Succes achter Miro-formule Man of vrouw- werk is pr r i pagina 6 Flitsen Vervolg van pag. 1 De oorspronkelijke opzet, toe gepast in Vlissingen en in sep tember 1971 ook in Maastricht, hield in dat een Miro nonfood bedrijf en een AH-food winkel onder de naam „Miro Center" als tweeling onder één dak wer den samengebracht. Die opzet, gekozen om mede te steunen op de goede reputatie van de AH- Supermarts, bleek in de prak tijk niet ideaal. Vooral ook we gens de afzonderlijke kassa partijen voor food en non-food waardoor de klant, die in beide afdelingen inkopen deed, twee maal moest uitchecken. Een huisvrouwenpanel geleid door psycholoog De Jong en een marktonderzoek kwamen tot de eensluidende conclusie dat food en non-food geheel in een nieuwe Miro-vorm moesten worden geïntegreerd met- het zelfde discount-image en met één enkele check-out. Die aan gepaste Miro-formule werd niet meer zbw genoemd (het woord „warenhuis" bleek toch een te stoffige klank te hebben), maar hypermarkt, een gloednieuwe term steunend op het reeds als vooruitstrevend bekendstaande begrip supermarkt. vormen een groter probleem omdat zowel in de sector non food als in de food op het punt van vergelijkbare merk artikelen een steeds scher pere prijzenslag tussen de diverse bedrijven is ontstaan, die de marges vaak beneden aanvaardbare minima dreigt te drukken. Dat gebeurt in een toenemend tempo. Anderhalf ja'ar geleden hadden de dis counters nog maar 5% van de Nederlandse food-omzet aan getrokken; nu 25%. Ook op het gebied van duurzame gebruiks goederen zoals koelkasten, was machines, TV's, andere elektro nische artikelen en foto-appa- ratuur, signaleert de heer Kruft een soortgelijke ontwikkeling. Normering Om het publiek te blijven trekken moeten de Miro's zorg- Leeuwardenvictorie Leeuwarden werd op 22 maart '72 de eerste Miro Hyper- markt en boekte prompt het dubbele van de openingsomzet, die Vlissingen een jaar tevoren te zien had gegeven. Uiteraard kregen de volgende vestigingen: Nijmegen (27 september 1972), Purmerend (28 maart 1973) en Beek (25 september 1973) het zelfde model, terwijl inmiddels Maastricht in oktober 1972 en Vlissingen in februari 1973 ook tot hypermarkten werden om gevormd. Sindsdien stegen de resultaten boven de verwach tingen, mede door het groeiend pakket van bijkomende dien sten, waartoe behalve het ben zinestation, de koffiecorner, de sleutel- en hakkenbar en de ge- distilleerdmarkt ook shops voor doe-het-zel vers, autobanden sta tions en (in Beek) een moder ne autowasstraat met een uur capaciteit van 40 a 50 wagens gingen behoren. De doe-het- zelf shops bleken zo'n succes, dat Miro ze sinds vorig jaar ook als zelfstandige eenheden, ge ïntegreerd in andere grootwin- kelvestigingen of -centra als "Jobby's" is gaan exploiteren. Rendement Elke nieuwe winkel vorm heeft een aanlooptijd nodig en die hebben de Miro's nu wel achter de rug. Volgens de heer Kruft moet voor verdere opvoering van het rendement nog meer harmonie komen tussen de drie kernelementen: omzet, marge en kosten. Wat de omzet betreft heeft hij weinig zorgen over het assortiment. Dat is steeds beter geworden en de Miro's komen uitstekend tegemoet aan wat het publiek vraagt. De marges KLANT WORDT KRITISCHER Vergeleken bij een jaar geleden is er een duidelijke zwenking gekomen in het consumentengedrag. Waar schijnlijk mede onder de invloed van de oliecrisis let de klant voor levens middelen en kleding veel meer dan vroeger op de prijs, maar bij duurzame gebruiksgoederen staat nu de kivaliteit voorop. Dat blijkt nu ook weer uit een recent onderzoek van een Westduits groot winkelbedrijf, dat consta teerde dat 79% van zijn klanten kritischer koopt dan tot medio '73. 