Eerste Restaurant-OPW kenmerkte
zich door groot enthousiasme
Ter gelegenheid van
VERHOUDING KLA
IN LOOP
tachtigjarig bestaan
NT EN KRUIDENIER
DER TIJD
AC Zevenaar kampioen 1967
Dr
De heer F. Brinkkemper
vierde 25-jarig jubileum
"y/an 27 februari t/m 22 april hebben de teams van alle
Albert's Corners en Wimpy's, de Formosa Restaurants,
Restaurant de Walvis en de VAMI Lunchroom kunnen laten
zien wat zij waard zijn. Gedurende deze acht weken deden
zij mee aan de eerste Restaurant OPW, een wedstrijd die
gekenmerkt werd door een bijzonder groot enthousiasme.
Voor de prijsuitslag in deze
eerste grote team-wedstrijd
voor de restaurants werden
alle managers met hun echt
genotes uitgenodigd om op 11
mei naar Zaandam te komen.
In het Ontspanningsgebouw
werden zij door de heer G. J.
Hermanides directeur van
Formosa n.v. welkom geheten.
Natuurlijk zat iedereen in
spanning te wachten op de
uitslag. Wie gaan de drie prij
zen winnen? Maar het ant
woord hierop zou pas 's mid
dags om 4 uur komen. Er
^er gelegenheid van het tachtig jarige bestaan van het
bedrijf heeft Albert Heijn N.V. een boekje uitgegeven
ten behoeve van zijn medewerkers dat de verhouding tussen
klant en kruidenier in de loop der tijd tot onderwerp heeft.
Het bevat een schat van gezellige gegevens; het is vervuld
van de ,,geur van kruiderijen" die vroeger het interieur van
de kruidenierswinkel beheerste en het biedt inzicht in de
grote en merkwaardige rol die de kruidenier heeft gespeeld
in de maatschappij (en dat nóg doet).
Geen jubileumboek
in gebruikelijke zin
Het jubileumboekje „De geur
van kruiderijen" dat uit
gegeven is ter gelegenheid van
de herdenking van het tach
tigjarige bestaan van Albert
Heijn N.V. (en geschreven
werd door A. Duif) is nu eens
geen jubileumboek in de ge
bruikelijke zin: het geeft ge-en
historisch overzicht van de
groei van het bedrijf. Men zal
er geen vergeelde foto's van
oude fabriekspanden, groepen
arbeiders, besnorde direc
teuren en notariële akten in
vinden. Dat maakt het boekje
meteen al anders. Daarbij
komt de fraaie uitvoering die,
in niet geringe mate, berust
op de harmonische vormge
ving en het stijlvolle, sfeer-
rijke illustratiewerk van teke
naar Otto Dieke (zelf stam
mend uit een kruideniers
milieu).
„De geur van kruiderijen" dat,
aan de acht duizend medewer
kers van het bedrijf zelf wordt
aangeboden als kleine herin
nering aan een succesvolle pe
riode van opbouw en consoli
datie, geeft een prettig over
zicht van de verhouding tus
sen klant en kruidenier zoals
die zich heeft ontwikkeld in de
loop der eeuwen.
Interieur
Het is wel duidelijk dat deze
benadering van het onder
werp de auteur in staat stelde
allerlei menselijke trekjes naar
voren te brengen (van zowel
de klant als van de kruide
nier) en hem tevens de gele
genheid gaf het oude inter
ieur van de voormalige krui
denierswinkels zoals velen on
zer (ouderen) die nog wel ge
kend hebben, eens nader te be
kijken. Het was een interieur
dat gevuld was van de vele
geuren der artikelen die, meest
al in open bakken, aanwezig
waren; dan stond er altijd een
vat petroleum; er lag kaas en
van de zoldering hingen de
hammen en de zijden spek. Er
werd niet alleen koffie ge
brand in de oude winkels maar
ook werd die koffie (met de
hand!) gemalen in fraaie rode
of saaigroene koffiemolens
met koperen reservoirs erop.
En dan waren er de blikken:
ofwel in houtkleur geschilder
de vierkante zoals die welke
men nog wel eens ziet in oude
banketbakkerszaken ofwel
mooie gekleurde die dan een
cijfer droegen en gesloten wer
den met een sierlijk gevormde
deksel. En op de schappen
stonden ook de suikerbroden.
