Minimumloon
Vizier op
Albert
Heijn
Super Center-start
Albert Heijn met ijzersterke ijzers in vakantievuur '74
Uit perifere ervaring..
IfjMMllIlt!
Flitsen Landelijk februari 1974
flitsen 00
personeelsblad
ahold n.v.
31-ste JAARGANG No. 1 februari 1974
REISOMZET NU AL
40 PROCENT HOGER
Olieboycot en energie-crisis ten spijt is men bij Al-
bert Heijn Reizen optimistisch ten aanzien van het va
kantie-seizoen 1974. „Onze boekingen", aldus general-
manager C. Pieters. „op ons uitgebreide vlieg- en tou
ringcar-programma bedragen nu reeds 40 procent meer
dan in de vergelijkbare periode van hel seizoen 1972/'73.
Zoals op 22 januari j.l.
door de Raad van Bestuur
werd medegedeeld, zal bjj
Ahold n.v. het wettelijk mi
nimum jeugdloon met te
rugwerkende kracht tot 1
januari 1974 worden toege
kend.
Voor full-timers bedraagt
dit loon per periode:
22 jaar
21
20
895,60
823,20
750,40
19 678,20
18 605,20
17 532,80
16 368,—
bij een 4-daagse werk
week.
15 „309.42
bij een 4-daagse werk
week
De wet op het minimum
loon geldt niet voor part
timers, die per week 14
uur of minder werken.
Gesteld is reeds, dat de lei
ding van Ahold en de werk
maatschappijen op het gebied
van de detailhandel de nieuwe
wettelijk voorgeschreven mini
mum jeugdlonen een alleszins
billijke zaak vindt.
9 Streven
Het streven is er de laatste
jaren duidelijk op gericht ge
weest de jeugdlonen extra te
verhogen en dit is ook gebeurd.
Deze geleidelijke ontwikke
ling was noodzakelijk omdat er
een strak prijsbeleid is gevoerd
en ook de konkurrentiestrijd
beperkingen oplegde.
Met name in de levensmidde-
lensektor is de prijsontwikke
ling achtergebleven bij de totale
prijsontwikkeling, hetgeen moge
blijken uit de volgende cijfers:
1964
1965
1966
1967
1968
1969
197.0
1971
1972
1973
Gezins
con
sumptie
100
104
110
113,8
118
126,8
132,4
142.4
154,3
164.5
AH.
kruide
nierswaren
100
104,1
108.6
109,9
111.7
113,3
117,3
122.3
127.4
134,1
De ibrupte invoering van mi
nimum jeugdlonen per 1 januari
1974, waarvan de kosten slechts
voor een derde in de prijzen
mogen worden doorberekend,
heeft de detailhandel dan ook
aanleiding gegeven kollektief
een dispensatie aan te vragen.
De dispensatie-aanvraag was
erop gericht tot een geleidelijke
invoering te komen.
Zie vertier pag. 8
Op verzoek van
de ministers van
Economische Zaken
en van Volkshuis
vesting en Ruimte
lijke Ordening zijn
destijds een rapport
en een advies sa
mengesteld als ba
sis voor een toe
komstig beleid ten
aanzien van zelf
bedieningswaren
huizen buiten (de
winkelgebieden „pe
rifere detailhandels
vestigingen").
De bijzondere
Tweede-Kamer
commissie die deze
stukken bestudeert,
heeft gevraagd,
commentaar daarop
kenbaar te willen
maken.
Ahold N.V., die
met haar Miro-hy-
permarkten als eni
ge in Nederland
reeds jaren erva
ring heeft met zes
van dergelijke ves
tigingen heeft hier
op gereageerd met
uitvoerig gedocu
menteerde kritiek
op een aantal be
langrijke punten.
O.a. wordt gesteld,
dat men zich slechts
op (veelal verouder
de) literatuur ba
seert en niet op de
praktijk, terwijl de
mening van de con
sument niet tot uit
drukking komt.
De conclusie van
Ahold luidt: „In
dien het regerings
beleid het onderha
vige rapport en ad
vies zou volgen,
dan zou op grond
van een nog geens
zins uitputtend on
derzoek de natuur
lijke ontwikkeling
van een uit de
praktijk gegroefde
en elders reeds ge
accepteerde detail
handelsvorm ern
stig worden belem
merd."
De heer A. Heijn verscheen 21
januari jl. op het scherm om
in Avro's aktualiteitenrubriek
„Televizier Magazine" zijn visie
als ondernemer te geven op de
verwikkelingen op het prijzen-
front. De heer Heijn zat daarbij
aan één tafel met NVV-voorzit
ter W. Kok (rechts) en opper-
consumente, mevrouw Fransen
(hier uit het beeld). Gedrieën
gingen zij in op brandende vra
gen van interviewer E. Peere
boom (links). De heer Heijn was
onder meer van mening dat, door
de huidige prijsontwikkeling, de
„liquiditeitspositie van de de
tailhandel aanmerkelijk in ge
vaar wordt gebracht". Het
laatste woord is hierover voor
lopig niet gezegd; de krant staat
er dagelijks vol van
(Zie voor1 een tweedeinter
view met A. Heijn pag. 2)
e.
Drs. J. P. Vcrkuyl, ABL Miro-Beek, gereed voor het start
sein van een der Limburgse wielerronden. (Zie ook pag. 8)
De start van ons gloednieuwe
au to-programma „Quo Vadis"
verliep aanvankelijk wat min
der gunstig, omdat het uitgere
kend gelanceerd werd in een
periode, waarin de energiecrisis
elke dag opnieuw vette koppen
op de voorpagina's van onze
kranten haalde. Begrijpelijk,
dat de vakantiegangers-in-spé
door die stroom van negatieve
en alarmerende berichten steeds
huiveriger werden en zich be-
gopnen af te vragen, waar ze
straks in Europa zouden stran
den met hun lege benzinetank.
Zie verder pag. 11
De jeugdlonen in de detail
handel hebben door de diskus-
sies rondt m het minimum
jeugdloon grote aktualiteit ge
kregen en het is zeker nuttig
over het ontstaan en de ont
wikkelingen in onze onderne
ming zoveel mogelijk openheid
te betrachten.