81°/» let meer dan voorheen op de prijzen en 40% wil in het algemeen minder uitgeven. In de textielsector werd veel meer goedkopere kle ding verkocht en ook in de levensmiddelen viel een duidelijke voorkeur voor lager geprijsde artikelen waar te nemen. Daarentegen daalde de omzet van goedkopere koelkasten sinds midden vorig jaar met ruim één derde, terwijl er tweemaal zoveel drie-sterren koel kasten werden verkocht. Eenzelfde tendens consta teerde men bij de bontjas sen zo gingen er 40% méér dure nertsen over de toonbank. Miro verkoopt (nog) geen bont, maar voor het overige deed men de laat ste twaalf maanden soort gelijke ervaringen op. vuldig de laagste prjjzencatego rie aanhouden en dat kan alleen door uiterste kostenbestrijding, welke de heer Kruft momen teel de grootste opgaaf noemt. Vooral de personeelskosten moeten verder worden beperkt door nog betere werkmethodie ken, grotere betrokkenheid van de medewerkers en uitgekiende planning. In de keten van cen trale directie via algemeen be drijfsleider naar verkoper zijn de afdelingschefs volgens de heer Kruft de sleutelfiguren. Zij moeten de richtlijnen, die in het kader van de aan de gang zijnde „normering" wor den opgesteld, in de praktijk brengen. De afdelingschef staat in het krachtenveld tussen klan ten, personeel en goederen en hij is de man, die het uiteinde lijk moet „maken" door de werkzaamheden zodanig in te delen, dat met een minimum aantal mensen een maximum wordt gepresteerd. De heer Kruft heeft dan ook bij een recente tournee langs alle Miro'-filialen speciale aan dacht besteed aan de motiva tie van de afdelingschefs als „hoekstenen van het Miro-ge- bouw". Voor hen is ook een jaar lang gewerkt aan een speciale cursus die o.m. tot doel heeft, de kostenbeheersing (overigens zonder afvloeiing van perso neel) op korte termijn te ver volmaken. In de afgelopen drie-en- een-half jaar heeft de Neder landse consument duidelijk „ja" gezegd, tegen de Miro. Politiek Inmiddels zijn ook de politi ci zich gaan bemoeien met de opkomende nieuwe grootwin- kelvormen buiten de stads centra, waarvan de Miro's de eerste verwezenlijking zijn. Er is een interdepartementale com missie gevormd, er is een rap port uitgebracht en daarna een beleidsnota en men heeft er in de Tweede Kamer vurig over gedebatteerd. Gelukkig kwamen de Miro's er veel beter af dan plannen van concuiajenten voor „weiland-warenhuizen", die niet zoals onze hypermarkten aan bestaande rondwegen of in nieuwbouwwijken zijn gepro jecteerd. Maar ook voor elke nieuwe Miro zal een „distribu tie-planologisch onderzoek" worden voorgeschreven alvo rens de autoriteiten toestem ming voor zo'n vestiging mogen geven. Toch zal nog in deze maand de bouw beginnen van een zevende Miro, die in sep tember 1975 in Zutphen zijn poorten zal openen. Meer functies Door de problematiek rond dit soort vestigingen zijn er sinds 1971 veel minder Miro's in bedrijf gekomen, dan aanvan kelijk in de bedoeling lag. Ei genlijk hadden er nu reeds min stens een dozijn moeten zijn. Het centrale apparaat, dat Ahold voor deze sector in het leven riep, was berekend op dat grotere aantal. Om dat apparaat nu toch intensief te kunnen ge bruiken heeft men het extra functies gegeven. Zo verzorgen de Miro-merchandisers ook de inkoop van non-food artikelen voor andere AH-bedrijven zoals supermarts met warenhuisaf deling, Lita's en PMC. Boven dien opent Miro behalve hyper markten steeds meer Jobby's: op 28 augustus kwam er weer een bij, die deel uitmaakt van VBM's nieuwe Nettomarkt in Bergen op Zoom. Maximale efficiency Zo wordt op alle niveaus kei hard gewerkt om Miro tot een steeds bloeiender tak aan de Ahold-boom te maken. Zo zal in Zutphen een nog verdere ver eenvoudiging van het bevoor radingssysteem worden toege past, waarbij nog meer dan voorheen, bij het opstellen van de artikelen in de winkel, ge bruik zal worden gemaakt van de wijze waarop de leveran ciers hun goederen afleveren. Op die distributie-techniek zal de in Zutphen te installeren winkelinventaris worden afge stemd. Ook deze ontwikkeling past in het Miro-streven om tus sen producent en consument een zo efficiënt en goedkoop moge lijke schakel te zijn. Hel is interessanter er over een jaar of twee eens over te praten. Dan zal ik zeker niet meer de enige zijn en dan kan bovendien worden aan getoond wat ik ervan ge maakt heb". Dat zegt mevrouw M. A. Weverink, AH's eerste vrou welijke bedrijfsleider in een supermart. SMBL-ster dus. Zijzelf vindt het geen onder werp om er een woord aan te wijden, laat staan erover te