Wie kent ze nog die kegel
vormige witte „broden" die
omwikkeld waren met saai-
blauw papier? Ze zijn vrijwel
geheel verdwenen in ons land;
het blijkt dat ze b.v. in Afri
kaanse landen nog wel ge
bruikt worden: ze zijn ge
makkelijker te vervoeren op
het „schip der woestijn" de ka
meel, dan losse suiker.
We lezen in „De geur van
kruiderijen" dat wij, rond de
eeuwwende, beschikten over
vrijwel dezelfde grondstoffen
als de oude Romeinen: Met
andere woorden: sinds het be
gin van de jaartelling was er
maar heel weinig veranderd
aan de voeding van de mens.
Dat verklaart dan ook dat de
kruidenier, een eeuw geleden
b.v., nog maar een kleine 100
artikelen in zijn winkel ver
kocht (nu zijn het er ruim
4000! En dan nog alleen maar
levensmiddelen; de supermarts
verkopen ruim 7000 artikelen)
In 1950 waren het trouwens
nog „slechts" 1000. En toen
l had hij vaak toch ook al de
produkten die voordien niet in
I zijn winkel kwamen en die an-
deren verkochten in eigen win
keltjes, aan zich getrokken.
Bedoeld zijn de mosterdmaler,
de zeepzieder, de grutter, de
kaarsenmaker etc. Dat uit
breiden van zijn assortiment,
dat pas in de loop van de vo
rige eeuw begon, was een ge
volg van maatschappelijke
veranderingen.
Uitbreiding
Een verbetering van de eco
nomische toestand als gevolg
van de z.g. „industriële revo
lutie" (de inwerkingstelling
van machines) maakte zijn
klantenkring groter en noopte
tot uitbreiding van het aantal
artikelen. Want vroeger was
hij eigenlijk altijd alleen maar
kruidenhandelaar geweest en
eeuwenlang werkte hij parallel
met de apotheker ofwel potte-
caris die ook in kruiden deed
maar dan meer in medische
richting. We lezen dat de apo
theker pas in 1865 geheel „los"
kwam van de kruidenier en
toen bij de wet werd erkend en
beschermd. Thee was altijd
een belangrijk artikel van de
kruidenier geweest; koffie
werd dat ook en natuurlijk ook
de koloniale waren werden zijn
terrein.
Veranderingen
De vorige eeuw is het toneel
geweest van enorme maat
schappelijke veranderingen: de
verschrikkelijke armoede die
in de eerste helft (en daar
voor) heerste en waarover b.v.
Dickens zo boeiend schrijft,
werd geleidelijk-aan opgehe
ven door economische verbe
teringen. Het gevolg was dat
de armen van voorheen in be
tere doen kwamen >en einde
lijk eens begonnen te eten
waar zij lust in hadden. Daar
bij kwam de industriële ont
wikkeling: er kwamen fa
brieken die merkartikelen
gingen verkopen. Er kwam
jam en marmelade en hagel
slag en zelfrijzend bakmeel en
maizena en aardappelmeel en
custard en havermout en pud
dingpoeder en bouillonblokjes
en margarine en blikconserven
en limonade en korstloze kaas
(pas in 1920!) en nog tien
tallen andere dingen meer en
de kruidenier moest meedoen.
Want: de coöperaties verkoch
ten al die artikelen en, hier en
daar, begonnen initiatiefrijke
mannen ook al grootwinkelbe
drijven. Zo zien we het inte
rieur (en de functie) van de
kruidenier veranderen: de
voorverpakte artikelen deden
hun intrede en er moest plaats
voor worden gemaakt. In En
geland blijkt eens onderzocht
te zijn hoeveel artikelen er
jaarlijks aan supermarkten
worden aangeboden. Het bleek
dat jaarlijks 610 aanbiedingen
worden gedaan; van de 400 die
ervan op de markt verschenen
sloeg 80 percent niet aan. In
ons land is de toestand dezelf
de: het assortiment is astro
nomisch uitgebreid!
Invloeden
In ..De geur van kruiderijen' wor
den de gewoonten van consument,
die hun invloed hebben doen gel
den op het assortiment, boeiend
uiteengezet. Men leest, dat waar
vroeger de kruidenier alleen le
verde wat het gezin niet op eigen
land verbouwde afgezien van het
vlees en de vis dus), hij later in
de tweede helft van de vorige
eeuw genoodzaakt was reke
ning te gaan houden met geheel
andere klanten. De stadsbevolking
breidde zich enorm uit in die tijd
en dat betekende, dat de kruide
nier een steeds grotere taak kreeg;
de mensen hadden geen eigen stuk
je grond meer. En de rijke
klanten werden aangevuld met
goedverdienende arbeiders; ook zij
konden zich iets veroorloven!
