Ondernemingsraden hebben wel degelijk
invloed op besluitvorming
Wandelveteraan met
veel medailles
Drs. P. J. van Dun:
Bouw DDC in Tilburg
begonnen
flitsen
Sfeer
pagina 2
Flitsen
Drs. P. J. van Dun, adjunct-directeur Personeelszaken by
Ahold N.V. en één van het driemanschap dat het Bureau
Ondernemingsraden vertegenwoordigt, ziet het werk van de
ondernemingsraden met de dag belangrijker worden.
„De overlegstructuren kunnen een hechte schakel vormen in
de democratisering van de besluitvorming. Het werk in de
ondernemingsraden heeft wel degelijk invloed op de besluit
vorming aan de top."
Begrip
De heer Van Dun vindt daar
om de kritiek op de onder
nemingsraden vaak ten on
rechte, maar wel begrijpelijk.
Het effect van de ondernemings
raad op het ondernemingsbeleid
onttrekt zich nog teveel aan de
waarneming van het onder-
nèmingsraadslid en zeker aan
die van de achterban. Hij be
grijpt dan ook wel dat dat de
voornaamste oorzaak is van het
feit dat het ondernemingsraads
lid in de ogen van de achterban
en buitenwacht geen of weinig
invloed heeft.
Over het onlangs ingestelde
Bureau Ondernemingsraden zegt
hij: „Als we één ondernemings
raad hadden, was zo'n bureau
niet nodig. Maar we hebben er
dertien, plus een Centrale On
dernemingsraad en een aantal
contactcommissies.
De opzet van het Bureau is
te kunnen beschikken over een
centrale instantie, die het hele
gebeuren rond de ondernemings
raden kan coördineren en be
geleiden."
Taak
Met betrekking tot die coör
dinerende taak van het Bureau
zegt de heer Van Dun: „Een
heel belangrijke voorwaarde is,
dat de ondernemingsraden pas
goed kunnen functioneren, in
dien ze de organisatiestructuur
van de betrokken onderneming
weerspiegelen. Doen ze dat niet,
dan ontstaan al gauw fricties
en frustraties."
Is de organisatiestructuur van
Vervolg van pag. 1
het grotere arbeidsaanbod
in Tilburg in vergelijking met
andere plaatsen (in Rotterdam
werkt men al met buitenlan
ders.)
Daarbij komt dat het uitstel
van de verplaatsing van Rot
terdam naar Tilburg toch onze
kerheid veroorzaakte bij de me
dewerkers
Realiteit
In Tilburg beschikt het Al old-
concern over totaal 24 ha
bouwgrond, waarvan 8 ha nu
in gebruik is voor het kruide-
nierswarenmagazijn, In enigs
zins gewijzigde opzet komt het
DDC daar nu bij. „Ja, in de
aanvankelijke plannen is iets
veranderd," aldus de heer Vis
ser, „In Zaandam is de koelcel
voor gekoelde dagartikelen na
melijk van voldoende capaci
teit om de voor de komende
jaren verwachte groei op te
vangen.
Daarom komt er in Tilburg
nu alleen een DDC voor
ongekoelde produkten. Het
pand wordt echter zodanig ge
situeerd, dat het de bouw van
een definitief DDC met koel
ruimte niet in de weg zal staan.
Daarom heeft het nu te bou
wen DDC een tijdelijk karakter,
althans als DDC. In de toe
komst willen wij dit gebouw
gaan gebruiken als fustopslag
plaats met een schoonmaakafde-
ling voor het standaardfust."
De heer Visser -denkt, dat men
wel zo'n vier jaar verder zal
zijn, voordat het zo ver is.
Capaciteit
In het nieuwe DDC zal men
volgens de ramingen in de loop
van- volgend jaar komen tot
een omzet van 100.000 colli per
week, evenveel als Rotterdam
en Eindhoven nu samen halen.
Maximale capaciteit: 120.000
colli. De oppervlakte van DDC
Tilburg wordt 5000 m-, waar
van 1000 m2 voor opslag van
standaardfust. Het pand wordt
7 meter hoog en zal zijn voor
zien van 10 laad- en losdeuren.
Door „laadkuilen" komt de
vloer van de auto daarbij op
het niveau van het DDC.
De bestaande steundiensten
van Rotterdam en Eindhoven
zullen straks bij de totstandko
ming van de „operatie-Tilburg"
worden opgenomen in dezelfde
sectoren, die daar al zijn: admi
nistratie, onderhoud, kantine,
transport enz. Daarnaast zal
men in het nieuwe DDC zono
dig gebruik maken van de be
schikbare mensen in het krui
deniers warenmagazijn van Til
burg.
Ahold N.VT"
Oplaag 30.000
Verschijnt 9x per'jaar
31e jaargang no. 6
oktober 1974
Hoofdredactie: Afd.
Public Relations
adres: Ankcrsmidplein 2,
Zaandam
Tel. 075 - 59 30 26
Kamer 1719
Van Dun
een bedrijf gedecentraliseerd,
dan moet de structuur van de
ondernemingsraden die decen
tralisatie weerspiegelen. Voor
Ahold NV betekent dit, dat het
zwaartepunt van de overleg
structuur aan de voet, dus bij
de ondernemingsraden hoort te
liggen.
De Centrale Ondernemings
raad dient zich meer beleidsvor
mend op te stellen dan zich met
dagelijkse operaties bezig te
houden.
