Het „nieuwe land" heelt niets onherbergzaams of primitiefs meer N.O.P. is pionierssiudium ontgroeid Drooglegging werd behoud voor Schokland 8 Sopermarts Inpoldering blijft een typisch Hollandse bezigheid ÏBgÈHUWD- AH-FLITSEN 7 en vooral welvareni Deze oucle peilschaal aan de voet van Schokland heeft zijn dienst gedaan en herinnert nu nog slechts aan een vaak woelig verleden. De Noordoostpolder is aan het pioniersstadium ontgroeid. Wie nog meent, dat hier slechts een open, kale vlakte te vinden is met hier en daar wat boerderijen en een enkel opkomend dorpje, zal deze mening direct moeten herzien. Want dit „nieuwe land", zoals de poiderbewoners het hardnekkig betitelen, heeft niets onherbergzaams of primitiefs meer, maar is modern, vriendelijk Als een vesting verheft het voor malige eiland Schokland zich boven het vlakke polderland. Tien dorpen liggen als een krans om deze hoofdplaats heen. Ook hier vindt men een strakke planologie, die er bijv. toe geleid heeft dat in één van de fraaie dorpen alle huizen en gebouwen, tot en met de kerken, platte daken heb ben. Men heeft soms wel eens de indruk, dat de mensen, die zich hier zijn gaan vestigen, van een soort goudkoorts bezeten zijn ge weest. Het nieuwe heeft weliswaar een grote aantrekkingskracht ge had, maar de meesten waren nuchter genoeg om te beseffen, dat hier door hard werken een goed bestaan verworven kon wor- In het zuidelijk gedeelte van de Noord-Oostpolder ligt het voorma lige eiland Schokland. Hoog ver heffen zich de eeuwenoude bomen boven het nieuwe land, dat nog maar ruim 20 jaar geleden op het water werd veroverd. De drooglegging is het behoud van Schokland geweest. Reeds in 1859 waren de bewoners geëvacueerd, omdat de vaak woeste Zuiderzee het eiland steeds terrein had ont nomen en zelfs met de volledige ondergang bedreigde. Het oude kerkje is behouden ge bleven en doet nu dienst als mu seum. Vele interessante vondsten uit het drooggevallen gebied heb ben hier een plaats gekregen en een bezoek aan de Noord-Oostpol der is niet volledig, zonder dit historisch en landschappelijk inte ressante plekje gezien te hebben. Want als men van hieruit over het wijde, nieuwe land uitkijkt, is er slechts weinig fantasie nodig om in het golvend graan een golvende zee te zien. Voor ons is Schokland dan ook nog steeds een eiland. Het aantal A.H.-supermarts zal in enkele maanden snel worden uit gebreid. In de loop der jaren zijn er in diverse delen van ons land reeds elf Supermarts geopend, maar nog voor 31 december van dit jaar zal dit aantal op 19 zijn gebracht. Bovendien zal A,H. dit jaar de grootste Super mart van ons land openen, n.l. in de Amsterdamse Helmholtzstraat, die tweemaal zo groot wordt als die in Rotterdam-Hoogvliet. Na Rotterdam-Hoogvliet in sep tember, Amsterdam-Helmholtz- straat in oktober, volgen Roosen daal (Nieuwe Markt), Nijm gen (Molenweg) en Hoogeveen (Hoofd straat) in november en Geleen (Rijksweg), Haarlem (Eksterstraat) en Arnhem (Van Muijlwijkstraat) in december. Tot de nieuwtjes in de A.H.- Supermarts zullen o.a. behoren textielhuishoudelijke artikelen een zelfwasserij met volautomati sche wasmachines, centrifuges en droogapparateneen stomerij- service; een grill-machine en pu blieke telefooncellen. 22-6: 27-6: 28-6: 28-6: 28-6: 29-6: 30-6: 4-7: 5-7: 5-7: 5-7: 7-7: 12-7: 12-7: 13-7: 13-7: 13-7: 18-7: 18-7: 19-7: J. v. d. Beek en J. v. d. Vlekkert, verkoopster 5529. H. Bos en M. W. Dirksen, verkoopster 7090. O. C. Brouwer de Kouing en W. Oosterom, verkoopster 5585. J. Fontaine en T. v. Tilborg, verkoopster 5658. J. H. Haak en C. Stam, ver koper 5561. J. de Fluiter en H. M. Vink, verkoper 7181. F. Szrama en C. Verduit, verkoopster 5580. P. Zoutendijk en J. L. M. Hofman, slager 1001. J. Verdaas en T. Landa, verkoopster 5580. M. Aerssens en G. v. d. Ber gen, verkoopster 7212. J. Blaauw en F. Kleve, ver koopster 5512. G. Tulp en K. Leunissen, ass.-chef 5641. L. Smolders en A. v. Vugt, slager 1004. J. E. v. d. Becïem en E. Veld huizen, groentechef 5585. J. v. d. Mee en B. Riemens, verkoopster 5581. J. J. M. Edelman en P. T. M. Lindeman, verkoop ster 7259. M. de Wolf en R. de Keizer, verkoopster 5563. W. Schuurman en T. Jan sen, verkoopster 5566. R. Eijken en J. van Andel, verkoopster 1003. L. Schellekens en A. Leyen, ass.-chef 5668. Deze foto. van onze collega's in Emmeloord werd kort voor de heropening gemaakt. 