Ook het kind begon aandacht
te krijgen. Vroeger was het
kind maar een bijkomstigheid
geweest; in het begin van deze
eeuw kreeg het echter „stem".
Nieuwe klant
Het begon, net als de vrouw
trouwens, rechten te krijgen. En
dat betekende dat de fabrikant
zich met hem ging bezig hou
den. Hij werd „klant"! En dat
verklaart het geboren worden
van Ot en Sien en van Arretje
Nof en Flipje het Fruitbaasje
en van Pijpje Drop en Pietje
Pelle met zijn Gazelle en nog
veel meer van dergelijke fi
guurtjes. Het bleek dat het
kind een goede markt was.
Het gevolg was dat de krui
denier zich ook op het kind
moest gaan concentreren. En
dan de baby! Er was vroeger
alleen kindermeel. Niets meer!
Tot ook de baby in de aan
dacht kwam van de industrie.
Toen zwol de stroom (uitste
kende!) babyvoedingen aan
tot de 50 van nu.
Ook de hond en de poes en de
kanarie werden klant van de
kruidenier. Dat blijkt wel uit
het aantal artikelen dat er
voor deze dieren voorhanden
is. Vroeger was er niets voor
de hond en de poes. Voor de
kanarie en de kippen was er
al gauw iets, maar poes en
hond moesten het heel lang
zonder doen of alleen met
speciaal „brood". Dat is nu wel
anders: er worden zeker vijftig
soorten en merken dierenvoe-
ding aangeboden in de win
kels. Zo verandert de consu
ment en zo veranderen zijn
eetgewoonten. De kruidenier
noet mee! Niet alleen de in-
ividuele kruidenier maar ook
de leider van supermarkten.
Assortiment
Neem de soepen eens. Voor de
laatste oorlog was er niet veel
meer dan wat soep-in-blik en
soep-van-blokjes. En nu? Nu
is er zeker een 80-tal! En de
zeep! In 1920 (zo lezen we in
het jubileumboekje) was er al
leen de zachte zeep, de vlok-
kenzeep en zeeppoeder. In
1952 kwamen er de synthe
tische wasmiddelen bij. Nu
kan men kiezen uit zeker 75
wasmiddelen. Zo kunnen we
doorgaan: de consument is to
taal veranderd en zijn eet-
en drinkgewoonten al even
zeer.
„De geur van kruiderijen" be
handelt, zoals men ziet, een
groot aantal aspecten van het
kruideniersvak. Het bespreekt
het ontstaan van de coöpera
ties van de Winkeliersver
enigingen, de inkoopcombina
ties en de grootwinkelbedrij
ven en toont aan, hoe onver
mijdelijk de verschillende
handelsbranches moeten ver
vagen en oorzaak worden van
het ontstaan van winkels
waarin men „alles" kan kopen
omdat de klant, het publiek
dat zo wil. Zo ontwikkelen zich
via de zelfbedieningszaken, de
supermarkten en de waren
huizen. Men meent weieens
dat Amerika de bakermat is
van de grootwinkelbedrijven
en de supermarkten. Dat
blijkt niet juist te zijn. In de
vorige-eeuwse ellende sloten
zich in Engeland groepen men
sen aaneen en vormden, met
idealistische bedoelingen
coöperaties. Deze coöperaties
nu zijn het voorbeeld geworden
van de grootwinkelbedrijven,
die immers werken met filia
len en een centrale inkoop, iets
dat de coöperaties het eerst
hadden toegepast. En het wa
renhuis? Het warenhuis is een
Franse uitvinding! Het komt
voort uit soortgelijke sociale
armoetoestanden als die wel
ke, in Engeland, de coöpera
ties en tevens de grootwinkel
bedrijven deden ontstaan. In
ons land ontstonden de eerste
grootwinkelbedrijven zo*n
tachtig jaar geleden; ze had
den de Engelse als voorbeeld.
Een ervan was dat van Albert
Heijn.