Het Bureau Ondernemings
raden is een centrale instantie
die erop toeziet dat de struc
tuur van de onderneming en
die van de ondernemingsraden
parallel lopen. Wanneer de or
ganisatiestructuur van de onder
neming verandert, bekijkt het
Bureau of en zo ja welke con
sequenties dit heeft voor de
ondernemingsraden. Dit laatste
is onlangs nog aan de orde ge
weest toen de Detailhandels-
groep opnieuw werd georgani
seerd. Een studie over de ge
volgen voor de overlegstructuur
door het Bureau was het resul
taat."
Doelstelling
„Deze studie is erop gericht
geweest de betrokken onderne
mingsraden logischer te groepe
ren naar de bestaande activitei
ten. Een positief punt zal zijn,
dat het ook voor de achterban
duidelijker wordt de weg te
vinden in de overlegstructuur.
Deze studie komt binnenkort
aan de orde in de Centrale
Ondernemingsraad," aldus de
heer Van Dun.
Een andere taak van het
Bureau ziet hij in de begelei
ding van de ondernemingsraden.
„Voorkomen moet worden dat
de Centrale Ondernemingsraad
als een soort klachtenbureau
gaat fungeren. Problemen mo
gen niet al te gemakkelijk wor
den doorgeschoven. Wij zijn er
voor om de competentiegebie-
den van de ondernemingsraden
af te bakenen."
Een heel duidelijke taak krijgt
het Bureau met betrekking tot
de opleidingen van zowel leden
als voorzitters van de onder
nemingsraden. „Elk bedrijf heeft
zo z'n eigen filosofie over een
ondernemingsraad. Binnen die
ondernemingsraden moet men
het over principe-zaken met
elkaar eens zijn. Daarom dienen
de leden en voorzitters van de
ondernemingsraden vanuit de
zelfde visie op het OR-werk te
worden opgeleid.
Het Bureau wordt bezet door
mensen die beschikken over de
know-how. waarvan de onder
nemingsraden kunnen profite
ren.
Hr. Van Dun: „Veel werk
voor dit bureau wordt verzet
door de heren Brandsma en
Ypma.
Over de taakverdeling binnen
het bureau werd reeds in het
vorige nummer van Flitsen ge
schreven.
Ypma
Bij deze verdeling is aanslui
ting gezocht bij de werkzaam
heden die ieder van ons heeft
binnen de CPD.
Zo ligt het accent van de
werkzaamheden van de heer
Brandsma binnen het Bureau
OR op het terrein van beheer
en bij de heer Ypma op het
terrein van beleid.
Door mijn landelijke kontak
ten (bijv. VNO) blijf ik op de
hoogte van de visie van zowel
werkgevers, vakbonden en over
heid. Hierdoor zijn we gedrieën
in staat om nieuwe ontwikke
lingen te vertalen in de beteke
nis die zij kunnen hebben voor
de overlegstructuur van Ahold."
„Samenvattend zou ik willen
zeggen dat de betrokkenheid
van het personeel bij de be
drijfsleiding groeien kan door
het werk van de ondernemings
raden. Daarbij te helpen is de
taak van ons bureau."
De heer Visser stipt nog een
naar zijn mening niet onbelang
rijk punt aan: de sfeer. Hij zegt
daarover: „In een kleiner dis
tributiecentrum is vaak een
specifieke sfeer. Iedereen kent
iedereen. De steundiensten zijn
dan ook werkelijk een onder
steuning van de dagelijkse
werkzaamheden, die de flexibi
liteit en de kwaliteit van het
werk ten goede komen. Het zal
de taak van de heer H. Büscher
(hoofdchef DDC Zuid) zijn om
die aparte sfeer van Eindhoven
en Rotterdam ook in het grote
re geheel van Tilburg te hand
haven. Ik heb er alle vertrou
wen in dat dit zal gelukken."
De heer Visser zegt tot slot te
hopen dat de gezinnen die be
reid zijn en het aandurven naar
Tilburg te gaan, zich spoedig
in Brabant thuis zullen voe
len.
Met een gemiddelde wandel
pas van 6 km per uur beent de
63-jarige AH-er J. Rijbroek in
zijn vrije tijd door het leven.
Volgens de BL van ons filiaal
in Venraij, waar "onze Jan"
medewerker is in magazijn en
winkel, weet de heer Rijbroek
diezelfde gang er tijdens het
werk in te houden.
Maar hij ls dan ook niet voor
niets lid van de wandelvereni
ging Venraij "Willen is kun
nen". De heer Rijbroek die
sinds 1954 voor AH werkt,
wandelt nu al tien jaar voor
zijn plezier. En hoe! Dat be
wijzen deze cijfers: zesmaal
deelgenomen aan de Vierdaag
se, wat hem al vijf zilveren
medailles en de laatste keer de
ze zomer het zilveren kroontje
bezorgde. Deze trofeeën ge
voegd bij de zestig medailles
die hij bij andere wandeltoch
ten in de wacht sleepte, getui
gen wat je noemt dat hij de
wandelkunst terdege verstaat.
Tot slot nog een imposant ge
tal van recente datum: tussen
maart en juli van dit jaar liet
de heer Rijbroek in totaal over
670 km voetstappen achter zich.
Onze AH-wandelaar (midden) tijdens de laatste vierdaagse.
J. Rijbroek