11 ziet v.l.n.r.: P. de Vries. Mej. R. V/puda. A. Hooiveld, Mej. G. Westra, L. Hummel. Mej. L. Dierkes, bedrijfsleider H. Leijenaar, Mej. N. Engberts, Mej. E. Ellens. Mens en machine vullen elkaar aan in de moderne landbouw. De arbeiders vliegtuig laag over de velden scheert. Op vreedzame wijze land veroveren In 1948 was de landbouwer, die ons ontving in zijn moderne woning (liet woord „boerderij" kun je hier eigenlijk niet meer gebruiken) in de polder ge komen. Hij had een boerderij gehad in Groningen en begon in de N.O.P. als bedrijfsleider van een staatsbedrijf. Toen was alles nog wel primitief. Emmeloord, nu een flink uit de kluiten gewassen stadje, had toen nog maar enkele straten. De wer kers aten in een cantine, bruggen waren nog niet klaar en hier en daar stonden enkele nood-kerkjes. Deze landbouwer heeft nu een prachtig pachtbedrijf, dat hij met zijn zoon leidt. Hij was een der oudsten die zich hier als landbou wer heeft kunnen vestigen. Spijt heeft hij er nooit van gehad, niet slechts wegens materiële welvaart, maar ook omdat hier een gemeen schap is gegroeid, waarin het goed wonen is. Gemeenschapszin „Bij de selectie van de gega digden voor deze polder speel de trouwens de gemeenschaps zin een grote rol mee. Men zocht niet louter vakbekwame landbouwers, er moesten te vens personen zijn en liefst allemaal van wie men maatschappelijke aktiviteiten kon verwachten. Wanneer men op het oude land lid was geweest van een gemeente raad, ouderling van een ker kelijke gemeente, e.d., waren dit altijd punten in het voor deel." Wie houdt van het platteland, komt in de polder ruimschoots aan zijn trekken. Hier is, veel meer dan b.v. in de ruim een eeuw oude Haarlemmermeerpolder, een aan trekkelijk landschap ontstaan. De wegen zijn er niet allemaal li- neaalrecht, er is veel begroeiing met een grote variatie, de gewas sen op de velden zijn gevarieerd en de bedrijven zijn door fraaie en goed onderhouden tuinen omge ven. Emmeloord, geografisch, zakelijk en bestuurlijk het centrum van de polder, accentueert het landschap, zonder het te overheersen. Het stadje is ruim en modern aange legd. Hoog- en laagbouw, veel groen, een ruim marktplein, hy permoderne winkels en restau rants, fraaie openbare gebouwen en niet te vergeten de 70 meter hoge Poldertoren vormen een aan trekkelijk geheel, waarin het goed wonen is. Had misschien de uit Zeeland afkomstige landarbeider wèl te veel verwacht, toen hij ons zei: „Voor de boeren is dit een best land, maar wij hebben het hier niet beter dan in Zeeland". Een hoger inkomen dan op het oude land geniet ook zeker de H.B.S.- leraar niet. Hij prefereert de pol der door de grote gemeenschaps zin en vanwege het landschap. In een boeiend boek heeft Jan Men: beschreven. Zijn geromantiseerd re water beleven als liet harde avont nuchtere Amsterdamse kooplieden te krijgen. In 1612 viel deze grote polder droog en het enthousiasme hierover was zó groot, dat de Prins zelf er voor uit Den Haag kwam. Het Hollands enthousiasme voor het scheppen van nieuwe polders aanvankelijk voornamelijk ter bescherming van de steden, in on ze eeuw voor landaanwinst is er sindsdien zeker niet minder op geworden. In 1852 was de Haarlemmermeer drooggelegd. De belangstelling had zich toen reeds gericht op de Zuiderzee. Vele plannen zijn hier voor gemaakt, die van Ir. Lely bleken tenslotte technisch en eco nomisch uitvoerbaar. Plan „Zuiderzee" In 1918 werd door de Eerste en Tweede Kamer het plan „Zuiderzee" aanvaard. Het werd in de Kamer verdedigd s de droogmaking van de Beemster laas laat ons dit gevecht met het jur van Leegwater, die een aantal voor zijn grote droom warm wist door Ir. Lely zelf, die toen Minister van Waterstaat was. Hier ligt overigens nog een merkwaardige historische pa rallel. De grote watersnood van 1916 had een grote stoot gegeven tot de aanvaarding van dit plan, zoals de waters noodramp van 1953 het Delta plan sterk gestimuleerd heeft. Afsluitdijk Het Zuiderzee-plan behelsde in hoofdzaak het leggen van een af sluitdijk van Noordholland naar Friesland en het droogleggen van 5 polders, met een totale opper vlakte van 225.000 ha, ongeveer evenveel als de provincie Gronin gen groot is. Met de bouw van de eigenlijke af sluitdijk werd een begin gemaakt in 1927. Vijf jaar later, op 28 mei 1932, loeiden de stoomfluiten van vele sche pen: de dijk was dicht. Een gigantisch werk, dat ook nu nog beivondering van deskundigen wekt, was ondanks vele tegenslagen, tot een goed einde gebracht. Drie jaar tevoren reeds, in het najaar van 1929, was de eerste polder, de Wieringermeer, droog gevallen. De Noord-Oostpolder volgde in 1942 als tweede en Oost- Flevoland werd in 1957 leeg ge malen. den niet meer op, wanneer het sproei- En het werk gaat door. Aan Zui delijk Flevoland wordt hard ge werkt en ook de Markerwaard zal binnen 15 a 20 jaar g'ereed komen. Een gehele provincie zal dan op de meest vreedzame wijze ver overd zijn en nieuwe ruimte bieden aan agrariërs, stedelingen en toe risten.

Personeelsbladen | 1962 | | pagina 9