Commercie
Maar welke rol speelt Ameri
ka dan in b.v. de supermark
ten? Amerika's rol is een zui-
ver-commerciële: men heeft
daar het type winkel dat de
de supermarkt is heel snel we
ten te ontwikkelen tot een suc
cesvolle onderneming. Maar
men is er pas mee begonnen
toen, in Europa en in ons land,
de grootwinkelier allang zijn
aantal zaken aan het uit
breiden was. En Amerika
stichtte de supermarkten pas
toen het autopark zich zo uit
breidde dat men in de binnen- i
stad, niet meer kon parkeren; I
zo ontstonden de winkelcentra
buiten of aan de rand van de
steden. Men ziet bij ons het
zelfde. Zo is de kruidenier, van
middeleeuwse kramer, uitge
groeid tot machtig organisator
en bedrijfsleider.
stond eerst een bezoek aan het
Albert Heijn Distributie Cen
trum op het programma! Tij
dens een uiteenzetting over de
werkwijze van het DC door de
heren J. G. Krijt en P. J.
Goudriaan konden de managers
tevens even kennismaken met
de heren J. van Dijk en van
Dongen waarmee zij regelmatig
contact heben over hun be
stellingen. Na een korte rond
leiding in het DC ging men in
vlot tempo naar Amsterdam,
waar in de gezellige bar van
het Apollo Hotel het hoogte
punt van deze dag begon: de
prijsuitreiking.
In goede OPW traditie noemde
de heer Hermanides de Kam
pioen het laatst, maaar nu de
uitslag bekend is, zullen wij
ermee beginnen:
De kampioen
Kampioen in de eerste Res
taurant OPW werd het
team van de AC Zevenaar
onder leiding van de heer K. F.
Passet. Dat betekende voor
Zevenaar: 7500 waardepunten
per persoon. De heer K. F.
Passet mocht de zilveren wis
selbeker in ontvangst nemen
en de tickets voor een
vakantiereis van 7 dagen sa
men met zijn echtgenote naar
Parijs! Ook de gerants van de
AC Zevenaar kregen een
vakantietrip naar Parijs aan
geboden.
lirect op de Kampioen volgde
het team van de AC te
Enschede, dat onder leiding
van de heer P. Ruiter beslag
wist te leggen op de tweede
prijs: 5000 waardepunten per
persoon. De derde prijs werd
behaald door AC Lage Weide
onder leiding van de heer P.
Ph. Manasse, wat het team van
Lage Weide 2500 waardepun
ten per persoon opleverde.
Na de prijsuitreiking volgde
een bijzonder goed verzorgd
diner, waarbij bleek dat de
keuken van het Apollo Hotel
zich goed op bezoek van al die
„Horeca-gasten" had voorbe
reid!
Als laatste punt van het pro
gramma: een bezoek aan het
bekende Amsterdamse Cabaret
TINGEL TANGEL van Sieto
Hoving. De reis naar Tingel
Tangel werd gemaakt per
rondvaartboot, die met vaar
dige hand door de heer F.
Franke (manager van de AC
in Heerlen) werd bestuurd.
De O.P.W. sfeer was volledig aanwezig op de eerste restaurant-
O.P.W. dag.
Qp 23 april jl. vierde de heer
F. Brinkkemper zijn 25-
jarig jubileum. De heer Brink
kemper trad op 23 april 1942
in dienst van ons bedrijf en
werd geplaatst op de VA in de
laad- en losploeg. De eerste
vijf jaar heeft hij op deze af
deling naast de laad- en los-
werkzaamheden ook o.a. ge
werkt in de produktie van
kof f iesurrogaten
VTa de oorlog werd de heer
Brinkkemper overge
plaatst naar de meelzolder
van de koekbakkerij waar hij
nu twintig jaar werkzaam is
in de funktie van magazijnbe
diende. Ondermeer ontvangt
hij hier de meelprodukten voor
koekbakkerijen, maakt hij de
verzendingen klaar voor de
diverse afdelingen en verricht
hij indien nodig ook meng-
werk-zaamheden.
TTanzelfsprekend is deze dag
V voor hem niet ongemerkt
voorbijgegaan. In de hal van
het O.G. is de jubilaris met
z'n familie ontvangen, en na
mens de R.v.B. toegespro
ken door de hh. P. C. Vink,
A. Castelein, L. Heistek en na
mens het personeelsfonds door
de heer J. Peters, waarbij de
jubilaris cadeaus en envelop
pen met inhoud geschonken
werden. Wij hopen, dat de
jubilaris nog vele jaren in
goede gezondheid de zaak zal
kunnen dienen.