schrijven. Motief: wat maakt het uit of je man of vrouw bent op zo'n post; het werk moet goed zijn, daar gaat het om. Toch heeft haar benoe ming wel enige reakties op geroepen; schokeffektjes en verbazing, een nadrukkelijk afwachtende houding en een pose van „ze moet eerst maar eens laten zien wat ze kan". Zowel bij de mede werkers als bij de klanten in die SM aan de Drieslag in Arnhem-zuid. Of ze het ooit zelf ver wacht had? „Toen ik bij AH begon zeker niet, maar langzaam maar zeker is mijn werk die richting opgegaan". Loopbaan Zestien jaar geleden begon mevrouw Weverink in een bedieningszaak in haar ge boorteplaats Deventer. Ze werd caissière toen de zaak werd omgebouwd tot ZB; ze werd hoofdcaissière in een SM; verving afdelingschefs op hun vrije dagen en SMBL Hoendervangers stelde haar tenslotte aan als zijn plaats vervanger. „Men zag iets in haar", zoals dat heet. Er volgde twee jaar kaderclub, er kwamen stages en sinds begin dit jaar is ze BL in die Arnhemse SM met 25 vaste medewerkers en ruim 40 parttimers. De klanten van de onge veer vier jaar bestaande zaak werden per brief op de hoogte gesteld van de aanstelling van een vrouw als BL. De reakties lagen meestal in de sfeer van „hé, wat leuk" en er was zelfs een klant, die de Arnhemse Cou rant opbelde, die er een ver slaggever op af stuurde. „Die heb ik doorgestuurd zegt ze, „ik hoef niet het middelpunt te zijn, ik zie trouwens helemaal niet in wat er voor bijzonders aan is dat een BL een vrouw is". Een bliksemenquête onder de medewerkers leert, dat er toch over die benoeming ge sproken is. Administratrice Truus Mimdi: „Het was vreemd omdat je het niet gewend was, maar ze heeft zich vol komen waar gemaakt. Ze stelt zich geweldig op, ze zegt bij voorbeeld „zo zïe ik het en hoe zien jullie het". En eerste assistent slager C. Büchner zegt uit de grond van z'n hart dat het hem honderd procent is meege vallen. „Ik moest erg aan het idee wénnen, maar nu zeg ik „waarom niet". Het is een goeie". Aanpak De „goeie" pakt de zaken aan als van iedere BL wordt verwacht. Iedere ochtend praat ze met het manage ment-team, bestaande uit chef slager; hoofdcaissière, administratrice en sektor- chef houdbaar en vers en altijd staat ze open voor sug gesties. Een dagindeling is er uiteraard niet. „Die kun je wel maken, maar is toch niet uitvoerbaar. Iedere dag is anders en iedere dag moet je anders improviseren. Wel streef ik ernaar om op don derdag, vrijdag en zaterdag zoveel mogelijk in de winkel te zijn, want het kontakt met de klanten vind ik erg be langrijk". Via-via hoorde ze dat een klant had rondverteld, dal er op zaterdag „een vrou welijke agent in burger" door de zaak liep. Een an dere klant vroeg liaar „waar om hangt u nog niet", daar mee doelend op het bord met foto in de filialen. Ze zegt: „Door de oliecrisis is het er nog niet, voor mij hoeft het trouwens niet, maar ik kan me voorstellen dat de klan ten het prettig vinden". ■fa Mw. M. A. Weverink Inbreng Over het werk: „Het is fijn werk. De afwisseling en verantwoordelijkheid trek ken me aan". Het minst aan trekkelijke vindt ze de ver gaderingen buiten het fili aal. Noodzakelijk, dat wel, maar ze hoopt niet dat het er al te veel gaan worden. Ze is het liefst in de winkel met haar klanten en mede werkers. Over de laatste zegt ze: „Je werkt met ze en tus sen ze en toch moet je de stimulerende en corrigeren de figuur zijn. Overigens vind ik dat ze de winkel niet voor elkaar moeten maken omdat ik het zo graag wil, maar omdat ze zelf inzien dat het moet". Mevrouw Weverink is 32 jaar, waarvan 16 jaar er varing in AH-winkels. Als vrouw weet ze, hoe belang rijk het is de winkel schoon te hebben („dus sta ik daar op"); als voormalig caissière weet ze wat voor paniek er kan zijn als een artikel niet geprijsd is. Het zijn maar twee voorbeelden, die ertoe kunnen leiden dat ze „goed kwaad kan worden" als het niet in orde is. Die houding draagt mede bij tot dat ge bundelde oordeel van de medewerkers: „Ze kan heel fanatiek zijn, maar ze weet haar visie te argumenteren en ze heeft ook oor voor de argumenten van anderen".

Personeelsbladen | 1974 | | pagina 6