luc doen ook Hans en Evert al het mogelijke om later een zo hoog mogelijke positie in de maatschappij te krijgen. Het enige verschil is dat Luc het filiaal de beste leerschool vindt: "Er is niets zo leerzaam als regelmatig met je hoofd tegen een muur te lopen!" Daarentegen zien Hans en Evert meer in een grondige studie. "Als je zoals Luc onderaan begint, dan loopje het risico datje veel te lang in zo'n filiaal blijft hangen. Je gaat erg langzaam omhoog", lijkt Evert. Luc ontkent. "Binnen twee jaar was ik krui denierschef. Noem je dat langzaam? Maar okee, ik geef toe datje het risico loopt te lang op één plek, in één positie te blijven hangen. In mijn geval in het filiaal dus". En hij vervolgt: "Daarom heb ik onlangs een aanbod geweigerd om ergens bedrijfsleider te worden. Ik geloof er namelijk niet in dat je persé eerst BL moet zijn, voordat je de sprong naar het hoofdkantoor in Zaandam kunt maken". "En als jullie mochten denken dat ik niéts meer zie in studie, dan vergis je je. Natuurlijk ga ik weer gericht studeren. Middle management, marketing allemaal studies waarmee ik straks alle kanten uit kan". Alle drie zijn ze dag in dag uit druk bezig om een hoge positie te krijgen in de maatschappij. Maar waarom eigenlijk? Evert zegt onomwonden: "Hoe hoger je positie, hoe beter. Ieder van ons is nou eenmaal een carrièrebouwer. Geld is in deze maatschappij erg belangrijk. Niemand is alleen maar idealist". "Kijk naar mij. Ik start al met een grotere behoefte aan geld dan mijn vrienden en leeftijd genoten. Dat komt door die parttime baan die ik bij AH heb. Ik kan me financieel méér permitteren dan mijn klasgenoten. Dat kweekt bij mij een groter behoefte aan geld". Hans is het er roerend mee eens. "Onze studie van nü is gericht op een betere positie later. Dat vind ik allemaal niet erg, zolang je plezier hebt in je werk en in je funktie". "Het is ook waar dat de diploma's waarvoor we nu zo hard studeren, steeds minder waard zullen worden", vervolgt hij. "Dat betekent dan ook dat wij ons leven zullen moeten blijven studeren om onze hogere positie waar te blijven maken. Maar ook om steeds hoger te kunnen klimmen". "Nee, ik vind dat niet erg. Als m'n werk of m'n funktie me ooit niet meer zouden bevredigen, dan zou ik stoppen met studeren. Maar dan moet ik ook vrede hebben met een achterstand die ik vanaf dat ogenblik zal gaan oplopen!" "Trouwens, het zal dan denk ik allemaal best meevallen. Er is immers al gezegd dat de prak tijk eigenlijk een schitterende leerschool is. En als je dan ook nog je diploma 's als basis hebt. nou dan zit je toch gebeiteld!"

Personeelsbladen | 1976 | | pagina 12